ik heb je verstopt op de zolder van mijn hoofd waar niemand komt daar zit je met de rug naar me toe in het schemerdonker alleen de noodverlichting brandt en gelukkig kan ik niet zien of je verdrietig bent ik mag je niet aanraken niet aan je denken je moet uit mijn geheugen slijten zeg ik tot mezelf wegdansen als een trage tango