We zijn zelden met zo’n mooi uitzicht wakker geworden.
Je zou nochtans zeggen dat de LU633 een verlaten reisweg is die bijna alleen door fietsende en wandelende Caminogangers genomen wordt maar we hebben aan de lijve ondervonden dat dit gegeven zeker niet waar is. De hele nacht door passeerde er geregeld een auto die zijn aanwezi gheid te kennen gaf door wat harde muziek op te zetten of te claxonneren hetgeen onze nachtrust zeker niet ten goede kwam, waar we blijven erbij, de locatie was meer dan de moeite.
Tot gisterenavond laat zijn er fietsers en wandelaars onze parking voorbijgekomen. Om 21.50u volgens ons de laatste fietser, een vader en dochter verbonden met een koord, om die enkele meters tot de ‘Alto de Poio’ nog te overbruggen.
De zon schijnt, maar voor hoe lang nog? In de verte stapelen de wolken zich al op!
We vertrekken redelijk vroeg en na de enkele meters bergop gaat het bijna in één ruk bergaf tot ‘Tricastela’ zo’n 20 km verderop. De afdaling gaat langs een brede, goed aangelegde asfaltweg en we zoeven de dieperik in. In het dal is een kleine Albergue en we laten onze carnet afstempelen.
De weg gaat stilaan op en af en het is fijn rijden. Hoeveel fietsers we gisteren ook zagen, ze lijken één voor één hun zondagsrust te nemen, we zien er amper 7 waarvan 2 op de fiets…
In ‘Samos’ stoppen we bij het grootste en tevens één van de oudste Spaanse kloosters. De motorhomes, die ons ondertussen gepasseerd waren, zijn hier ook gestopt en iedereen heeft het klooster bezocht en was danig onder de indruk. Vooral de muurschilderingen in de gangen waren nogal overweldigend!
Thierry en ik stoppen even bij de pater, die een winkeltje draaiende houdt. De goedlachse man moest met ons persé op de foto, in ruil voor een joekel van een stempel.
Tot ‘Sarria’ is het redelijk mooi cruisen. Af en toe een bultje maar voor de rest kunnen we wat rondzien en nagenieten van het uitlopende bergmassief. ‘Sarria’ is een wat rare stad, de hoofdstraat is nogal smalletjes in vergelijking tot de hoogte van de gebouwen en geeft een wat claustrofobisch gevoel. Het ziet er zeker niet gezellig uit en ondanks de vele bars en café’s oogt er geen enkel echt uitnodigend om onze boterhammekes op te eten.
De zon is volledig verdwenen achter een massieve grijze wolkenmassa. Het regent niet maar lang zal het niet meer duren. Het is nog 21 km tot onze volgende slaapplaats in ‘Portomarin’ en als we al droog willen aankomen is het misschien nog niet zo’n slecht idee om verder te rijden. Buiten ‘Sarria’ draaien we linksom en meteen wacht ons een serieuze klim. Af en toe zit er wel een stukje vals plat tussen maar we moeten toch 13 km recht op de trappers. Het is puffen en blazen en zonder onze ‘middagpauze’ gaat het een stuk moeizamer.
‘Piradela’, we zijn boven. Tot ‘Portomarin’ is het nog een kilometer of 9, recht naar de ‘Rio Mino’. Ondanks het feit dat het vandaag een redelijk vlakke rit was met een serieuze afdaling in het begin sprokkelen we toch weer meer dan 750 htm bij elkaar.
Rond 13.30u zijn we al op de camping en kunnen we nog wat rust inbouwen voor de ‘laatste’ rit van morgen die toch nog 100 km bedraagt; ‘Santiago de Compostela’, ons einddoel!
In de namiddag druppelt het af en toe wat flauwtjes, voor de volgende dagen wordt regen voorspeld… We zullen aankomen zoals we vertrokken zijn… met regen…
|