
In de winterhorizon, uitgestrekt, uniform en leeg,
De lucht was azuurblouw, de lucht vredig en helder;
De sneeuw schitterde op de grond en bomen.
In oneindige kristallen, witter dan die van knikkers
Die net zijn geopend door de impact van de hamer;
Geen geschreeuw, geen geluid van de wind, takjes of water.
***Liefs Myriam***

|