k vind het niet zo gemakkelijk je blog te verbeteren k heb nog veel te leren hoor,hopelijk vind ik hoe het moet ,k hang daar in de midden en weet niet hoe t moet maar alles komt on orde,dat voel ik ,als ik al die mooie berichten zie,ben ik nog vere van ,allen de ze stuurden zeg ik bedankt?love roger
Er wordt oveel geschreven over pijn en pijn bestrijding maar; wat doe je als de pijn veroorzaakt wordt door suikerziekte. Voornamelijk de benen en de voeten? voorlopig kan ik mij verhelpen met toevoeging van magnesium en inspuitingen met vitamine b,voor de rest is t wel beter maar weggaan doet het niet. makelijk gezegd maar,voor de rest geloof ik niet dat tussen mijn twee oren zit(makelijker gezegd dan gedaan) mail roge.clement@skynet.be
Als t even moeilijk lijkt te zijn,weet dan, dat God niet ver van u is, dat hij je reikt de hand, en hand in hand,samen met de heer, wordt alles weer goed. je voelt de warmte van zijn kracht, de goedheid van zijn liefde, en vooral de kracht van zijn bestaan.
ZIE ZE STRALEN VAN GELUK, ZE HAD ER VEEL VOOR OVER; MAAR T IS DAN TOCH DE MOEITE WAARD GEWEEST. WIJ WENSEN MOEDER, VADER EN DE FAMILIE VAN HARTE GELUK BIJ DEZE.
TEVENS VEEL GROETJES VAN PLOEF.ROGER EN HENRIETTE.
MIJN NAAM ;TIEBE CLEMENT.GEBOREN OP 24 JANUARI 2006.IN ST LUCAS TE BRUGGE. MOOIE JONGEN ZIE MAAR EENS. VEEL GROETJES EN WELKOM IN DE FAMILIE. BEDANK LIEVE PAPA EN MAMA? K BEN BLIJ DAT MIJN WIEGJE BIJ U MAG STAAN?
ONDER MIJN HEMD DAAR ZIT EEN WARM HART? EEN HART DAT KLOPT VOOR MENSEN? DAT IEDEREEN TEN VRIENDE IS? DAT KLAAR STAAT OM TE HELPEN? DAT MENSEN LIEF WIL HEBBEN? WIL HELPEN IN DE NOOD. DAT ALTIJD KLAAR STAAT VOOR EEN ANDER, DAT MENSEN ZOEKT IN NOOD? EEN HART DAT LUISTERD NAAR DE NODEN, EEN HART DAT DANKEND FLUISTERD? IK HOU ZOVEEL VAN JOU. DE 'S GROETJES ZIJN VOOR JOU VAN PLOEF.
De moorderijen in Dinant:( met straat toneel uit Andenne) 8
Rond 10 uur deed den Duitsche bevelhebber mijn man naar het stadhuis komen:toen hij daar aankwam werd hij aangesproken met "schwetnhund" "n zoo brutaal mogelijk eischten zij,dat hij de vaderlandsche vlag zou intrekken:dan moest hij in het Duitsch de verorderingen vertalen,die hij in de stad had doen aanplakken,om de wapens in te leveren en de bevolking tot kalmte aan te manen.Ondertusschen kwamen officieren bij mij inkwartiering eischen;ze waren met drie:een generaal en zijn twee adjudanten;zij werden naar hun vertrekken geleid;hun kamers gaven uit op den Groote Markt.Van uit hun venster konden zij de troepen die er waren opgesteld,goed in t oog houden.Kort daarop zijn zij buiten gegaan;het kamermeisje heeft mij geroepen,om te zien hoe de kamers er uit zagen; de gemeenste inbreker zou de meubels niet hebben overhoop gegooid zoals de Duitschers 't gedaan hebben;geen lade of ze was doorsnuffeld ,geen papier was ongedeerd gebleven.Later kreeg ik hiervan den uitleg.De generaal vroeg mij de naam van den Belgischen kolonel,dien ik den dag te voren had gelogeerd,en vroeg met aandrang tot welke leger afdeeling hij behoorde,enz,enz.Ik heb hem geantwoord:"zijn naam weet ik evenmin als den uwen;ik weet niet, waar hij vandaan kwam noch waar hij geengegaan is,evenmin als ik weet waar hij geengaat." Voortdurend trokken Duitsche troepen voorbij.De mannen werden aangehouden.Rond 16uur kwam mijn man thuis."tot nu toe gaat het goed",zei hij,"maar ik ben ongerust". Hij nam sigaren om ze te geven aan de schildwachten,die het huis bewaakten.De buitendeur in den tuin is zoo geplaatst,dat wij den generaal op het balkon konden zien.Ik deed mijn man opmerken,dat wat hij deed de overheden mogelijk niet zou bevallen. Toen ik weer binnenging, zag ik naar den Grooten Markt en zeer duidelijk merkte ik twee rookwolken en aanstonds daarop hoorde ik een groot aantal geweerschoten.Onmiddelijk was mijn koer vol paarden en soldaten die als wilden in de lucht schoten.Mijn man,mijn kinderen, het dienstpersoneel en ikzelf hadden maar juist den tijd om in den kelder te vluchten,voortgestuwd door soldaten,welke al schietenbij ons een schuilplaats zochten.Na eenige oogenblikken van onzeggelijken angst,kwam een der adjudanten al schreeuwend naar beneden:"De generaal is dood .Ik moest den burgemeester hebben,"De generaal was door een Duitschen kogel getroffen geworden,toen hij op het balkon stond.Mijn man zei mij:"Dat wordt ernstig voor mij."ik drukte hem de hand en zei hem:"MOED?" De kapitein leverde mijn man over aan de soldaten,die hem onder stooten meerukten.Ik liep naar de kapitein toe en sprak:"Mijnheer,hij kunt vaststellen,dat mijn man niet geschoten heeft,evenmin als mijn zoon,daar zij hier ongewapend waren". wordt vervolgd
al ben ik soms wat ondersteboven en maak ik t leven even zuur; vergeet dan niet,ik heb ook soms wel mooie kanten. de wereld is niet iedereen gegeven, om altijd vroom te zijn. soms zwijg ik om nog in alle stilte, te bidden tot de heer, om kracht te putten uit zijn goedheid, en telkens weer ,put ik de kracht , uit deze goedheid ,zonder meer; ik droom er van,om wat geluk te vinden, tussen de mensen om mij geen. dan voel ik mij niet zo alleen veel lief van ploef
Dan werden de andere burgers in rijen van drie geplaatst;ze werden geteld: een,twee, drie;wie nummer 3 had,moest telkens uit de rang komen en zich achter de lijken gaan opstellen;de Duitschers zeiden dat zij zouden doodgeschoten worden.Al de burgers met de handen op den rug gebonden.Ik en mijn broeder stonden bij elkaar;ik had nummer 2;mijn twintigjarige broeder Omer had nummer 3.Dan vroeg ik den officier:"Mag ik mijn broeder vervangen?Voor u is het toch gelijk wie gedood wordt;voor mijn moeder,die weduwe is,is mijn broeder,die zijn studies af heeft,nuttiger dan ik." Hij bleef ook voor dat verzoek ongevoelig."nummers 3 uit de rang,"Wijomhelsden elkaar en mijn broeder Omer ging zich bij de anderen voegen;zoo waren ze met een dertigtal opgesteld;dan gebeurde iets verschrikkelijks:de Duitsche soldaten kwamen langs de rijen traag voorbij,en bij ieder schot,dat door den officier werd bevolen,werden er drie gedood.Wie nummer 1 of 2 had liet men weggaan;wij gingen langs de machienegeweren voorbij,die 's nachts waren aangebracht;toen wij bij den ingang der stad waren aangekomen,werd een deel van de mannen weer aangehouden en opnieuw naar de strafplaats geleid;daar werden zij doodgeschoten;ik slaagde er in te ontsnappen met eenige makkers onder wie de heer bestuurder der middelbare school en de heer FransTeurlinckx."De heer frans Teurlinckx had zijn eigen zoon zien doodschieten.Wij willen den lezer niet de verklaring onthouden van Mevrouw Tielemans,weduwe van den burgemeester.Hier volgt zij:"Ziehier de gebeurtenissen,zoals ik ze gezien heb, wanneer deDuitschersAarschot genomen hebben.Den 19' Augustus , rond 8 uur 's morgens,kon ik met mijn kinderen niet naar de kerk gaan,omdat de kogels in de straten vielen;wij zijn gaan zitten in een salon,die uitgaf op den Groote Markt.rond 9 uur kwamen Belgische soldaten,met bebloed gelaat,en elkaar ondersteunend,uit een der straten aan;ik deed het raam open en vroeg wat er gebeurde;"Wij zijn in aftocht, de Duitschers zitten ons achterna."Enkele minuten later was de Groote Markt vol met Duitsche soldaten; op dit zicht liet mijn zoon het rolgordijn neer;onmiddelijk werd in het raam geschoten;een kogel keilde en kwetste hem aan het been. word vervolgd
k voel mij nog altijd niet in mijn goede doen, en daarom kom ik nog eens zien,om jullie te behagen en een stemmeken te vragen,kijk eens in de poppekens van mijn ogen;ze zijn zo lief Meneer, Mevrouw ,en je zult zien hoeveel ik van je hou.
t voelt goed eens tussen die wonderbare schepping der natuur te leven,je te bezinnen,tot rust te komen , midden in die wonderbare wereld,schepping van de Heer.
De moorderijen in dinant: FOTO BURGEMEESTER TIELEMANS)6(
Een tweede groep slachtoffers ,bestaande uit zoowat honderd burgers,onder welke de heer Jozeph Tielemans, burgemeester,de heeren Emile en Louis Tielemans, broeder en zoon van den burgemeester,werden ook naar de plaats der terechtstellingen geleid,in het zelfde veld, maar een weinig meer in de rechting van leuven.allen droegen de handen achter de rug gebonden,en zoo stevig dat eenigen zuchten van de pijn.ze moesten op de grond vernachten.Hoe het deze laatste verging,en met welk een afschuwelijk cynisme de Duitschers aan 't moorden waren ,lezen wij in de verklaring,die de heer Gaston Nys de onderzoekscommiesaris aflegde.De lezer oordeelde:"Den dag, waarop de Duitschers te Aarschot zijn aangekomen,werd ik rond 19 uur met mijn moeder aangehouden.Zij bonden onze handen op de rug met koperdraad en haalden het zoo aan,dat onze handgewrichten ingesneden waren en bloeden;wij werden in de groep van de burgemeester,van zijn zoon en zijn broeder,langs den Leuvenschen steenweg opgeleid;steeds geboeid,moesten wij op den rug gaan liggen, zodat wij geen enkele beweging konden doen:met ons hoofd moesten wij den grond raken.s'Anderendaags,rond 6 uur ,werd besloten met de terechtstellingen te beginnen;wij werden met de andere burgers-ongeveer een hondertaal-gedwongen de terechtstelling van den burgemeester en van zijn familie bij te wonen.Toen de officier bekend maakte,dat de burgemeester ,zijn zoon en zijn broeder zouden gedood worden,bood de heer Claes van Huffel zijn leven in hun plaats aan en smeekte ,dat de burgemeester en zijn familie voor het welzijn der stad zouden mogen gespaard blijven."neen" antwoorde de officier,"wij moeten den burgemeester hebben."Dan stond den burgemeester rechten smeekte den officier zijn medeburgers te willen sparen;maar geen smeeking kon den Duitschen officier vermurwen;toen den burgemeester inzag,dat hij niets kon bekomen,vroeg hij ,dat zijn zoon zou mogen blijven leven om zijn moeder te troosten;met een grijnslach antwoorde de officier,dat hij den burgemeester,zijn zoon en zijn broeder moest hebben.Dan stond de jongen op,gevolgd door door zijn oom,en plaatste zich tussen zijn vader en zijn oom; op 10 meter afstand stelden 6 soldaten zich op,en terwijl de ongelukkigen een laatste vaarwel toestuurden,gaf de officier een teken met zijn degen;het geweervuur knetterde en de drie lichamen vielen zwaar op elkaar. wordt vervolgd
Gewoon van iemand houden, is leven in vertouwen. is samen iets hebben om aan te bouwen, om samen te geloven, wat God ons heeft geleerd. het leven is nog fijn, zolang er nog mensen zijn, die blij zijn om bij jou te zijn, die nog kunnen genieten van de kleine dagelijkse dingen. die je hart van vreugde nog doet zingen.
In deze wereld hebben wij mensen, met allemaal z'o hun eigen wensen, de een wil liefde geven, de andere trouw. de een wil een man de andere een vrouw, maar een ding wil iedereen: vrede om zich geen. een beetje liefde aan elkander geven in dit leven, want ook al lijkt dat overbodig, iedereen geeft liefde nodig. liefde is vriendschap,iets om op te bouwen; iets waarmee je in vertouwen, jezelf en je medemens een mooi leven kunt geven en vrome dagen kunt beleven.
De moorderijen in dinant:(FOTO HET GEMARTELDE BELGIE) 5
In de stad was hiervan 't een en ander bekend. Dus heerschte er angst.Kolonel Stenger,bevelhebber va de 8' brigade infanterie, en twee andere officieren,namen hun intrek in het huis van den burgemeester,den heer Tielemans op de Groote Markt.Rond den avond ,terwijl kolonel Stenger op het balkon van zijn kamer en de heer Tielemans sigaren uitdeelde aan de soldaten, die op de marktplaats legerden,weerklonk opeens een schot.Onmiddelijk daarop volgde een heftig geweervuur. De soldaten, die zich op de markt en in de aangrenzende straten bevonden,schoten in alle richtingen.Kolonel Stenger werd doodelijk getoffen.De heer Tielemans en zijn gezin liepen haastig binnen.Zij verborgen zich in een van hun kelders.Eenige oogenblikken later kwam een Duitsch officier den heer Tielemans en zijn vijftien jarige zoon halen.Ondertusschen maakten de soldaten jacht op de inwoners en plunderden en verbrandden de huizen.De Duitsche soldaten drongen binnen in alle huizen van de Markt,van de Peterselie- en van de Kortestraat.Mannen,vrouwen en kinderen werden buitengedreven en met woest geweld opgestuwd naar de Grote Markt.De mannen werden gescheiden van hun geinnen. Eerst werd een groep van 78 mannen buiten de stad geleid.Ritmeister Karge,gendarmerie-kapitein,deed al de ongelukkigen afmaken.Zij werden allen opgesteld lang de Leuvenschen steenweg, in een veld,waarlangs eenige arbeidershuizen in lichte laaie stonden. De slachtoffers moesten in groepjes van drie vooruitkomen,elkaar bij de hand houdend en ook voor eenige gendarmen verschijnen,die hen met revolverschoten neervelden. In het eerste groepje stapte de Eewaarde Heer Carette, de linkerhand gevend aan den heer Paul Verlinden en in de rechterhand aan een andere inwooner van Aarschot.Van die 78 gevangenen zijn er 8 aan de dood ontsnapt door zich te laten neervallen;Paul Verlinden, Morren enDe Winter. wordt vervolgd
In de wereld van vandaag is er die enorme ellende overal. geen een bericht is nu nog positief mensen komen mensen gaan,maar altijd blijf je in de koude staan waar vind je nog de rust, een vredig hart als je niet bidden kan,als je de Heer niet hebt gevonden ik dank mijn ouders,die mij hebben gegeven, "de Heer" Zo vind ik nog de rust,om verder te leven,om liefde te kunnen geven.
Nauwelijks is hij weg of rondom ons herbegint het gevecht.De Belgen keeren terug met een auto-machienegeweer en veegen heel de straat schoon.DeDuitschers vluchten buiten de stad, maar verschillende onzer wachten,terwijl ze beschutting zoeken,houden ons in bedwang en dwingen ons onder het vuur te blijven. Drie burgers worden naast ons gedood. Eindelijk vluchten de laatste Duitschers op hun beurt en wij keren terug naar huis.Kort daarop treedt een groep van een tiental paters en broeders uit hun huis en worden op geweervuur ondhaald; ze moeten het burgergasthuis binnenvluchten.Terwijl ze zich daar bevinden , treed een hooger efficier binnen en vraagt een onder hen, al draagt deze ook den Roode Kruisband,of hij ook aan het gevecht deelgenomen heeft en verklaart:"Wij erkennen het Roode kruis in Belgie niet".Wij willen hier even aanstippen,dat , telkens wij onzehoedanigheid van Roode-Kruis-ambulancier hebben willen doen gelden,onze woorden steeds onthaald werden op misprijzend glimlachen en op aanmerkingen, die duidelijk aantoonden dat zij er niet het gerinste belang aan hechtten. Daarna verbiedt de officier aan onze paters en broeders nog buiten het hasthuis te komen,doet hun tellen door een lager officier en zegt tot den apotheker van het gasthuis dat--zo er bij zijn terugkeer een ontbreekt-- hijzelf zal doodgeschoten worden.Twee uur daarna krijgen zij bevel de Belgische gekwetsten uit het gasthuis naar het damianusgesticht over te brengen,daar het gasthuis voor de Duitsche gewonden meest voorbehouden worden.Onder de gewonden, die onze paters aldus moesten heenbrengen,was een stervende,die bezweek toen hij in de ambulance aankwam.ook in dit verslag lezen wij,hoe Duitschers gewonden afgemaakt hebben,en wel als volgd:"Verschillende soldaten,die bij ons verpleegd werden,hebben uitdrukkelijk verklaard dat,toch zij op het slagveld gevangen genomen waren,een Duitsche majoor hem op de grond deed neerzetten,den eene tusschen de beenen van de andere en zijn mannen bevel gaf hen dood te schieten:"Toten Sie die Schweine".Veertien op twintig werden gedood, zes ontsnapten.De ontsnapten, welke bij ons werden verpleegd,moesten naar Duitschland.Wij hebben hen weergevonden in het kamp van Sennelager, bij Paderborn". word vervolgd
De moorderijen in dinant: ( foto stadhuis van Aarschot )3
Om 9 uur een dienst en allen woonden ze bij.Pater Jozef die den dienst verrichtte,noodigde de mannen tot de H. Kommunie.Hij wees er op,hoe de dood loerde.De dood was aan de poort der abdij zelf.Een officier kwam in het klooster en gebood de mannen zich te verzammelen.Angstig vroeg men zich af wat er zou gebeuren.De menschen waren onder den indruk van den tijd.Aan het einde van den dienst was er achter in de kerk een gemompel geweest:"De Duitschers zijn daar" Men hoorde buiten de ware voedstappen en korte bevelen.Toen de menigte zich naar buiten begaf,wachte de vijand,en de officier riep :'De mannen hier? De vrouwen daar?'.Sommige vrouwen wilden hun man bij zich houden."Men zal ze geen kwaad doen, heb geen vrees", hernam de overste.De vrouwen werden naar de poort der abdij teruggedreven.Ze begonnen te weenen,riepen de namen van man,zoon,broeder,vader, want een angstig gevoel benauwde hen. Ze moesten in de abdij,en de deur werd achter hen gesloten.Sommigen had men van hun echtgenoot moeten wegsleuren.Een officier van het 178't regiment had den abt ontboden en hem gezegd:'Men heeft uit uw abdij op one troepen geschoten.Als ge ons binnen de twee uur geen 60000 frank brengt, steken we uwgebouwen in brand.De Witheeren konden met veel moeite 15000 frank verzamelen. Dit heeft hun abdij gered.Bij groepen van dertig tot veertig werden de mannen,die aldus onverhoeds overvallen waren geworden, voor een witten muur geleid.En onmiddelijk knalden schoten en vielen de ongelukkigen neer.In de kerk hoorden de vrouwen de fusillade ,Ze gilden, riepen, jammerden,tegen de muur.Om vijf uur melde de aankomst van den vijand.De grijze stroom nadert op den weg van Hersselt Men hoort het gedaver; het gedaver zijner artillerie op de steenen.Zes verkenners wagen zich tot bij den spoorwegbarreel . Kommandant Gilson grijpt zelf een geweer en schiet er drie neer.De overigen werpen zich verschrikt in een gracht. De gansche voorhoede verschijnt nu en stelt zich ten Westen en ten Oosten van de weg op.De onzen houden zich schuil,deantwoorden klaart deofficier,dat de majoor beweerd gezien te hebben hoe uit een huis drie geweerschoten werden gelost.Bij elke ontkenning antwoordt hij steeds het zelfde:"Der Major hat es gesagt".Een hooger officier, die te paard voorbij trekt,wordt door den officier,die ons heeft aangehouden,eerbiedig om bevelen gevraagd.Hij krijgt bevel om dood te schieten.Daar wij van onze onschuld blijven getuigen en hem verklaren, dat de terugtrekkende Belgische troepen ons huis omringden en van daarachter schoten,stemt hij er eindelijk in toe,na twintig minuten te hebben onderhandeld den general te gaan spreken. wordt vervolgd