Verleden week moest ik terug op controle naar de kliniek voor mijn prostaat. Enkele maanden geleden was ze nog zwaar ontstoken. Ik had een hele doos met pillen moeten slikken. Van die oranje blauwe dikke mastodonten, goed voor de prostaat maar heel slecht voor de lever en de maag.
In de kliniek nam ik de roltrap naar het eerste verdiep, volgde de beige pijl tot het uiteinde van de gang, draaide naar rechts, en nam plaats in wachtzaal D aangezien de zitplaatsen in C waren volzet.
Ik wachte en wachte, maar mijn naam werd niet afgeroepen.
Na een drietal uren, zat ik daar nog moederziel alleen op het eerste verdiep en werd ik uiteindelijk binnen geroepen bij de arts.
Zijn aangezicht stond op donder en bliksem, want hij had zeker nog niet gegeten, toen hij met een norse stem mij beval me neer te leggen en mijn mond zo ver mogelijk open te houden.
Ik vond het vreemd om langs je mond naar je prostaat te kijken, want normaal doen ze dat langs je poep.
Misschien hadden ze een nieuwe methode ontdekt en gingen ze dat op mij uittesten.
Toen hij sprak van direct zeven tanden uit te trekken, sprong ik in een ruk van zijn tafel en trachte hem uit te leggen dat ik niet was gekomen voor mijn tanden, maar wel voor mijn prostaat.
Toen kwam de vergissing aan het licht. Ik was vergeten me inteschrijven en wachtzaal D behoorde tot de tandartsen en niet tot de prostaten. De dokters van wachtzaal C waren ondertussen gaan vliegen en heb een nieuwe afspraak moeten maken. De volgende keer blijf ik aan de deur staan, volk of geen volk.
Pipopke
|