Het landelijk leven te Rollegem
Dat ons dorpje sinds 1 januari 1977 bij Kortrijk hoort met zijn 847 hectaren groot is ons aller bekend. Het verwonderd ons dan ook niet dat het grootste gedeelde van ons dorp betrokken was in de landbouw. De noordergrens valt nagenoeg samen met de uiterste grens tussen zandleemgebied en de vochtige leemstreek. We mogen zeggen dat we hier een goede drainering hebben, die ons toelaat allerlei teelten toelaat. Vele factoren maken dat sommige wegen, zoals de laaggelegen dorpskern in de winter moeilijk te bereiken waren. Dit zou de inspiratie geweest zijn tot de spottende benaming “ Bot Rollegem” tegenover het hoger gelegen “Preuts Bellegem”.
Philip Despriet deed in 1982 enkele bevindingen de oudste periode van het steentijdperk gevonden ter hoogte van de Fabrieksbeek. Ook het middensteentijd, denken we aan de site aan de voet van de klijtberg en ter hoogte van Munkendoornstraat.
Het nieuwe steentijd waren vindplaatsen ter hoogte van de “Munkendoornstraat” de “Schreiboomstraat en de “Smokkelpot.”
In 1572 waren er te Rollegem vier herbergen en één molenaar, en in het totaal 188 huizen, waarvan 23 als woning met “Lochting” beschouwt worden.
In 1739 waren er te Rollegem 33 meesters, 52 knechten en 7 leerlingen wevers. In 1765 waren er 312 huizen en telde men 1552 inwoners. Er waren twee slagers en een herder met 60 schapen twee molenaars, twee molenbouwers en een rietmaker. Men telde 12 huiswevers met een getouw. Tien jaar eerder telde men op de plaats 5 herbergen, waaronder drie met een uithangbord.
In 1814 waren de Rollegemnaar opnieuw slachtoffer van plunderaars, koeien, jenever, boter eieren, haver, Lijnwaad en paarden. Bij 13 boeren een totaal schade van 3670 frank.
Na de slag van Waterloo in 1815 werd Constantin- François opnieuw burgemeester en brak voor de Rollegemnaren een periode van stabiliteit en rust aan. In zake belastingen op veeteelt in 1827 bezaten 98 personen gezamenlijk 438 runderen ouder dan 2 jaar. Daarnaast waren er nog 44 runderen onder de tweejaar. Paarden respectievelijk 76. Twee landbouwers bezaten het maximum van 17 runderen en 2 paarden.
In 1910 was er te Rollegem 2,52 ha bos en daarnaast nog 50 aren in het kader van boomkwekerij. 1 Hectare was bedoeld als park en lusthof. Boomgaarden bedroegen 12ha. 60 are
58 are bedoelt als fruitheesters. De veestapel 704 hoornbeesten, 330 varkens en 278 eenden en ganzen.
Wat de oorlog 14/18 meebracht voor de Rollegemnaren was toch effen adembenemend. Wist u B.V dat er aangifte moest gedaan worden van notelaars & verbod om fruit -wilgen of ander bomen te vellen. Dat er 2000 kg tuinbonen moest afleveren. Dat men struik, witte-, of suikerbonen die geplant waren moest aangeven, het pluimvee bestand, enz.
Dat in het najaar van 1918 de Rollegemnaars 268 kg appels en 241 kg peren te leveren had aan de Duitse bezetter. Tevens tabak en wol.
Twee bossen werden gedurende de Eerste Wereldoorlog gerooid om plaats te maken voor aardappelteelt.
In dat jaar was er geen boomkwekerij meer. Ook de lusthof en de aanwezigheid van serres waren onbestaande.
In 1947 bedroeg het aantal inwoners 2.529, in 1974 bedroeg het 2.545. In 1970 bedroeg de cultuurgrond 78.06 % met inbegrip van 2 hectaren bos.
In 1976 was er een tewerkstelling van 215 arbeiders waaronder 51bedienden in twee confectiebedrijven en 44 in een school voor bijzonder lager onderwijs.
In 1970 was 71.2 % van de beroepsbevolking werkzaam buiten de entiteit (vooral Kortrijk, Zwevegem of Moeskroen) Tot de beginjaren zestig was de pendelarbeid naar Frankrijk eveneens van belang. Het aantal landbouwers zakt van 47 in 1983 naar 35 in 1996.
We zien op vandaag na al de lectuur welke geraadpleegd uit landelijk leven en hoevengids groot Kortrijk deel 8 Rollegem met ondermeer Philippe Haeyaert, Inge Callens en Carl Decaluwé , het aantal hoeven nog verder slinken vandaar dat we dachten er goed aan te doen ook dit te vermelden op het blog.
Alwaar bij deze gelegenheid allen van harte worden bedankt welke aan het boek “Landelijk leven en hoevegids Groot Kortrijk “ deel 8 langs hebben mee gewerkt en waar we hier mogen gebruik van maken
We telden 47 landbouwbedrijven in 1997 om ons wegwijs te maken aan de verschillende hoeve werd er voorgesteld er een naam aan te geven. Er waren hoeven welke al lang bekend waren onder een naam andere werd voorgesteld. Zo gaan we het terug vinden onder “Voorstel” of onder Historische naam.
Wat ons ook opviel was dat heel wat hoven omringd waren door een wal. We stelden ons de vraag: zou het mogelijk kunnen zijn dat de bakstenen welke gebruikt werden om de hoeve te bouwen, men er ter plekke de aarde uitgraafde, stenen ter plaatse bakten en zo de wal behielden. Om hun zelf te voorzien van water en hun dieren? Er zijn zeker twee steenbakkerijen terug te vinden op ons dorp. Het is maar een vraag. Bijlagen: hoeven wonen.jpg (254.3 KB)
Categorie:Het landelijk leven te Rollegem
|