Prof. dr. Herman Pleij en Erasmus
Een groot gebeuren dit jaar was de door onze geloofsgemeenschap georganiseerde lezing van Prof. dr. Herman Pleij over Erasmus, op 11 november jl. in de Biologische Boerderij Het Exoo van de familie Busger op Vollenbroek in Enter. Hier volgt een verslag van die bijeenkomst.
Herman Pleij wilde het vooral hebben over de dominante invloed van Erasmus op de Nederlandse cultuur. Maar eerst gaf hij nog een verhandeling over het, in verschillende opzichten, bijzondere van 11 november. In veel landen is het een herdenkingsdag i.v.m. de wapenstilstand in de 1e Wereldoorlog, maar het is ook het begin van de zg. schoonwasfeesten. Deze dienen voor het reinigen van de samenleving. Het zijn z.g. ventielfeesten. Sint Maarten is het eerste van deze reeks die wel tot Pasen toe loopt en waarbij je orde op zaken gaat stellen. Tot deze feesten behoren o.a. ook het carnaval, Sinterklaas, 1 Januari, Drie Koningen enz. Er gebeurden tijdens die feesten in de middeleeuwen vaak veel zaken die de kerk niet kon waarderen. Over het een en ander wordt door dhr. Pleij smakelijk en humoristisch uitgeweid.
Wat heeft Erasmus hiermee te maken? De Lof der Zotheid is het bekendste en belangrijkste werk van Erasmus. Het was al in zijn tijd een bekend werk, maar er waren ook mensen die er schande van spraken. Het boek heeft veel te maken wat er aan zotheid in die 15e en 16e eeuw aan de gang was en hiermee is dus de band met 11 november gelegd. Erasmus reisde door heel Europa en tijdens een van zijn reizen naar Engeland, naar zijn vriend Thomas More, schreef hij dit prachtige werk dat nog steeds behoort tot de wereldliteratuur. Er zijn op het ogenblik 3 afzonderlijke moderne vertalingen in het Nederlands verkrijgbaar. In De Lof der Zotheid wordt alles betrekkelijk gemaakt, je wordt steeds op het verkeerde been gezet. Erasmus wil de absolute zekerheid wegnemen. Het gaat er om, dat je ontregeld wordt, niet in vaste patronen denkt, maar gaat relativeren.
Wijsgeren hebben grote baarden, zegt Erasmus,om te imponeren, maar denk dan onmiddellijk dat een geit ook een sik heeft.
Erasmus is eigenlijk de grondlegger van de moderne westerse wereld. Hij is degene die de volksgewoonten en zotheidcultuur omhoog tilt en een soort wetenschappelijk fundament geeft. Hij heeft specifieke ideeën die naar zijn mening de mensheid zouden moeten redden en vooruit helpen en die weet hij wetenschappelijk te funderen door te verwijzen naar de klassieke cultuur die een grote rol speelde in zijn leven en door te verwijzen naar middeleeuwse filosofen en vooral door te redeneren en met teksten bezig te zijn. Vóór alles was hij filoloog, een tekstwetenschapper. Hij was altijd uit op het vaststellen van de juiste teksten. Hij vond zelf het vaststellen van de juiste tekst van het Nieuwe Testament zijn belangrijkste werk. Hij was bezig die zuivere teksten te herstellen. Maar hij maakte ook colloquia, leerdialogen, samenspraken over hoe de mensen met elkaar om moeten gaan en allerlei commentaren en traktaten over alles en nog wat. In toneelspelletjes werden alle problemen van die tijd ter discussie gesteld. Ze zijn vertaald in het Nederlands en in Nederland te koop. De problemen, die ons ook nu nog aan gaan, doen heel modern aan.
Erasmus had buitengewoon veel kritiek op de praktijken binnen de kerk. Hij leert dingen die in onze tijd in hoge mate evident geworden zijn. Het was heel revolutionair en gevaarlijk om die standpunten in te nemen in zijn tijd. Hij drijft de spot met met priesters en met monniken. Hij was de man van het relativeren, maar het was een tijd van absolutisme, de kerk had de waarheid in pacht.
Men verwachtte dat hij uit de kerk zou stappen en een protestantse volgeling van Luther zou worden, maar nee. In een open brief aan Rome schrijft hij, dat hij in de kerk blijft, maar laat er meteen op volgen, totdat er een betere kerk is . Hij relativeert hier weer door te laten zien dat de kerk ook mensenwerk is. Dat was wel ketterij rond 1500! Erasmus jaagt voortdurend iedereen in het harnas. Hij drijft de spot met alles. In zijn colloquia, bestemd voor 15-16 jarigen, leert hij dat je in discussies moet luisteren naar anderen, dat je respect moet ontwikkelen voor een afwijkend standpunt. De waarheid is relatief.
Het geboortejaar van Erasmus is niet helemaal duidelijk, maar hij is geboren in Rotterdam en opgegroeid in Gouda. In 1536 is hij in Basel overleden. Hij keerde zich nogal eens tegen de Lage Landen, m.n. het graafschap Holland waar hij geboren is. Dat is erg verbonden met problemen rond zijn geboorte. Hij was een bastaard, maar de juiste feiten zijn hier niet met zekerheid over bekend. Zijn leven lang blijft hij te keer gaan tegen het monnikdom dat hem als kind werd opgedrongen en dat niet bij hem paste. Hij voelde zich opgesloten in het klooster, want hij mocht daar eigenlijk niet weg, en in zijn ontwikkeling tegengewerkt. Toch blijft hij zich wel altijd erg identificeren met de Hollander. Als men hem een botte Hollander uit Rotterdam noemt, die te direct en te grof de waarheid zegt, is hij het er wel mee eens. Hij blijft ook altijd Roterodamus achter zijn naam zetten. Op zijn sterfbed, dat jaren duurde, waren zijn laatste woorden in het Nederlands: Ach lieve God, terwijl zijn dagelijkse taal in zijn kringen toch Latijn was.
Erasmus was zeer geïnteresseerd in onderwijs en het opvoeden van kinderen. Hij zei altijd je moet van kinderen houden, anders kun je ze niets leren. Hij had daar ook weer zijn argumenten voor. Hij was van mening, dat de borsten van vrouwen zo hoog zitten omdat ze dan de kinderen meteen kunnen knuffelen, bij dieren zitten ze op een andere plaats. Hij ontwikkelde allerlei systemen hoe je kinderen kunt leren lezen. Bijvoorbeeld door ze te laten koekhappen naar letters.
Het concept van Erasmus is gewetensvrijheid. Het werd bepalend voor Willem van Oranje, er kwam scheiding van kerk en staat. Dit was buitengewoon belangrijk De Roomse kerk was zeer hiërarchisch en daaraan moest men gehoorzaam zijn. Je mocht niet denken wat je wilde. Dit leidde in die tijd tot martelingen en heksenvervolgingen.
Erasmus wijst op de persoonlijke verantwoordelijkheid voor God. Andere godsdiensten dan de protestantse, werden niet verboden, maar er kwam een gedoogcultuur. Uit veel Europese landen kwamen dan ook geloofsvervolgden naar Nederland.
Erasmus was veel in Vlaanderen en Brabant zijn lievelingsstreek.
In Anderlecht bij Brussel is het Erasmushuis met een prachtige tuin er omheen. Dit 16e eeuwse huis, waar hij in 1519 ongeveer een jaar heeft doorgebracht, is heel goed bewaard gebleven. Je kunt er zijn werkkamer bekijken met het bureau, zijn werken en kunstvoorwerpen. Alles wat indertijd in dat huis stond, staat er nog. Herman Pley spoort ons aan om daar eens een bezoekje te aan brengen.
Herman Pleij schreef de volgende boeken over Erasmus: 'Erasmus en het poldermodel' en 'Het gevleugelde woord'
19-12-2007, 00:00 geschreven door Postduif
|