als jij niet bij me bent mogen de schimmen van de nacht niet groter worden niet met onnoembare angst mijn dalen bewonen. ik ken geen toverwoorden meer.
laat mij niet dromen als een dief. de dagen worden angstig. de avond is steeds trager en mijn woorden liggen braak en schaden mij
je bracht me leven, wees nu niet vreemd. ontvang me in je opengevouwen lichaam zodat ik zou weten een speelse zon te plukken uit je wijdvertakte twijgen.