Schrijver van romans Paul Waterman. Auteur. Nog niet algemeen bekend misschien, maar daar gaat zeker verandering in komen.
Boek nummer 1. "Schipperen naast God."
Boek nummer 2. "Koffie verkeerd."
Boek nummer 3. "Tomatenblues."
Boek nummer 4. "Zoutwatervrees."
Boek nummer 5 heb ik nu onderhanden. Dat kan weleens augustus 2010 worden.
02-02-2011
Tot elkaar veroordeeld
Hoe lang sta ik hier nu al? Ik kijk eens om me heen. Niets te beleven, gesuis in mijn oren. Ik sis een nietszeggend melodietje tussen mijn tanden, laat de tekst tussen mijn grijze hersencellen hangen en vraag me onderhand af waarom ik hier sta. Mijn hoofd wordt zwaar en ik kijk je aan, niet echt kijken, staren is beter. Ik hoef je, eerlijk gezegd, ook niet meer te zien. Ik ben niet benieuwd hoe je je voelt vandaag. Je zoekt het maar uit met je eeuwige moedeloosheid. Weet je zelf nog wel wie je bent? Ja, wie je was weet ik, maar dat vroeg ik niet, ik vroeg wie je bent? Armoe troef, dat is het enige wat ik ervan kan zeggen. Hoe moet het nou verder met je? s Avonds ben je doodmoe, lig je vroeg in bed en slapen we binnen de twee seconden. Ja, af en toe wil je nog wel, maar dan moet het warm en comfortabel zijn en mogen we je niet uit je concentratie halen. Als we aan al die voorwaarden hebben voldaan, dan wil je nog wel een poging wagen, maar steeds vaker heb je geen zin en wil je niet worden gestoord. Nee, dan vroeger, the good old days. Vroeger waren we maatjes, vroeger maakten we plannen, vroeger wilden we altijd alles en overal. Waar zijn we samen niet geweest? Samen ongehoorzaam, samen lol maken, samen op pad in het volle vertrouwen dat we zouden krijgen wat we in onze bol hadden. In de duinen, het bos, onder een krant, in een volle bus: we hadden al een draadloze verbinding met elkaar, nog vóór die was uitgevonden. Jij was zó brutaal, zó vindingrijk en zó moedig. En je wilde ook altijd je zin doordrijven. Ook als ik me niet senang voelde, wilde je. Wat dat betreft was je ook behoorlijk asociaal, het interesseerde je geen malle moer, als jij maar kreeg waar je op uit was. En het moest ook altijd all the way hé, tot aan het gaatje. Wat zeg ik!: verder dan dat zelfs. Ik kijk moedeloos voor me uit. Je laat me op alle fronten in de steek man. Dat maakt je natuurlijk ook weer geen donder uit, vertel me niks nieuws. Jij kunt alleen maar aan jezelf denken. Hoe lang moet ik bijvoorbeeld hier nog wachten? Wanneer denk je klaar te zijn met die waardeloze vertoning van je? Je komt hier nog maar voor één ding en zelfs dat wordt onderhand een probleem. Waar wachten we eigenlijk nog op! Hou ook maar op met dat gedruppel. Ik schud even aan je en berg je weer op. We proberen het wel een andere keer. Als het meneer beter uitkomt. Lul!!