Ik ken je niet, ik droom je maar als ooit de nacht over deze stad zwijgt zal je horen hoe ik me voor jou verlaat.
Hoe ik uit mijn twijfels glijd, mijn handen rood tot ridders sla twee onbevlekte paarden vouw en je zo, dwars door alle straten heen naar mn bed toe streel.
Mijn droom is een hoop stil jij - de ochtend vrees ik als een speld in de lucht