Trein en bus, wandelen en weer, en van die hobby's meer
06-03-2025
6 maart 2025 - Kapellenbos - Brasschaat (GR12)
De wandeling. Ik heb het eens nagekeken: 44 deeltrajecten van GR12 Amsterdam - Parijs hebben we er intussen op zitten. Het eerste situeert zich in 1977 en vandaag is nummer 44 aan de beurt. Uiteraard zitten daar dubbels tussen, hoewel, echte dubbels zullen beperkt in aantal zijn, gezien de vele wijzigingen die deze GR in de loop van bijna een halve eeuw heeft ondergaan. Vandaag stappen we van Kapellenbos naar Brasschaat, bijna 14 km. Je moet eerst wel 2.5 km door het rotverkavelde gebied rond Kapellenbos met veel te brede asfaltwegen en veel te grote villa's: het lijkt wel alsof hier aanschouwelijk wordt voorgesteld hoe het niet moet. Het is een harde noot om te kraken maar geleidelijk verandert het traject in een aanvaardbare GR-tocht, langs heide en bossen, met een TWQ van 72%. Zwaar beschadigde boswegen, smallere paadjes en een snoer voetwegen in Brasschaat zelf zorgen daarvoor. De bewegwijzering is optimaal, onze score is 12.5/20; het stroeve begin is er wat te veel aan, de paden langs de Antitankgracht (nog zo een voorbeeld van een nutteloze investering in defensie) zijn aangenaam.Foto's. Kaartje.
De Antitankgracht is langere tijd onze gids en de paadjes zorgen ervoor dat dit nooit vervelend wordt.
De Mikse beek is zowaar klein in vergelijking met de nochtans destijds nutteloze Antitankgracht.
Het weer. Prachtig lenteweer: helder, zo een 14° warm en rustig.
De stafkaarten. 07/7-8 Brasschaat (2017)
Hoe we er geraakten. De basisbereikbaarheid heeft het er ondanks de jubelcommuniqués van De Lijn niet allemaal gemakkelijker op gemaakt, maar ik vermoed dat we voor de invoering ervan een vergelijkbare heenreis zouden hebben gemaakt, zij het met aan ander busnummer. We sporen naar Kapellen, stappen dan enkele honderden meters naar de bushalte Kapellen Dorp, waar we de bus naar Essen (67) nemen. Met 38 minuten tussen trein en bus hebben we echt veel tijd op overschot. De terugreis gebeurt met bus 37a, die ons ook naar Kapellen Dorp brengt, en dan verloopt de treinreis analoog met de heenreis.
Een beetje geschiedenis. Ik moet eerlijk toegeven dat het altijd weer wat moeilijker wordt om dit rubriekje op een zinvolle en betrouwbare manier te vullen. Ver in het verleden duiken lukt nog wel, maar het recente verleden zorgt bijna stelselmatig voor problemen, bij gebrek aan raadpleegbare documenten. Neem nu vandaag: de buslijnen die het meest in aanmerking komen aan de halte Brasschaat Elshoutbaan zijn de lijnen 37a en 37b. Lijn 37a loopt van Wijnegem via Schoten en Kapellen naar Hoevenen, lijn 37b van Brasschaat naar Hoevenen. Die laatste lijn is een soort antenne op lijn 37a, met een niet gecadanceerde dienstregeling. De nummering (met a en b) werd ingevoerd in het kader van de basisbereikbaarheid: lijn 780 werd 37a, lijn 781 werd omgedoopt tot 37b. Verder in de tijd was die 780 78.0 en nog verder was het gewoon 78. Dat die lijnen Wijnegem als eindpunt kregen is geen toeval en een rechtstreeks gevolg van het bekende Shopping Center.
Deze lijnen kwamen er niet als vervanging van een tramlijn. Die volgde nl. de huidige N1 en liep van Merksem tot Wuustwezel. In dat laatste dorp was er een aansluiting met een Nederlandse tramlijn naar Rijsbergen. De lijn bereikte uit Merksem Brasschaat Dorp in 1887, de verlenging tot Wuustwezel kwam er 3 jaar later. Het deel tot Brasschaat (Polygoon = Maria-ter-Heide), vlak bij het Kamp van Brasschaat werd al geëlektrificeerd in 1912. Het deel voorbij de Polygoon zou pas in 1951 onder draad komen. Maar in 1966 was het definitief voorbij voor deze tramlijn.
Nog even een anekdote: op 1 december 1976 ging ik onder de wapens en na een onvolledige week opleiding in Turnhout werden we met enkele tientallen miliciens gemuteerd naar de kazerne van Hoogboom voor de rest van de opleiding. Ik was toen getrouwd en dat stond garant voor enkele privileges: zo kon ik samen met enkele anderen wat vaker naar huis. Het station van Kapellen was het aangewezen begin- en eindpunt voor de verbindingen met het thuisfront. Maar ik herinner me toch nog een heel speciale rit, nl. op 03.01.1977, toen we met enkele andere miliciens de bus van lijn 73 namen aan het Rooseveltplein tot Hoogboom. We moesten binnen zijn om 01:00 en de bus zette ons om 0:55 af ter hoogte van de kazerne. Nog op 03.01.1977 kon ik in de voormiddag naar Etterbeek waar ik nog 9 maanden mocht dienen in het Logistiek Centrum nummer 1. Dat was meteen het begin van een dagelijkse pendel tussen Etterbeek en Halle, waar ik in de lokettenzaal treinbiljetten voor de meest onverwachte bestemmingen hoorde afleveren.
Warme oproep: wie meer kan vertellen over de voorbije 30 jaar busvervoer in Brasschaat mag me gerust contacteren.
De verbinding.
Halle - Brussel-Zuid
3408 (IC FTR)
09:20 09:30
stipt
818 (GCR)
mr75
controle: N
Brussel-Zuid - Kapellen
2008 (IC FES)
09:50 10:56
stipt
1848 (FSD) - 61056 (FCL)
M6
controle: J
Kapellen - Kapellen
[67] (Essen)
11:34 11:36
stipt
ab605-050
Van Hool newA360
Ch. Matheessen
-
Brasschaat - Kapellen
[37a] (Hoevenen)
16:12 16:32
+2
ab5613
Iveco Crossway LE
Zandvliet
Kapellen - Brussel-Noord
2039 (IC FCR)
17:05 18:00
stipt
1912 (NK) - 61002 (FCL)
M6
controle: J
Brussel-Noord - Halle
2289 (S FGRA)
18:08 18:31
+5
08063 (FML)
mr08 Desiro
controle: N
En wat we beleefden. IC 3408 rijdt stipt met vooraan stel 818. Buiten ziet het er ronduit vuil uit, met resten van verwijderde graffitiverf, binnen is de toestand gelukkig wel aanvaardbaar. Een knul van een jaar of 14 zit veel te veel lawaai te maken met zijn gsm: ik heb nog niet zo vaak een zo lege blik als antwoord op mijn opmerking gekregen. IC 2008 rijdt zo goed als stipt, al flirt hij tot Antwerpen-Luchtbal met 2 minuten vertraging; vooral tussen Brussel-Noord en Mechelen maken we een lome rit mee. Net voor Kapellen krijgen we zowaar nog controle: op dat ogenblik zijn we de enige reizigers in de eersteklasafdeling.
Dan wacht stilaan de koude douche. We hebben tijd voor een koffie in Kaffee Krokant en ik maak van de gelegenheid gebruik om de app van De Lijn te consulteren. Blijkt dat deze vakantieweek in aanmerking kwam voor het afsluiten van de Kalmthoutsesteenweg, met de schrapping van een resem halten tot gevolg. Tijd om nog een bevredigende oplossing uit te stippelen heb ik niet en dus zal de chauffeur ons moeten helpen. Twee halten neemt hij ons mee en dan geeft hij de raad om te voet naar de halte Golflei te stappen. Hij is vriendelijk en behulpzaam - daar niet van - maar zijn info komt nog altijd van een drager waarvan het gebruik stilaan een hele eeuw meegaat: een papier met het ritorder erop. Ik dacht dat de bussen tegenwoordig met allerlei snufjes (waaronder gps) zijn uitgerust, wat misschien voor een betere oplossing had kunnen zorgen dan nu: 3.5 km extra stappen tussen de halte Dennenburg en Golflei en dat grotendeels langs een onaangename N122, waar het autoverkeer verder raast, zonder hinder blijkbaar van de wegenwerken.
Voor alle duidelijkheid: het is allemaal en helemaal mijn fout: ik had de dag voordien moeten kijken en dan had de calamiteit die ons te wachten stond, vermeden kunnen worden. Eventueel door deze uitstap uit te stellen of door het zoeken naar een betere uitstaphalte.
De terugreis verloopt gelukkig wel zoals gepland: de 37a rijdt ondanks het drukke verkeer nauwelijks met vertraging en er is tijd voor een tweede bezoekje aan Kaffee Krokant. IC 2039 rijdt bijna stipt en we krijgen weer controle. De aansluitende trein is de 2289, met drie Desiro's. We komen nog net binnen de vertragingsmarge in Halle aan.
De treinlectuur. Ildefonso FALCONES, De kathedraal van de zee. Een echte historische roman die speelt in het Barcelona van de XIVde eeuw. Tegen de achtergrond van de historische gebeurtenissen volgen we Arnau Estanyol, die zelden toegelachen wordt door het noodlot. Philip HUFF, Wat je van bloed weet.
Geld tekort? Voer wat oorlog en de miljarden zullen binnenstromen.
Uitgedrukt… Je weet wat je hebt, maar niet wat je krijgt… Die "wat" is niet zelden iemand die boven je staat, de chef, zeg maar. En de uitdrukking wordt nogal eens gebruikt als er weer eens zware kritiek is en aangestuurd wordt op een vervanging. Tegenwoordig zal de uitdrukking wel veel toegepast worden op CEO's, al dateert ze van lang voor het ontpoppen van dat verschijnsel.
Waar Abraham de mosterd haalde. Voor het schrijven van deze bijdragen maak ik vaak gebruik van twee zeer waardevolle sites, één over deBelgische spoorlijnen en een overde bussen in Vlaanderen, Brussel en Wallonië. Het grootste probleem is dat van de informatisering: in de voorbije 20 jaar is het vrijwel onmogelijk geworden om nog aan papieren dienstregelingen te geraken en op het internet verdwijnen de oude dienstregelingen naarmate er nieuwe ingevoerd worden. Voor de trams maak ik nog al eens dankbaar gebruik van de Rail Atlas Vicinal van Stefan JUSTENS en Dick van der SPEK en van The Vicinal Story - Light Railways in Belgium 1885 - 1991 van W.J.K. DAVIES.
De wandeling. In Asse volgden we de bijna 11 km lange Hopduvelwandeling. Ongeveer de helft loopt over trage of anderszins onverharde voet- en veldwegen en die lagen er nog altijd uitgesproken modderig bij. Ik had de wandeling gevonden in een foldertje dat Toerisme Vlaams-Brabant een tijd geleden opstuurde en het bleek nog om een uitstekend bewegwijzerde wandeling op het wandelnetwerk Pajottenland te gaan. Nu ja, ik schrijf Pajottenland, maar al die netwerken lopen tegenwoordig vrolijk in elkaar over en het is nooit meer gemakkelijk om een bepaalde tocht aan één wandelnetwerk toe te wijzen. (Overigens wordt dat Pajottenland altijd maar groter, net zoals de Ardennen…) Wij volgden de nummers 209 - 208 - 204 - 206 - 207 - 2 - 20 - 237 - 236 - 235 - 209. Eigenlijk hadden we op de Markt moeten beginnen, maar gemakshalve begonnen we aan het NMBS-station. (Ziekaartje). Het eerste knooppunt dat je vandaar uit moet opsnorren is 209. Het is een afwisselende tocht, met stijgen en dalen, o.a. langs een als toeristische attractie uitgedost hopveld. De echt fantastische wandelwegen worden nu en dan afgewisseld met minder interessante stukken: we quoteerden 14/20. Geen echte hoogvlieger, maar ook geen waardeloos spul.
Het weer. Zwaar bewolkt. We lieten de auto wijselijk thuis omdat een deel van de oprit vanmorgen onder de ijzel zat. Fris. (En wie zich vragen stelt bij die auto - het is een elektrische - en de bussen van De Lijn zijn echt te onbetrouwbaar geworden om nog op een aansluiting te rekenen. Overigens zouden we helemaal te voet naar Halle gaan, maar de afwerking van de brug over de autoweg - de brug van de Drasop - laat nog altijd op zich wachten…)
De stafkaarten. 31/1-2 Dilbeek (2020) - 23/5-6 Merchtem (2021)
Hoe we er geraakten. Sinds december 2024 hebben ze het ons wel zeer gemakkelijk gemaakt: de S Geraardsbergen - Dendermonde zorgt één keer per uur voor een rechtstreekse verbinding en er is nog een tweede mogelijkheid met overstap in Brussel-Zuid.
Een beetje geschiedenis. Asse is één van die zeldzame plaatsen waar het buurtspoorwegstation destijds vlak bij het treinstation werd opgericht. De belangrijkste tramlijn is ongetwijfeld altijd de verbinding Brussel - Asse - Aalst geweest. Een eigenaardigheid aan de lijn is wel dat ze niet zoals zo vele andere uit Brussel aangelegd werd en dan snel of minder snel haar eindpunt bereikte: eerder het omgekeerde was het geval: uit Aalst werd Asse al bereikt in 1905, uit Zellik (en dus uit Brussel) pas in 1936. Het deel voorbij Asse bleef nog tot 1970 in reizigersdienst, het deel Asse - Aalst werd al in 1962 gesloten. Een leuk (?) weetje: de NMBS verzette zich tegen de aanleg van een elektrische tramlijn Brussel - Aalst, omdat de nieuwe spoorlijn Brussel-Zuid - Denderleeuw in dienst gesteld zou worden; we schrijven dan 1933. Dat en enkele andere perikelen zorgden ervoor dat het nog tot 1936 duurde voor deze elektrische lijn mocht worden aangelegd. (gahaald uit Jos NEYENS, De Buurtspoorwegen in de provincie Brabant). De meest evidente buslijn (langs de Aalstersesteenweg) bleef in de loop van de jaren relatief ongewijzigd: eerst heette ze AL, later 214 en met de invoering van de basisbereikbaarheid R14. De uurdienst van weleer is nu ook een kwartierdienst geworden.
De verbinding.
Halle - Asse
2258 (S FDR)
09:29 10:12
+1
08130 (FML)
mr08 Desiro
controle: J
-
Asse - Brussel-Zuid
3863 (S FBMZ)
03:33 13:58
stipt
08118 (FML)
mr08 Desiro
controle: N
Brussel-Zuid - Halle
3784 (S FBC)
14:03 14:20
stipt
08201 (FSR)
mr08 Desiro
controle: J
En wat we beleefden. Weet je nog dat riedeltje uit de vorige bijdrage: het is er weer. Behalve wat oponthoud tussen Brussel-Zuid en Brussel-Centraal is er niets te melden. De terugrit verloopt wel wat anders: de ijzel van vanmorgen heeft onze planning wat overhoop gehaald en dus komt de verbinding met overstap net iets beter uit. Een tb en een tbg op weg naar hun job nemen samen 8 plaatsen in de Desiro in en zo blijven er alleen nog de boevenbankjes over. Maar ook deze trein rijdt stipt en zo halen we nog moeiteloos de S naar Braine-le-Comte. Het werd inderdaad een kommerloze treindag.
De treinlectuur. Robert GALBRAITH, The Ink Black Heart. Philip HUFF, Wat je van bloed weet.
Eigenlijk hebben we geen conservatieve regering nodig, wij hebben daar de vakbonden voor.
Uitgedrukt… Vol of onderwege, kapot of onderwege, leeg of onderwege: gezegd van een toestand die er bijzonder snel aankomt en die niet altijd even gunstig is. Die stookolietank is leeg of onderwege…
Waar Abraham de mosterd haalde. Voor het schrijven van deze bijdragen maak ik vaak gebruik van twee zeer waardevolle sites, één over deBelgische spoorlijnen en een overde bussen in Vlaanderen, Brussel en Wallonië. Het grootste probleem is dat van de informatisering: in de voorbije 20 jaar is het vrijwel onmogelijk geworden om nog aan papieren dienstregelingen te geraken en op het internet verdwijnen de oude dienstregelingen naarmate er nieuwe ingevoerd worden. Voor de trams maak ik nog al eens dankbaar gebruik van de Rail Atlas Vicinal van Stefan JUSTENS en Dick van der SPEK en van The Vicinal Story - Light Railways in Belgium 1885 - 1991 van W.J.K. DAVIES.
31 januari 2025 - Ronquières - Braine-le-Comte (GR121)
De wandeling. Als je op de website van de Waalse GR leest dat GR121 nu van Liège tot de Opaalkust zal lopen en dat de beschrijving in de gemeenschappelijke topogids GR12/GR121 niet meer van toepassing is, dan vrees je het ergste als je nog snel een laatste stukje uit die topogids wil stappen, van Ronquières naar Braine-le-Comte. En inderdaad, het eerste dat we op onze weg vinden is een kruis dat een verkeerde richting aanduidt. Maar we zetten door en wat later komen we toch weer op de GR121 terecht; de rest van de tocht verloopt volgens het boekje. Na 10.6 km bereiken we het station van Braine-le-Comte en we kunnen terugkijken op een aangenaam stukje GR dat we met 16/20 inschatten. De TWQ bedraagt 71%: een eerste deel loopt over de Ravel 106, genoemd naar de vroegere spoorlijn 106 die Lembeek met Ecaussinnes verbond en die samen met de zware industrie in de streek te gronde ging en in 1984 definitief verdween. Ik heb het meestal niet zo op ravels begrepen maar deze vormt daar een uitzondering op: we volgen zowat de Sennette, tussen de prachtig glooiende weilanden door. Vele daarvan staan onder water, na de bijzonder natte januarimaand. Voorbij Henripont wordt het een tijdje een boswandeling door een uitloper van het Bois de la Houssière en bijna tot op het einde blijft het een aangename tocht.Kaartjeenfoto's.
De Sennette is opvallend aanwezig in de drie eerste kilometers van deze tocht.
Het weer. Zwaar bewolkt, met een zwak zonnetje, tussen de wolken door. Fris en rustig.
De stafkaarten. 39/5-6 Braine-le-Comte (2021)
Hoe we er geraakten. Eigenlijk was het poepsimpel: met de trein naar Braine-le-Comte en dan de bus van lijn 63 tot Ronquières. Ironisch genoeg moesten we,toen we een tijdje geleden uit Nivelles in Ronquières aankwamen, door een wilde staking in de TEC-stelplaats Baulers te voet naar Braine-le-Comte, langs een geïmproviseerde route die gelukkig korter was dan de GR. Met de bus gaat het duidelijk sneller. De terugreis is helemaal gemakkelijk: met 4 treinen per uur tussen Braine-le-Comte en Halle mogen we niet klagen.
Een beetje geschiedenis. De verleiding was te groot om het over de vroegere lijn 106 te hebben. En ik heb het mezelf gemakkelijk gemaakt, met twee foto's van vroeger en nu. Toen we op 9 juli 1983 dankzij GTF een ruime rondrit konden maken aan boord van de 4614, konden we de bovenste foto nemen. De verschillen met vandaag zijn duidelijk: de boom is verdwenen, ongelooflijke klimop houdt het gebouwtje recht; de koeien zijn voltooid verleden tijd. Maar de vraag blijft dezelfde: wat was de functie van zo een gebouwtje langs de lijn in het midden van nergens? Toezicht, controle… ik weet het niet. Een overweg was in de verste verte (lichte overdrijving) niet te bekennen. Wie het antwoord kent, mag nu zijn vinger opsteken.
De verbinding.
Halle - Braine-le-Comte
3429 IC LBH
08:41 08:56
stipt
1907 (NK) - 61057 (FCL)
M6
controle: N
Braine-le-Comte - Ronquières
[63] (Nivelles)
09:10 09:24
+1
ab6262
Mercedes Citaro G C2 Hyb
Baulers
-
Braine-le-Comte - Halle
3662 S Leuven
12:51 13:08
stipt
08024 (FSR)
mr08 Desiro
controle: J
En wat we beleefden. De meesten zullen nu wel denken dat ik nog maar eens hetzelfde riedeltje zal afsteken: korte verplaatsing, weinig te vertellen. Maar dat is zonder de treinbestuurder van IC 1729 gerekend. Als die komt aanstormen, is het duidelijk dat die niet meteen van plan is om te stoppen. Alle remmen dicht dan maar, maar het grootste deel van de trein staat al in de tunnel van Halle; meer dan 2 rijtuigen van de 10 rijtuigen lange trein staan niet aan het perron. En dan gebeurt het onwaarschijnlijke: de deuren blijven dicht en de reizigers die hoopten in Halle uit te stappen staan verbouwereerd te kijken als de trein zich opnieuw in beweging zet, alsof er niets is gebeurd. Voor alle duidelijkheid: het sein stond wel degelijk open. Doe maar niet de moeite om een vertragingsattest te downloaden, want daaruit blijkt dat de trein Halle stipt heeft bediend. Ook uit de gegevens van de stiptheid van Infrabel kun je trouwens niet afleiden dat er wat fout is gegaan in Halle. Voor ons maakt het niet zo heel veel verschil, want de dicht volgende 3429 kan ons evengoed op tijd ter bestemming brengen. De bus van lijn 63 is een hybride gelede. Ongetwijfeld heeft die bij de vorige rit veel scholieren naar Braine-le-Comte gebracht, maar nu is er sprake van overcapaciteit. Erg is dat allemaal niet.
Wie dacht dat de terugrit zonder problemen zou verlopen, moet maar snel iets anders denken. Als we even nakijken hoe het met het treinverkeer in Braine-le-Comte zit, blijkt er een seinstoring te zijn. Die situeert zich in Hennuyères. We zien inderdaad nog 2 IC's en een S-trein in vertraging, maar de kans is te groot dat we toch niet meer in kunnen stappen. En dus wordt het S 3662, die we eigenlijk ook voorzien hadden. Er zijn nogal wat spoorwijzigingen, maar uiteindelijk vertrekken we stipt. Het loopt over tegenspoor tot Hennuyères; voordien is omgeroepen dat deze stoptrein niet zal stoppen in Hennuyères. Waarom zo een seinstoring in dit geval moet uitmonden in een geschrapte halte, blijft een vraagteken. Ook in de gegevens van Infrabel wordt nergens duidelijk dat de trein niet gestopt is. Vanaf Hennuyères kan de trein weer over het gewone spoor en we komen stipt in Halle aan.
En nog dit: we krijgen controle. We hebben zowel vanmorgen als deze middag 2 ritten ingevuld op de KeyCard/Local Multi (beide benamingen zijn even dwaas). De tbg controleert de eerste, dan de tweede QR-code in de app. Alles oké, maar als hij al verderop bezig is, zie ik dat de app nog maar eens voor een eigenaardigheid gezorgd heeft. De ritten van vanmorgen en nu staan gewoon dooreen, zodat hij eigenlijk maar één middagrit heeft gecontroleerd. Voor de tweede had hij voorbij de tweede moeten scrollen, die zich om duistere redenen in derde positie bevindt. De NMBS-app zou dan ook de eerste zijn zonder eigenaardigheden.
De treinlectuur. Robert GALBRAITH, The Ink Black Heart. PhilipHUFF, Wat je van bloed weet.
Bij De Lijn slagen ze er zelfs niet meer in om op tijd te zijn met hun tariefaanpassingen… Al is het natuurlijk de Vlaamse regereing die het niet eens raakt.
Uitgedrukt… Doe uw pellepetatten (e wa beter) open… Pellepetatten zijn aardappelen in de schil, maar hier zijn het duidelijk ogen. Kijk toch eens wat beter, dan zie je het wel. Bijvoorbeeld gezegd wanneer iemand iets niet vindt dat nochtans duidelijk zichtbaar is.
Waar Abraham de mosterd haalde. Voor het schrijven van deze bijdragen maak ik vaak gebruik van twee zeer waardevolle sites, één over deBelgische spoorlijnenen een overde bussen in Vlaanderen, Brussel en Wallonië. Het grootste probleem is dat van de informatisering: in de voorbije 20 jaar is het vrijwel onmogelijk geworden om nog aan papieren dienstregelingen te geraken en op het internet verdwijnen de oude dienstregelingen naarmate er nieuwe ingevoerd worden. Voor de trams maak ik nog al eens dankbaar gebruik van de Rail Atlas Vicinal van Stefan JUSTENS en Dick van der SPEK en van The Vicinal Story - Light Railways in Belgium 1885 - 1991 van W.J.K. DAVIES.
De wandeling. Het S.I. de la Ville d'Enghien bracht in 1984 een boekje uit met als titel Guide des promenades dans le Pays d'Enghien met niet minder dan 14 wandelingen (waarvan 2 voor fietsers) van wisselende lengte. Als we het boekje moeten geloven, waren die wandelingen ook bewegwijzerd met gekleurde pijlen, maar daar is meer dan 40 jaar later niets meer van te merken. We combineerden nummer 9 en nummer 11, allebei in Mark, deelgemeente van Edingen. Samen vormden ze een tocht van iets meer dan 10 km, met een laag TWQ van amper 22%. Het is een typische wandeling door een landbouwgemeente waar de smalle wegen bijna onvermijdelijk allemaal verhard zijn. Wie daar mee kan leven, stapt bijna voortdurend door weidse landschappen van akkers en weiden, op en over de taalgrens. Wij kwamen met onze quotering niet verder dan 12.5/20. Op het kaartjevalt misschien het op-en-afje naar de Chapelle de Garenne op, voor de rest is het bijna een perfecte lusvormige tocht.
De Chapelle Notre-Dame de la Garenne.
De Molen van Garenne.
Meer foto's, met o.m. een drietal treinfoto's op lijn 94 ter hoogte van kp 33.
Het weer. We hoopten gebruik te maken van een schaars droog moment en dat lukte nog ook. De avond en de nacht voordien is hier zo een 15 mm neerslag gevallen, onnodig te zeggen dat de niet verharde wegen enige acrobatiek vereisten. Maar toen we begonnen, waren de eerste blauwe luchten tussen het wolkendek te zien en wat later kregen we zowaar mooie altocumulus in het vizier. Tegen het einde van de wandeling was de bewolking alweer helemaal terug.
De stafkaarten. 38/3-4 Enghien (2020)
Hoe we er geraakten. Ik moet spijtig genoeg toegevendat ik me zwaar heblaten misleiden door de diverse apps van de OV-maatschappijen. Mark zou eigenlijk vlot bereikbaar moeten zijn uit Edingen, maar vanaf het station is het eerst nog een kleine 3 km stappen langs de onaangename N7 en van bruikbare bussen uit Edingen is er al helemaal geen sprake. De apps suggereren een verbinding uit Silly met overstap in Bassilly en daar liet mijn normaal vrij stevige OV-intuïtie me in de steek. Die overstap zou trouwens 45 minuten lang zijn geweest in een doods dorp, maar ik had een sterk vermoeden dat de bus van lijn 87 uit Silly, ook de bus zou zijn uit Lessines van 9:33. De chauffeur bevestigde dat en liever dan de lange aansluiting af te wachten, reden we mee tot Lessines om dan met dezelfde bus richting Edingen in Mark te landen. Toen we aan de halte Bassilly Rue des Écoles passeerden, zag ik plots, maar veel te laat het licht. Als we uit Silly naar deze halte waren gestapt (niet eens een km van het station van Silly) dan hadden we daar eenvoudig de bus kunnen nemen die ons dan in 8 minuten aan ons startpunt had kunnen brengen. Nu, alles bij elkaar zou het "maar" een half uur gescheeld hebben…
Een beetje geschiedenis. De halte Marcq/Mark Bois Blanc/Wit Bos die we vandaag als begin- en eindpunt van onze wandeling gebruiken mag dan wel door 3 buslijnen bediend worden, meer dan schooldiensten en sporadische bedieningen vind je hier niet. Twee lijnen zijn van de TEC (87, 94), één van De Lijn (160). Lijnen 87 en 94 zijn oorspronkelijk vervangingslijnen: de 87 (eerst 87b) verbindt enkele keren per dag Edingen met Lessines, de 94 (aanvankelijk 94b) was de vervangingslijn toen de halte Mark op lijn 94 in 1984 zoals alle landelijke halten tussen Halle en Tournai gesloten werd. Ook van deze lijn valt weinig te verwachten. Vroeger was er ook nog lijn 471, een aanvullende lijn uit Halle naar Edingen, met een schoolbediening tussen Edingen en Sint-Pieters-Kapelle. Lijn 160 van De Lijn is de nazaat van de busverbinding Leerbeek - Edingen, die op haar beurt in de plaats kwam van de tram die in een beginstadium tussen Brussel, Lennik en Leerbeek naar Edingen spoorde. Met de elektrificatie van de tramlijn uit Leerbeek naar Brussel, werd dat een diesellijn van Leerbeek naar Edingen. De bussen van lijn 160 tussen Edingen en Sint-Pieters-Kapelle zijn beperkt tot een schoolrit en een marktrit.
De verbinding.
Halle - Silly
1929 (FTY)
08:25 8:43
stipt
1913 (NK) - 61060 (FBMZ)
M6
controle: N
Silly - Lessines
[87] (Lessines)
09:06 09:30
+2
ab3007-10
Mercedes Citaro LE C2
Voyages François Lenoir
Lessines - Mark
[87] (Edingen)
09:33 10:03
+9
ab3007-10
Mercedes Citaro LE C2
Voyages François Lenoir
-
Mark - Edingen
[87] (Edingen)
13:29 13:34
+4
ab3002-08
Mercedes Citaro LE C2
Voyages François Lenoir
Edingen - Halle
3212 (FDR)
13:51 14:01
stipt
08056 (FML)
mr08 Desiro
controle: N
En wat we beleefden. Tja, veel valt er niet te beleven. Terwijl we in Halle staan te wachten, rijdt de 2734 met een leeg stel M4 richting Brussel. Ongetwijfeld een afgeschafte trein. Kan ook moeilijk anders: als we gegevens over de samenstelling opzoeken, vinden we dat deze 2734 tegelijk P 7513 en IC 1906 getrokken heeft, met een kleine 20 minuten verschil. En tegen dergelijke prestatie is deze gouwe ouwe niet meer opgewassen… Maar onze trein rijdt zonder problemen, wat ons uitzicht geeft op een aansluiting van 23 minuten naar bus 87 die hier enkele keren per dag het station bedient. In het station is het even koud als erbuiten, het is al een wonder dat het gebouw open is.
Ik vraag bij het instappen toch maar even aan de chauffeur of hij na aankomst in Lessines de bus naar Edingen doet. Tot mijn verbazing moet hij dat eerst even nakijken, maar hij stelt ons gerust. We mogen blijven zitten. Ongetwijfeld moet de arme man gedacht hebben dat we op een wel erg omslachtige en tijdrovende manier naar Mark reizen, maar het lukt toch. Op weg naar Lessines stapt nog een medereiziger in, wat een sombere toekomst voor deze lijn lijkt te impliceren, als ook hier een reorganisatie doorgedrukt wordt. Maar de vervolgrit naar Edingen trekt dan wel reizigers aan, voornamelijk scholieren, vermoedelijk op weg naar het bekende Collège Saint-Augustin. Tegenwoordig lijken er de hele dag scholieren op pad. Weggevallen lessen zullen wel aan de basis liggen van onverwachte verplaatsingspatronen. In Lessines moeten we een omleiding volgen, wat tot vertraging leidt.
De terugreis is een stuk eenvoudiger: een korte busrit met dezelfde buslijn 87 brengt ons naar Edingen, waar we de IC naar Dendermonde kunnen nemen. Die bestaat niet uit tamelijk comfortabele M7-rijtuigen: een desiro maakt de dienst uit.
De treinlectuur. Robert GALBRAITH, The Ink Black Heart. Intrigerende roman van de 21ste eeuw, waarin de gewone tekst en dialogen afgewisseld worden met chats, tweets en nieuwssites. En toch is het een gewone whodunit, als de ontwerpers van het game The Ink Black Heart dood- of lamgestoken worden. Maar in de 21ste eeuw zijn gewone dialogen maar één manier om te converseren. Robert Galbraith is trouwens niemand minder dan J.K. Rowling, van Harry Potter, weet je wel. Philip HUFF, Wat je van bloed weet.
Het is nu wachten op het moment dat de leraar godsdienst een robot lijkt te zijn met horentjes en bokkenpoten, die ook nog zwavelgeuren verspreidt…
Uitgedrukt… Een skoef, iemand skoefen: een sneer uitdelen, uithalen naar iemand, meestal op min of meer onderdrukte wijze, zodat alleen wie de situatie doorgrondt, weet waar het over gaat.
Waar Abraham de mosterd haalde. Voor het schrijven van deze bijdragen maak ik vaak gebruik van twee zeer waardevolle sites, één over deBelgische spoorlijnenen een overde bussen in Vlaanderen, Brussel en Wallonië. Het grootste probleem is dat van de informatisering: in de voorbije 20 jaar is het vrijwel onmogelijk geworden om nog aan papieren dienstregelingen te geraken en op het internet verdwijnen de oude dienstregelingen naarmate er nieuwe ingevoerd worden. Voor de trams maak ik nog al eens dankbaar gebruik van de Rail Atlas Vicinal van Stefan JUSTENS en Dick van der SPEK en van The Vicinal Story - Light Railways in Belgium 1885 - 1991 van W.J.K. DAVIES.
De wandeling. In 2015 bracht het Office du Tourisme van Hannut een pakketje wandelingen uit, deels in het stadje Hannut zelf, maar meer nog in de omringende deelgemeenten. Ons oog viel op een wandeling in Lens-Saint-Remy, La promenade des Chevées. Dat chevée (ook chavée) is een vochtige zone en dat kunnen we vandaag alleen maar beamen.Die lange smalle, vochtige vallei zou dan die van de Geer (de Jeker) zijn en we stappen inderdaad rond de Geer (ziekaartje), heen langs de ene, terug langs de andere oever. Overigens zien we weinig van de bescheiden beek die de Geer hier nog altijd is, maar we moeten na het supernatte jaar wel door erg modderige stroken; gelukkig blijft er altijd nog een smal begaanbaar noodpaadje vrij, zodat we nergens echt door de vele, diepe plassen moeten. De TWQ bedraagt 60%. In een drogere periode moet dit wel een schitterende wandeling zijn: wij probeerden de ongemakken te vergeten bij onze quotering van 16/20. En nog dit: in de folder wordt er met geen woord gerept over de bewegwijzering, maar na een tijdje werd het duidelijk dat we een groene rechthoek in het vizier moesten houden.
Het erg goed bewaarde Carmel, pal in het centrum van de Lens-Saint-Remy.
Des winters als het regent, dan zijn de paadjes diep, ja diep… (Maar geen loze vissertje gezien…)
Meer foto's van mooie gebouwen, kerken en modderige paden in de buurt van de Geer hier.
Het weer. Mist beperkte het zicht wel eens, maar een deel van de wandeling verliep toch in betere omstandigheden. Zowel bij de heen- als de terugreis per trein was de mist trouwens prominent aanwezig.
De stafkaarten. 41/1-2 Hannut (2020)
Hoe we er geraakten. Oorspronkelijk hadden we Lens-Saint-Remy kunnen bereiken met een overstapvrije IC en aansluitende bussen, maar allerlei omstandigheden (o.a. het weer) maakten dat we deze tocht wel een vijftal keer hebben uitgesteld. En sinds 16.12 is de rechtstreekse verbinding met Landen of Waremme dus niet meer dan een blijde herinnering. Uit Waremme hebben we zelfs 3 treinen nodig i.p.v. 1 om opnieuw in Halle te geraken. Voor de heenreis rekenen we op 2, hopelijk aansluitende bussen, van lijn 127 tot Hannut, waar we dan overstappen op de 128 tot Lens. Voor de terugreis reizen we via Waremme.
Op de website van de NMBS wordt een andere aankoopprocedure gemeld voor o.a. seniorenbiljetten. Je krijgt nu twee biljetten i.p.v. één, één voor de heenreis en één voor de terugreis. Wat het voordeel daarvan is, is niet duidelijk, tenzij het al vooruitloopt op de komende aanpassingen. Veel maakt het niet uit, want mochten we vandaag een seniorenbiljet voor Landen voor de heenreis en een uit Waremme voor de terugreis gekocht hebben, dan zouden we precies het dubbele betaald hebben. Eén van de bollebozen heeft namelijk uitgeplozen dat een seniorenbiljet altijd een heen-en-terugbiljet is en dat je dus sowieso twee keer de prijs van een seniorenbiljet HT betaalt… In de app blijft alles voorlopig nog bij het oude.
Een beetje geschiedenis. In de bediening van dit kleine dorp spelen historisch bekeken twee spoorlijnen een rol. Die rol is zeer bescheiden voor lijn 127 van de NMBS; deze lijn verbond Landen met Huy via Hannut, maar eigenlijk was het wachten op de verbussing van de spoorlijn: de bussen van lijn 127a volgden noodgedwongen de N64 en zo kwam de bushalte Râperie min of meer op wandelafstand van het dorpscentrum te liggen. Veel belangrijker zal wel de tramlijn van de NMVB geweest zijn die uit Hannut richting Lens-Saint-Remy spoorde. Ze liep vaak over een eigen bedding door veld en wei, en vandaag zijn er nauwelijks nog restanten van deze tramlijn terug te vinden. Uit Hannut ging het eerst in ZO-elijke richting, eenmaal voorbij Lens-Saint-Remy ging het naar het NO, richting Lens-Saint-Servais. Met elke generatie stafkaarten zie je minder en minder duidelijke sporen van de trambedding. De tramlijn lag ten zuiden van Lens-Saint-Remy, ons wandelpad bracht ons vandaag niet in de buurt. Ook deze lijn werd in de jaren 1950 verbust. Dat gaf het ontstaan aan een lijn 83 van Hannut naar Liège. Dat busnummer is vandaag nog altijd van toepassing. Een variant van die lijn 83 - lijn 83a - ging ook naar Waremme, maar meer dan een verbinding voor scholieren was dat niet. Het was wachten tot de jaren 1990 toen een goed bediende lijn 128 Hannut - Waremme ingevoerd werd. Het is die buslijn die we vandaag twee keer gebruiken.
Het begon allemaal met de tramlijn die deel zou uitmaken van een tamelijk ingewikkelde ster met de stelplaats Omal als middelpunt. Zo was er in 1908 een tabel Fexhe-le-Haut-Clocher - Verlaine - Omal - Hannut. Na WO I verloor het lijnstuk uit Fexhe snel aan betekenis. In 1924 vinden we in tabel 460 een tramlijn Jemeppe-sur-Meuse - Verlaine - Omal - Hannut terug. De verbinding met Fexhe zou in 1939 helemaal verdwijnen. Na WO II tekent zich min of meer de huidige structuur af: we vinden de lijn Liège - Hannut terug in tabel 845 (1952), in 1074 (1960) met lijnnummer 83.
Vandaag wordt Lens-Saint-Remy bediend door 3 buslijnen: 83 (Liège - Omal - Hannut), 128 (Waremme - Geer - Hannut) en 283 (een schoolvariant Waremme - Geer - Hannut). De halte Râperie wordt nog altijd bediend door lijn 127 Landen - Hannut - Huy. De verbinding.
Halle - Brussel-Zuid
3207 (IC FDR)
09:02 09:14
stipt
76100 (FML) - 73140 (FML)
M7
controle: N
Brussel-Zuid - Landen
1508 (IC FHS)
09:36 10:30
stipt
76047 (FML) - 73072 (FML)
M7
controle: J
Landen - Hannut
[128] Huy
10:38 10:56
+3
ab5015-27
MAN Lion's City
Cintra
Hannut - Lens-Saint-Remy
[128] Waremme
11:00 11:11
stipt
ab5015-15
Mercedes Citaro LE C2
Cintra
-
Lens-Saint-Remy - Waremme
[128] Waremme
13:11 13:29
-3
ab5015-15
Mercedes Citaro LE C2
Cintra
Waremme - Landen
5184 (FLD)
14:10 14:19
stipt
307 (NK)
mr80 Break
controle: N
Landen - Brussel-Noord
1536 (FBK)
14:30 15:14
stipt
76099 (FML) - 73061 (FML)
M7
controle: N
Brussel-Noord - Halle
3436 (LBH)
15:18 15:40
+1
837 (GCR)
mr75 vierledig
controle: N
De aanduidingen van de onderhoudsposten van de rijtuigen zouden wel eens verkeerd kunnen zijn. Ik beschik spijtig genoeg niet meer over de nodige documentatie en de aanduidingen op de rijtuigen zijn zeker na een wijziging niet altijd even betrouwbaar omdat de wijzigingen niet altijd tijdig aangebracht worden.
En wat we beleefden. Hoe relatief alles is, bewijst IC 3207 nog maar eens. Voorheen werd deze trein uitgevoerd met 2 breaks, vandaag blijbaar met niet meer dan 4 M7-rijtuigen. Twee breaks, dat waren 444 plaatsen in 2de klas, die vier M7 staan in voor… 367 plaatsen, weliswaar van betere kwaliteit, maar was er geen belangrijke capaciteitswinst beloofd met M7-rijtuigen? Ook opvallend: zodra de trein in Kortrijk vertrekt, wordt al voorspeld dat die met 1 minuut vertraging in Brussel-Zuid zal aankomen. Waarom wordt die minuut dan niet gewoon aan de dienstregling toegevoegd? Overigens zal de trein wel op het voorziene uur in Brussel-Zuid aankomen. In IC 1508 staat de geluidsinstallatie zo luid, dat er ook verstoorde klanken te horen zijn. In Leuven zien we hoe een koppeltje problemen heeft met de vertrekprocedure van IC 431. Tot driemaal toe stapt ze weer uit voor een laatste, laatste, laatste kus. Geef mij nog een kusje, want daar komt 't autobusje, al is het in dit geval wel een flink uit de kluiten gewassen dubbeldekstrein.
We komen precies op tijd in Landen aan, waar de aansluitende bussen van de TEC al staan te wachten. Wij hebben de 127 naar Huy nodig; in totaal staan 3 chauffeurs een babbeltje te slaan en dat loopt uit. We zien met lede ogen hoe we net zoveel te laat vertrekken dat we de aansluiting in Hannut (4 minuten) wel eens zouden kunnen missen. De chauffeur weet tot overmaat van ramp blijkbaar ook niet hoe hij zijn bus aan het rijden moet krijgen; een telefoontje lost dat probleem op, maar niet het onze. Onderweg stappen 2 dames op die een biljet naar Hannut willen kopen. Ze mogen zonder betalen meereizen! Als ik toch eens naar voren stap om te vragen of die aansluiting in Hannut wel wacht, krijg ik het verbijsterende antwoord dat hij dat niet weet, dat hij deze lijn nooit doet. Dat zal ook wel de reden zijn waarom die dames gratis mee mogen: hij doet gewoon niet de moeite om een biljet, waarvoor hij het aantal doorlopen zones moet kennen, te maken. Gelukkig krimpt de vertraging bij het naderen van het overstappunt naar 3 minuten, van de aansluitende 128 is er nog geen spoor. Maar tot onze grote opluchting komt die precies op tijd toch uit een zijstraat gereden. Je voelt meteen het verschil tussen beide chauffeurs: die van de 128 is er zich wel van bewust dat reizigers bepaalde gerechtvaardigde belangen hebben.
De halte Lens-Saint-Remy Églisedan. Er is een bushokje, dat trots de dienstregeling van 01.06.2013 afficheert. Die is sindsdien grondig veranderd, aanzienlijk verbeterd zelfs! Aan de andere zijde van de straat is er geen wachthuisje. Hier wordt als eindbestemming voor lijn 128 Waremme Gare S.N.C.V. aangekondigd. Het steekt allemaal niet zo nauw blijkbaar, in deze uithoek van de actieradius van de TEC-LV. De bus zelf komt uiteindelijk een drietal minuten te vroeg in Waremme aan, net te laat om nog de IC naar Knokke te halen. En dus wordt het een terugreis in 3 stapjes: op deze rustige vakantiedag zal dat trouwens probleemloos verlopen. Een break om naar Landen te sporen, dan een goede aansluiting met de IC naar Blankenberge, ook al met maar 4 M7's. En in Brussel-Noord hebben we ook meteen aansluiting met de IC naar Binche.
De treinlectuur. Lorenzo CARCATERA, Sleepers. Philip HUFF, Wat je van bloed weet.
Op 62 dagen is er in 2024 wel ergens een werkonderbreking of een heuse staking geweest bij het openbaar vervoer. Bij de TEC ging het meestal om wilde stakingen na agressie, bij De Lijn nogal eens om dat er met te oude bussen gereden moet worden en in de aanloop van de laatste fase van de basisbereikbaarheid, bij de NMBS bleven de werkonderbrekingen beperkt, maar daar worden de messen gewet… En in de loop van 2024 hebben we het 24 keer meegemaakt dat een bus die we wilden nemen, afgeschaft werd, wegens personeelsgebrek of wegens defecten. We hebben het zelfs enkele keren meegemaakt dat de bus onderweg uitviel wegens panne.
Uitgedrukt… Voor hetzelfde geld… Heeft weinig met geld te maken en betekent: het had net zo goed anders kunnen aflopen.
Waar Abraham de mosterd haalde. Voor het schrijven van deze bijdragen maak ik vaak gebruik van twee zeer waardevolle sites, één over deBelgische spoorlijnenen een overde bussen in Vlaanderen, Brussel en Wallonië. Het grootste probleem is dat van de informatisering: in de voorbije 20 jaar is het vrijwel onmogelijk geworden om nog aan papieren dienstregelingen te geraken en op het internet verdwijnen de oude dienstregelingen naarmate er nieuwe ingevoerd worden. Voor de trams maak ik nog al eens dankbaar gebruik van de Rail Atlas Vicinal van Stefan JUSTENS en Dick van der SPEK en van The Vicinal Story - Light Railways in Belgium 1885 - 1991 van W.J.K. DAVIES.
De wandeling. We stapten langs de Compostelaroute Via Brugensis, tussen Veldegem en Gits, goed voor 17 à 18km. Sporadisch volgen we inderdaad een stukje Compostelaroute en eerlijk gezegd, dat kan, zoals vandaag, toch wel tegenvallen. Die routes zijn natuurlijk een compromis tussen een wandelroute - met keurige topogidsen! - en een bedevaart en je kunt moeilijk verwachten dat die route op haar weg naar het zuiden niet langs bijvoorbeeld de Sint-Jacobuskerk van Lichtervelde zou lopen. Maar dat drukt behoorlijk het wandelplezier. Ook vandaag kregen we te veel beton en asfalt en vooral veel te veel straten met drukke(nde) bebouwing. Af en toe oogt het landschap mooi en er zijn ook stukjes bos, maar dat kan de boel niet redden. We quoteerden 8/20 en zo werden die enkele mooie dreven toch enigszins gevaloriseerd. Maar het werd zeker een van de zwakste wandelingen van ons wandeljaar, met een TWQ van amper 13%.Kaartje.
Veelfoto'szijn er niet en dat heeft alles te maken met de kwaliteit van de wandeling.
Deze mooie bosweg (Plaisirbos) laat de Via straal links liggen
Nog even een mooie dreef: de Belledreef
Het weer. Licht bewolkt, aangename temperatuur, zo goed als windstil.
De stafkaarten. 12/7-8 Gitsel (2018) - 20/3-4 Torhout (2016)
Hoe we er geraakten. Veldegem kunnen we uit Brugge bereiken met bus 70b Brugge - Zedelgem - Torhout. Twee treinen en één bus, dat is bijna een luxeverbinding. Voor de terugrit kiezen we een reisweg via Roeselare, met bus 75 Torhout - Roeselare, waar we kunnen overstappen op de IC naar Brussels-Airport, die ons zonder overstap naar Brussel-Zuid brengt. Al deze treinen of bussen rijden minstens één keer per uur, wat een kommerloze reisdag laat verwachten.
Een beetje geschiedenis. Gits kreeg al vrij vroeg zijn station op lijn 66 Brugge - Kortrijk: in 1847. Hoewel, het centrum lag meer dan 2 km van het station (getuige de huidige Stationsstraat), maar ik heb het hier al vaker gezegd: dat half uurtje stappen was in die tijd vast niet onoverkomelijk. Het zou wachten zijn op de bus om het centrum echt te ontsluiten en dat gebeurde al voor WO II. De eerste buslijn reed van Roeselare naar Koekelare, later werd dat Brugge - Roeselare, met een uitbreiding naar Koekelare. De halte die vermeld werd in de dienstregeling heette GitsKruiskalsijde. Deze buslijn is de verre voorloper van de latere vervangingsbus van de NMBS. Het spoorboekje van 22 mei 1955 is het eerste zonder Gits als treinstation - lijn 66 werd grondig gesaneerd en dat hield de schrapping in van de meeste kleine stations op de lijn. Die vervangingsbus reed van Brugge naar Roeselare en kreeg afwisselend het lijnnummer 66a en 66b, maar de 66 heeft lang standgehouden, zelfs toen de NMVB de lijn in 1979 van de NMBS overnam. Constante in die lange periode was wel de stiefmoederlijke behandeling van Gits Plaats -zoals de halte tot voor kort heette- , dat het moest stellen met enkele bussen per dag. Ook moet gezegd dat niet alle bussen het hele traject Brugge - Roeselare aflegden. Soms was Lichtervelde, dan weer Torhout eind- of beginpunt van een rit. Later kreeg deze buslijn het nummer 74 en nog later het huidige busnummer 75. Gits Centrum wordt tegenwoordig even frequent bediend als de andere halten op de lijn.
De verbinding.
Halle - Brussel-Zuid
1557 (S Schaarbeek)
08:57 9:07
+5
08114 (FML)
mr 08 Desiro
controle: N
Brussel-Zuid - Brugge
2830 (IC Knokke)
09:29 10:26
stipt
1820 (FSD) - 61018 (FSD)
M6
controle: J
Brugge - Veldegem
[70b] (Torhout)
11:05 11:40
+5
ab5010
Jonckheere Transit 2000
Brugge
-
Gits - Roeselare
[70] (Roeselare)
17:05 17:25
+4
ab5506-88
MAN Lion's City
Van Coillie
Roeselare - Brussel-Zuid
2316 (IC Brussels-Airport)
17:44 19:20
+7
354 (FSD)
mr80 Break
controle: J
Brussel-Zuid - Halle
3440 (IC Binche)
19:30 19:40
stipt
818 (GCR)
mr75 vierledig
controle: N
En wat we beleefden. Wie onze avonturen regelmatig volgt, weet dat we liever wat reserve inbouwen dan dat we rekenen op een snellere maar krappere verbinding. Dat doen we ook vandaag, mijn schoonvader zei altijd: de gerustigheid is ook iets waard. En het begon al goed vanmorgen, met een raadselachtige melding die gold voor… België. Een technische storing kon leiden tot vertragingen van 5 à 10 minuten. Wat er precies aan de hand was, zullen we wel nooit te weten komen. Wel duidelijk was de seinstoring in de buurt van Leuze, wat meteen een 20-tal minuten opleverde voor de IC's 1907 en 3207. En laat die laatste nu net de trein zijn die we wilden nemen, maar meteen zou onze aansluiting met IC 2830 eraan gaan. We waren eigenlijk al klaar om nog 2 ritten op de KeyCard in te vullen, maar het lot was ons voor één keer gunstig. S 1557 had net genoeg vertraging om ons met ons seniorenbiljet mee te nemen, zonder extra kost. IC 2830 vertrok dan weer uit Brussel-Noord i.p.v. Brussels-Airport, maar we kwamen stipt in Brugge aan.
De bus van lijn 70b vertrekt op tijd maar een blijkbaar erg ruime omleiding rond Loppem zorgt toch voor een vijftal minuten vertraging. Bij het naderen van Veldegem verliezen we plots even de draad: ik heb de gewoonte om de dienstregeling van de genomen rit af te drukken en plots, vanaf Veldegem Lepe lijken we even verkeerd te rijden. Blijkt dat De Lijn nog maar eens de namen van enkele halten gewijzigd heeft en heeft nagelaten om die wijzigingen ook aan te brengen op de bushokjes. In eigen streek ken ik ook dergelijke anomalieën. De chauffeur noemt het de logica van De Lijn. En ik vraag me af of er nu echt niets zinvollers kan gebeuren in een instelling waar alles verkeerd loopt, dan dat een team zich te moet buigen over de benaming van halten, die soms al vele, vele jaren onder dezelfde naam gekend zijn. Tot overmaat van ramp is de halte Veldegem Kerk ook nog verplaatst sinds we de laatste keer in Veldegem waren en als we uitstappen zijn we even de kluts kwijt, want we herkennen niet meteen de plaats waar we de vorige keer zijn ingestapt. Maar wat verder herkennen we het nutteloze bushokje en de horecazaak waar we de vorige keer na onze tocht de innerlijke mens hebben versterkt.
Voor de terugrit maken we gebruik van de halte Gits Centrum. Die halte wordt gedeeld door de bussen van lijn 75 naar Roeselare én Torhout. Even uitkijken, dus: eerst komt de bus naar Torhout, in vertraging, en snel daarna die naar Roeselare. Een omleiding tegen het eind van de rit aan zorgt nog voor 4 minuten vertraging.
De IC naar Brussel bestaat uit 3 breaks; volgens de omroep zou er in het laatste rijtuig (van de 9) een eersteklasafdeling zijn, maar dat blijkt niet te kloppen. Om een of andere reden (zou het P8009 kunnen zijn?) staan we tijd te verliezen bij de vertakking Zandberg. In Oudenaarde tekenen we 6 minuten vertraging op, in Denderleeuw al 8. Onze eerste aansluiting in Brussel-Zuid (IC 1740) kunnen we wel vergeten, maar IC 3440 naar Binche halen we nog net, dankzij 2 minuten vertraging. Tussen Brussel en Halle heeft het eigenlijk weinig zin om nog een eersteklasbiljet te kopen. Dat heeft het crapuul van net over de taalgrens ook allang door: van de 9 reizigers in de eersteklasafdeling zijn er 4 (2+1+1) die hier waarschijnlijk niet thuishoren. Ze hebben zelfs het lef om ook nog onnodig elektronisch lawaai te maken. En ook die oudere dame die naar het eerste rijtuig gesukkeld is om in Halle dicht bij de uitgang te eindigen, heeft boter op het hoofd, met een aan zekerheid grenzende waarschijnlijkheid. Dat komt ervan als alle tbg's op deze verbindingen eendrachtig afhaken…
De treinlectuur. Jo CLAES, Slagschaduw. Romy HAUSMANN, Dag en nacht.
Koeien gaan 's nachts op stap in Kruisem. Gelukkig zijn er nog dieren die voor wat humor zorgen, want mensen met humor komen voortdurend in aanvaring met telkens weer andere categorieën die zich gekrenkt voelen.
Uitgedrukt… Aflangen. Ej al afgelangd? Kaarters kennen het wel: nadat de kaarten geschud (gekapt) zijn, volgt er nog één handeling, waarbij de bovenste kaarten onderaan gestoken worden. Het is zelfs enigszins gereglementeerd, want er moet altijd een minimum aan kaarten afgenomen, afgepakt, afgelangd worden. In het Nederlands zou dat couperen zijn.
Waar Abraham de mosterd haalde. Voor het schrijven van deze bijdragen maak ik vaak gebruik van twee zeer waardevolle sites, één over deBelgische spoorlijnen en een overde bussen in Vlaanderen, Brussel en Wallonië. Het grootste probleem is dat van de informatisering: in de voorbije 20 jaar is het vrijwel onmogelijk geworden om nog aan papieren dienstregelingen te geraken en op het internet verdwijnen de oude dienstregelingen naarmate er nieuwe ingevoerd worden. Voor de trams maak ik nog al eens dankbaar gebruik van de Rail Atlas Vicinal van Stefan JUSTENS en Dick van der SPEK en van The Vicinal Story - Light Railways in Belgium 1885 - 1991 van W.J.K. DAVIES.
8 oktober 2024 - Sint-Joris-Weert - Tervuren (GR Dijleland)
De wandeling. Vandaag begeven we ons nog eens op Streek-GR Dijleland en wel van Sint-Joris-Weert naar Tervuren. Dat loopt tegen de 21 km aan, met een TWQ van 58%. Je zult ons niet snel horen klagen over (lange) stroken trage weg en we werden vandaag dus op onze wenken bediend, met veld- en boswegen allerhande. Laanvallei, Rodebos, Kapucijnenbos, Warandepark: ze dragen stuk voor stuk bij tot een aangename wandelbeleving. Alleen bij het naderen van Sint-Agatha-Rode, meteen over het eerste stukje onverhard van de dag, is het even doorbijten over een smal, glad en bijna door bramen en netels overwoekerd pad en dat na een regennacht! Gelukkig neemt een vlonderpad het na een tijdje over. We quoteerden 17/20, GR Dijleland is inderdaad van een bijna constant hoge kwaliteit.Kaartje.
In Terlanen toont de Lane zich van zijn onstuimigste kant, bevrijd van het juk van de watermolen.
Het weer. Van licht naar volledig bewolkt, aangename temperatuur en weinig wind.
De stafkaarten.
32/5-6 Huldenberg (2019) - 31/7-8 Ukkel (2020) - 31/3-4 Brussel (2020). Meestal loop je met de eerste kaart, maar de laatste twee tonen aan hoe dicht je hier eigenlijk bij de hoofdstad bent.
Hoe we er geraakten. De heenreis zou een stukje koek moeten zijn, met een overstap in Leuven op de S-trein naar Ottignies. Voor de terugreis zijn er nogal wat mogelijkheden: terugkeren naar Leuven en daar de trein nemen, richting Brussel met bus of tram, bijna altijd aan te vullen met een stukje MIVB. Maar onze voorkeur gaat uiteindelijk naar de bus richting Zaventem, waar de halte Watertorenlaan op loopafstand van de halte Zaventem ligt. Daar hebben we elk uur de keuze tussen 3 rechtstreekse treinen naar Halle.
Een beetje geschiedenis. Je zou gerust een scriptie kunnen schrijven over het OV in Tervuren, beginnend met de tramlijn naar Brussel en Leuven en eindigend met de basisbereikbaarheid in 2023. Maar ik wil nu eenmaal (veel) meer tijd besteden aan het voorbereiden en stappen van de tocht, dan aan de geschiedenis van het gebruikte OV en dus beperk ik me graag tot de geschiedenis van de huidige buslijn 71. Niet helemaal onverwacht begint die geschiedenis pas in 2004 als in het kader van de basismobiliteit ruim rond Brussel ook ringlijnen in het leven geroepen werden. Een daarvan was lijn 830 Groenendaal - Overijse - Duisburg - Tervuren - Zaventem - Machelen. (Alle lijnen die in deze optiek pasten kregen een 8xx nummer.) Tegenwoordig draagt deze lijn het nummer 71. Ze illustreert mooi de overgang van basismobiliteit naar basisbereikbaarheid. Het kerntraject is ingekort tot Overijse - Zaventem. Het deel Groenendaal - Overijse wordt alleen nog bediend tijdens de spits en van Zaventem - Melsbroek blijft niets meer over. Daar staat tegenover dat het traject Overijse - Zaventem nu tijdens de spits een kwartierdienst heeft; zelfs het deel Groenendaal - Overijse behoudt zijn halfuurdienst, zoals gezegd alleen in de spits.
Op zaterdag wordt het grootste deel van de dag een halfuurdienst gereden, op zondag is dat een uurdienst, telkens tussen Overijse en Zaventem en terug.
De verbinding.
Halle - Brussel-Zuid
09:02 09:14
3207 (IC FSN)
+7
76099 (FML) - 73133 (FML)
M7
controle: N
Brussel-Zuid - Leuven
09:28 09:57
408 (IC FLV)
+2
1857 (FSD) - 11810 (FSD)
I11
controle: N
Leuven - Sint-Joris-Weert
10:25 10:38
6481 (S LT)
stipt
08204 (FSR)
mr08 Desiro
controle: N
-
Tervuren - Zaventem
16:30 17:03
[71] (Zaventem)
+30
ab678-062
Scania Citywide LE
Intratours
Zaventem - Halle
17:48 18:23
1939 (IC FTY)
stipt
1883 (NK) - 58038 (FSR)
M4
controle: N
En voor de rest was alles... onder controle...
En wat we beleefden. De ochtend van zo een wandeldag bestaat er voornamelijk uit eventueel strategieën te bedenken om problemen met het OV op te vangen. Vandaag dreigt een kabeldiefstal in Hennuyères roet in het eten te strooien, met ongetwijfeld invloed op alle verbindingen tussen Halle en Leuven, of het nu om de S- of om de IC-trein gaat. En dus nemen we de IC naar Sint-Niklaas, zo een 25 minuten vroeger dan de oorspronkelijk geplande IC naar Liège-Guillemins. Aan een overstap in Brussel-Zuid is niet te ontkomen. Vlekkeloos verloopt de rit met IC 3207 niet: die ene minuut vertraging in Halle groeit aan tot 7 minuten bij aankomst in Brussel-Zuid. De trein zal daar trouwens nog meer vertraging oplopen, zodat we er even aan twijfelen of de IC naar Leuven wel op het voorziene spoor zal binnenrijden, want dat wordt dus lang bezet door onze eerste IC. Toch komt er geen spoorwijziging en IC 408 zal met 6 minuten vertraging vertrekken. Een medereiziger is erg luid aan het bellen - sinds De Ideale Wereld weten we dat we met een specimen van GEN-Z te maken hebben. Ik wijs hem erop dat we al uit zijn buurt verhuisd zijn, maar dat het vijf rijen verder nog altijd niet te harden is. 'Ben ik te luid?" is zijn stomme stomverbaasde vraag. Maar hij zet de luidsprekers wel af. De IC-trein 1708 zal Leuven bereiken met 16 minuten vertraging, de aansluiting met de S-trein zou dus toch gelukt zijn. De S-trein naar Ottignies is rustig, een oudere dame vraagt ons in het Frans of deze trein ook in de Vlaamse stations stopt. En we komen samen met haar stipt in Sint-Joris-Weert aan.
In Tervuren willen we lijn 71 naar Zaventem nemen; die rijdt al maanden om, als gevolg van een wegverzakking ergens op het traject. Er is wel een vervanghalte Centrum, maar papieren van omleidingen hebben de neiging om na enkele maanden onleesbaar te worden of - zoals hier - helemaal te verdwijnen. Maar we staan juist: de bus die we nemen zal uiteindelijk het half uur vertraging in Zaventem rond maken; hij wordt trouwens op het wiel gevolgd door een andere 71.
Toch zal dat half uur vertraging (en een door de kwartierdienst bruikbaar alternatief) verbleken bij wat we vanuit IC 1939 kunnen vaststellen op de Brusselse Ring, die in alle richtingen zwaar geremd en gestremd is. IC 1939 bestaat trouwens uit M4's, nog altijd zalige rijtuigen, die er echt geen 45 uitzien. De trein rijdt bovendien stipt tot Halle, al moet hij daarvoor voor Lot op tegenspoor, zodat we in Buizingen de S-trein voorbijrijden. S-trein die we in Zaventem niet genomen hadden; we komen zo goed als gelijk in Halle aan.
mr 08204 met S 6481 Leuven - Ottignies in Sint-Joris-Weert.
De treinlectuur. Hernan DIAZ, Trust. Romy HAUSMANN, Dag en nacht.
Kop in De Standaard: Wie thuis nooit Nederlands spreekt, heeft tot één jaar leerachterstand. Kop in De Morgen: Thuistaal niet allesbepalend voor begrijpend lezen.
Iemand zoals ik die tot een stam koppensnellers behoort (met 3 kranten per dag) kan dus maar beter uitkijken. (En in dit geval blijken de artikels door nuancering inderdaad tot dezelfde conclusies te komen.)
Uitgedrukt… Zo stijf als een karrepaard… Na noeste, veeleisende arbeid kan dit inderdaad wel eens voorkomen. De uitdrukking is stevig gedateerd, ze heeft de tijd dat je karrenpaard moest schrijven niet meer meegemaakt. En dus kies ik voor de foute spelling…
Waar Abraham de mosterd haalde. Voor het schrijven van deze bijdragen maak ik vaak gebruik van twee zeer waardevolle sites, één over deBelgische spoorlijnenen een overde bussen in Vlaanderen, Brussel en Wallonië. Het grootste probleem is dat van de informatisering: in de voorbije 20 jaar is het vrijwel onmogelijk geworden om nog aan papieren dienstregelingen te geraken en op het internet verdwijnen de oude dienstregelingen naarmate er nieuwe ingevoerd worden. Voor de trams maak ik nog al eens dankbaar gebruik van de Rail Atlas Vicinal van Stefan JUSTENS en Dick van der SPEK en van The Vicinal Story - Light Railways in Belgium 1885 - 1991 van W.J.K. DAVIES.
19 september 2024 - Marneffe - Warnant-Dreye (GR412)
De wandeling. GR412 Sentier des Terrils kreeg oorspronkelijk twee topogidsen om ons op het rechte pad te houden, een westelijk en een oostelijk deel. Onze eerste stappen op deze destijds met veel poeha in de pers gelanceerde GR zetten we al in 2009 en het westelijke deel, van Bernissart tot Moignelée, hebben we al een tijdje afgewerkt. Het oostelijke deel zal nog wat inzet vergen: we waren al tot Marneffe geraakt en vandaag stappen we een 12-tal kilometer tot Warnant-Dreye. Van terrils is in dit deel van de GR niets te merken: het eerste deel loopt door de sterk geaccidenteerde vallei van de Mehaigne, eenmaal voorbij Fumal kom je in een typisch Haspengouws landbouwgebied terecht. Het zal dan ook geen toeval zijn dat je voorbij Fumal nog nauwelijks onverharde wegen vindt. Al bij al ligt de TWQ met 32% dan ook eerder laag voor deze 12.4 km lange tocht, die vooral tussen Marneffe en Fumal tot de verbeelding spreekt. Wij quoteerden 15/20.
Die verbeelding heb je mogelijk ook nodig bij het naderen van Huccorgne, meer bepaald de Moulin de Huccorgne, een machtig watermolencomplex op de Mehaigne. Hier loopt het namelijk verkeerd met de bewegwijzering omdat een pad dat naar de molen voert is afgesloten, wegens instortingsgevaar. Het is dus even zoeken: op Mapy en Locus Maps - je ziet het, we zijn ook digitaal gewapend, al blijven we in de eerste plaats trouw aan de papieren topografische kaart - staat nog het oude tracé, al is de laatste topogids al verschenen in 2021. In die topogids is de afgesloten weg onderdeel van de GR en later zal ik thuis opzoeken dat het tijdelijke (?) traject met de plaatselijke wandelingen volgens een melding uit april 2024 een ruime omweg rond de molen volgt. Het is dat laatste traject dat ophet kaartjefigureert. Mocht de afgesloten weg ooit weer toegankelijk worden, dan is deze circa 700 m langere omweg niet meer nodig.
De Moulin de Huccorgne - het pad ernaartoe is ontoegankelijk, wegens instortingsgevaar.
Het weer. Een prachtige nazomerdag met een aangename temperatuur, wat stoeiende wind en nauwelijks wolken.
De stafkaarten. 41/5-6 Braives (2020) - 41/7-8 Saint-Georges-sur-Meuse (2020)
Hoe we er geraakten. Toen we op 19 augustus 2020 in Marneffe aankwamen, bleek de GR daar tamelijk drastisch gewijzigd. De bushalte Marneffe Rue du Sart lag plots niet meer in de buurt van de GR. Toch zullen we vandaag die bushalte als vertrekpunt gebruiken: na een goeie kilometer met een eerste sterk stijgend pad kunnen we dan weer aansluiten op het recentste tracé van deze GR die sinds haar ontstaan wel meer omvangrijke wijzigingen heeft ondergaan. Marneffe Rue du Sart is vanuit Huy te bereiken met buslijn 144. Heel wat buslijnen vertrekken echter niet aan het inderdaad wat buiten de stad gelegen station, maar voor enkele van deze lijnen is de halte Statte Église een erg bruikbaar alternatief. We moeten dus in Statte zien te geraken. Het is een van die bestemmingen die vanuit Halle niet langs een voor de hand liggende reisweg te bereiken is: je kunt via Liège of via Namur naar Huy (of Statte) sporen. Voor de aansluiting met bus 144 is een ommetje (?) langs Liège-Guillemins aangewezen. Buslijn 144 bedient sporadisch ook het centrum van Marneffe, maar de meeste bussen blijven zoals de onze op de N652.
Voor de terugrit zijn we aangewezen op lijn 145 Huy - Waremme. We reizen via Waremme vanwaaruit we zonder overstap naar Halle kunnen - tot december toch. Lijn 145 voert ons langs een reeks Haspengouwse dorpen en ook langs de TEC-stelplaats van Omal.
Een beetje geschiedenis. Het duurde tot na WO II voor Warnant (niet te verwaren met Warnant op lijn 150 - telegrafische afkorting MWR) een busverbinding kreeg. Het moet inderdaad een van de weinige dorpen en gemeenten geweest zijn die nooit enige aansluiting kreeg op trein of tram. Het erg landelijke karakter zal daar wel niet vreemd aan zijn, al zijn de uitzonderingen in de vorm van landelijke lijnen en stopplaatsen legio. De dichtstbijzijnde spoorlijn was lijn 127 Landen - Statte en voor de rest was er nog de ster aan tramlijnen die de NMVB-stelplaats van Omal bediende. In 1948 vond ik uiteindelijk toch een tabel 943 met een buslijn Huy - Antheit - Warnant, een korte 11 km lange buslijn. Maar in 1949 al verscheen een tabel 942 Waremme - Warnant - Huy. Later kwam er een variant voorbij Chapon-Seraing, met een reisweg via Omal en één via Viemme en Faimes. Dat is grotendeels ook de huidige toestand van lijn 145, lijnnummer dat nog niet zo lang geleden (2012?) werd geïntroduceerd ter vervanging van het nummer 45. De stelplaats van Omal fungeert nog altijd als overstappunt op de buslijn Liège - Hannut. Er blijft nog een erg bescheiden weekenddienst over.
De verbinding.
Halle - Brussel-Zuid
1558 (S FSR)
09:57 10:07
stipt
08077 (FML)
mr08 Desiro
controle: N
Brussel-Zuid - Liège-Guillemins
0409 (IC GWK)
10:28 11:33
+1
1865 (NK) - 61073 (LK)
M6
controle: J
Liège-Guillemins - Statte
2433 (IC FBMZ)
11:51 12:18
+6
76053 (NK) - 73152 (NK)
M7
controle: J
Statte - Marneffe
[144] (Burdinne)
12:43 13:01
stipt
ab5373
Jonckheere Transit 2000
Omal?
-
Warnant-Dreye - Waremme
[145] (Waremme)
16:54 17:35
stipt
ab5371
Jonckheere Transit 2000
Omal?
Waremme - Halle
1740 (IC FQ)
18:17 19:34
+1
76052 (NK) - 73077 (NK)
M7
controle: J
Toch wat bemerkingen hierbij: dat 76053 de tractie levert voor de 2433 heb ik niet kunnen zien, de poetsbeurt was wel erg grondig geweest - ik baseer dit gegeven op de tracker van haltelink. Of beide bussen inderdaad tot de stelplaats Omal behoren is ook onzeker: mijn laatste gegevens dateren van 2021 (Tram 2000) - mogelijk is er dus al een en ander gewijzigd. Noem het een beredeneerde gok.
En wat we beleefden. De hele heenreis verloopt zo goed als incidentloos al heeft de laatste trein (IC 2433) toch wel wat vertraging. In Huy staat de 1910 met een stel M6-rijtuigen. Dat zal vermoedelijk de reden zijn waarom IC 2433 niet op zijn voorziene spoor binnenrijdt en nog een minuutje extra vertraging maakt. Die 1910 intrigeert me wel: de dag voordien heeft die nog op de verbinding Charleroi-Central - Antwerpen-Centraal (-Essen) gezeten; dat die nu in Hoei staat, met een stel M6-rijtuigen is eigenaardig, al laten de noodlichten achteraan de loc vermoeden dat er van een defect sprake is. Wie hier zijn (nood)licht wil laten op schijnen, graag!
Het is een 100 m stappen tot de bushalte. Er zouden plannen zijn om de IC-treinen niet meer in Statte te laten stoppen. Het is een typisch voorbeeld van de kortzichtigheid waarmee OV georganiseerd wordt. Statte ligt inderdaad maar een tunnel van Huy verwijderd, maar het is wel een interessant overstappunt voor een reeks bussen die niet aan het station van Huy komen. Misschien maken we er vandaag wel een laatste keer gebruik van.
De bus van de terugrit zit nog aardig vol scholieren, al kunnen we wel zitten. Hij loopt trouwens in snel tempo leeg. We komen stipt in Waremme aan, vermoedelijk omdat een aantal halten in Waremme tijdelijk geschrapt zijn. Van een aansluiting is er evenwel geen sprake, tenzij je 42 minuten ook als een aansluiting beschouwt. Maar de overstapvrije rit naar Halle compenseert dit. Ook deze handige mogelijkheid behoort in december tot het verleden: de bestemming van deze IC wordt dan Gent i.p.v. Quiévrain.
De treinlectuur. Romy HAUSMANN, Liebes Kind. Dimitri VERHULST, De pruimenpluk.
Onlangs is het treinverkeer in Etterbeek stilgelegd voor een loslopende hond. Wat zal de volgende stap zijn? Rondvliegende wespen in de buurt van het spoor?
Uitgedrukt… De duivel schijt niet als op een hoop. Het zijn altijd dezelfden die geluk hebben.
Waar Abraham de mosterd haalde. Voor het schrijven van deze bijdragen maak ik vaak gebruik van twee zeer waardevolle sites, één over deBelgische spoorlijnenen een overde bussen in Vlaanderen, Brussel en Wallonië. Het grootste probleem is dat van de informatisering: in de voorbije 20 jaar is het vrijwel onmogelijk geworden om nog aan papieren dienstregelingen te geraken en op het internet verdwijnen de oude dienstregelingen naarmate er nieuwe ingevoerd worden. Voor de trams maak ik nog al eens dankbaar gebruik van de Rail Atlas Vicinal van Stefan JUSTENS en Dick van der SPEK en van The Vicinal Story - Light Railways in Belgium 1885 - 1991 van W.J.K. DAVIES.
De wandeling. Bij Lannoo verscheen in 2007 20 x Logeren en wandelen in Vlaanderen. Ons oog viel op een wandeling in Grobbendonk. Toen het boekje verscheen, lieten Luc Vanneste en Erwin De Decker de wandeling vertrekken in hotel 't Hemelryck. Dat lijkt ondertussen een stille dood gestorven; op het adres zou thans een B&B La vie en rose gevestigd zijn, maar Google Maps vermeldt ook voor deze zaak dat ze permanent gesloten is. Veel maakt het toch allemaal niet uit voor ons, die willen stappen en met het openbaar vervoer reizen: de dichtstbijzijnde bushalte is Grobbendonk Vierselsebaan en dat is dan ook waar de tocht begint en eindigt. Het hele traject is net geen 25 km lang, de TWQ bedraagt 37%. Dat zegt het eigenlijk allemaal over deze typisch Vlaamse tocht. Zeker, we liepen door prachtige stukjes bos en kwamen bij de samenvloeiing van Kleine Nete en Aa, die we apart ook nog wel enkele keren tegenkwamen, maar… je moet toch wel erg veel minder interessante stukken doorbijten en met beton is dat niet gemakkelijk. Enkele paden of veldwegen konden ons toch nog bekoren. Die ongelijke kwaliteit weerspiegelt zich ook in onze score: 15.5/20.Het kaartje.
De afspanning De Leeuw. Als jealle foto's bekijkt, kun je vergelijken met vandaag.
Het gevolgde traject was soms echt wel goed. Hier in de buurt van de Aa. (Zou afkomstig zijn van het Latijn aqua, via Germaans ahwa, verder gereduceerd tot aha en aa. De Nederlandse vormen Ee en Ie zouden klankvarianten zijn en het IJ zou evenzeer verwant zijn!)
Het weer. Zwaar bewolkt en relatief fris. De voorspelde regen bleef op wat gedruppel na uit.
De stafkaarten. 16/1-2 Zandhoven (2016) - 16/3-4 Kasterlee (2016).
Hoe we er geraakten. De halte Vierselsebaan wordt eigenlijk tamelijk frequent bediend door de lijnen 420 (Herentals - Berchem) en 427 (snelbus Herentals - Antwerpen). De trein brengt ons rechtstreeks naar Herentals uit Halle en dus was onze keuze snel gemaakt.
Een beetje geschiedenis. Blijkbaar dacht men oorspronkelijk dat het station van Bouwel, op een kleine 3 km van het centrum van Grobbendonk, moest volstaan als bediening en verbinding met Antwerpen en Herentals. In 1904 kwam daar een tramlijn bij van Zandhoven naar Heist-op-den-Berg: zo werd het mogelijk om in Zandhoven over te stappen op de tram naar Antwerpen en Oostmalle en in Bouwel op de trein. Die tramlijn werd al in 1950 stopgezet. (De tram bediende o.a. ons begin- en eindpunt van vandaag, maar daar zijn geen sporen meer van terug te vinden, zoals wel vaker als de tramlijn de bestaande wegenis volgde.) In het spoorboekje van 1952 vond ik een buslijn 310 Herentals - Lier. Grobbendonk is niet meer dan een voetnoot: andere bediende gemeente. Later werd deze lijn hernoemd tot 15a, met als halte in Grobbendonk Lindekens. Maar ondertussen is er ook een tabel 656 opgedoken. Het betreft een NMVB-buslijn Herentals - Grobbendonk - Broechem, enkele jaren aangekondigd, zonder dienstregeling! We kunnen er vrijwel zeker van zijn dat dit de lijn in embryonale vorm is die (bijvoorbeeld in 1969) van Zandhoven naar Herentals rijdt. In de loop van de jaren 1970 duikt lijnnummer 42 op in de busboekjes. Dat nummer zal het tot vandaag uithouden, in aangepaste vorm dan toch. Het werd later namelijk 420 - het laatste cijfer bood de mogelijkheid om varianten (schooldiensten) te onderscheiden van de basislijn. Zo zagen strikt functionele lijnen het daglicht, samen met lijn 427, de snelbus die gebruik maakte van de autoweg, zoals hij dat vandaag ook nog doet. Wel te noteren valt dat lijn 420, die jarenlang doorreed tot het Rooseveltplein, volgens de principes van de basisbereikbaarheid nu beperkt blijft tot Antwerpen-Berchem.
De verbinding.
Halle - Herentals
3407 (IC FTR)
08:21 09:35
+2
1922 (NK) - 61038 (FCL)
M6
controle: J
Herentals - Grobbendonk
[420] (Berchem)
09:52 10:16
stipt
ab639-035
MAN Lion's City
De Duinen
-
Grobbendonk - Herentals
[420] (Herentlas)
16:58 17:20
+36
ab1102-05
Scania Citywide LE
De Duinen
Herentals - Halle
3440 (IC LBH)
18:24 19:20
stipt
838 (GCR)
mr75 vierledig
controle: J
En wat we beleefden. Veel kan er vandaag eigenlijk niet misgaan - in normale omstandigheden dan toch, zonder zelfmoorden of overwegongevallen of een combinatie van beide - en dus zijn we er vrij gerust in. We offeren de riante prijs van een seniorenbiljet op, omdat we een lange tocht voor de boeg hebben. IC 3407 heeft nooit meer dan 3 minuten vertraging (in Brussel-Centraal) maar we komen op tijd in Herentals aan.
De bus van lijn 420 brengt ons al even stipt naar Grobbendonk.
We hebben er rekening mee gehouden dat we bijna 25 km hoofdzakelijk vlak parcours wel wat sneller zullen afleggen dan voorzien en dus gaan we ervan uit dat we gewoon de eerst opdagende bus terug nemen. Dat is toevallig een snelbus 427 die met een half uur vertraging rijdt. Haltelink is toch meesterlijk; we zien zelfs dat andere bussen met meer aanvaardbare vertraging rijden, maar deze bus komt ons goed uit met het oog op de aansluiting in Herentals.
IC 3440 vertrekt met 3 minuten vertraging en dat is precies de vertraging waarmee IC 4338 uit Hamont hem voorafgaat. Vanaf Mechelen zal hij stipt rijden.
De treinlectuur. Dorothy L. SAYERS, The nine tailors. Charles DICKENS, Onze wederzijdse vriend.
Koninklijk en federaal, uiteraard zag het KMI zijn subsidies gehalveerd in de nota van BdW…
Uitgedrukt… Het kwaad is altijd in de weer. Spreekt voor zichzelf en velen zullen het volmondig beamen. (En voor de jeugdige lezertjes: het is be-amen, niet biemen…)
Waar Abraham de mosterd haalde. Voor het schrijven van deze bijdragen maak ik vaak gebruik van twee zeer waardevolle sites, één over deBelgische spoorlijnenen een overde bussen in Vlaanderen, Brussel en Wallonië. Het grootste probleem is dat van de informatisering: in de voorbije 20 jaar is het vrijwel onmogelijk geworden om nog aan papieren dienstregelingen te geraken en op het internet verdwijnen de oude dienstregelingen naarmate er nieuwe ingevoerd worden. Voor de trams maak ik nog al eens dankbaar gebruik van de Rail Atlas Vicinal van Stefan JUSTENS en Dick van der SPEK en van The Vicinal Story - Light Railways in Belgium 1885 - 1991 van W.J.K. DAVIES.
De wandeling. We zijn met GR 573 Tour de la vallée de la Vesdre et des Hautes Fagnes echt niet aan ons proefstuk toe: onze eerste tocht langs deze GR stapten we op 9 april 1976, allebei nog frisse twintigers. Ondertussen is de GR al enkele keren aangepast en uitgebreid en we stappen vandaag met de 7de editie van de topogids als steun en toeverlaat. Het is een traject van 16 à 17 km dat ons van Belleheid (Sart-lez-Spa) naar Spa brengt. Als aanlooproute gaan we voor een asfaltweg tussen de TEC-halte Roquez en Belleheid en in Spa loopt de GR niet door de stad en dus al zeker niet naar het station, zodat we ook daar een stukje moeten breien aan de gevolgde GR. Op het kaartje zijn beide delen buiten GR opgenomen in de tocht. Desondanks ligt de TWQ op 73% en dat verbaast ons niet. We stappen grotendeels langs paden en paadjes die de Hoëgne volgen, door het domeinbos van Gospinal, in de buurt van de Wayai en op weg naar Spa, langs het ondertussen leeggelopen Lac de Warfaaz. Wij hebben alleszins genoten en de score liegt er niet om: 19/20. Vermoedelijk wordt die dit jaar niet meer geëvenaard. Wat de Hoëgne zo aantrekkelijk maakt, is de variatie, nu eens een rustig kabbelende beek met karakter, dan weer een snelle rivier met watervallen en altijd uitgeschuurd in een veelheid aan rotsen. Ziefoto's.
Kaartje. De Hoëgne is erg gevarieerd, van loom tot snel. Vandaag toch...
Dergelijke wegjes volgden we wel vaker!
Het weer. Aangenaam, geleidelijk meer en meer bewolkt weer, rustig en net warm genoeg.
De stafkaarten. 50/1-2 Sart (2017) en 49/3-4 Spa (2020)
Hoe we er geraakten. We hebben uitzicht op een verbinding zonder veel valkuilen, met 2 IC's naar Verviers en een uurdienst door de combinatie van de buslijnen 395/294. De terugreis ziet er even aantrekkelijk uit, deze keer met overstap in Pepinster.
Een beetje geschiedenis. Tussen de stations van Sart en van Spa lagen er destijds 8 km. Wij maken er vandaag meer dan 16 van… Over deze spoorlijn is werkelijk alles te lezen op desite van Paul Kevers. Misschien er voor de petite histoire nog aan toevoegen dat de amper 6 jaar oude 6208 op 30.12.1968 de helling afstormde als gevolg van de door de sneeuw defecte reminstallatie om uiteindelijk net voor het huidige Spa-Géronstère te ontsporen. Trieste balans: de 2 personeelsleden op de loc kwamen bij dit ongeval om. Naar verluidt was dit de aanleiding tot het versneld opdoeken van de verbinding. Wat het deel Spa-Géronstère - Pepinster betreft: dat zou geëlektrificeerd zijn als compensatie van lijn 21 Landen - Genk. Als treinliefhebbers kunnen we de wafelijzerpolitiek alleen maar toejuichen. Voor de elektrificatie reden hier locs van reeks 62 met M1-TD-stellen.
De verbinding.
Halle - Brussel-Zuid
3408 (IC FTR)
09:20 09:30
+2
820 (GCR)
mr75 vierledig
controle: N
Brussel-Zuid - Verviers-Central
0508 (IC REP)
09:55 11:22
stipt
1879 (NK) - 73015 (FSD)
M7
controle: J
Verviers - Sart-lez-Spa
[395] (Malmedy)
11:40 12:07
+2
ab5012-64
Mercedes Citaro LE C2
Satracom
-
Spa - Pepinster
6867 (L GV)
17:41 17:59
stipt
305 (NK)
mr80 Break
controle: J
Pepinster - Brussel-Noord
0440 (IC FSD)
18:07 19:19
stipt
1846 (FSD) - 61071 (LK)
M6
controle: J
Brussel-Noord - Halle
3241 (IC LK)
19:34 19:58
stipt
76015 (FML) - 73091 (FML)
M7
controle: N
En wat we beleefden. Dit wordt geen aflevering van de denderende avonturen van overweg13 en zijn eega. IC's 3408 en 508 kwijten zich voorbeeldig van hun taak en dus komen we op het voorziene uur in Verviers aan.
Daar staat de bus van lijn 395 al klaar op de plaats waar je vroeger als reiziger kon instappen, maar alles is hier anders: de bushalte van de langeafstandsbussen valt nu samen met die van de stadsbussen, de pissijn is verdwenen en de trappen evenzeer. De bus rijdt nog altijd om in Verviers, maar de belangrijkste gebeurtenis speelt zich af net voor de halte Roquez. Ik heb net gebeld, als de bus een noodstop van jewelste maakt; ik denk niet dat we ooit met de trein al zo snel tot stilstand gekomen zijn. Nogal wat reizigers vliegen vooruit, om van de bagage nog te zwijgen: een wagen wil afslaan, wat er precies gebeurd is, weet ik niet. Maar een kop-staartaanrijding wordt nipt vermeden. Ik hou er een pijnlijk scheenbeen aan over, zonder veel erg.
De terugrit uit Spa verloopt zonder incidenten. We krijgen controle en als de tbg nog eens passeert, maakt hij ons er attent attent op, dat we in Pepinster kunnen overstappen op de trein naar Brussel. Het zou wel eens de eerste keer kunnen zijn dat we hier een break hebben en het spoor ligt er veel beter bij dan een (hele) tijd geleden. IC 440 bestaat uit een stel M6-rijtuigen, Belux houdt het op I11'en. De trein rijdt de hele weg stipt. De aansluitende IC 3241 doet het net zo goed. Opvallend: op het scherm in het rijtuig met B-logo staat ook het rijtuignummer (73091) vermeld! Handig voor die ene spoorwegliefhebber die de nummers bijhoudt. Als er echte info verschijnt, verdwijnt het rijtuignummer. In de plaats krijgen we een overzicht van de rit tussen Sint-Niklaas en Brussel-Zuid. Het deel voorbij Brussel-Zuid is verdwenen in de armen van de informatica.
De treinlectuur. Dorothy L. SAYERS, The nine tailors. Gekocht in 1972, nu zo goed als onvindbaar. Charles DICKENS, Onze wederzijdse vriend.
In het laatste nummer van Plus Magazine wordt de vraag gesteld waarom we zo veel in de file staan. Het echte antwoord: omdat we zo veel met de auto rijden, wordt nauwelijks vermeld. Domme vraag, dom antwoord.
Uitgedrukt… Achter iemanten zijn gat routen maken… Waar die routen vandaan komen (met de ou zoals in koud) weet ik niet. De betekenis: over iemand roddelen, hem zwart maken, achterklap en zelfs laster van de zuiverste soort.
Waar Abraham de mosterd haalde. Voor het schrijven van deze bijdragen maak ik vaak gebruik van twee zeer waardevolle sites, één over deBelgische spoorlijnenen een overde bussen in Vlaanderen, Brussel en Wallonië. Het grootste probleem is dat van de informatisering: in de voorbije 20 jaar is het vrijwel onmogelijk geworden om nog aan papieren dienstregelingen te geraken en op het internet verdwijnen de oude dienstregelingen naarmate er nieuwe ingevoerd worden. Voor de trams maak ik nog al eens dankbaar gebruik van de Rail Atlas Vicinal van Stefan JUSTENS en Dick van der SPEK en van The Vicinal Story - Light Railways in Belgium 1885 - 1991 van W.J.K. DAVIES.