DIE KAAPWitte nevel,dauwin bewegingzweeftover wateren rots.Het eindpuntvan Afrikazinktin blauwe oceanen,hun barenspelen in de ochtendbries.Witte nevelzweeften dektals een gordijnhet blauwe water toe,terwijl bobbejanen kruipenover de laatste bergkam.Schiller ErwinHet gedicht staat onder bescherming van SABAM.
Druk op onderstaande knop om mij te e-mailen.
Druk op onderstaande knop om een berichtje achter te laten in mijn gastenboek