Nadat de rijkswachtbrigade van WAKKEN gedurende enkele jaren was afgeschaft werd toch verder gewerkt aan de oprichting van een nieuw complex. Dit kwam er in de Kraaistraat. Het werd op 10 mei 1956 herbemand.

De burelen waren ondergebracht in een appart gebouw dat ingericht was aan de noden van zijn tijd. Of, laat ons zeggen, op zijn tijd vooruit. Er was een bureel waar de planton het publiek kon ontvangen en waar het ander personeel zijn schrijfwerk kon doen. De BdeComd beschikte er over een eigen werkruimte. Op het gelijkvloer waren eveneens het sanitair en de cellen ondergebracht.
De bovenverdieping was zo ingericht dat ingeval van nood, er slaapgelegenheid kon geboden worden voor één sectie. Tevens was er de archiefruimte ondergebracht.
In de kelder bevond zich een zware waterpomp met dito ketel. Deze moest en het bureel, en alle logementen van stromend water woorzien.
Het gebouw had ook nog een garage. De Bde beschikte toen over een Landrover Series I. Een bezinepomp hadden zij niet doch wel een benzinekot. Een kleine goed geventileerde ruimte waarin jerrycans met bezine en oliepotten waren opgeslagen.
Annex was er ook een "fietskot" waar de gendarmen hun dienstfiets stalden en er nog plaats was voor enkele fietsen van hun gezinnen.

De logementen, of de woningen, waren aantrekkelijk van bouwstijl en modern opgevat. Hier had men een living-eetplaats, ingerichte keuken, wc binnen (!), badkamer, voldoende slaapkamers, enz. Wat een veschil met de toen meestal verouderde logementen in andere Bdes.

Het personeel van de Bde bestond bij de heropstart uit zes man.
Het waren 1OWM Marcel Onraedt Bde Comd, OWM Marcel Haspeel 2Comd, de WM Alfons Vrancken, Rochus (Alfons) De Winter, Albert Engels en Albert Mollez.