Een pas ontdekt kleitablet toont onverwacht knap meetkundig denken door Babylonische astronomen. Op het kleitablet, dat dateert van ongeveer 350 voor Christus, wordt een grafiek van de schijnbare snelheid van de planeet Jupiter aan de hemel beschreven.
Volgens de Nederlandse astronoom Mathieu Ossendrijver van de Humboldt-Universität in Berlijn, hadden de oude Babyloniërs zich een geometrische manier van denken eigengemaakt. Op het tablet legt een anonieme schrijver in spijkerschrift uit hoe je de planeet Jupiter moet volgen.
Daarbij beschrijft hij een techniek waarvan men dacht dat die pas in het Europa van de 14e eeuw werd ontdekt. De techniek raakte in de vergetelheid, maar werd eeuwen later herontdekt.
Soemeriërs
De Babyloniërs, die leefden in wat nu Irak is, zetten de astronomische traditie voort die de Soemeriërs al rond 3000 voor Christus begonnen. Babylonische astronomen beschreven rond 700 voor Christus al de bewegingen van hemellichamen. Er zijn in de loop der jaren vele honderdduizenden kleitabletten opgegraven.
De Grieken en later ook de Arabische en westerse gemeenschap namen de astronomische kennis en gegevens over. “Die Babylonische cultuur is echt een deel van ons erfgoed, niet één of andere doodlopende cultuur,” vertelt Ossendrijver aan Science. De verdeling van onze klok in zestigtallen en de gradenboog in 360 graden herinneren bijvoorbeeld nog altijd aan de Babyloniërs.
Astrologie
In 2014 kreeg hij een foto onder ogen van een nog niet beschreven kleitablet uit het British Museum. Ossendrijver kwam al snel tot de ontdekking dat het kleitablet betrekking had op de afstand die Jupiter heeft afgelegd aan de hemel.
De Babyloniërs geloofden sterk in astrologie. Van de ontwikkeling van de graanprijs tot het weer, alles was volgens hen gecorreleerd aan de beweging van de hemellichamen.
Hoogleraar sterrenkunde Teije de Jong van de UvA vermoedt dat de Babyloniërs dezelfde technieken ook op andere planeten toepasten. “Wat enorm zou helpen, is als we de schep in de grond konden zetten in Irak, waar naar alle waarschijnlijk nog veel meer kleitabletten liggen.”