PATTON 1970 Noord-Afrika
In 1942 leidde Generaal-Majoor Patton het Amerikaanse Western Task Force, dat aan de kust van Marokko aan land ging tijdens Operatie Toorts. Nadat het 2e Amerikaanse Legerkorps (Gen.Maj. L.R. Fredendall) door de Duitse generaal Erwin Rommel bij Kasserine verslagen was (1943), werd Patton gepromoveerd tot Luitenant-Generaal en kreeg hij het bevel over het 2e Legerkorps. Hoewel hij hard in zijn training en opleiding was, werd hij algemeen gezien als eerlijk en fair ten opzichte van zijn troepen. De discipline werkte. Het tegenoffensief van maart 1943 drukte de Duitse troepen naar het oosten, terwijl de Engelse generaal Bernard Montgomery in Egypte tegelijkertijd de Duitsers naar het westen drukte.
Italië
Als resultaat van zijn successen in Noord-Afrika, kreeg Patton het commando over het Amerikaanse 7e Leger in de voorbereiding op de invasie van Sicilie. Montgomery's 8e Britse Leger moest het oosten van het eiland veroveren, daarbij op de linkerflank gedekt door Patton die in de Golf van Gela landde. Ontevreden over het aanvalsplan en de ondergeschikte rol voor de Amerikanen hierin, stormde Patton met zijn leger door het westen naar het noorden van het eiland en bevrijdde Palermo. Hierna reed hij door naar Messina, waar hij ondanks heftige Duitse tegenstand eerder dan Montgomery arriveerde.
Patton's bloeddorstige speeches resulteerden in het doden van 73 krijgsgevangen door zijn soldaten. Een ander incident kostte hem bijna zijn carrière. Tijdens een bezoek aan een veldhospitaal in augustus 1943, sloeg en beledigde hij de soldaten Paul G. Bennet en Charles H. Kuhl, van wie hij vond dat ze zich als lafaards gedroegen. De soldaten in kwestie hadden last van shell-shock. Door zijn actie werd Patton lange tijd buiten de publiciteit gehouden en hij moest zijn excuses aanbieden aan de soldaten. Patton werd van het bevel ontheven en zijn leger kwam onder bevel van Luit. Gen. Marc Clark die er als het Amerikaanse 5e leger Italië mee veroverde na een moeizame strijd.
Hoewel hij tijdelijk ontheven was van zijn functies, bleven de Duitsers hem meer dan elke andere geallieerde bevelhebber vrezen. Zijn langere verblijf in Sicilië werd door de Duitsers opgevat als een indicatie van een aanstaande invasie in Zuid-Frankrijk en later werd zijn verblijf in Cairo gezien als een aanwijzing voor een landing in de Balkan. De angst voor Generaal Patton droeg bij tot het maandenlang binden van de Duitsers, wat een belangrijke factor in de maanden die volgden zou blijken. Normandië
In de periode voorafgaand aan Operatie Overlord gaf Patton openbare lezingen als opperbevelhebber van de (fictieve) 1e Amerikaanse Legergroep (FUSAG), die de Franse kust bij Calais aan zou vallen. Dit alles was onderdeel van een geallieerde afleidingscampagne, Operatie Fortitude.
Direct na de invasie in Normandie kreeg Patton het bevel over het 3e Leger, dat de uiterste rechterflank (westelijk) van de grondtroepen vormde. Hij leidde dit leger gedurende Operatie Cobra, de uitbraak van de troepen uit de bocage van Normandië en de aanval op Avranches en ging daarna naar het zuiden en oosten, waarbij hij enkele honderdduizenden Duitse soldaten krijgsgevangen maakte. Patton gebruikte hier de Blitzkrieg-tactiek van de Duitsers tegen henzelf, door bijna 1000 kilometer in twee weken te veroveren.
Lotharingen
Patton's offensief kwam echter tot een halt op 1 september 1944, toen het leger simpelweg geen benzine meer had, bij de rivier de Maas, vlakbij de stad Metz. De tijd om het leger van nieuwe voorraden te voorzien was net genoeg voor de Duitse troepen om hun stellingen rondom Metz op scherp te zetten. In oktober en november was het 3e Leger verwikkeld in zware gevechten met de Duitsers met zware verliezen aan beide zijden. Op 23 november echter viel Metz. Voor de eerste keer sinds de Frans-Duitse oorlog.
Ardennenoffensief
Eind 1944 sloeg het Duitse leger nog één keer terug in Belgie, Luxemburg en noord-oost Frankrijk met Operatie Wacht am Rhein, in een laatste poging Antwerpen te heroveren. Op 16 december 1944 sloegen de Duitsers met 30 divisies een gat in de geallieerde linies en trokken richting de Maas, tijdens één van de koudste winters ooit.
Patton trok direct naar het noorden met het 3e Leger, een tactisch en logistiek hoogstandje, om de luchtlandingstroepen in Bastenaken te ontzetten. Al snel arriveerden verse Amerikaanse troepen en voorraden en werden met de Duitse stellingen korte metten gemaakt. De Wehrmacht trok zich terug richting Duitse grens. In februari waren de Duitsers helemaal teruggetrokken achter de oorspronkelijke Duitse grens. Patton die hen achtervolgde trok het Saargebied binnen. In vliegend tempo raasden zijn pantsertroepen verder door Zuid-Duitsland, zonder nog ernstige tegenstand te ontmoeten van het snel uiteenvallende Duitse leger, tot aan de Tsjechische grens. Hij was van plan om Praag te bevrijden toen de Amerikaanse troepen werden gestopt door het oppercommando dat zich gebonden wist door de territoriale afspraken die op de conferentie van Jalta waren gemaakt met de Sovjets. Desondanks veroverde hij de stad Pilsen en het grootste deel van West-Bohemen. Als echte communistenvreter liet hij tevens meermaals de suggestie horen om samen met het restant van het Duitse leger meteen door te stomen naar het Oosten om de Sovjets te bevechten.
Helaas voor hem zagen de Westelijke geallieerden daar niet veel in en bevalen Patton zijn opinies voor zich te houden. Na de definitieve overwinning op Duitsland wilde hij dolgraag naar de Stille Oceaan, om daar de Japanners te bevechten. Het opperbevel besloot daar, gezien het eveneens opvliegende karakter van de bevelhebber in de Stille Oceaan, Douglas MacArthur, wijselijk geen gehoor aan te geven. Twee van zulke 'prima-donna's' in het zelfde theater leek een recept voor onderlinge oorlog. In oktober 1945 kreeg Patton het bevel over het 15e Amerikaanse leger in de Amerikaanse sector van Duitsland. Hij bleef echter voor opschudding zorgen door voortdurend de Russen te beledigen en zelfs de Waffen-SS te prijzen die in zijn ogen een voorbeeldige opleiding aan hun soldaten had gegeven. Tenslotte werd hij door het voor schut gezette geallieerde opperbevel van zijn taken ontheven en teruggeroepen naar de VS.
In december 1945, één dag voor hij terug zou vliegen naar de VS, werd de wagen van Patton geramd door een vrachtwagen. Patton raakte verlamd tot aan zijn nek en stierf een paar dagen later in het ziekenhuis. Hij werd begraven op het Amerikaanse oorlogskerkhof in het plaatsje Hamm, vlakbij de hoofdstad Luxemburg van het Groothertogdom Luxemburg, waar nog jaarlijks bewonderaars van de generaal hem eer komen bewijzen.
|