‘Varennes’ ontwaakt, het is grijs buiten, hoe kan het ook anders. Tot nu toe is het droog. Jef gaat al vroeg naar de bakker en brengt ovenvers brood en croissants mee. Tenminste één schrale troost…Nauwelijks negen uur en we hebben er weer van; regen en nog niet zo’n klein beetje ook.
De moed zinkt alweer diep weg, ik haat dit. Voor de zevende dag op rij gaan we’t niet droog houden. Onze motorhome is een echte wasserette. Ria doet niets anders dan rijden en de was en plas doen. En, krijg al die kleren maar droog, alles is zo vochtig!
Nog enkele dagen dit weer en ik haak af, dat staat vast, deze morgen had ik al een serieuze snotter- en niesbui en dat zal er niet op beteren. De kilometers hebben me tot op dit moment weinig of niets gedaan maar het weer tackelt me elke dag opnieuw!
Alé, al de rommel aan en mee en wijle weg. We hebben afgesproken om de motorhomes te kruisen na ongeveer 30 km.
Gewoontegetrouw krijgen we meteen een muur voorgeschoteld na het vertrek en vandaag is dat niet anders. Een pittig begin gevolgd door een drietal kilometer tegen 5 à 6%. De regen pletst omhoog, mijn bril dampt weer aan, mijn half natte handschoenen worden nog natter. Van Thierry heb ik andere overlaarsjes gekregen.
We krijgen een tiental kilometer flauw bergaf en rijden door het ‘Bois de la Gruerie’, een bos met geschiedenis. We merken er weinig van.
Stilaan wordt het landschap opener, de regen is drup geworden. De motorhomes halen ons in en rijden naar het RV-punt bij ‘Somme-Boinne’. Als we er een half uurtje later aankomen is het eindelijk opgehouden met regenen.
Thierry en ik eten een hap en ik trek droge kleren aan. Een kwartiertje later vertrekken we terug, profiterend van die enkele opklaring. Het landschap is nu volledig open. In de verte ligt een plattelandsdorp, half verscholen achter hele velden met knalgele koolzaadbloemen contrasterend tegen het biljartgroen van de korenvelden. Schaduwen nestelen zich naast de fietsen, heel even, dan weer heel even. De weg gaat met de regelmaat van de klok op en neer over de eindeloze kleurvakken van de gigantische akkers. In de verte duiken de twee torenspitsen op van ‘L’Epine’. We zijn bijna in ‘Châlons-en-Champagne’.
We zoeken de kortste weg naar de gotische kerk van ‘Notre-Dame-en-Vaux’ en halen onze verdiende stempel. Eens op de camping is het echt zalig. De zon schijnt vollen bak en het is genieten. Alle zorgen verdwenen. Eindelijk kunnen enkele machines draaien en voldoende drogen.
Morgen wordt het weer een zware dobber tot ‘Troyes’. Wat later komen Philip, Monique, Dirk en Marina, allen motorhomevrienden, op de camping toe. Ze hebben speciaal een omweg gemaakt op de weg naar het Noorden om te supporteren, knap hé…
|