De stratenmaker
De stratenmaker floot een vrolijk wijsje, hij werkte met plezier, op zijn gemak, want arbeidersvreugde kan er zijn, al heb je misschien geen één diploma op zak.
De dominee bleef even met hem praten,
hij had die dag zijn zieken weer bezocht, het leek hem zwaar, dat werken op de straten, en vroeg hem of dat werk bevallen mocht.
De stratenmaker zei: je moet eens luisteren,
hij zei geen u, alleen gewoon maar jij,
toch lag er heel veel wijsheid in verborgen in wat hij tot die dominee daar zei.
We werken allebei precies hetzelfde, jij met je mensen, en ik op de straat, steeds op je knieën en zelf achteruit gaan, zo krijgen we het beste resultaat.
De dominee had veel om na te denken, eerst op mijn knieën, elke dag maar weer, zelf achteruitgaan, dan pas komt er ruimte voor Jezus, die mijn Koning is en Heer.
Nog mediterend ging hij weer naar huis toe, keek nog eens om, voor hij zijn deur ontsloot, de stratenmaker werkte rustig verder, terwijl hij weer opnieuw een wijsje floot.
(uit: kerkblad v.d. Gereformeerde Kerk Hattem)
23-05-2008, 11:47 geschreven door Postduif
|