Actueel
Gemeenschapsraad
Nieuwsblad regio

Vers van de pers

Rollo spreekt

Informatie

Het Buurthuis

Kalender

Dokter - Tandarts - Kine
De Lijn
Handelaars
Containerpark

Verenigingen

ACW
Crescendo
Chiro
Historie Folklore
Folkloreraad
Harmonie
Gezinsbond
Gulden Leeftijd
KAV
KVLV
KWB
Landelijke Gilde
NEOS
Okra
Pimpeloentjes
St.-Antoniusfeesten
Toneel Trees
Verbroedering
Ziekenzorg
Parochie

Kerk en leven

Vormsel

Mededeling

Cultuur

Kerkbezoek

Verken Rollegem

Wandelgids
Noord            Kaart  
Zuid              Kaart

Historie

St.-Antonius Abtkerk
St.-Antoniusfeesten
Rond de kerk

Sporthal Weimeersen

Parochiezaal

Basisschool

Varia

Ne Rollo

Rollshausen
Foto
Foto
Foto
Hoofdpunten blog belleman
  • stabroekse roepsteen
  • Historiek van de roepsteen
  • De roepsteen te Rollegem
  • Gemeentelijke bekendmaking in den oude tijd
  • De wieg
    AAA
    Zoeken in blog


    Archief
  • Alle berichten
    Archief per jaar
  • 2024
  • 2023
  • 2022
  • 2021
  • 2020
  • 2019
  • 2018
  • 2017
  • 2016
  • 2015
  • 2014
  • 2013
  • 2012
  • 2011
  • 2010
  • 2009
  • 2008
  • 2007
  • 2006
  • 2005
  • 2000
  • 1999
    Beoordeel dit blog
      Zeer goed
      Goed
      Voldoende
      Nog wat bijwerken
      Nog veel werk aan
     
    Laatste commentaren
  • Vercaempst Donald (Rudy Kenis)
        op doodsprentjes, bidprentjes 1989
  • Ik heb een foto van remy castel oudstrijder 14-18 en gestorven 1966 (Chielens laurens)
        op geef ze een naam
  • Correctie op artikel (magna houtekier)
        op gehuchten
  • Van harte welkom medeblogger (Patricia)
        op FEMMA
  • Bidprentje (Yanaika)
        op doodsprentjes, bidprentjes 1978
  • Groetjes (rud)
        op kerk en leven
  • Groetjes (rud)
        op kerk en leven
  • fijne vrijdag (rud)
        op het landelijk leven te Rollegem
  • Fijne dinsdag (rud)
        op kerk en leven
  • Groetjes (rud)
        op kerk en leven
  • Foto
    Schepenhuisstraat 68
    Foto

    Bellegemseweg ( Roll) nr. 4

    Foto

    Rollegemplaats nr. 5

    Foto
    Klijtbergstraat nr. 4
    Foto
    Rollegemseweg nr. 20
    Foto

    Tombroekstraat 43

    Foto
    Tombroekstraat 45
    Foto
    Tombroekstraat 66
    Foto

    Tombroekstraat 249

    Foto
    Rollegemkerkstraat nr. 7
    Foto

    Rollegemkerkstr. nr. 21

    Foto

    Rollegemkerkstr. nr. 109

    Foto

    Schreiboomstr 104

    Foto

    Schreiboomstr nr.54

    Foto

    Schreiboomstr 53

    Foto

    Schreiboomstraat, 36

    Foto

    Schreiboomstraat, 1

    Foto

    Schreiboomstraat,2

    Foto

    Muynkendoornstraat 125

    Foto

    Lampestraat 113

    Foto

    Muynkendoornstraat 230

    Foto

    Lampestraat 173

    Foto

    Rollegemknokstraat 20

    Foto

    Het hof van Odo

    Walleweg 115

    Foto

    Walotex

    Foto

    Binnenstr nr. 8

    Foto

    Muynkendoornstraat 117

    Foto

    Lanteweg 12

    Foto

    Kwadebrugstraat 171

    Rolleghem en het werelds bestuur

    1146 heerlijkheid die bestond uit een

    monoir(soort kastel) gebouwd op een

    mote rondom in wallen.

    D'Halluins eerste heren van Rolleghem.

    eerste Heer Wulferius D'Halluin

    akte 1202- heerlijkheid kasteel van Kortrijk

    Aangifte te Wevelgem bij kanselier Gerard

    aan Balduin van Ronslo.

    1289 Fressende Vrouwe Van Rolleghem.

    1560 Bezit in handen van Carolus de Croi

    1635 Adrien Desmet Cinsheer van Porte-Ferèe

    (zie geschiedenis van Rolleghem)

    1735 Bezit in handen van Engelbert

           Frederik d' Ennetières

    1768 Pieter-Roger Joinville

            Baljuw(grafsteen aan de sacristie)

    1798 Franse Republiek Rollegem was deel

            van kanton Bellegem

    Joseph Jacquart was voorzitter en

    Constant de Brabander secretaries

     

    Foto

    Het schijnt dat de oude groote hofstede  een overblijfsel dier heerlijkheid is of dezelve vervangt

    Burgemeesters 1799

    of Maire de Rolleghem

    In 1769 werd te Moorsele Constantin France Vandermeersch geboren, hij trad in het huwelijk met Marie Theese Everaert en woonde op de plaatse. Hij bleef burgemeester en wierd lid van den Provincieraad, en stierf in 1849.

    Van 1849 tot 1866

    De zoon Constantin Vandermeersch

    Van 1866 tot 1870

    Joseph Warrot hij gaf onmiddelijk ontslag en August Herbau was dienst doende burgemeester.

    1870 tot 1872

    August Salembier

    1872 tot 1899

    Casimir Herbau

     

    Foto
    Foto

    van 1900 tot 1918

    Herbau Léon

    Foto

    van 1922 tot 1937

    Everaert Eugène

    Foto

    van 1937 tot 1747

    Everaert Maurice

    Foto

    Van 1941 tot 1944

    Tijdens de Duitse bezetting

    Castelain Maurice

    Foto

    Van 1947 tot 1970

    Polydoor Declercq

    Foto

    Van 1970 tot 1976

    Laatste burgemeester

    van onafhankelijk Rollegem

    Gerard Vandenberghe nu

    Nieuw in Kortrijk | Stad Kortrijk

    Rollegem blogt ...

    28-02-2014
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.missionarissen
    Klik op de afbeelding om de link te volgen

    Weet gij hoe die bruggen gemaakt zijn! ’t Is juist gelijk eene reke zaagschragen, al neven malkander gezet; daar twee balken met schenen over gesmeten, en roef, erover! Alles kraakt en wikkelt; ‘t Is een vreezelijk dingen om zien, vooral als ’t gebeurt dat men te midden eene brugge van twee of drie honderd voeten langde, stil moet staan omdat de beweginge van de brugge te groot is.

    ’t Was reeds sedert vier dagen dat we dapper vooruit gingen. Morgen zeide men ons, zullen we tot san Francisco toekomen: vreugdig om dat nieuws kroopen wij ’s avonds omhooge in ons bedde, ’t is immers geheel in den top van de voituren dat die bedden zijn. Maar eilaas, wij waren der nevens. Omtrent 1 ure ’s nachts wierden de machinisten geware dat er eene bende koeien langs de bane op de berg liepen; om die vreesachtige dieren te doen van het convoi wegvluchten, schuifelende zij gedurig; inderdaad zij liepen langs alle kanten verbaasd weg, ja zij kwamen over den ijzerweg naar de Humbolt rivier toe, en alzoo gebeurde ’t dat er twee, die ook vluchten wilden, hunne pooten door een brugsken schooten en van het convoi in stukken gereden werden.

    Gemakkelijk is het om verstaan dat het convoi van de schenen liep, nochtans, niemand en was verongelukt! Maar wat gedaan? Wij stonden daar nu, op eenen groten afstand van twee statien, met meer als 150 reizigers! Luistert: Eene tafel wierd uit eenen wagon genomen en in de weede geplaatst, terwijl een van de conucteurs eenen draad van den telegraaf losmaakte. Instumenten wierden bijgebracht en welhaast speelde de telegraaf juist gelijk in de steden. Men kondigde ons ongeluk aan in de naaste statien; twee machinen kwamen op, met volk en werktuigen, en om 9 uren ’s morgens was alles effen.

    In de “Gazette van Kortrijk” lezen we het volgende: “In 1873 werd hij door de bisschop, Mgr Segers, naar de Westkust van het eiland gezonden, om daar een nieuwe missie te stichten. Daar was hij de enige blanke in dat ongastvrije oord, waar de woeste inboorlingen mensen eten, en leven van Roof en zeeschuimerij.

    Te Hesquiat richtte de heldhaftige priester, gans alleen, doch niet zonder de grootste moeite, een missie in.

    Gedurende het eerste jaar zijner bijzonder lastige zending, braken de pokken uit, en de hoofdman der wilden verloor door de smetziekte zijn vrouw, zijn dochter, zijn zuster en haar familie. Gelovende dat de blanke de oorzaak was der plaag , loste hij twee vuurschoten op de heldhaftige missionaris, waardoor de hand verbrijzelt werd en hij erg in de rug werd gewond.Hij werd gered en herstelde in Victoria.

    Eerst 11 dagen later kwam een dokter hem verzorgen. De moedige priester genas tegen alle verwachtingen in. Later heeft hij nog meer dan een aanslag op zijn leven doorstaan, doch hij ontkwam al die gevaren zonder letsel. Langzamerhand gevoelden de wilden de verzachtende invloed der christelijke leer, en op dit ogenblik zijn er te Hesquiat geen heidenen meer.

    Toen Z.H. Aartsbisschop Orth zijn waardigheid neerlegde, werd de E.H. Brabant bestuurder van het diocees te Victoria. Nu drie jaar later(1876) werd hij opgevolgd door Mgr. Macdonald.

    Priester Brabant was zelf bisschop geworden, doch over vele jaren dodelijk gewond, bleef hij zulke letsels bewaren, dat ze zijn leven lang een waar afsteeksel zouden geweest zijn voor zo een verheven waardigheid. Mgr. Brabant trok zich wegens ziekelijkheid terug in het Sint-Jozefsgesticht, waar hij in juli zacht in de Heer is ontslapen. Hij Overleden er op 4 juli 1912

    Mei 1908, een Belg Aartsbisschop in de Verengde Staten. De Eerwaarde pater August Brabant, afkomstig van Kortrijk.(Rollegem word niet vernoemd) volgt Mgr. Orth op, die uit hoofde van ziekte, zijn bisschoppelijk ambt heeft moeten verlaten als aartsbisschop van Victoria. Sedert lange jaren reeds, wijdde de ijverige missionaris zich toe aan de voortplanting van het geloof tussen de Roodhuiden der westkust van Noord-Amerika, waar hij zeer geacht werd.

    Sedert de opofferende werking van E.H Brabant is de Westkust zeer veranderd. Er is nu geregelde stoomvaartverbinding en zelfs spoorweg. En de Benedictijnen oogsten nu te Hesquiat en Clayoquot de eerste vruchten van het zaad met zoveel bezwaren uitgestrooid door de Rollegemse zending den E.H Brabant.

    Hij was de eerste priester die permanent verbleef aan de westkust van Vancouver Island sinds het vertrek van de Spanjaarden in de late jaren 1700. Brabant kwam aan als 29 jarige katholieke priester aan boord van de achtentwintig- ton schoener Surprise, en hij zei de bediener te worden van “ de armste kerk van het christendom op Hesquiat, aan het noordelijke uiteinde van de Clayoquot Sound, over een vier uur durende boottocht vanuit Tofino. Zoals reed hoger beschreven werd hij niet lang na zijn aankomst getroffen in zijn rechter hand, door hagel uit het geweer van “Chief Matlahaw”.Terwijl zijn wonden werden verzorgd in een kreek, beschoot “Chief Matlahaw” hem nogmaals , deze keer kreeg hij de hagel in zijn rug en schouder. E.H. Brabant werd gered door een Britse oorlogsman HMS Rocket. De priester werd overgebracht naar Victoria alwaar hij herstelde. De reden van dit voorval was te wijten aan het feit dat“Chief Matlahaw” dacht dat de priester de oorzaak was van het uitpreken van de vreselijke ziekte “de pokken” . Na zijn herstel kwam de priester terug, hij steeg in zijn reputatie, hij sprak de plaatselijke taal welke hij had aan geleerd, hij deed er de mis, leerde ze het Onze Vaderen verzette zich hardnekkig tegen Nuu-chah-nulth sjamanen. Doch ze verweten hem voor de afwezigheid van voedsel. Ze lachten om de leer, waar in zij hen onderrichte. Met het kruisteken kon hij niets aanvangen, hij was geen blanke man, nog indiaans, hij was voor hen en “Chigha” de duivel.


    Categorie:Rollegem denkt aan zijn missionarissen
    » Reageer (0)
    24-02-2014
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.De tijd van toen
    Klik op de afbeelding om de link te volgen

     

    Zoals reeds eerder gezegd een schoon boerendorp aan de rand van de stad, met namen die klinken als bellen, we lopen ze even af

    In de Walleweg vinden we twee hofsteden; het “Hof van Odo” en “Goed Te Castaigneboom” Walleweg 101 is een historische naam, de hoeve ligt aan de rand van de gronden van het leen. Geen enkele andere hoeve hoorde tot dit leen. Het is een gesloten vierkant hoeve. De oudste vermelding is 1744. Hier is de landbouw nog voor lang verzekert.

    In de Munkendoornstraat, aan de knok vonden we op het nr. 125 “Rollegemknock” een gesloten boerderijtje met een toegang langs de straat, op deze ogenblik heeft het alleen nog een woonfunctie.

    In die zelfde straat “t langhof” bij het nr. 180 ook op vandaag niets anders dan een privaat woning, eens de tros van een landbouwer. Het was een van de weinige langsgeveltypes in de Kortrijkse regio.

    Bij het nr. 222 staan we bij “Brouckaertshof” een open vierkantshoeve, de oudste gegevens 19de eeuw ook hier is geen landbouw meer sinds 1979, het is een privéwoning.

    Bij het nr. 135 staan we bij het “Goed te Imbrecht” ook hier is enkel de woonfunctie behouden. Oudste vermelding 1771. De naam verwijst hier naar de uitbaterfamilie, welke in de eerste helft van de 20st eeuw de hoeve bewoonden.

    “Goed te Schoore” bij het nr. 240 met de oudste vermelding 1767, met de naam die verwijst naar de uitbaterfamilie Schoore, het bedrijf was gespecialiseerd in nijverheidsgewassen, met andere woorden

    Hij stond bekend als een vlasboerke. Ook hier is het verleden tijd, het is alleen nog een woonfunctie.

    “Het Domein” bij het nr. 274, hier gaat het om eer recente hoeve, de oudste vermelding dateert van 1936, hier is de voornaamste bezigheid kippen en zoogkoeien.

    We verlaten de Munkendoornstraat en trekken naar de Kannestraat.


    Categorie:Tijd van toen
    » Reageer (1)
    21-02-2014
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.missionarissen
    Klik op de afbeelding om de link te volgen

    Eenige maanden later verliet Mijnheer Brabant huis en thuis, broeder, zuster en maagschap, om Gods willen, en trok henen naar het land dat God hem toogen zou, op zoek naar honderdvoudige belooningen van ’t Evangelie, en naar ’t eeuwigdurende rijk des Hemels. Hij ging te schepe binnen An,twerpen, den 28 oost 1869, wezende zijn patroondag, en was, in het afreizen tot aan Vlissinghe vergezeld door zijnen Heer Broeder; Heer Julius van de Ghinste, zijne rechtzweer, subdiakensedert 31 juli laatstleden; de Heeren Arthur Croquison en broeder Schelstraete en Alphons Ghyoot, studenten ter Hoogeschool te Leuven.

    Bij zijn aanlanden in America schreef hij eenen langen brief, waarvan de voornaamste uitreksels luiden als volgt:

    “Vertrokken uit Belgenland, 29 Augusti, ben ik eindelijk, 18 october, in Victoria toegekomen.

    Dijsendag, omtrent 8 uren ’s morgens, verlieten wij Detroit en kwamen,’s avonds om 7 uren, in Chikago toe; des anderndags,’s avonds om 9 uren1/4, verlieten wij die schone stad, en om 4 uren ’s morgens reeden we over de Mississipi. Meer als twee dagen enzagen wij bijkans niets anders als weeden en effenen grond. ’t Is eene woonderbaar schoone streke, die maar de werkzame hand van den landbouwer af en wacht om rijke vruchten voort te brengen. ’t Was daar, aan den kant van een kleen water, dat wij de eerste indianen of wilden zagen. Hoe stonden zij te kijken naar het convoi.

    ’t Was tusschen 10 en 10 uren ’s avonds als wij in de nabijheid van Omaha kwamen. Nooit in mijn leven en heb ik zulken avond gehad! Voor alleer wij in de stad of beter het dorp Omaha traden moesten wij de Missouri overvaren. Wij trokken dan allen uit het convoi en naar de boot, tien minuten verre, logement in de stad gaan zoeken. Het regende en bliksemde, gelijk ik het nooit rond Kortrijk geweten hebbe, en het was helledonker!

    Iedereen trachtte in een voiture te springen, zoodanig dat er geene plaatse meer en was als wanneer wij het ook meenden te doen. Wij trokken dan te voete naar de stoomboot, wij waren nat en ’t was al! Maar over de riviere was het wat anders! Wij waren nog eene kleene halve ure van Omaha; het regende slagwater, het donderde van langs om meer, en wij zagen geen vijf voet vooruit:wij moesten erdoor en wij en kenden den weg niet, en ’t en was niemand om ons te geleiden. Nu, wij deden wat wij konden, om het licht der voituren te volgen, maar ’t was eene state ten minsten zoo slecht als de vuilste staten rond Kortrijk, en wij slierden van den eene kant naar den anderen. Welhaast maakte ik mijn bedde, wij lachtten gelijk zotten en wij zweeten dat wij

    Leekten. Mijne moet hernemende, riep ik tot de andere; Vogt mij na, komt! Ik had een reiszak op mijn schouderen en mijnen hoed onder mijnen arm, haastig gingen we vooruit, toen ik al met eens, slibberende, onderste boven in eene dijk van misschien 15 voeten diep rolde. Daar lag ik nu, en ‘k weet niet hoe het kwam, ik kon er bijna niet uit, zoodanig van het lachen.

    Nooit en heb ik zulken geestigen avond gehad, maar ook nooit zulken schrikkelijken. Als wij ’s anderendags van Omaha vertrokken, ’t was om bijkans drie dagen in het convoi te zitten, zonder staan, of ’t en zij om voedsel te nemen. Op 25 september waren we reeds over Cheyenne; aldaar zagen wij het ijs op het water; de sneeuw lag op den grond, en ’t was bitter koud; wij trokken onze winterkleêren aan en de stoven wierden ontsteken in het convoi. Geen wonder dat het koud was, wij waren immers meer als 8000 voeten boven de vlakte van de zee. We waren op den berg geklommen zonder het vele te merken.

    Wij hadden en haast niets anders als bergen en rotsen van Sumnutberg tot aan de Californien. Ik weet wel dat het op een zondagmorgen was dat wij naar een plaatse, Primontery genoemd, opreeden. Een tweede stoomsleper nam de helft van onzen trein, en in 20 minuten tijds waren we meer als drie duist voet hoog gevoerd! ’t Bijna ongeloovelijk, niet waar? Toen wij aan de Nevadabergen kwamen, hadden wij de schrikkelijkste Tooneelen. Duikers van twintig minuten lang, door de hardste rotsen geboord, en valleien van drie honderd voeten diepe, waarover een krakend brugsken lag!


    Categorie:Rollegem denkt aan zijn missionarissen
    » Reageer (0)
    17-02-2014
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.missionarissen
    Klik op de afbeelding om de link te volgen

    Brabant August: Geboren op 23 oktober 1845, broeder van Prudent. Zijn oudstgekende voorzaat op Rollegem is Pieter Joseph Brabant, geboorte van Leers, over Herseeuw. Getrouwd met Maria Lezy, ook van Leers. Bij het kopen van zijn hagepoorterschap van Kortrijk, noemen ze hem op 3 juli 1742 “ Pierre Joseph De Brabant, fils de Noël, né à Lers, maintenant à Rolleghem”

    Van Brabant –Lezy komen rekewijs: 1° Antone Brabant, man van Maria malfait.

    2° Frans brabant, man van Chatharina Herbau.

    3° Pieter Joseph Brabant, man van Chatharina Van Overschelde.

    4° Maria Ludovica, leopold, coleta, Polydoor, Prudens, en August, allen ongetrouwd.

    Priester gewijd te Mechelen op 19 december 1868.

    In Antwerpen ingescheept naar Amerika op 28 augustus 1869, aangekomen in Victoria op 18 oktober 1869

    Missionaris in Amerika: bestuurt er een tijd het bisdom waaraan hij toebehoorde. (Victoria Brits Columbia)

    Wat Meneer August was als priester vernemen we vanuit “Rond den Heerd” 1870, blz. 316, evenals uit het opstel van E.H. Vander Heyde, The American College Bulletin. Louvain, 1912-13-14.

    Menheer Augustinus Brabant, een deftige en ijvervolle missionaris, van wien Vlaanderen eere zal halen, ist ’t hopen werd in 1845, te Rollegem geboren, van een christelijk en welstelende ouders, welke hij nooit gekend heeft. Hij werd opgevoed door zijn nonkel. Zijn vader immers, Pieter Joseph Brabant, stierf te Rollegem, den 28 april 1847, en zijn moeder, Katheline van Overschelde, ’t volgende jaar, den 5 oktober, achterlatende Polydor en Ludovica Brabant, alle beê jong overleden te Kortrijk. Coleta, Heer August voorzeid, en den eerweerdigen Heere Prudens Brabant, surveillant in de kostschole te Dixmude, en priester gewijd te Brugge den 7 november 1869. Dit was acht dagen voor dat onze eerweerdigste Bisschop naar ’t Concillie van Roomen toog.

    Heer August deed zijne eerste scholen bij Meester Felix Benoot, te Marke, en zijne latijnsche scholen in ’t collegie van sint Amand, te Kortrijk. Hij was te enden zijne Rhetorica den 10 oost 1865, en trad, korts nadien, in het Americaansch semenari, te Leuven, onder Monsignore De Neve.

    Tot priester verheven binnen Mechelen den 19 december 1868, zoo zong hij ’s anderdaags, ten 10 uren zijne eerste Messe in Sint Rochus, te Kortrijk, zijne aangenomen prochie, hebbende voor Diaken Heer Camil Maes, inboorling en student van Kortrijk, en nu eensgelijks Missionaris in America, en tot Subdiaken Heer Prudens voorzeid. Heer Pastor Eduard Verraes droeg de cappe en stond Index Den volgende Zondag zong August eene solemnele Messe van dankbaarheid in ’t Collegie, alwaar hij studeerde, present zijne leermeesters, en talrijke medegezellen van vroeger date, die allen zeer in den Heere verheugden over het onmeetbaar geluk dat hun kind en broeder,dezer dagen , was te beurte gevallen.Hij was de 1ste priester die permanent verbleef aan de Westkust van Vancouver Island (Canada) Hier stichte hij de 1ste Europese religieuze missie. Van 1875 tot 1908 werkte hij in Hesquiat( een van de wildste kustgebieden)


    Categorie:Rollegem denkt aan zijn missionarissen
    » Reageer (0)
    14-02-2014
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.priesters inboorlingen

     

    Vander Meersch Modest: Geboren op 19 april 1813, was de broer van Pieter August.

     Ook hij liet een boekje drukken bij Casterman Doornik. “Notice sur le Tiers-orde de Saint François, par M.l’Abbé Vander Mersch, directeur des Pénitentes, dites Sœurs-Grises, à Werviq, 16 bl.18°

    Directeur van Wervik en missionaris van het bisdom voor heiligenzending.

    Pastoor te Woesten, alwaar hij komt te overlijden op 17 juni 1882.


    Categorie:Priesters inboorlingen
    » Reageer (0)
    10-02-2014
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.priesters inboorlingen

    Vander Meersch Pieter August:     Geboren op 13 december 1806

    Pater jezuïeten

    Hij gaf een boekje uit bij Casterman te Doornik in 1856, in -8° “Méditations sur la Passion”

    Hij overleed te Antwerpen op 3 april 1860.


    Categorie:Priesters inboorlingen
    » Reageer (0)
    07-02-2014
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.den tijd van toen
    Klik op de afbeelding om de link te volgen

    Een van onze voorgangers was niemand minder dan Kamiel Vallez, een thuiswever, pijpenroker, liefst in een stenen pijp, ik kan het weten, ‘k heb er nog spijt van dat ik ze niet allen heb bij gehouden, welke uit de grond zijn boven gehaald. Maar vooral was hij een verwoed vogelvanger. Op het menu gaf hij de voorkeur aan spreeuwen. Ze waren zeer lekker om te eten. Vanuit de achter venster had hij een verzicht op den open kouter, tot aan de “Plaatse molen” of den molen van Vandemeersch nu den molenkouter.

    Toen was er nog geen sprake van een hotel zoals nu, toen dat den eenarm, de “gazette bedeler” er kwam, stond daar een klein kotje voor wat “logting” matreaal er in te plaatsen. Nu noemt men dat een tuinhuis. De man had dat naar zijn behoefte niet van doen en met enkele honderd franken minder pacht werd het kotje afgebroken en vervangen door een varkenskwekerij, wat later zou het een kolenhandelaar zijn, en nog later wat het nu is “hotel”. De doening waar ik over spreek was een tweewoonst, heel waarschijnlijk gebouw na den brand die gewoed had in de kerk zo een paar honderd jaar terug. In het huis zelf ligt een balk uit 1761, met een houtsculptuur de “ Franse lelie” .

    Nu staan er aan de overzijde evens woningen, tot nu toe kunnen we nog de zon zien daar er nog een stuk niet bebouwd is, maar van den berg is er allang geen sprake meer.

    Weet, nog lang voor ik daar kwam wonen noemde deze straat de Marksestraat. Dit begon vanaf de straete naar Tombroek, naar de Oude Aalbeeksestraat, deze straat in langs de gebouwen naar Walotex, vervolgens langs den “schreiboom” nu “Renards Capelle” zo naar den café den “Smokkelpot”. Dat was het uiterste punt van Rollegem, ook genaamd den “Lergberghboom”

    Die zelfde straat, een aardeweg, is dan een betonweg geworden tot aan de Aalbeeksestraat. En nog later tot aan de “Schreiboomstraat. De wegel die nu nog verder loopt is er een overblijfsel van.

    Het klooster had de keuze gemaakt om een school voor mindervalide te bouwen, dan kwam er de meisjesschool en laatst de jongensschool, of minstens een gemengde school van jongens en meisjes.

    De straat vanaf de Schepenhuisstraat was de Capelleweg, en deze liep langs de vroeger café “De Krielenier” en den kloef langs de beenhouwerij Vandevenne tot aan de Marksestraat.

    Een grote uitbreiding van residentiële woningen op ons dorpsgebied, begrensd door de Rollegemseweg, Rollegemknokstraat tot aan den Segersweg. De gemeente was opgehouden te bestaan, het was voortaan nog een deelgemeente van Kortrijk. In 1947 was het inwonersaantal 2529, in 1974 iets voor de fusie 2545. In 1970 was er 2 ha bos.

    Op 30 juni 1976 waren er 215 arbeiders en bedienden, waarvan 51 in twee confectiebedrijven en 44 in een school voor bijzonder lager onderwijs. 71% van de beroepsbevolking was werkzaam buiten de entiteit Kortrijk, Moeskroen, Zwevegem, wat tot de beginjaren zestig was de pendelarbeid naar Frankrijk eveneens van belang.


    Categorie:Tijd van toen
    » Reageer (0)
    03-02-2014
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.priestes inboorlingen
    Klik op de afbeelding om de link te volgen

     

     

    Du Boccage Ivo :Geboren in 1808.Priester gewijd te Gent in 1833.

     Directeur der zusters van liefde te Kortrijk sedert 1834.

     Overleden te Rollegem de 9 mei 1838.

    Hij werd ter aarde besteld achter het koor, vòòr de onlangs verdwenen O.L.V. kapel.

    Voor hem werd het eerste doodssantje van Rollegem gedrukt.


    Categorie:Priesters inboorlingen
    » Reageer (0)
    31-01-2014
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.ten tijd van toen

    Sinds de jaren zestig uit de 20ste eeuw heeft er in het gebeuren in onze gemeente een immense evolutie plaatsgevonden. Vele kleine alsook grote boerderijen verdwenen uit het traditioneel landschap, mede door het feit van een sterke verstedelijking en een ongekende uitgroei van een moderne wegeninfrastructuur binnen de gemeente. ik vond in die periode de weg naar Rollegem, die had toen nog zijn eigenheid, een dorp met alles er op en er aan. Burgemeester, schepenen, pastoors en onderpastoors, een prachtig eigen Karakteristiekdorp, zijn eigen grillen, zijn eigen doen, het echte boeren buitendorp, waar het goed is om leven. Zo zou het nog enkele jaren bestaan. Het Rollegem bedoeld als woondorp dat op 1 januari 1977 zou deel uitmaken van de stade Kortrijk.

    Vanuit Moen weet je wel daar waar de steenbakkerij, een van de grootste bedrijven was naast den textiel van Bekaert, en de spinnerij gelegen in de Beekstraat. “Meestersputten” waren voor ons als kind een vertrouwd beeld, menigmaal zijn we ze afgedaald om er in te spelen. Het gaf werk aan de mensen, huizen werden gebouwen met stenen, en stenen werden gemaakt uit klei, dus de normaalste zaak. Trouwens de afval van veel gemeenten uit den omtrek kwam ook hier terecht, Moen, St- Denijs, Kooigem Bellegem, Rollegem en wie weet hoeveel er nog waren die blij waren dat ze hier hun “Vuilkarren” konden lossen. Op de plaats, nu De Oude Aalbeeksestraat, ter hoogte waar de huizen een plein voor hun deur hebben, stond er een omwalde hofstede, de hoeve verween, en de wal werd gevuld met het huisvuil van het dorp men noemde die plaats den “Vuilhoop” van de groende dreve. Toen deze was gevuld trok men met de vuilkar naar Moen.

    Boeren die gronden hadden waren blij dat ze, deze konden ruilen 1 ha, was twee in de plaats, en wat nog meer. Problemen met grondwater en ander wateren werden opgelost, ik heb nooit protest mee gemaakt. Nu is deze vlakte het IMOG, samen met Harelbeke wordt hier heel wat afval verwerkt, het bezoeken waard.

    Ik had daar mijn schooljaren uit gedaan, en nu aan de slag. Maar o wee het noodloot sloeg toe het kanaal Bossuit-Kortrijk moest verbreed worden, grotere schepen moesten kunnen aanleggen, en wij die daar woonden konden uitkijken naar iets anders. Mijn ouders kozen voor een koop te wagen te St-Denijs, ik bleef er wonen tot 1965 te Rollegem zou ik mijn verder leven uitbouwen. We vonden de nu Rollegemkerkstraat, een prachtige ligging. Een ver gezicht ongeoord, vanuit het venster, bij mooi weer konden we den berg in Kain zien liggen, den berg te trinité of den Drievuldigheidsberg. Vlak voor ons huis waren de landbouwgronden van het klooster.

    Het klooster had zijn landbouwschool, zijn rusthuis en zijn pensionaat. Het moest toen wel de keuze maken maar dat is een ander verhaal. Voorons telde het uitzicht en daar zou ons nestje gemaakt worden.


    Categorie:Tijd van toen
    » Reageer (0)
    27-01-2014
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.priesters inboorlingen

    Dumortier J.B. Pater Maurits        Geboren Op 25 mei1737.Recollet.

              Overleden te Eeklo op 22 november 1794.                                                

                                                             


    Categorie:Priesters inboorlingen
    » Reageer (0)
    24-01-2014
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.De tijd van toen

    We hadden op ons dorp in 1910, 2,52 ha bos, met daarnaast nog 50 aren boomkwekerij en 1ha park of lusthof. We hadden aan boomgaarden 12ha 60a en 58 aren als fruitheesters.

    In den oorlog van 14/18 werd er ook in ons dorp heel wat moeten inleveren aan den Duitse bezetter, een daarvan was, in het najaar van 1918 moest de bevolking 268 kgr. appels en 241 kgr. peren inleveren, ook tabak wol en karren en rijtuigen werden opgeëist. Twee bossen werden er ook gerooid om plaats te maken voor aardappelenteelt. Ook het lusthof en de aanwezigheid van serres waren aldaar onbestaande, zelfs geen boomkwekerij meer.

    Van de totale oppervlakte van het dorp op dien ogenblik 823 ha 66 a 16 ca. was er 741 ha en 37 ca voorbehouden aan akkerland. Slechts 10 ha was bedoeld voor ongeveer 500 huizen, met een gemiddel van 2 aren per huis.

    Op politiekvlak was het de landbouwer die het beleid bepaalde, het was pas in 1927 dat enkele “fabriekwerkers” mee participeerden. Voor de fusie van 1 januari waren de “Fabriekwerkers” in de meerderheid en waren nog slechts twee landbouwers in de wet.

    Van 1955 – 1960 breidde de dorpskern zich verder uit in het oude stratenpatroon, de Moeskroenstraat, de Aalbeeksestraat en de Wethuisstraat( Schepenhuisstraat) Opmerkelijk was wijziging van de vroegere pastorie, en den bouw van een nieuwe, en de afschaffing van het oude kerkhof (1962-1969)


    Categorie:Tijd van toen
    » Reageer (0)
    20-01-2014
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.priesters inboorlingen

     

    Dumortier Bernardus, P:    Kanunnikregulier van Drongen.

    Geboren in 1736 Hij was pastoor te Landegem van 22 september 1790 tot aan zijn dood 11 juli 1798, in de ouderdom van 62 jaar hij was er 8 Jaar pastoor .

    Hij was een Premonstratenzer (Norbertijn) van de abdij van Drongen. Voor hij werd aangesteld werd in Landegem was hij onderpastoor in Nevele. Zijn pastoor was aldaar was Eugeen Somers (°Gent1738) een licentiaat in godgeleerdheid. Deze laatste was pastoor in Nevele van 17 maart 1790 tot aan zijn dood op 6 mei 1802.

    In het tijdschrift Het Land van Nevele, jg. 4 (1973), afl. 3 vind men op blz. 142: Bernard Dumortier, praem. (d.i. monnik van de abdij Drongen), van 22-09-1790 tot 11-07-1798 (jaar van overlijden)   pastoor van Landegem.°Rollegem 1736. Was voorheen vicep. van Nevele.

     

     


    Categorie:Priesters inboorlingen
    » Reageer (0)
    17-01-2014
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.ten tijd van toen

    Voor wat de groenten betreft in de moestuin had men; kool, ui, prei, peterselie, rapen witte andijvie, bieslook, radijs, wortelen, rode biet, spruitjeskool, schorseneren, selder en asperges.

    In den nieuwen tijd werd de landbouw voor een grootdeel seizoenwerk. Zwaar labeur, van zonsopgang tot zonsondergang. Er waren twee soorten werkers, het dienstpersoneel en de dagloners.

    De eerste hadden eten op de hoeve en slaapgelegenheid, ze hadden dus slaap een inwoon, ergens wel in de bouverie , maar ze hadden een verblijf. De dagloners daarentegen leefden van de seizoenarbeid met als gevolg dat ze in de winter te kampen hadden met werkloosheid. Voor deze armen bood het telen van aardappelen voor eigen gebruik een soort bestaands veiligheid. Ook de kleine boer de “keuterboer”die eveneens niet breed had. Als welgekomen aanvulling van het bescheiden inkomen was het thuis weven belangrijk. Bij de telling in 1739 waren er hier 33 meesters, 52 knechten en 7 leerlingen. Vijfentwintig jaar later, waren er twee slagers en één herder met 60 schapen, twee molenaars, een molenbouwer en 12 huiswevers elk met één getouw.

    Nog tien jaar later telde men op de plaats vijf herbergen waaronder drie met een uithangbord, op Tombroek een drankgelegenheid. En op het foreest was op de hofstede Brou was een herberg die hij open hield.

    In 1765 telde ons dorp 1572 inwoners, eenentwintig jaar later was het al tot 1949 opgelopen.

    Er werd eens een onderzoek( 1793) ingesteld naar mensen, die in ons dorp een fortuin hadden van meer dan 20.000 frank, het waren drie grondbezitters, die elders woonden, het ging om het “Goed te Bottelrie met een oppervlakte van 27 ha, met een waarde van 26.000fr. Het “Goed te Brasseye” een oppervlakte van 42 ha goed voor 43.700fr. en het “Hof van Rollegem” 34 ha en een molen samen goed voor de totaal waarde van 49.700fr. Een korte tijd nadien was er een lijst van alle eigenaars van Rollegemse gronden, hoeven en molens welke woonden buiten de kasselrij Kortrijk, ongeveer 203 ha waren in het bezit van een 25 vreemdelingen, of niet ingezetenen.

    Een jaar na de Belgische onafhankelijkheid , telde ons dorp 2218 inwoners. Hier was nauwelijks een rol van betekenis betreffende industrialisatie, het dorp evolueerde zeer langzaam. Omstreeks 1850 waren er een 50 tal huizen rond de plaats en het kerkhof, Tombroek was bijna geheel onbewoond, evenals de zuidzijde van de Rollegemkerkstraat. De Wethuisstraat en de Lanteweg.

    Er kwamen in de tweede helft van de negentiende eeuw enkele nieuwe impulsen, de vestiging van het klooster, de gemeenteschool, den aanleg van de Aalbeeksestraat in 1880, en den buurtspoorweg van Kortrijk-Moeskroen. Een grote nieuwigheid vormde de oprichting van huizen met verdieping op en bij de plaats. In die periode vormde dit zelfs een statussymbool. Ook op de wijk Tombroek en Forest nam de urbanisatie zienderogen toe.


    Categorie:Tijd van toen
    » Reageer (0)
    13-01-2014
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.priesters inboorlingen

    Cannaer joos : 

    zoon van de griffier Jan en van Pierijntken, Pieternelle (Petronilla) Libbrecht geboren op 8 juli 1635.

    Onderpastoor te Moorsele in 1660. Zijn brieven voor Moorsele zijn door de bisschop van Doornik getekend te Wez den 13 juli 1660, in het jaar 1665 vinden wij hem nog in Moorsele.

    In het jaar 1670: te Kortrijk, was hij “priester en de visiteerder van St. Maartens”

    Onderpastoor op St. Maartens Kortrijk


    Categorie:Priesters inboorlingen
    » Reageer (0)
    10-01-2014
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.tijd van toen

    Zoals je vast stelde waren al deze tienden in handen van de kerkelijke overheid.

    De pastoor van Bellegem bezat te Rollegem de foreesttienden gegeven op 9 bunder, daar haalde hij zes schoven per honderd. Het tiende werd hem geschonken door de bisschop van Doornik. Omwille van dit recht was hij verplicht 262/9885sten bij te dragen in alle kosten voor het onderhoud van de St- Antoniuskerk.

    De Groeningenabdij ontstaan kort voor 1226, ze bezat oorspronkelijk enkele renten. In 1294 Had ze een jaarlijkse rente van 84 rasieren witte haver, twee solidi Vlaams, 4 kapoenen ( mannelijke kip die gecastreerd voor ze geslachtsrijp zijn geworden. Een gesneden haan, gemakkelijk te herkennen , geringde ontwikkeling van de kam en kinbellen, hals en zadel behang en lage staart dracht.) zijn en zeven hennen. In de 15 eeuw werd de eigendom in het dorp aanzienlijk uitgebreid door het verwerven van” gheabbondoneerde landen”. De aankoop was mogelijk door het niet betalen van de verschuldigde renten door de eigenaars van een aantal percelen. Aldus kocht de abdij 3200 roeden land in 1400, en nogmaals 1100 roeden in 1418, en nogmaals 2419 roeden. Bovendien kon de abdij zich enkel “ bastaardgoederen “ toe-eigenen, zoals bij het overlijden van Beelkin Duerwaerder in 1457 2600 roeden akkerland, 1 bunder en 100 roeden, en daarbij nog zeven percelen met een gezamenlijke oppervlakte van 3500 roeden. Alles bij elkaar ging om 6 ha en 8a.

    “Bastaardgoederen” was een middeleeuws recht dat dateerde uit de tijd van de “horigheid” ( cijnsboer). Horigen waren onvrije personen die gebonden waren aan de gronden van de heer. Het waren geen slaven, maar zij mochten hun landerijen niet verlaten. Zodra de heer zijn landerijen verkocht waren de “Horige” bij de koop inbegrepen. Het recht van keurmede hield in dat de heer uit nalatenschap van zijn keurmedige het beste deel mocht nemen. Soms sloeg het recht van keurmede op het hiervoor genoemde recht op bastaardgoederen.

    Toen kende men ook benamingen van hoeven; “ Goed te Brasseeye” (1466) het “Goed te Bottelrie” (1443) het “Goed ter Beke” (1496) het “Goed te Booskins” (1443) de “Stede te Cauweliers” (1498) de leenhoeve “s’Costers” in 1498, het leengoed “Te Courchelles” in 1439. Het “goed te Cromelins” in 1496 en het pachtgoed “De Helle”. En het “Goed ter Mersch”, “oostacker” “ter buerie, ter scotter en “te Courplin”. Men kende ook het”’t te Galgrans” “te Mele”, de “Praiterie”, “te Jouvenelle” en “den plattenfosse” en “ het Renthuys”

    Dit alles was ontstaan door in de 11de eeuw veel bossen welke gerooid werden. Bij het begin van de 13de eeuw kwam er controle op het vellen van bomen, tegen 1250 was het ontginnen van bossen tot staan gebracht.

    Het overgrote deel van onze dorpelingen leefde van de landbouw en de veeteelt.

    Onze oudste bevolkingsgegevens, dateren uit 1469, we telden toen 96 haarden, waaruit men een bevolking van ongeveer 480 inwoners kan afleiden.

    Op het vlak van “alaam” kende men een “éénstaartsploeg”, een “waleploeg” of een “wielploeg”. Men sprak ook over een “zole” of “zeule”. Men had paarden of ossen voor dat werktuig.

    Naast de ploeg was ook de “ege”, welke vaak te “lijve” werd getrokken. Ze hadden ook klein “Alaam” zoals Bijlen, sikkels, zeisen, rieken gaffels, enz.

    Voor het dagelijks brood waren er de tarwe, en rogge. Voor het brouwen van bier gerst en haver. Ze hadden een ook een mengeling van tarwe en rogge, beter gekend als “mesteljoen” of “masteluin”

    Rollegem bezat ook heel wat “meerschen” of weiden, daarnaast was er ook den “dries” welke in feite een kunstmatige weide is, bezaaid met hooizaad, ook “etting” of “gersing” genaamd. Er bestond zelfs een “gemene driessen”, dit waren weiden waar het vee van alle dorpelingen naartoe kon. Dit volstond natuurlijk niet om al het vee gans het jaar te voeden. Vandaar dat iedere Rollegemnaar het recht had om hun vee op braaklanden van de parochie te drijven.

    Er werd ook tabak gekweekt, rapen, koolzaad, erwten en klaverteelt.

    Men bezat dan ook melkvee, welke zorgde voor de productie van verzuurde melk, bekend als “wrongen” later vervangen door karnemelk. Schapen, geiten, varkens en pluimvee, zoals kippen, ganzen.

    Duiven houden was een heerlijk voorrecht.


    Categorie:Tijd van toen
    » Reageer (0)
    06-01-2014
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.priesters inboorlingen

     

    Ghequiere August                           Geboren op 12 februari 1856

                                                               Predikheer

    Hij schreef iets over “Sant-Elmo, preekheer, patroon der Schippers.” Leuven. Peeters. 1882.

    “Leven van Fra Angelico, Brugge. De Zuttere, 1884.

    “Iets over de Zalige Margriete van Iper”. Leuven, Peeters 1885

    “Het wonder leven van de H; Vincentius Ferrerius. Brugge. Van Mullem. 1894.

    “Folx-Les-Caves, in “Rond den Heerd, 1886 blz. 292.


    Categorie:Priesters inboorlingen
    » Reageer (0)
    30-12-2013
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.priesters inboorlingen

    Dat was vroeger, en nu alle mensen van bij ons kunnen lezen en schrijven, de pastoor die niet meer de geleerdste mens op de parochie is, leken, diakens, vrouwen denken soms het beter te weten, den omekeer hangt in de lucht. Wie denkt er nog aan zondagsplicht, zondagsrust, er hoeven geen donderpreken meer. We weten het beter? Dat de pastoor alleen nog de sacramenten kan toe dienen, of de eucharistie kan opdragen, is voor velen onderons, in deze tijd, niet meer denkbeeldig. Vandaar, mannen, vrouwen iedereen heeft toch het recht om priester, pastoor, bisschop of paus te zijn? ’t Is een job lijk een ander of niet soms? En toch zou die Jezus het werkelijk zo gezien hebben? Zou Hij het ons, op die manier van nu voordoen? Een vrouw als priester, zal het dan beter zijn? Een gehuwde man, die zijn plicht aan vervullen is en een mens opsterven, kan men twee heren ( vrouwen) te gelijk dienen. Was het uiteindelijk de vrouw niet die de man verleide in het aartsparadijs? Of is men nog steeds er niet toe in staat om de Bijbel in de toen geschreven taal letterlijk en figuurlijk te vertalen? Is de man/vrouw of omgekeerd gelijk? Was het een man welke de allerhoogste op de wereld heeft gezet? Waarom o vrouwe wil je gelijk zijn aan een man? O man wil jij gelijk zijn aan een vrouw? Gij zijn niet gelijk en dat zal immer zo blijven, acht u gelukkig o gij wie je ook bent. Priester worden zal Hij wel bepalen.

    Gedenk o mens dat gij mens zijd, en blijf zoals ge zijd, klein gelovig.

    Toch hadden we vroeger vele mannen die er anders overdachten, en die Jezus onvervalst gingen volgen, en waar we hier ook hulde willen aanbrengen, hopende, dat de toekomst hier over raad zal geven.

    Mogen zij die Jezus willen volgen, ons opnieuw het vertrouwen schenken, en geloven in de leer van hun Meester. Wie zijn wij om daarover te kunnen of te mogen oordelen? Is het niet zo “oordeel niet wil je zelf niet geoordeeld worden?”


    Categorie:rollegem
    » Reageer (0)
    24-12-2013
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.tijd van toen

     

    De “Te Dry Eecken” had een domein van 5 bunders ( = 7 ha 8 aren 47 ca) het herkenningspunt samengesteld uit drie eiken. Het wordt gesitueerd ten noorden van de kerk, in het zuidoosten van de Bellegemstraat, en in het westen van de Kortrijk- en de Kannestraat. Op de noordzijde paalde het aan de hofstede van Jozef Verhaeghe en het land van Petrus De Cuypere.

    Het vierde leen heette “Ten Pommerie of Pollerie” ( = polder of ingedijkt land) het was 3,5 bunder (4 ha 95 aren 93 ca ) het terrein lag ten westen van de Lampestraat, ten oosten van de Schreiboomstraat en ten zuiden van de Aalbeeksestraat. Omstreeks 1502 wordt een zekere Boudewijn van Ladessoubs als heer van “ Ter Pommerie” vermeld.

    “Ter Bottellenie (= grafelijke kelder) is net als de vorige een hoofdleen gehouden door het kasteel van Kortrijk. Het bedroeg in 1356 18 bunders (= 25 ha, 50 a en 52 ca ). Het lag ten noorde oosten van het hof van Rollegem tegen de grens met Bellegem. Aan de noord zijde aan de heerlijkheid ten Berghe. Op dit foncier welke in de vijftiende eeuw uitbreide tot 20 bunders of 28 ha 33a 91 ca was er een hofstede met omwalling. Naast de hoofdlenen waren er ook een aantal achterlenen, ondermeer Ten Sourbrouck of te Cammelins, ter Coniginne het foncier ( het froncier was een term uit het middeleeuws leenrecht, een gedeelte van een heerlijkheid dat bewoond of ontgonnen werd door de heer zelf. Een horigen boer, is een cijnsboer. Een Vroonhoeve is een hoeve van de landsheer.

    Een achterleen genaamd “Ter Coninginne” had een froncier van 5 bunders of 7 ha, 8 a, 47 ca. Gedurende de periode 1470- 1502 kwam het in handen van de familie De Coninck, en de van den Berghe.

    Een achterleen welke paalde ten westen van de straat met Tombroek naar lerberg of Kreupelstraat, had de naam Assche en Te Gravere of “ Ten Harenackere het was een ploegakker van ongeveer 3 bunder 7 honderd groot. Het was samengesteld uit 10 percelen land en weide. Het Rollegemse achterleen Callewaerts Bosh had een foncier van 5 bunders 3 vier of 9 ha, 21 a en 2 ca. Jan van Halewijn, man van Isabel Denys, was heer van Callewaerts Bosch.

    Het hof van Herzeeuw had twee achterlenen, welke in 1502 hield Pieter Adin dit leen in naam van de kerk van Rollegem.

    Het hof en Burggenootschap van Kooigem had een drietal achterlenen hier, bij eenenkel had de pastoor jaarlijks recht op 5 razieren haver of 440 liter.

    Mosscherambacht met twee achterlenen op Rollegem waarvan een op Tombroek;

    Het enige achterleen van De Gruytte, lag te Rollegem en werd de Kerstaigneboom = Kastanjeboom geheten.

    Kerkelijke tienden, in theorie moest iedere parochiaan van Rollegem 1/10 van zijn inkomen in de eerste plaats uit landbouw en veeteelt afstaan aan de kerk voor het onderhoud van de geestelijke, de erediensten en de armen. Met andere woorden 1/3 van de tiende-inkomsten hoorde bij het pastoorambt, 1/3 naar de toenmalige “ kerkfabriek” en het overige derde ging naar de armen.

    Voor gewassen nam men in de praktijk de 11de schoof, wat neerkwam op een tiende van 9 schoven op elke honderd.

    Het leeuwenaandeel van de tienden hoorde in lekenhanden, Rollegemtiende, Brasseyetiende, Brandtiende, Beurttiende, Berghetiende, de Tombroektiende en de Mosschertiende.

    Daarnaaast was dan ook nog de Ravensbergtiende, Foreesttiende, de vliegendetiende, het tiende van het kapitel van Doorniek, dat van de bisschop van Doornik en de tiende van de pastorie van Rollegem.


    Categorie:Tijd van toen
    » Reageer (0)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.priesters inboorlingen

    Priesters inboorlingen:

     

    Nadat we onze pastoors en onderpastoors publiceerden, konden we zeker niet nalaten onze eigen inboorlingen in het daglicht te stellen.

    Dat er geschreeuwd word om vrouwelijke priesters, of priesters die mogen huwen is geen uitzonderlijk vraag. Wanneer men terugkeert tot het concilie van “Trente” (1545- 1563) welke zogezegd diende tegen protestanten en ketters, maar zekerlijk op de innerlijke zuivering en geestelijke verdieping. Wie waren de bestierders van de kerk? Burgerlijk en kerkelijk? Was de kerk er niet van overtuigd dat iedereen te winnen was voor hun kerk? Was het niet op plaatselijk vlak dat men veel heeft moeten er aan veranderen? B.V. het concilie van Mechelen, welke alles zorgvuldig op een rij hadden geplaatst, wat er in “Trente “ hadden besproken? Kwamen de dekens niet ieder jaar hun parochies visiteren, en werden er geen schriftelijke rapporten op gemaakt? Waren dekens toen reeds onderscheiden pastoors gekozen door de bisschop? Waren de dekens niet het oor en het oog van den bisschop? Waren de gewone pastoors door dat zelfde vuur aangestoken van de Geest of van de apostelen?

    Er was toch voor het concilie een algemeen verval ingetreden of niet soms? Heel wat priesters leefden toch in concubinaat, wat met andere woorden wil zeggen:” in een buitenechtelijke samenleving van enige duur” . En in “Trente” drong men toch aan de strikte naleving van het celibaat. Geloof het of geloof het niet, maar een niet onbelangrijke minderheid van de kerkoversten vonden dat het ongehuwd blijven als een verplichting moest worden opgelegd. Omdat volgens de kerkleiders, seksuele handelingen enkel binnen het huwelijk toegelaten zijn. En toen was het ook zo dat er een tekortwas aan priesters, zodat men verplicht was ook de minder geschikte in dienst te nemen. Om dit heuvel op te lossen werd de zielzorg aan paters toevertrouwd. De algemene onzekerheid leid tot zoals nu tot een grote crisis in roepingen. Men gaf aan de priester een grotere opleiding mee, ze maakten hem tot een geleerd mens, een van de geleerden van de parochie. Hij had een zedelijk gedrag, vlot contact in den omgang met mensen, en had ten slotte een grote invloed, want de meesten konden lezen nog schrijven.


    Categorie:Priesters inboorlingen
    » Reageer (0)
    20-12-2013
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.tijd van toen

    Om een idee te hebben over de maten en de munten(die we gelukkig op vandaag niet meer kennen. van de belastingen van Karolingische oorsprong, waarbij de parochianen één tiende van hun opbrengst op bepaalde gronden moesten afstaan aan de kerk voor het onderhoud van de geestelijken, de eredienst en de armen, men noemde dit de heerlijke tienden, een belangrijke inkomst voor de heer en de kerk. De voornaamste waren de graan, vlees en fruittienden. Vanaf de tiende eeuw waren vele van deze tienden ( vooral de stukken bestemd voor de erediensten en armen) in handen van de plaatselijke heren. De kerk deed noeste pogingen in de elfde eeuw om daar een einde aan te maken.

    De Kortrijkse bunder, waaraan Rollegem ook aan onderworpen was, had een oppervlakte van 1,416956 hectaren. Deze werd dan verdeeld in 16 honderd lands van elk 885,598 m². Laatste term beduidt in feite “honderd kleine roeden lands” 2en kleine vierkant roede bedroeg aldus 8,85898 m² en vormde één vierde van een grote vierkant roede ( =35,42392 m²)

    Zoals met iedere leefgemeenschap is de voeding het primaire bij de mens, en dier, ook hier bij deze bevolking. Een landbouw gebied, vandaar heel wat grote en kleinere hofsteden, zelfs van 1ha tot rond de veertig.

    Zo hadden we centraal het “Hof van Rollegem” samen gesteld uit 10 verschillende domeinen gesitueerd in Lauwe, Moeskroen en Rollegem. Dit hof was reeds voor 1287 in handen van de van Halewijn, ridder, langs Fressende zijn echtgenote, die vrouwe van Rollegem was. Aan het hof was er een speciaal recht verbonden. De grafelijke domeinen waren verdeeld in een aantal ontvangstkantoren. Deze waren op hun beurt verdeeld in drie afdelingen: de spijker of graanzolder, de spekkamer, en inningkantoren van de cijnsgronden.

    De spijker was de opbrengst in graan en andere landbouwproducten, later omgezet in geld, dat verschuldigd was aan de graaf van Vlaanderen.

    In 1514 zegt men dat de heer van het hof “Heere van hoofdredeninghe” was. Wat gewone recht betreft, bleek dat hij, de baljuw een stadhouder en een sergeant mocht aanstellen en maner was van een volle schepenbank.

    Laten we nu voor eens en altijd aanvaarden dat de “heren van Rollegem”, niet hun familienaam hebben geschonken aan ons “Rollegem” maar noemde wel de heer van Halewijn.

    De heren van Rollegem waren heren van “Rollegem-Kapelle”.

    Hij kon lijfstraffen door middel van zwaard, put, galg, rad, gevangenis, stok en schandpaal oplegen alsook geldboetes. Hij kon ook “Waerheden” houden. Dit zijn algemene onderzoeken tot handhaving van de orde. Zelfs een straatschouwing behoorde eveneens tot zijn bevoegdheid. Dit uitte zich in het uitvaardigen van “Kerkgeboden” die eveneens dienden opgevolgd te worden; tegen die dat niet deden, werde sancties getroffen aan de hand van een rechtspraak.

    Hij mocht boeten opleggen tot 10 p. par. En de put en de galg als strafmiddel gebruiken ( voor het munt stelsel baseerde men zich op het systeem dat onder Karel De Grote ingang vond. Denarius (denier of penning, afgekort met d) twaalf denarii waren gelijk aan een solidus( schelling, afgekort als s) en twintig soldi vormden een libra (pond, livre; het laatste afgekort als lb. Of p.) Men sprak ook over penningen, schellingen en ponden parisis) (afgekort als p. paar.) Ook de jacht en het visrecht behoorde de heer toe. Zelfs het planten van bomen langs de openbare weg diende met zijn toestemming te gebeuren. Uitzonderlijk heeft de heer recht op de “elfste schoof” alsook op levende tiende.

    Vervolgens was het leen van “s’ Coster”(of het goed van de koster) in 1365 bedroeg het foncier 8 bunders (= 11 hectaren 33 are 56 centiare) Vijftig jaar later was het opgelopen tot 10 bunders (= 14 ha 16 a 95 ca.) de heerlijke rente bedroeg 9 razieren ( = 792 liter), 2s. en 2 kapoenen. De inhoudsmaten was als volgt; 1 mund bedroeg 1056 liter. 1 Razier was gelijk aan 88 liter. 1 Havot kwam neer op 22 liter; 1 pint was ongeveer 5,5 liter. Aan het goed waren er geen speciale rechten verbonden.


    Categorie:Tijd van toen
    » Reageer (0)


    Films over Rollegem
  • De bevrijding
  • Het boerenleven anno 1946
  • Het wereldrecord wandtabpijt

  • Inhoud blog
  • kerk en leven
  • Dagboek
  • Dagboek
  • Toembroek Koerse
  • SAMANA
  • FEMMA
  • data om nooit te vergeten
  • data om nooit te vergeten
  • data om nooit te vergeten
  • data om nooit te vergeten
  • data om nooit te vergeten
  • data om nooit te vergeten
  • data om nooit te vergeten
  • data om nooit te vergeten
  • Data om niet te vergeten
  • data om nooit te vergeten
  • Harmonie St- Cecilia
  • Tresor
  • Edith Stein
  • Halloweentocht

    Categorieën
  • 100 jaar oorlog (4)
  • Adem-tocht (0)
  • Café's te Rollegem (105)
  • dagboek (2)
  • data om nooit te vergeten (10)
  • Davidsfons (0)
  • De parochie Pastoors (16)
  • Fatima (8)
  • Femma (1)
  • Folklore historiek (3)
  • folkloreraad (1)
  • gehuchten (24)
  • gesneuvelden (141)
  • gezinsbond (3)
  • handelaars (31)
  • Harmonie (2)
  • Het landelijk leven te Rollegem (50)
  • historiek Gezinsbond (1)
  • historiek ziekenzorg (1)
  • Kinderopvang (1)
  • kleiputten (1)
  • koor Crescendo (4)
  • kunst en cultuur (67)
  • KVLV (0)
  • KWB (1)
  • liedjes en gedichtjes uit de oude Doze (7)
  • Missiebestuur (1)
  • MPI (1)
  • Neos (1)
  • nieuw (1)
  • nieuw te (3)
  • Nostalgie (23)
  • Okra (0)
  • onderpastoors (10)
  • Oud Rollegem (49)
  • pre Historie (11)
  • Priesters inboorlingen (34)
  • rollegem (34)
  • Rollegem denkt aan zijn missionarissen (18)
  • rollofeesten (0)
  • Rollshausen (10)
  • Rouwprentjes (118)
  • soldaten 14/18 of 40/45 (19)
  • St-Antonius (1)
  • St.-Antoniusfeesten - historie (17)
  • staartje van Antoniuszwijntje (25)
  • Stond in min Gazette (32)
  • straatnamen (9)
  • Tijd van toen (25)
  • Tombroek koerse (1)
  • Toponiemen (272)
  • Trees (1)
  • Tresor jongerentheater (2)
  • veertigdagentijd (0)
  • verdienstelijke persoon (23)
  • winternacht (0)
  • wist u? (10)
  • Ziekenzorg (2)
  • zusters Inboorlingen (4)

  • Mijn favorieten
  • cultuurweb
  • Damesvoetbal Rollegem
  • Basisschool Rollegem
  • De Kindervriend
  • Aid basket Rollegem
  • WTC De Platse
  • NEOS
  • Rollofeesten
  • Seniorenacties Kortrijk Zuid
  • fotosite Chiro Rollegem

    E-mail uw bericht

    Wil je als vereniging activiteiten en nieuwtjes op het blog? Een mailtje volstaat.


  • Harmonie St.-Cecilia
  • Rollegem.be
  • Chiro Tandem
  • Vormelingen

  • Archief per maand
  • 04-2024
  • 02-2024
  • 10-2023
  • 08-2023
  • 06-2023
  • 05-2023
  • 04-2023
  • 03-2023
  • 11-2022
  • 10-2022
  • 09-2022
  • 07-2022
  • 06-2022
  • 05-2022
  • 04-2022
  • 03-2022
  • 02-2022
  • 01-2022
  • 12-2021
  • 11-2021
  • 10-2021
  • 09-2021
  • 08-2021
  • 07-2021
  • 06-2021
  • 05-2021
  • 04-2021
  • 03-2021
  • 02-2021
  • 01-2021
  • 12-2020
  • 11-2020
  • 10-2020
  • 09-2020
  • 08-2020
  • 07-2020
  • 06-2020
  • 05-2020
  • 04-2020
  • 03-2020
  • 02-2020
  • 01-2020
  • 12-2019
  • 11-2019
  • 10-2019
  • 09-2019
  • 08-2019
  • 07-2019
  • 06-2019
  • 05-2019
  • 04-2019
  • 03-2019
  • 02-2019
  • 01-2019
  • 12-2018
  • 11-2018
  • 10-2018
  • 09-2018
  • 08-2018
  • 07-2018
  • 06-2018
  • 05-2018
  • 04-2018
  • 03-2018
  • 02-2018
  • 01-2018
  • 12-2017
  • 11-2017
  • 10-2017
  • 09-2017
  • 08-2017
  • 07-2017
  • 06-2017
  • 05-2017
  • 04-2017
  • 03-2017
  • 02-2017
  • 01-2017
  • 12-2016
  • 11-2016
  • 10-2016
  • 09-2016
  • 07-2016
  • 06-2016
  • 05-2016
  • 04-2016
  • 03-2016
  • 02-2016
  • 01-2016
  • 12-2015
  • 11-2015
  • 10-2015
  • 09-2015
  • 08-2015
  • 07-2015
  • 06-2015
  • 05-2015
  • 04-2015
  • 03-2015
  • 02-2015
  • 01-2015
  • 12-2014
  • 11-2014
  • 10-2014
  • 09-2014
  • 08-2014
  • 07-2014
  • 06-2014
  • 05-2014
  • 04-2014
  • 03-2014
  • 02-2014
  • 01-2014
  • 12-2013
  • 11-2013
  • 10-2013
  • 09-2013
  • 08-2013
  • 07-2013
  • 06-2013
  • 05-2013
  • 04-2013
  • 03-2013
  • 02-2013
  • 01-2013
  • 12-2012
  • 11-2012
  • 10-2012
  • 09-2012
  • 08-2012
  • 07-2012
  • 06-2012
  • 05-2012
  • 04-2012
  • 03-2012
  • 02-2012
  • 01-2012
  • 12-2011
  • 11-2011
  • 10-2011
  • 09-2011
  • 08-2011
  • 07-2011
  • 06-2011
  • 05-2011
  • 04-2011
  • 03-2011
  • 02-2011
  • 11-2010
  • 06-2010
  • 12-2009
  • 10-2009
  • 09-2009
  • 05-2009
  • 04-2009
  • 02-2009
  • 01-2009
  • 06-2008
  • 04-2008
  • 03-2008
  • 02-2008
  • 01-2008
  • 12-2007
  • 10-2007
  • 09-2007
  • 08-2007
  • 07-2007
  • 06-2007
  • 04-2007
  • 02-2007
  • 11-2006
  • 12-2005
  • 11-2005
  • 10-2005
  • 01-2000
  • 12-1999
  • 11-1999
  • 10-1999
  • 09-1999
  • 08-1999

    Gastenboek

    Druk op onderstaande knop om een berichtje achter te laten in mijn gastenboek


    Foto

    pastoors vanaf 1448

    Hespeel Philippens

    1448 tot 1452

    Jan Vande Male

    1453 tot  1454

    Pieter Adams 

    1454 tot 1455

    Jan Bronne

    1455 tot 1458

    Jan Boudin

    1458 tot 1476

    Willem Cordier

    1476 tot 1505 

    Andries Noppe


    Foto

    1505 tot 1541

    Philippus Hespeel

    1541 tot 1547

    Jooris Halsberghe

    1547 tot 1549

    Willem Adyn

    1549 tot 1560

    Pieter de Condé

    1560 tot 1574

    Willem Adyn

    1574 tot 1586

    Pieter De Jonghe

    1586 tot 1597

    Jan Reynkens

    1597 tot 1600

    Adriaan Mulier


    Foto

    van 1600 tot 1606

    Corneel Van Boterberghe

    van 1606 tot 1608

    Jan Longovius of Langenhove

    1608 tot 1613

    Bernard de Crudenaere

    1613 tot 1614

    Hubrecht Saba

    1614 tot 1614

    Jacobus Beert

    1614 tot 1656

    Franciscus Seyse

    1656 tot 1668

    Jacobus Caelewaert

    1668 tot1691

    Joos De Boo

    1691 tot 1700

    Hendrik Commacen

     


    Foto

    1700 tot 1703

    Petrus Franciscus Van Biesbroucq

    1703 tot 1714

    Karel Frans Van Eeckhout

    1714 tot 1743

    J. J. Vande Velde

    1743 tot 1751

    J.B. Wasteels

    1751 tot  1761

    Fac. Jos. Fattrez

    1761tot 1762

    P.P.F. Van Haesendonck

    1762 tot 1772

    Jan Francis Cusenelle

    1772 tot 1801

    Joannes J. Rutgeers.

    Begraven voor de Calvarieberg

    Steen links van het kruis. 

     


    Foto

    Van 1801 tot 1803

    Mullier Pieter Jos

    1803 tot 1808

    Verlinden Jean-Bapt

    1808 tot 1809

    Cardoen Steven Frans Jos.

    1809 tot 1842

    Mullier Pieter Joseph

    1842 tot 1852

    Denijs Karel

    1852 tot 1862

    Missu Karel-Louis

    1862 tot 1867

    Lonneville Francis

    1867 tot 1873

    Lietaert Edward

    1873 tot 1879

    Huys Lodewijk

    1879 tot 1903

     


    Foto

    Phillippus Jacobus Bettenhof

    Begraven aanzijds den calvarieberg

    14 mei 1903

     

     

     


    Foto

    Billiau Rijkaart

    Van 1903 tot 1910

    Hij mocht de kerk

    vermeerderen en

    herstellen


    Foto

    VandeWeghe Camiel

    Van 1910 tot 1925


    Foto

    Lelieur Constant

    Van 1925 tot 1938

    blijft te Rollegem

    tot 15/12/1943 +


    Foto

    Ysebaert André

    van 1938 tot 1960


    Foto

    Stemgee Gustaaf

    Van 1960 tot 1974

    + 12 maart 1982


    Foto

    D'Heygere Odiel

    Van 1974 tot 1983

    + 16/10/1986


    Foto

    Duhem Louis

    Van 1983 tot 1993


    Foto

    De Wulf Willy

    Van 1993 tot 2001

    Salisiaan

    Laatste eigen Pastoor


    Foto

    Volgens E.H. Slosse,

    zou er reeds in 1454

    een kapellaan van

    St-Pieter hier zijn geweest,

    ze waren niet verplicht

    op de parochie te wonen

    F. Cordon 1734/38

    Vansteenbrugge 1738/40

    Helluy P.F. 1743/44

    Vandenbroucke 1744/45

    Roussel P. 1746/47

    Ghesquiere P. 1747/48

    Libbrecht F. 1748/50

    Devos G. 1750/1755

    Ghequiere 2x 1751/61

    Courouble P. 1761/62

    Vissens F. 1762/76

    linneau 1776/83

    Storm E. 1783/85

    Everaert J. 1785 zes weken

    Six F. 1785/89

    Vandenbroucke J. 1789/90

    Mullier P. 1790 1801

    Wierd hier Pastoor

    van 1801 tot 03 en van

    1809 tot 1842


    Foto


    Rollegem op de inventaris van het bouwkundig erfgoed


    dorp



    Blog tegen de regels? Meld het ons!
    Gratis blog op http://blog.seniorennet.be - SeniorenNet Blogs, eenvoudig, gratis en snel jouw eigen blog!