Hoe ik het roken afleerde .
Ik begon te roken rond mijn dertigste omdat ik dacht dat het een sociaal gebeuren was. Eerst afwisselend sigaren en sigaretten, later de pijp. Mijn vader stierf aan longkanker (hij was een verstokte roker) maar ik maakte mezelf wijs dat, als ik niet inhaleerde, mij niets kon overkomen. De pijp was ook een uitstekend middel om bij het vissen (mijn toenmalige hobby) de muggen van me weg te houden.
En ik rookte maar pijpen : één in de mond en een ander lag af te koelen, maar na enkele jaren van mezelf wat wijs te maken kreeg ik opzij van mijn tong een witte aanslag die nogal ruw aanvoelde en waarin ik in mijn slaap beet en redelijk pijn deed. Toen de tandarts dit zag gaf hij de raad een stomatoloog (een specialist in mondziekten) te raadplegen.
Het heeft dan nog geduurd tot de tandarts mij via mijn echtgenote schrik aanjoeg voor de mogelijke gevolgen en dat ik de stap naar de stomatoloog zette.
Daar viel het verdict : leukoplakie, wat kan ontaarden tot kanker ! Schrikwekkende foto's van deze kwaal in een verder stadium gaven mij de doorslag.
Binnen de twee dagen ging ik onder het mes : een jaap in mijn tong van 4 cm.lang en bijna 1 cm. diep, vervolgens met veel draad dichtnaaien en dan bang afwachten of het al dan niet kwaadaardig zou zijn. Als de verdoving van de tong uitgewerkt was kreeg ik hevige pijn en pijnstillers slikken met water was al een foltering die ik voelde tot in de slokdarm. Twee weken lang ging enkel vloeibaar eten met veel moeite naar binnen.
Dan kwam het verlossende nieuws : "niet kwaadaardig!".
En mijn twee pijpen ? Ze lagen nog lange tijd voor mijn ogen op een kast, samen met een pakje tabak. NOOIT kreeg ik nog zin om te roken.
Het enige leuke aan leukoplakie is dat ik verlost ben van het roken, met als gevolg : eten en drinken smaakt beter, ik stink niet meer naar tabaksrook, mijn vrouwke is blij dat plafond en gordijnen langer netjes blijven en misschien leef ik langer en gelukkig.
Al meer dan 12 jaar vind ik roken heel vies !
|