De dagelijkse dingen volgens Roger (78jr) uit Beveren Waas Elke week een nieuw verhaal...
Reacties zijn steeds welkom!
>> NU OOK BESCHIKBAAR VIA WWW.ROCOR.SHORT.BE
24-04-2009
Het zal gaan tijd worden
Het is april en de zon
is daar. Dat doet toch wat aan een mens, vindt
u niet? Ja zeg, altijd regenen, maanden aan een stuk, daarbij nog
alle media die U maar voorhouden hoe slecht het wel gaat, het woord crisis is
dagelijks tientallen keren te horen, een mens zou voor minder een zwartkijker
worden.Wat ik wel vaststel, is dat de winkelstraten nog altijd
vol mensen lopen, restaurants waar u moet reserveren, een bestelde auto waar ge
op moet wachten.
Ik vermoed dat de mensen
denken Ha crisis, we hebben wat
geld, we gaan ervan profiteren. Wel wat uitzien, maar hetgeen we
hebben kunnen ze ons niet meer afpakken. Ik heb mij ook al wat voorzien,ik heb 10 kroppen sla geplant, 12
bloemkolen en 20 tomaten planten gezet, ook wat kervel en komkommer.
Ge weet toch maar nooit.
De mooie sierhoven gaan verdwijnen, binnenkort staan er terug
aardappelen in de voortuin in de plaats van buxus en bloemen. We gaan terug
kippen houden en konijnen,ja lach maar, ik weet nog in den oorlog kwamen de stadsbewoners bij
ons om melk en aardappelen. Er waren toen ook geen dikke mensen, iedereen mooi slank, geen doktoors
meer nodig.
Geloof me,
de tijd van de ajuinsaus en de pekelharing komt angstig dichterbij.
Begin maar al te hamsteren,
sla je voorraad suiker en zout maar op,
sla alles op in blik.Eieren en puree gaan terug de hoofdschotel worden, ha ge
lacht, ge zult niet blijven lachen. De ouderen zeggen: Wij hebben het gehad, maar onze kinderen en kleinkinderen, dat is het ergste.
Wat is het, gaan we in
een hoek zitten en klagen
of gaan we er tegenaan, de zwakkeren
moeten er vantussen? Neen, elkaar helpen zeker, en zorgen dat onze kinderen het goed
hebben. Het is misschien een les,zeker voor de jeugd, die alles zo vanzelfsprekend vinden, veel is tegenwoordig niet genoeg meer.
Dat tijden op zo een
korte tijd kunnen veranderen.
Ik stond voor de brug, niet van Willebroek maar in Temse, aan te
schuiven omdat er werken aan de gang zijn om de brug te dubbelen. Langs de
zijstraten stonden automobilisten die ertussen wilden, hoe zou U zelf zijn. Sinds
Nederland en van Daele het woord RITSEN hebben ingebracht zou men nu zonder
problemen moeten kunnen invoegen. En ja, geloof me, het werkt uitstekend, en de
file wordt er niet langer door.
Om de beurt wordt er dan een auto tussen gelaten en dat gaat vlotjes,
toch in Holland, ondervind ik. Bij ons wilt men dat godver niet snappen en gaat
men nog altijd van het principe uit: eerst is eerst en achter mij bent U het.
Weet u, mensen luisteren alleen als ge in hun geldbeugel zit, het bewijs is
geleverd, en ik kan het weten. Ik ben op de baan, vroeger was het derde vak
voor de snelvliegers, nu word ge niet meer voorbij gereden, alleen nog van
mensen die ze van de baan moesten plukken, want geld dat het kost! En spijtig
geld, als ge een PV krijgt!
Er wordt minder de middenvinger opgestoken. Als ik op het snelste rijvak
ben tegen 120 km
per uur en men wil dan nog voorbij, zet ik mij onmiddellijk rechts en versnel
nog en beetje tot 125 km
per uur. Als hij dan nog voorbij wil, oke voor mij niet gelaten. Het mag niet
wat ik doe, ik weet het, maar waarom wil men nog voorbij als ge al op de
hoogste snelheid bent? Ik moet niet opscheppen als ge alle dagen in het drukke
verkeer bent en ge moet U houden aan 30 en 50 en 70 en 90 en 120 km per uur. Dan mag U
blij zijn dat ge maar eens in de maand in de prijzen valt.
Als U mij tegenkomt op de weg laat me ertussen hé, ik ben haastig.
maar met grijs haar rondlopen als vrouw als ge nog geen 50 jaar bent, dat kunt ge toch niet menen. Het gebeurt toch, maar reken dan dames, dat mannen U tien jaar ouder schatten. Als dat U niet deert doe dan maar, het is misschien van de zorgen dat U pluimen grijs zijn.Ik heb geen pluimen meer, maar het is mode, sexy kale mannen met een stoppelbaard, het is dat ge het maar weet.
Hetzelfde met vrouwen die rimpels hebben, dat komt omdat ze hun voorhoofd te veel te fronsen als ze nadenken. Ze zijn dus verstandig en hebben ervaring op alle gebied.Grijs is nu in, zie naar de autos. Op tien autos zijn er zeven bij waarvan er vijf grijs zijn en twee zwart. Het staat chic, ge ziet er geen vuil op, maar ik mis toch al eens een knalgele, een blitse rode. Met dat stomme grijs in dit grijze weer.
Voor mijn werk ben ik in de bouw, wat zie ik? Vloeren grijs of zwart, parket die vroeger altijd bruin was, geurend naar boenwas, nu gegrijsd. Opritten,voetpaden, zelfs in de leefruimten grijze gepolierde beton, de muren grijs of iets dat er op lijkt.Maar mensen toch, ge zou er zelf somber en grijs van worden.
Ik was ooit in de Kongo, wat U daar zag aan kleuren was een streling voor het oog. Lange gekleurde doeken met bloemen rond hun prachtige lichaam geplooid. In die ongelooflijke natuur zag ik opgewekte mensen in regenboog kleuren en tam tam geluiden op de achtergrond, en niet wetende wat de dag nadien hen zou brengen. Ik noemde dat het paardenmolen gevoel, op en neer gaand, muziek en kleuren, ronddraaiend zonder zorgen.
Ach ja, mijn auto is cubanietzilver en binnenin siërragrijs. Mijn volgende zal een blauwe zijn, zoals in mijn jeugd. Er reden toen Ford Mustangs rond in bleu, en ook blauwe Harley-Davidsons motos, als dat niet cool was!
Sinds een tijdje heb ik vliegangst, ze krijgen mij niet meer in zo een
vliegende doodskist. Ik hoor U al komen:ja maar er sterven meer mensen op de baan!
Wel, ik rij daar ook op, vandaar dat mijn
overlevingskans om 85 jaar te worden heel klein
wordt.Ik zit niet meer op mijn gemak in een
vliegtuig, naar
Spanje is maar een paar uur vliegen, dan wordt er zelfs niet meer in de handen geklapt bij aankomst. Ik ga dan rechtstaan en klap heel hard
in mijn handen. Waarom
zult U zich afvragen, omdat ik blij ben dat ik het overleeft heb.
Ik heb al horen zeggen
dat die piloten al eens een airhostes laten vliegen. Als
ze samen met dat mooi kind eens willen vliegen, ze dat dan op de grond doen of in een bed, maar niet terwijl ik zwetend en
angstig naar Spanje wil. Nog zoiets, dat drama in Nederland, piloten met zoveel ervaring zien die niet als
hun hoogtemeter kapot is? Ik wil jullie niet bang maken hé.
Wist U dat een duif waarvan er tientallen
in mijn hof zitten, als die in die straal motoren terecht komen het ding met
een paar honderd mensen aan boord tegen de grond smakt?
Het schoonste van al:
iedereen lacht mij uit. De Roger vliegangst hoe kan dat, hij heeft 30 parachute sprongen
achter de rug en is van niets bang, oud paracommando.
Maar echt waar, ik ben er niet meer gerust in, laat
ik het zo zeggen. Ik bid terwijl ik vlieg, onze lieven heer zal zeggen tegen
zijn moeder:Hij gaat weer eens op vakantie met de vlieger,
hij is er weer, doe mij een plezier en laat zijn vliegtuig in een paar
luchtzakken terecht komen, de komediant.
Onlangs waren wij in
Leeds, mijn vrouw heeft last van luchtziekte
en had een flesje water bij en een doosje met pilletjes. Die
moest ze, in het bijzijn van een inchecker
innemen met een slokje water. Ze moest het water achterlaten samen met gans haar doos pilletjes.
Als die controleurs al zo bang zijn,
wat denkt U dan wat ik ben, in hun zogezegde veilige kist, niet zeveren hé.
Vrienden van ons maakten
eens een vlucht mee terwijl er onweer was, nooit vliegen ze nog. Iedereen
bad luid op, dat alles maakt mij nu nerveus, maar men zegt dat ik mij zorgen
maak om wat inbeelding. Ik zal het maar geloven, en dat parachute springen is wel 50
jaar geleden hé,als ik nog eens vlieg naar Spanje
vraag ik een valscherm.
Steunt U mij als we elkaar
zien binnenkort op Zaventem?
...twee kindjes met het
syndroom van down. Ze deden hun eerste communie bij ons in de kapel omdat het
in de grote kerk te druk was voor hem en zijn vriendinnetje. Ze
waren 7 en 8jaar.Alle aanwezigen waren familie en
vrienden, de kindjes waren mooi in hun nieuwe kleren en dat lieten ze duidelijk
merken, ze waren opgewonden en blij. Iedereen kreeg een handje en een kusje.Toen ze vooraan moesten komen voor
hun inzegening heb ik nog nooit zo een gelukkige kinderen gezien, de echtheid
van dat koppeltje sprak boekdelen.
De ontroering bij de
mensen hoe die kinderen in hun eenvoud dat grote gebeuren beleefden, was zo puur en menig traan werd weggepinkt.De priester die de ceremonie
uitvoerde deed dat schitterend en met veel geduld, het was niet gemakkelijk om
de aandacht van de twee kinderen bij het gebeuren te houden.Halfweg de ceremonie draaide één van
de kinderen zich om en riep: Mama! En zwaaide even, eenvoudig en welgemeend.
Zulke kinderen doen er
langer over om iets te leren maar lief en vrolijk zijn is een gave, het is hen
aangeboren. Ze kunnen een voorbeeld zijn met hun
opgewektheid. Voor de ouders die zo een kind hebben zullen er moeilijke dagen
bij zijn, maar ik zag in de kapel wat een ongelooflijke binding ze met hun kind
hebben.Ik bewonder die mensen, het vergt heel veel van een echtpaar
met zo een zorgenkind. Maar vraag het hen zelf, ze zouden het kind nooit willen
missen, en als koppel zien ze elkaar ook liever, het bind hen meer dan ooit.
Ze trachten constant om hun kind op een hoger peil te tillen, met enorm veel geduld.
In al hun kleine of
grote beslissingen moeten ze met het kind rekening houden of het wel kan.Wat
ook eigen is aan die kinderen, ze aanvaarden je of niet. Toen ze uit de kapel kwamen door een
haag van familie en vrienden zag de jongen me plots. Hij kwam naar mij toegelopen en gaf me
een natte zoen op mijn kaak. Nog nooit heb ik zo een oprechte kinderliefde gezien, dat vergeet een mens nooit.
Ik was zeer vereerd en ontroerd want
ik mocht me bij zijn vrienden rekenen.
Het moet verschrikkelijk
zijn om alleen achter te blijven als je levenspartner
wegvalt, na vele jaren samen alles te hebben
gedeeld in vreugde en soms ook tegenspoed.Uw kinderen zijn het huis uit,U bent alleen om alles te doen.
Vroeger had ieder zijn taken,hij den hof, uzelf binnen huis, hij liep dan eens
binnen voor een koffie en een babbel. Als ge nu dan eens zin hebt om niets te doen, blijft alles staan. Je kinderen helpen je wel, maar die hebben ook hun gezin.
Nu zit U alleen aan
tafel, zonder babbel, wat starend in de hof, je voelt je eenzaam. U hebt niets te kort, alleen liefde mist U, het huis is
afbetaald en U hebt wat geld.Je hebt wel vrienden en vriendinnen, maar dat thuiskomen savonds in dat veel te grote huis is
nog het ergste.U
wordt wel uitgenodigd op feestjes, maar U voelt zich niet lekker als ge naar huis gaat.
Men geeft U drie dikke zoenen en weer
bent U alleen.Vroeger
kon ge uw man al eens verwensen, nu denkt U:
was hij maar hier om in slaap te vallen in zijn armen.
Maar U bent nog mooi en
na jaren denkt U wel eens aan een andere man, en aan seks. Getrouwde
mannen genoeg die zin hebben in een avonduurtje, maar dat is geen oplossing,
toch niet voor lang. Nog iemand anders nemen, op uw leeftijd?In het begin lijkt dat aangenaam, maar ze brengen ook hun kwalen mee,
en doen niets anders dan zeggen hoe goed ze wel zijn, en het
gevoel uw eigen goesting te kunnen doen geeft
U toch vrijheid.
Onlangs zei een man die
ook zijn vrouw al jaren had verloren: Een
vrouw is welkom maar zonder valies, alleen met haar handtas. We praten en eten wat, we laten ons
eens goed gaan,meer
moet dat voor mij niet meer zijn en dan is het tot de volgende keer. Een vrouw zei: Ik heb een LAT relatie, living apart together, ofwel een WOB relatie, Wippen Ontbijten en Buiten.
Het is geen vastigheid, maar mijn
kinderen willen niet dat ik iemand in huis neem. Ze hebben er geen zaken mee, maar ze laten het toch maar mooi
uitschijnen.
Zomaar een
vriend hebben als vrouw en een vriendin hebben als man, kan dat niet?Een soulmate die niet belust op seks, die naar je kan
luisteren in wanhopige dagen, waar je gewoon alles tegen kunt zeggen, en
waarbij je uw
gsm eens kunt nemen en bellen als het echt niet meer gaat, zou dat geen verschil
maken in je eenzaamheid? Gewoon doen waar je zin in hebt,
lachen en alles op je laten afkomen en genieten van het leven zal nog het beste
zijn, hopelijk in alle gezondheid.
Nen hond bijvoorbeeld? Ik moet uitzien wat ik schrijf, dat ligt zo
gevoelig voor mensen die van dieren houden. Zelf heb ik altijd dieren gehad,
zeker als de kinderen nog thuis waren. Hoe bizar het ook klinkt, soms hoor ik
zeggen: Als ik ooit alleen kom te staan dan schaf ik mij een hondje aan,
gezegd van vrouwen, oudere natuurlijk.
U weet niet waar u aan begint, zo een mormel dat jankt, dat doet zijn
behoefte in huis, moet overal mee, moet op U schoot en soms in je bed, loopt
altijd achter je gat. U kunt niet meer op reis, U mag niet meer in het
restaurant, alles hangt vol haren. Maar De voordelen, de vriendschap die u er
van krijgt, zo een beestje kan U op den duur niet meer missen. U praat ertegen,
het gevoel dat U niet alleen bent, U kunt terug voor iets zorgen, het vlijt
zich tegen U aan, als ge er aan begint is het niet meer te missen.
Onlangs waren we op een receptie. Er was ook een zaakvoerder met enkele
medewerksters, bij een van de jonge dames hing een tas om haar hals met een
opening bovenaan, waar een honden kopje uitstak, een Chihuahua. Het gaat
altijd met mij mee, zei ze. Overal, maar dan ook overal. Ook op de zaak?,
vroeg haar baas. Jaja, zei ze, hij had het nog nooit gemerkt, het beestje
weegt 1 kilo
en kan in je binnenzak.
Een poes dan, die heeft een vrije loop en is misschien makkelijker. Dat
zeurt niet zo en daar hebt ge ook vriendschap van. Vroeger deden die hun
boodschap buiten in de hof, nu moet dat in een bak in huis zijn, vies vind ik
dat. Dat komt ook op je schoot liggen en spint dan, zalig genietend van je lichaamswarmte.
Ik griezel er nu nog van, we waren op vakantie in een warm land en
liepen op het strand. Het was er druk, een mevrouw wandelde er met haar
piepklein hondje, het liep los zonder lisje. Plots komen er twee verwaarloosde
hele grote smerige honden afgelopen, iedereen was er bang van, die nemen dat
klein beestje in hun muil en scheuren dat diertje in stukken voor de ogen van
die vrouw en honderden omstanders. Ik nam een stok die er lag van een strandzeil
en ging er op af, de moordenaars keerden zich razend naar mij om, en met bloed
en de overschot van dat kleine beestje in hun muil. Ik vond mijzelf laf, maar
niemand hielp en met korte broek en op blote voeten in een vreemd land op
vakantie Ik moest achteruit, ik ben er nu nog niet goed van na al die jaren. Die
mevrouw was in alle staten en schold iedereen uit voor lafaards. Ik kreeg een
klein knikje als dank, ik weet niet waarom. Haar hondje was dood en in stukken gescheurd.
Toen kwam de politie, de honden werden gevangen met een net en
afgevoerd, ik vertel dat verhaal nu nog aan iedereen. Dat was zo angstaanjagend,
ik krijg er nu nog kippenvel van. Ik heb het overschot van haar beestje in een
plastiek zak gedaan. Het bandje rond zijn hals was in twee gebeten, het kopje
lag ernaast en heb het zakje neven de hysterisch wenende vrouw gezet. Ze keek
niet op, ik voelde mij beschaamd en laf, ik had teveel aan zelfbehoud gedacht,
moest ik sneller gereageerd hebben dan had het hondje misschien nog een kans
gehad? Mijn gedachten werden gans die vakantie overschaduwd door dat voorval. Zelfs
als ik er nu nog aan denk ben ik er nog niet goed van.
Dat is een naam die
men niet meer hoort en ik vind die mooi, zoals Ward, Leon, Louis, ook Karel en
Petrus zijn nu terug in. Ik kan de namen van tegenwoordig bijna niet meer
uitspreken. Wie bepaalt die namen eigenlijk,een mooie man of vrouw of een sportman
wiens voornaam gebruikt wordt, ik weet het niet. En als pasgeborene kunt ge niet
kiezen, dat is het hem juist. Je zit er gans je leven mee opgeschept met of
tegen je goesting.
Vroeger werden bijna
alle namen afgekort, Edward werd Ward, Maria werd Mieken, Andre werd Rik, Filomiene
werd Mien, Albert werd Bert, Emiel werd Miel, Godelieve werd Lieve, Marleen
werd Leen. Ik vind die verklein namen wel lief. Ik had zelfs een tante Maans,
van Clemans. De tijd dat men Melanie, of Corduul, Eulalie, Bernard of Serafien
of Esmeralda noemde is voorbij, maar ge weet dat toch maar nooit. Misschien
komt dat ooit nog terug. Pelagi is onlangs overleden, ze was 102 jaar. Ik denk:
zo een 60 à 70 jaar terug had iedereen volgens mij een bijnaam die betrekking
had op een misstapje, of op zijn uiterlijk. Of men je ermee kwetste daar hield
men geen rekening mee. U werd geboren met een bochel? Gans U leven noemde men U
DEN BULT. Of had u platvoeten, of zag wat scheel, of je haar was ros. Wreed hé.
Soms waren er
grappige namen bij. Iemand was Peer den natten omdat hij dronken in een sloot
kopje onder ging en zo de herberg binnen strompelde. Fiel de leugenaar werd
steeds betrapt op leugens, als iemand zijn officiële naam vroeg, zei hij: Fiel
de leugenaar, Mijnheer! Lange Stien was twee meter en tien. Iemand was de
dochter van poepejeanne. U raad het al, haar moeder had een kont om U tegen te
zeggen. De floeren ging met zijn velours broek slapen, ge kon er soep van
koken.
Lie kak nam het
niet te nauw met hygiëne. Kromme Hema kon geen varken tegenhouden, het kon
tussen haar benen weglopen. Voor Martin de kiekendief moest ge U kippen bij
je in huis nemen of U kwam tweede. Bavo den tootentrekker deed zijn bijnaam alle
eer aan, den Tjeef alias de vuile muil was een gemene achterbakse zeveraar
die geen vrienden had.
De losse Pol was
bij de vrouwen heel erg gekend. De snuiten kuiser, ofwel de gazet was
natuurlijk kapper. Er zijn veel ouders die er op staan dat de naam van hun
kinderen correct wordt uitgesproken, zoals Isabelle, Frederik, Katrina. Ook een
dubbele voornaam vind ik mooi, Marie Isabelle bijvoorbeeld.
Ik was in een verkaveling waar ongeveer 50 huizen stonden, met nog heel
veel woningen in opbouw. Het was een gewone
week, werkdag. Ik zie dat graag hoe mensen bouwen, al die verschillende
stijlen, verschillende keuzen van baksteen, mooi verwerkt met arduin. Smalle ramen,
schuiframen, soms bogen erin, af en toe een volledig rond raampje, allemaal in
materialen die weinig onderhoud vragen, mooie dakpannen. Stijlvolle voordeur
met inkijk in glas. Verandas die uitnodigend een overzicht bieden aan het
tuinhuis en winterharde planten gemengd met bloemen voor ieder seizoen, en een
gazon voor de kinderen, ingezaaid met sportgras.
De omheining in weerbestendig materiaal, een hek voor de veiligheid. Nu
was de verkaveling nog een puinhoop, rondom de onafgewerkte woningen kon men
nog van de ene hoop zand naar de andere springen, de afgewerkte huizen daarentegen
zagen er prachtig uit. Wij Belgen kunnen toch wat hé.
Wat me opviel, ik zag geen bouwvakkers, nochtans een gewone werkdag. Toen
ik aan iemand vroeg hoe dat kwam, zei de man: Kom eens in het weekend, dan
zult U wat zien! Wat bleek, veel van die mensen bouwden hun woning zelf. Toen
ik vroeg of iedereen dan kan bouwen en metsen, zei die man: Ze hebben allemaal
een cursus metsen gevolgd en zie het resultaat, in het begin wat haperend, maar
nu, ongelooflijk toch! En hun vrouwen helpen mee.
Ze deden er veel langer over, maar het resultaat moest er zijn, en ze
verdienden geld, anders was bouwen in deze tijd niet meer mogelijk, zeiden ze,
toch niet voor ons. Er waren zelfs handige doe-het-zelvers bij die zich waagden
om een dak te timmeren en pannen te leggen. Bij de binnen afwerk zijn er
momenteel allerhande zelfbouw pakketten te verkrijgen om zelf loodgieterij,
verwarming en elektriciteit te leggen. Wij Vlamingen zijn ongelooflijke werkers
en dat huisje, tuintje is voor ons belangrijk. Het goede gevoel van het zelf te
hebben gedaan geeft toch een bijzondere meerwaarde aan je huis.
U kunt niet alles zelf doen dat weet ik wel, daar zijn vakmensen voor, zoals
pleisteraars en chape-leggers. En die zijn dan zeker nodig. Op ons bouwen mogen
we terecht fier zijn, je ziet dat nergens ter wereld. Ik durf bijna zeggen: we
zijn de beste.
Ze is 85 jaar geworden,
ze komt er niet alleen goed voor, maar ze ziet en nog mooi uit, bijna geen rimpels. Ze loopt nog goed rechtop, en wat ze hebben moet als vrouw is
nog steeds aanwezig, kortom, men maakt zulke vrouwen niet meer.Ze laat de kaas niet van haar brood
eten, ze heeft een uitgesproken mening, u kunt ze maar best te vriend hebben,
want als vijand bent u nog niet aan de vroege patatjes. Ze moet niet achter haar woorden
zoeken, en ze noemt u een snotneus die nog niet droog achter zijn oren is als
je met haar in discussie gaat.
Ja man, 85jaar, ge zou het niet zeggen.
Vroeger zei men: Het is er een om gendarmen uit te kweken, echt waar. Ze heeft
vijf kinderen gehad die nog steeds naar
haar luisteren, en ze is nog heel goed mee met haar tijd.Ze lacht en heeft plezier, een mop is
haar niet vreemd,
zelfs een tikkeltje pikant kan, en ze heeft dan leute en zegt dan:
Hoe durft ge! Maar bovenal is het een moeder, die
niets anders voor ogen had dan van haar kinderen goede mensen te maken,
die steeds voor ze klaarstond
en in haar leven heel hard gewerkt heeft. Ze was steeds streng, maar rechtvaardig. Ze draagt geen
stola of haute couture, maar een voorschoot.
Het is mijn maatje, ik
loop haar deur niet plat, maar nu ze 85 jaar geworden is hebben
mijn vrouw en ik haar bloemen gebracht. Ze zag er ongelooflijk goed uit.Ze heeft dat lieve, dat pure, dat
aparte, dat bezorgde, zoveel innerlijke schoonheid die haar glans geeft.
Toen ik achter haar gezondheid vroeg, was blijkbaar alles oké.
Alleen zei ze: Ik kan zo goed niet meer schuren en
dweilen en dat doet mijn zoon dan, ik ben beschaamd dat hij zoveel moet doen
voor mij, het is zonde dat kind. Dat kind wordt 57 jaar en hij houdt van zijn moeder en doet er alles voor.
Gelooft
u dat nu? 85 jaar zijn en zich verveeld voelen
als men haar helpt. Als dat geen trofee waard is, de moeder en grootmoeder van
het jaar.Ze vernoemt nog alle dagen haar
overleden man waarvan ze veel heeft gehouden en mist hem nog alle dagen.
Ikzelf ben dankbaar zo iemand te kennen
en mijn respect is groot, een moeder, een huisvrouw, die haar leven opgeofferd heeft voor
haar kinderen.
Ja, ik denk het wel en
ik weet dat ik er zeker bij hoor.Oordeel nu zelf. Wij hadden niets in huis volgens mijn vrouw. Ik geloof dat niet, ze wilde uit eten gaan
ja, dat was het. En mijn pensioen was juist gekomen, dus het kon.Op het dagmenu: hazenrug, wat ik graag eet, met warme
groenten,kroketjes, een glas rood van het
huis, met een koffie achteraan, wat wil je nog meer? Toch wel een ander gevoel op
restaurant, ontspannen de mensen wat bespioneren, wat ze eten en hoe ze gekleed
gaan,iedereen in goede stemming.Toen bracht men het eten, de hazenrug
voor mij, en voor mijn vrouw steak saignantgebakken
met frietjes en wat warme groenten.
Het zag er heerlijk uit,
zeer mooi gepresenteerd. Smakelijk, zei ik.Mijn hazenrug bleek te koud te zijn,
niet genoeg gebakken, wat nu?Gemengd met warme groeten zou het misschien nog gaan, toch maar de kelner
roepen. Excuseer mijnheer, maar mijn vlees is te koud.
De vriendelijke man zegt:
Geen probleem mijnheer, ik regel dat
even! Hij neemt mijn bord. Na een tijdje: Alstublieft
en sorry voor het ongemak.
Vlees perfect, mijn groenten ijskoud, heb het maar
opgegeten met wat meer kroketten.Ben ik te verwend vraag ik mij af? Mijn vrouw had haar vlees saignantgevraagd,
het was gans doorbakken. Het was mals, maar smakeloos. De vriendelijke kelner wilde het gaan
wisselen, laat maar, zei mijn vrouw gefrustreerd.
Is dat moeilijk doen?
Wat zou U doen? Niets zeggen en bordje leegeten?
Tenslotte betaald u er toch voor,
denk ik dan? Onze avond was door het hele gedoe
wel wat verpest, de kelner was er ook door verveeld. Toen hij de rekening bracht
verontschuldigde hij zich nogmaals en vroeg wat we wilden drinken voor het huis, attent toch.
Is dat verwend zijn? Of
zijn we te veel gewoon denkt U? Of is het nooit meer goed?
Over iemands daden of
misdaden oordelen is zeker niet makkelijk, vooral als het gaat om erge feiten. En
zeker voor assisen waar een volkse jury nodig is, die dan bestaat uit mensen
uit alle lagen van de bevolking.Maar wat me wel heel erg stoort is het volgende:nu zouden er geen huisvrouwen mogen
bijhoren in de jury. Die zijn niet geleerd, zegt men.Ik ben overtuigd dat die er zeker
bijhoren, en dat die met gevoel kunnen oordelen over recht of onrecht, vooral als het over
kinderen gaat zoals in Dendermonde.Dus omdat u niet geleerd bent, en dat
vind ik al minachtend, bent u niet in staat om een rechtvaardig oordeel te vellen,
u zou verschieten van onze moeders.
Onlangs gedurende een assisen
zaak veranderden die geleerden van mening. Eerst
was de dader ontoerekeningsbaar, in de loop van het proces dachten ze er anders over.
Allee zeg, hebben die hun dossier gelezen?
Ze zouden hun kuisvrouw er moeten
bijroepen denk ik.In de erge gevallen waar moorden zijn begaan, begint men eerst te zoeken of de
moordenaar in zijn jeugd genoeg kusjes van zijn moeder heeft gekregen, en of de
vader wel aandacht heeft geschonken aan hun zoontje. Anders kan dat een reden zijn van zijn
latere gedrag en om mensen dood te maken.Ook kan dat een gegronde reden zijn
voor strafvermindering en kunt u vrij komen na een derde straf als u zich goed
gedraagt in de bak, en met twee woorden spreekt.
Hoe kunnen die zich nog goed gedragen,
na hun walgelijk gedrag? Want ze krijgen nog een kans in de maatschappij.
Weet u wat? Als u kinderen dood voor ze volwassen zijn
mogen ze van mij de doodstraf
terug invoeren. En
verder moeten ze er niet mee gaan,anders komen de geleerde mensen aandraven dat we onmensen
zijn of barbaren. Blijf van kinderen en daarmee basta! Wat komen die terug doen in de maatschappij,
terwijl de nabestaanden kapot gaan van levenslange droefheid? Ik kan mij het verdriet indenken van
al die getroffen mensen in Dendermonde. Men is nu ook aan het uitzoeken of de
dader niet gestoord was.Niemand kan die mensen troosten, ik ben er stil van als
grootvader, dit is toch het ergste wat een mens kan overkomen,je kind verliezen.
Of mag
ik dat niet meer in het openbare, juist voor en na het eten?
Alleman zit mij aan te staren, over 65 jaar maakte ik driemaal per dag voor en na het eten een kruisteken.
Men schut nu zelfs het hoofd als ik dat doe.Ik wil niet opvallen en
doe dat heel diskreet, ik doe zelfs mijn
ogen dicht, zoals ons moeder toen wilde. Maar zelfs mijn vrienden hebben er
moeite mee, ze noemen mij een komediant, zo christelijk leeft ge toch ook niet meer hé rocor, zeggen ze dan.
Gelijk
hebben ze, maar het is ook
niet gemakkelijk. Ze hebben zoveel dingen veranderd,
waar ik vroeger zoveel respect voor had, dat lijkt nu allemaal van geen tel
meer.Neem nu, vis eten op vrijdag,
bij ons iedere vrijdag nog pekelharing.Toen, ter communie gaan, alleen als je nuchter
was. Mensen durfden nog niet drinken, als
er een hostie op de grond viel moest de priester knielen en gebeden opzeggen.
Niemand mocht ze oprapen, dat was heilig
schennis. Nu deelt ons Betty van achter den hoek de communie,
en ze doet dat echt goed, ze legt de hostie nu zelfs in je hand.
Te biechten gaan hoeft niet meer. U zegt tegen ons Heer dat het U
spijt en de zonden zijn vergeven, en met je buikje vol gaat u tot bij ons Hetty
ter communie. U mag er zelfs op knabbelen hoor ik soms in de kerk, wat vroeger
niet mocht, op ons Heer bijten. Nu kunt u trouwens in ieder geloof naar de hemel. Er zijn godsdiensten bij die zelfs
maagden beloven als u hierboven aankomt, daar doen mannen alles voor.
Dat is pure leden werving, want als ik
moet kiezen, tussen rijstpap met gouden lepeltjes of maagden
versieren dan is mijn keuze snel gemaakt hé, de twee zou ik zeggen.Daarom beginnen mijn twijfels te
komen, het schijnt dat men nu zelfs mag vrijen zonder kinderen te verwekken.
Alleen voor de leute. Niet dat ik daar tegen ben, verre van,
maar ik ben opgevoed met al die vorige dingen, en heb het nu moeilijk, zeker
met het gezegde: ZE hebben ons vroeger nogal wat wijs gemaakt zenne!, was dat dan allemaal bedrog en komedie?
Voor
mij is bijna alles weg. Ik heb mijn eigen geloof gemaakt na al
die jaren, ik ga nog ter kerke, maar verder? Voor mij is iedereen gelijk. Ik tracht eerlijk te zijn, wat niet
van mij is moet ik niet hebben, ik zorg voor mijn familie en zeker voor mezelf,
dat heb ik ondertussen geleerd. Ik eet nog wel pekelharing maar alleen als ik zin heb, ik
praat nog wel met God als ik hem nodig heb, ik profiteer van het leven.
En die maagden hierboven
en die rijstpap, het is aanlokkelijk, maar ik heb mijn twijfels erover.
Er is nog niemand teruggekomen ter bevestiging.
Ze was een onbekende
voor mij, een schone knappe madame, en ze wist het. Toen haar man stierf, die gans zijn
leven gewerkt had en een goede duivenmelker was geweest, verdacht ze hem dat hij, omdat hij veel
prijzen had gewonnen, het gewonnen geld en dat zou veel geweest zijn, had
weggestopt en voor zichzelf had gehouden.Daarom deed ze beroep op mij, om uit
te zoeken of het geld niet verstopt was op zijn duivenkot. Ik erheen, ik had mijn slechtste
klederen aan, ik mocht enkel langs achter gaan, want zo een slecht geklede man verdroeg
ze niet in haar omgeving, liet hare hoogheid heel duidelijk merken.
Wat ze wel zei:Ik hoop dat U eerlijk bent, en als ge
iets moet vinden klop dan maar op de deur, want binnenkomen zat er niet in.Ik heb dat kot
binnenstebuiten gekeerd, geen rooie duit
gevonden. Ik had er zelfs de dakpannen afgehaald,
ik was er uren aan bezig. Volgens mij had hij het geld opgezopen en gelijk zou hij
gehad hebben,
dacht ik nadien.Ze
geneerde mij gewoon en keek met ongelooflijk afgrijzen naar mijn klederen, want daar hingen duiven pluimpjes
aan, en misschien wat duiven stront. En zeker, nu ik niets had gevonden, gunde ze
mij geen blik of
bedankje voor mijn inzet en zei dat ik de uitgang wel zou vinden via de zijdeur,
zich duidelijk bewust van haar schoonheid en waardigheid.
Vele vele jaren later wordt er gebeld aan de deur bij mij thuis. Een verpleegster vraagt mij:Mijnheer, kan U mij eens helpen,
er zit een dame op het toilet hier in de straat
en ik krijg ze niet opgelicht om ze te verschonen, ze is veel te
zwaar! Ik mee op het wc. Een
oude dame, die grote boodschap had gedaan, dat
kon je ruiken. En
wie herkende ik? Juist ja, de chi-chi madame van toen. Ik heb ze opgetild, ze
geneerde zich schromelijk. De
nurse waste haar kont af en deed haar een pamper aan, ik plaatste ze terug in haar
stoel.
"Geef mijn geldtas eens",
zei ze tegen het meisje. "Zodat ik de werkman kan betalen." Ze had het godver nog niet afgeleerd,
nog altijd dezelfde minachting. Het kan verkeren, zei Bredero. Weet u wat ik, de werkman dacht? U mag U geld houden! Eén ding is zeker, zelfs mooie knappe
mensen moeten grote boodschap doen. En stinken!
Een tijdje terug dacht ik, ik word oud, ik ken niemand meer van onze
politiekers. In het begin een raar gevoel, maar achter een tijdje went het. Jongere
en betere, denkt u. Als men die jonge mensen bezig hoort, heb ik dik mijn twijfels.
Er moet een oppositie zijn, daarom hebben we gekozen voor democratie. Maar alle
voorstellen, maar dan ook alles afbreken, en meestal breken ze dan voorstellen
af van de vorige regeringen waar ze zelf in hebben verbleven. Dan moet die
voorzitter toch zeggen: Mijnheer uw mening wordt niet gevraagd. Wat die
geleerde mensen allemaal aanvangen en uitkramen, en niets besluiten. Als dat in
de privé moest zijn, dan gaat men failliet, dat weet iedere ondernemer, ook een
huismoeder.
Wat mij opvalt is dat we Nederland na-apen, moeilijk om toe te geven. Een
wet die ginds al in voege is, nemen we aan, mits wat aanpassingen. En daar zijn
maar de helft aantal politiekers van wat er hier zijn. Ze zijn met teveel, dat
lukt nooit, en ze willen allemaal eens aan het woord en in beeld komen. Mijn
gedacht: neem er vijf per provincie en daarmee uit, alle weken bijeenkomen. Zo
simpel kan het zijn. Een voorbeeld: waarom bevinden zoveel bedrijven zich in
Brussel? Ieder zijn ding, maar nu is men met duizenden mensen op pad iedere
morgen, om te doen wat in iedere provinciale hoofdstad kan. Die duizenden
ambtenaren, waar geen controle op is, naar de provincie ermee. Roepen en tieren
vanop de zijlijn. Hebben die dan geen manieren? Maar er moet één de baas zijn,
weet U wel? En in de volgende regering kooien die weer netjes bij elkaar,
begrijpen wie kan.
Uitmesten die boel, wanneer gaat er nu eens iemand opstaan die daar
allemaal eerlijk en oprecht een eind aan maakt en al die financiële vergoedingen
nadien laat ophouden? Die schelden elkaar uit voor het vuil van de straat, en
dat moet samen besluiten nemen? Kom hé zeg, er moet wat meer gelachen worden en
wie nooit mis is werpe de eerste steen. Ik vind die smerige uitspraken tegen
elkaar niet kunnen, respect is een woord wat sommige niet kennen. Zijn daar
geen cursussen voor op de universiteit?
Ons schoon land in twee scheiden, durf niet hé, dat zou het einde
betekenen. Zolang er centen zijn niets aan de hand, maar U ziet wel wat er nu
gebeurd, dikke paniek. Zoals altijd weet ik hoe het moet. Verdeel en heers zegt
men. Maar wat ik zeker weet: U bent met teveel. Heersen, dat lukt niet op deze
manier.
We gingen iets eten in
het restaurant. Niet chic, maar gewoon. Maarwel goed en betaalbaar.We zaten er al een tijdje, en wij
wachtten eigenlijk op de kelner die als
naar gewoonte zou komen vragen welk aperitief we wensten te nemen.
We doen dan het klapke van de week met
vrienden, wat altijd aangenaam is. Het duurde vrij lang en we gaven een teken aan de kelner om
langs te komen, wat hij ook deed.Toen we hem vroegen of hij ons vergeten was
voor de aperitief, zei hij: Sorry, wij mogen dat niet
meer vragen van de baas,met die alcoholcontroles nemen de mensen geen
aperitief meer, ze bestellen ineens een fles wijn waar ze mee aperitieven, die
ze dan verder opdrinkenbij het eten. Aan jullie de keuze.Geen aperitief dus.
Na de hoofdschotel hebben we graag een Italian
coffee,U raadt het al, niet dus.Mijn vriend is een roker, hij tracht te stoppen.
Hij is dus aan het afbouwen, maar bij warm eten
lust hij nog wel een sigaartje. Hij moet dan na zijn hoofdschotel zijn jas gaan halen en
buiten in de koude enkele haaltjes doen en halfweg zijn sigaartje wegsmijten en
zijn koffie komen drinken, allemaal wreed plezant vindt U niet?
Iemand had er iets op
gevonden. Hij had een feest in een hotel, hij
vroeg of hij kon overnachten na het feest, geen enkel probleem, hij had stevig
gedronken. s
Morgens een licht ontbijt genomen, en
met de auto naar huis, rond 10 uur in de voormiddag, want de kinderen kwamen hem
verjaardag wensen. Alcoholcontrole, hij moest zijn auto laten staan en zijn kinderen
bellen om hem te komen halen. De agenten hadden er alle begrip voor en de boete zou klein
zijn.
Ja man, we zijn allemaal
70 jaar, wat is het nu eigenlijk, mag er nog wat? Ik
stel voor: vanaf 65 jaar een tolerantie in te
voeren, waarbij we net iéts meer mogen. En nu volgt onze bedreiging, we laten enkele schotels komen thuis, we nemen
onze beste wijn en doen wat we willen. En, we rijden jullie niet meer in de
weg, weg met die oude knarren, maar ook de helft van de restaurants dicht, zoek
het maar uit, we zijn in ons gat gebeten!
Ik ben dik aant zeveren, in de krant van 21
december stond: In Zimbabwe mengen de mensen koeienmest in het weinig eten dat
ze hebben om toch dat gevoel van voldaanheid
nog eens te ervaren. Ik ben beschaamd, ik ga dit blogje uitgommen
Kort geleden was ik in gezelschap,
alleen als man (overleef het maar) van minstens acht vrouwen, en omdat mijn
moeder mij altijd gezegd had: Roger, altijd met twee woorden spreken, en alleen
spreken als men je iets vraagt, luisterde ik en zei niets, wat bangelijk
moeilijk is voor mij. Want het gesprek ging over 'mijnen doktoor' en over hun
ziekten. Ze leken er godver niet ziek uit, ze wilden aandacht ja, weten die nu
anders niets? Leutig voor mij! Maar ik hield mij aan de regels, mondje dicht.
Die
dames waren allen om op te eten, zo mooi waren ze, maar ik stelde vast dat hun
houdbaarheids -en versheidsdatum ruim overschreden was, ze zagen er nog zeer
goed, dat wel, maar opeten neen dat zat er niet meer in. Zes van de tien konden
s nachts niet slapen, ze namen een Stilnoct in. Een medicijn van 'mijnen
doktoor', dat kon geen kwaad had hij gezegd. Een klein nadeel, u moet er een
doktersbriefje voor hebben en dan kwam het duur uit, dus Roger oppassen geen
slecht woord over 'hun doktoor,' dat was God de Vader.
De
andere vier namen een Dafalgan in, volkomen onschadelijk zei 'mijnen doktoor'
en de zorgen vielen zo van je af, en je sliep als een roos, zonder pijn of
zorgen. Ja, zei Irène: de laatste tijd heb ik last van mijn maag ik ben naar
mijnen doktoor geweest. Hij schreef Motilium voor, laten smelten onder de
tong drie maal daags, dat kon je gans je leven innemen, zonder problemen. En
het hiélp zei Reentje, de bloedprocessie ging toch niet meer uit, zei ze, ik
weet niet wat ze bedoelde.
Allemaal,
maar dan ook allemaal, namen ze een pil Zokor in tegen hoge cholesterol.
Iedereen had nu rond de 180, perfect had hunne doktoor gezegd, beter dan U
alles ontzeggen van vet of pralinnekes. Een Zokor lost dat allemaal op. Een
bloedverdunner was ook in, alle dagen te nemen met wat yoghurt, dan kreeg je
geen geraaktheid, wat dat ook moge zijn.
Ik
werd hoe langer hoe zenuwachtiger. Irène had al een paar keren naar mij
gekeken, zo van: En wat neemt U mijnheer? Ik antwoordde, maar met de gevolgen
van dien. Ik zei :Ne whisky cola mevrouw met ijs en citroen. Anders niets?
riepen ze in koor, Wat komt u hier dan doen, gezonderik? Ik zei dat ik zelfs
geen blauwe pil nodig had, (die vanbinnen wit is), en die het leven nog
aangenamer maakt. Maar dat zegt u niet in zo een gezelschap, wist ik nadien. Ik
hoorde ze nog roepen vuile opschepper! Mijn moeder had gelijk, alleen praten
als men je iets vraagt. Volgens mij hé, kunnen die allemaal met de helft van
die pillen ook overleven, maar als ik beleefd mag vragen: spreek eens over iets
anders dan jullie ziekten. Aandachtvragers!!
In mijn jeugd woonden
we tussen de boeren, een speciale sfeer. Omdat ons Vader ook van boere afkomst
was, kenden we iedereen, en kon ik die boerderijen binnen en buiten lopen. Ik
was er thuis, een ongelooflijk goed gevoel, tussen al die harde werkers, en
tussen de dieren, en ik mocht dan ook helpen bij het kalven, en biggen vangen.
Een paard dat moest gedekt worden mocht ik bijwonen, ik hielp op het land om
aardappelen te rooien, moest met de paarden rijden, hielp de oogst binnen doen.
Kortom, echt leuk, het was soms hard werken, maar ja dat kon niet anders, ik
vroeg mij niets af. Ik kon overal mee eten aan tafel en op het land, ik at spek
met eieren, kop vlees, beuling, groenten en fruit.
Zij noemde Elisabeth,
hij noemde haar Liesje, hij was Petrus, ze waren kinderloos. Ze hielden veel
van elkaar, ze waren altijd samen en keken elkaar veel in de ogen, zag ik. Ze
leefden met en voor elkaar. Hun landerijen bevonden zich heel dicht bij de
hoeve. Als hij op het land werkte en het was schaftijd blies zij op de koperen hoorn.
Een afgesproken geluid, als hij dan thuis kwam gaf hij haar steevast een kus,
fezelde iets in haar oor waarop ze lachte, en zei: Zotte man, nu toch niet
zeker en ze keek dan naar mij. Hij schoof zijn voeten onder tafel en wachtte
tot ik en Liesje op ons plaats zaten, sloeg een kruisteken, en eindigde steeds
met Heer zegen ons en ook deze spijzen die U milde hand ons geeft, door Christus
onze Heer amen. Smakelijk!
Het eten begon met
botermelk pap, gevolgd door aardappelen met bonen en een groot stuk goed gebakken
varkensvlees met veel saus en eindigde met vers fruit. Alles van eigen bodem,
een glas helder water uit de pomp put. We maakten een kruisteken en we gingen
terug naar de akker, hij pikte de gerst en ik bond ze in busselen en we zetten
ze in schoven, tot de hoorn opnieuw weerklonk. Als knaap keek ik naar die
mensen op. Was dat nu de liefde? Ik vond dat zo mooi.
Ik heb nooit zo een
goed koppel meegemaakt, ze beminden elkaar, ze werkten hard, hadden leute, aten
goed, kwamen vooruit, geloofden in God. Plots sloeg het noodlot toe, Petrus
kreeg een longontsteking en was op 14 dagen dood en begraven. Elisabeth haar
wereld stortte in, ze begon in zichzelf te praten, Petrus zijn werkvest bleef
aan de nagel achter de deur hangen, zijn klompen schuurde ze alle dagen af,
zoals ze altijd al gedaan had. Ze keek voortdurend naar de deur, ze verwachtte
hem. Ze was schuw geworden. Ze praatte constant met hem, ze keek uren naar zijn
foto, ze streek door mijn haar, maar herkende mij niet meer. Ze kwijnde gewoon
weg, ze wilde bij Petrus zijn, wat haar op korte tijd lukte. Ik begreep toen
wat eeuwige liefde was, en zeker liefde tot ter dood.
Dit was mijn kerstverhaal.
In wens Jullie allen
gezondheid, geluk en veel liefde voor elkaar in 2009!
De eerste jaren ja, maar nadien als de vurigheid wat weg is, hebt ge er
niet anders dan last mee. Ik ben een Vrouw en ik kan mijn plan trekken, ik weet
dat ik mooi ben, een vingerknip en ik heb nen andere. Jullie mannen denken
altijd aan swaffelen(*), eigenlijk aan niets anders, jullie zijn allemaal dezelfde.
Ik beken als vrouw, soms heb ik ook er behoefte aan, dat wel, maar onze regel
word stilaan:ander en beter.
Ik houd mij aan de regels op de baan, dat macho gedrag met harde radio,
wind me niet op. Integendeel, ik heb geduld, wat zeker van jullie niet kan
gezegd worden. Ten andere, wees eens een beetje netjes, ruim jullie rommel op!
Ik ben het beu alles achter jullie gat weg te doen, we zijn jullie slaafjes
niet, denk daaraan.
En misschien, moest ge wat ordelijker zijn, zouden jullie eens iets
terugvinden, wij weten alles liggen in onze woning. Als ik zeg, haal de was
eens boven moet ge niet in de kleerkast
kijken hé pummels maar in de badkamer. En doe het licht dan uit, want dat
blijft altijd branden, als ik dat uit moet doen iedere keer achter jullie rug,
dan kan ik beter alles zelf doen. Het enige dat jullie tegelijk kunnen is de
gazet lezen en eten, aan sex denken samen met werken lukt zeker ook. Maar
andere dingen tegelijk doen, daar kennen jullie niets van.
Het moet eens gedaan van eigt to five te werken en dan te denken dat
ge gedaan hebt. Wordt eens wakker en zie wat wij allemaal na ons werk doen,
hoort gij ons opscheppen, neen toch, wij doen het gewoon. Effe resumeren, de
waarheid kwetst, maar zonder ons stuikt jullie wereldje in elkaar, de beste
oplossing zou zijn: laat ons gewoon verder doen zoals we bezig zijn, en ieder
in zijn waarde laten. We moeten wat bekennen, we kunnen ook niet zonder jullie.
Dag binken.!!
Tot gauw rocor
(*) swaffelen is hét woord van 2008 geworden: Het laten slingeren van
het mannelijk geslachtdeel, en er moedwillig tegen een project mee aantikken.
Ik vraag het me soms af, maar al bij al ga ik maar blijven wat ik ben,
een man. Het grote voordeel van man te zijn, wij verliezen geen tijd voor de
spiegel. Als mijn klederen proper gewassen zijn is het goed voor mij. Ik zal me
nooit herkleden, zoals vrouwen, die zich afvragen, gaat dit wel samen, moeten er
lage botten bij of hoge, en past mijn schmink wel bij de kleur van mijn haar? Lange
broek of rok? Ik gooi die broek weg als ze glanst, waarom zou ik dat nog bijhouden
en alles in de kast proppen zeker? Ik weeg te veel, maar alle dagen op de weegschaal? No way! Wie mijn lijf
niet kan zien, dat hij dan voor zich kijkt, geen stress aan mijn lijf voor die 10 kilo overgewicht, en veldsla
en alles light eten, niet voor deze jongen dus.
Ik zie soms vrouwen parkeren en dan denk ik, die heeft haar rijbewijs
afgekocht of gekregen? Er zijn er bij die rondjes rijden tot er een plaats is
waar ze vooruit in kunnen rijden, en dat rijdt ook per auto. Ik vind het wel
onrechtvaardig dat ik meer verdien dan een vrouw voor hetzelfde werk. Maar
ergens is dat hun eigen schuld, ze zijn
20 jaar te laat in gang geschoten. Ze zijn nu wel goed bezig, maar dat wil niet
zeggen dat ze hun borstjes moeten vooruit steken en denken dat ze ons kunnen
passeren hé, neem gerust jullie tijd.
Beste vrouwen, geef toe, we zij handige binken. Als er iets kapot is,
vraag het gewoon aan ons, we herstellen het. Geef ons dan een schouder klopje,
verwen ons, en zeg dat we goed zijn, meer
moet dat niet zijn. Waar we echt goed in zijn, we kennen perfect onze baan. Als
we ergens geweest zijn, rijden we er nadien blindelings naartoe. Daarom hebben
ze nu de GPS uitgevonden, dat is wat gemakkelijker voor jullie, als ge ermee
kunt werken natuurlijk, maar dat komt nog wel, als U iets moet weten daarover,
vraag het ons ge moet niet bang zijn, we zullen jullie niet uitlachen.
Jullie zeggen wel, ge moet dat niet in huis pakken ne vent, niets dan
miserie! Maar zonder gaat ook niet, als was het maar om ge weet wel. En daar
kennen we alles van. Och God hoor ik jullie denken.
Tot gauw rocor
NB Beste vrouwen, volgende week waag ik mij om jullie te bejubelen. Dat
is dan met afleveringen, want wat zouden wij voorstellen zonder jullie? Graag
een hint waar jullie goed in zijn!