Er komt een vertegenwoordiger in stofzuigers langs bij een boerderij. Hij belt aan, de boerin doet open. De vertegenwoordiger begint te praten: "Dag mevrouw, ik ben vertegenwoordiger van hele goede stofzuigers: die zuigen echt alles, maken alles schoon. En om het te bewijzen, maak ik nu uw tapijt even vuil." En de vertegenwoordiger gooit een hele doos met vuiligheid over de vloerbedekking en zegt: "Met mijn stofzuiger maak ik dat weer helemaal brandschoon. Ik garandeer u: elke korrel die blijft liggen, eet ik persoonlijk van de vloer." Zegt de boerin: "Nou begin dan maar vast te eten, want we hebben geen elektriciteit."
Nazareth werd opgericht in 1968 en bestond oorspronkelijk uit Dan McCafferty (zang), Manny Charlton (gitarist), Pete Agnew (bassist) en Darrell Sweet (drummer). De band bestond tien jaar in deze samenstelling, tot in 1978 gitarist Zal Cleminson het vijfde bandlid werd. Sindsdien veranderde de samenstelling regelmatig door zowel vertrekkende als toegevoegde leden, hoewel de stichters lange tijd deel bleven uitmaken van de groep.
Anno 2008 behoren de originele leden McCafferty en Agnew nog (en zonder tussenpozen) tot Nazareth. Charlton verliet de band in 1990. Sweet overleed in 1999 op 51-jarige leeftijd aan een hartaanval.
2009 is bijna voorbij 2010 staat voor de deur Een nieuw jaar met nieuwe wensen Alles krijgt een nieuwe kleur Veel geluk en vrede Veel liefde voor elkaar Aandacht voor je naaste Het wordt een prachig en tof nieuwjaar
Lieve bloggertjes vandaag en morgen heb ik geen tijd om te bloggen,ik moet wat organiseren voor morgenavond en dat vraagd toch wat werk hé,maar ik wens iedereen een gezellig kerstfeest,groetjes Rud
Jimmy Page begon zijn muzikale carrière als sessiemuzikant maar kreeg voor het eerst grote bekendheid als gitarist van de Britse band The Yardbirds. Toen deze band in 1968 uiteen viel stelde Page een nieuwe band samen, genaamd Led Zeppelin. Met deze band zou hij bekend worden als een van de pioniers van de hardrock.
Na het overlijden van drummer John Bonham viel de band in 1980 uiteen. Sindsdien nam Page nog een drietal albums op met Led Zeppelin-zanger Robert Plant, te weten The Honeydrippers: Volume One (1984), No quarter (1994) en Walking into Clarksdale (1998). Ook maakte hij het album Lovin up a storm met voormalig Led Zeppelin-bassist John Paul Jones en ging hij gelegenheidsformaties aan met diverse andere artiesten. Eind jaren tachtig probeerde Page een nieuwe band op te richten met Paul Rodgers (Free en Bad Company) onder de naam The Firm. Deze band kwam echter nooit goed van de grond. Wel zou Page met diverse andere artiesten samenwerkingsverbanden aangaan, onder andere met Black Crowes en David Coverdale (het album Coverdale/Page).
Op 24 augustus 2008 begeleidde hij Leona Lewis in het nummer "Whole lotta love" tijdens de slotmanifestatie van de Olympische Spelen in Peking.
De Rock and Roll Hall of Fame is een museum in Cleveland, Ohio, Verenigde Staten, gewijd aan, zoals de naam zegt, het vastleggen van de geschiedenis van beroemde of invloedrijke rock and roll musici, producers en anderen die hun stempel op deze "tak van sport" hebben gedrukt. Het gebouw, geopend op 2 september, 1995 is gelegen aan de oever van het Eriemeer in Cleveland ten oosten van het stadion van de Cleveland Browns en het Great Lakes Science Center.
Geschiedenis
De Rock and Roll Hall of Fame is opgericht door Ahmet Ertegün, Jan Wenner en Suzan Evans. Sinds 1986 komt hier jaarlijks een beperkt aantal mensen of groepen bij via de Rock and Roll Hall of Fame Induction Ceremony in New York City. De eersten waren op 23 januari1986. Over de opname in de Hall Of Fame beslissen zowat 600 musici en muziekdeskundigen. De ceremonie is vorig jaar gehouden op 10 maart 2008. Tegenwoordig is een artiest of groep pas 25 jaar na het uitkomen van de eerste opname gekwalificeerd.
Er zit Jefke al verschillende uren aan de toog in een cafeetje de ene pint na de andere in zijn keelgat te gieten. Resultaat: zo zat als een kanon ! Op een gegeven moment wil Jefke naar huis vertrekken, maar als hij van zijn barkruk komt, valt hij als een zak patatten tegen de grond. De baas gaat vlug naar hem toe en zet hem terug op zijn kruk. Hij raadt Jefke aan om nog een koffieke te drinken, dan zal het misschien wel beter gaan. Enfin bon, zo gezegd, zo gedaan, Jefke drinkt een koffie, wil terug vertrekken, maar valt opnieuw pardoes op de grond. De baas zet hem terug op zijn kruk, en Jefke bestelt nog een koffieke, maar terug hetzelfde gebeurt. Na een tiental koffiekes zegt de patron tegen Jefke : "Luister, ik heb hier nu al lang genoeg gewacht, als je straks terug tegen de grond valt, zal ik u gewoon buiten tegen de muur zetten en je moet zelf maar uw plan trekken hoe dat je thuis geraakt." Natuurlijk als de koffie van Jefke leeg is en hij wil vertrekken, valt hij terug tegen de grond. De baas pakt Jefke op, draagt hem naar buiten, zet hem daar tegen een muurke en sluit zijn café. Bon, Jefke probeert om naar huis te stappen, maar vanaf het moment dat hij van de muur loskomt valt hij terug op de grond. Jefke denkt: "Als het niet gaat door te stappen, dan maar op handen en kniëen." Bon, Jefke kruipt zo naar huis, bij zijn huis aangekomen slaagt hij er nog in om de deur open te krijgen, en zo kruipt hij langs de trappen omhoog. Hij kruipt ook nog vlug efkens de badkamer binnen om zijn tanden te poetsen zodanig dat hij niet naar de drank zou ruiken als hij bij zijn vrouw in bed kruipt. Hij kruipt de slaapkamer binnen, doet zachtjes zijn kleren uit en kruipt naast zijn vrouw in bed. Deze laatste wordt efkens wakker, ruikt eens om te weten of hij weer op café geweest is, ruikt niets speciaals en dommelt terug in. De volgende morgen is Jefke nog aan het slapen als zijn vrouw ineens van beneden een ongelooflijk lawaai maakt. Jefke schrikt op en roept naar zijn vrouw wat de reden kan zijn van al dat tumult. Zijn vrouw vraagt of hij de avond ervoor weer de ganse avond op café gezeten heeft. Jefke antwoord dat hij nog efkens bij een vriend gaan praten is. Zijn vrouw zegt: "Je liegt, ik weet dat je weer op café geweest bent en dat je weer straalbezopen was, want je bent weer uw rolstoel vergeten !!"
Britse blues- en rockgitarist die onder andere in Thin Lizzy zit en meespeelde met Pink Floyd. Maar ook solo maakt hij platen, de single �Bird Of Paradise� wordt een hit in Nederland.
Snowy White wordt geboren als Terence Charles White in het plaatsje Devon in Engeland. Op zijn tiende krijgt hij een gitaar van zijn ouders en op zijn vijftiende heeft hij zijn eerste band, The Outer Fringe. Als hij Eric Clapton op de radio hoort besluit hij dat blues zijn ding is en hij stort zich op het spelen van de blues. Hij laat zich ook inspireren door artiesten als BB King en Otis Rush. Hij ontwikkelt zijn eigen stijl, de Engelse blues. Als hij 17 gaat hij het huis uit. Omdat hij veel vrienden heeft zien verhuizen naar Londen die uiteindelijk weer terugkwamen omdat het geld op was besluit hij zo ver te gaan dat hij niet eens meer terugkan als het geld op is. Hij vertrekt naar Stockholm waar hij een vriend heeft wonen. Daar speelt hij anderhalf jaar lang samen met het trio The Train.
In 1970 gaat hij uiteindelijk terug naar Londen. Hier speelt hij veel met andere muzikanten en maakt al snel een naam voor zichzelf. In 1976 wordt hij gevraagd als toergitarist voor Pink Floyd met wie hij twee tours meespeelt, waaronder die voor het legendarische album The Wall. In 1979 wordt hij door Scott Gorham van Thin Lizzy om auditie te doen voor de openstaande positie van gitarist voor de band. Dit doet hij en hij wordt aangenomen. Hij werkt mee aan de albums Chinatown en Renegade waarvoor hij ook aan enkele nummers meeschrijft, waaronder de titeltracks. In 1982 stapt hij uit de band. De rock lifestyle bevalt hem niet en hij besluit voor zichzelf te beginnen.
Onder de naam Snowy White begint hij met bassist Kuma Harada, drummer Richard Bailey en toetsenist Godfrey Wang zijn eigen band. Van het eerste album White Flames komt de hitsingle �Bird Of Paradise� die in Nederland de zesde plek in de hitlijst haalt. Omdat hij niet te veel als een �single artiest� gezien wil worden last White een pauze in. Hij richt een bluesband op onder de naam Snowy White's Blues Agency en brengt hiermee twee albums uit, Change My Life en Open For Business/Blues On Me. In juni 1990 speelt White mee met legandarische The Wall concert op de Berlijnse muur. 350.000 mensen zien de show, waarin ook Bryan Adams en Van Morisson optreden, live in Berlijn en miljoenen anderen genieten mee door de live uitzending op televisie.
In 1993 verschijnt er weer een album, Highway To The Sun, waarop onder andere ook Chris Rea te horen is. De KLM gebruikt �Bird Of Paradise� in 1994 in een commercial waardoor White weer iets meer in de spotlights komt. Dan komt het album Goldtop uit. Hierop is een verzameling van live en studio materiaal uit White�s volledige carri�re te horen. Hierna gaat White aan de slag met de band de White Flames met wie hij de albums No Faith Required (1996), Little Wing (1998 ), Keep Out: We Are Toxic (1999), Restless (2002) en The Way It Is (2004) opneemt.
Vader en moeder liggen te vrijen in de slaapkamer. Moeder zit bovenop vader. Opeens komt het zoontje binnen in de slaapkamer. Iedereen gegeneerd natuurlijk. De volgende ochtend neemt de moeder het jongetje even apart en zegt : "ik zal je even vertellen over wat je gisteren gezien hebt. Je weet dat papa een dikke buik heeft en daarom gaat mama er soms bovenop zitten om die buik weer plat te duwen". Zegt dat Jongetje : "Maar mama, dat levert toch niks op." "Oh nee?" vraagt de mama. "Welnee" zegt het jongetje, "Als jij naar de winkel gaat, komt de buurvrouw, en die zet zich op haar knieen voor papa, en die blaast zijn buik weer op !"
Preud'homme werd geboren in (Belgisch-Limburg) als zoon, de jongste van vijf kinderen, van het schoolhoofd van de plaatselijke jongensschool. Zijn geboortehuis werd later door Peer ingericht als het Armand Preud'homme Museum. De liefde voor de muziek werd door vader Preud'homme, tevens de organist van de plaatselijke parochiekerk, aan zijn zoon doorgegeven. Ook van zijn oudste zuster kreeg hij muzieklessen.
Al op 9-jarige leeftijd verving Armand zijn vader aan het orgel en toen hij 13 was schreef hij zijn eerste lied.
Hij kwam daar in contact met een operettegezelschap dat de zware operettes die het wilde opvoeren niet aankon. Daarop componeerde Armand enkele lichtere dingen voor hen: voor en door het volk. Stilaan begon hij ook meer liederen te schrijven. Juist voor de Tweede Wereldoorlog componeerde hij de bekende Vlaamse werkjes Voor Outer en Heerd en Kempenland, die tijdens de oorlog graag als marsliedjes werden gezongen.
Zijn eerste operette heette Het leven bloeit open. Zij werd 22 keer opgevoerd. Ze handelde over een jongen van het platteland die naar de stad trekt om er muziek te studeren. Hij keert terug naar zijn dorp, komt er in contact met een rijke juffrouw die op hem verliefd wordt, maar hij kiest uiteindelijk een volksmeisje.
In de Geelse periode schreef hij onder meer nog De helden van het land en Het schoothondje van mevrouw Pips. Van 1943 tot 1945 was hij bestuurder van een muziekschool in Mortsel. Preud'homme was ook dirigent van de Vlaamse harmonie Geel.
Kort na de Tweede Wereldoorlog werd Preud'homme beschuldigd van fascistische sympathieën vanwege de twee eerste lijnen in het muziekstuk Kempenland:
Kempenland, aan de Dietsche kroon
wonderfrisse perel;:
dat onder de oorlog vlot ...aan de Duitse kroon werd.
Hij werd hiervoor veroordeeld tot een gevangenisstraf van één jaar, maar werd in 1949 vrijgesproken door het Hof van beroep. Hij had de grootste moeite ergens werk te vinden. Iedereen herinnerde zich Preud'homme als die componist van Kempenland, aan de Dietsche kroon. Van dit moment deed hij zowat van alles om aan de kost te komen: kippen kweken, wasmachines verkopen en zijn broer helpen met uitvindingen. In 1947 keerde hij terug naar Antwerpen en na een kortstondige baan bij het Vlaams Ekonomisch Verbond was hij verplicht te gaan stempelen.
Met de gebroeders Renaat Veremans en Maurits Veremans en met Mark Liebrecht vormde hij een trouw dopklubje waar over weinig andere dingen dan muziek werd gesproken. Rond die periode ontstond de operette Op de purperen hei, die later meer dan 500 keer zou opgevoerd worden.
In het restaurant "Bristol" aan de Frankrijklei te Antwerpen werd Preud'homme in het begin van de jaren '50 aangeworven om hammondorgel te spelen. De socialisten waren er goed thuis en als Camille Huysmans langs kwam speelde Preud'homme voor hem muziek van Peter Benoit. Maar in 1957 woedde de schoolstrijd en Preud'hommes lied Voor Outer en Heerd werd door de betogene katholieken als strijdlied op straat gezongen. De socialisten dachten dat Preud'homme het speciaal voor de gelegenheid had gecomponeerd en hoewel hij het tegendeel kon bewijzen, werd hij in de "Bristol" aan de deur gezet.
In 1957 vond Preud'homme eindelijk weer een vaste betrekking als muziekleraar aan het Technisch Instituut van de Ursulinen te Hasselt en bleef in deze functie tot 1968. Intussen bleef hij verder tientallen liedjes componeren, die tussen kunstlied en chanson in liggen.
Intussen werd de componist ook voordrachtgever. Met een zelfgevormd trio, waarvan zijn vrouw Eveline Verhulst uit Geel, deel uitmaakte en dat de naam kreeg "Trio Op de purperen hei" trok hij Vlaanderen rond voor muzikale avonden.
Kort daarop werd hij, samen met Willem De Meyer, op culturele zending gestuurd naar Zuid-Afrika, waar hij vaststelde dat zijn liederen er meer werden gezongen dan in België.
Preud'homme dirigeerde op verschillende Vlaams-nationale manifestaties en schreef ook een Amnestiemis
Op 31 mei1981 werd zijn standbeeld, gemaakt door de beeldhouwer Jan van de Brande in Hasselt onthuld. Kort daarna werd een bomaanslag op het beeld gepleegd.
Ter gelegenheid van zijn 75ste verjaardag werd zijn (geromanceerde) biografie geschrevenOp de heide waait de wind door journalist René Melis .
In 2005 was hij ook één van de kansmakers op de titel De Grootste Belg, maar haalde de uiteindelijke nominatielijst niet en strandde op nr. 95 van diegenen die net buiten de nominatielijst vielen.
Geīnspireerd door zijn oudere broer Jimmie begon Stevie Ray reeds op jonge leeftijd gitaar te spelen. Hij bleek erg getalenteerd te zijn en speelde al snel in een aantal lokale bandjes. In 1972 stopte Vaughan met studeren om zich volledig te kunnen concentreren op muziek. Stevie wist niet duidelijk wat hij voor carrière wilde, naar eigen zeggen was muziek zijn enige uitweg. Daarom verhuisde hij naar Austin, Texas en werd daar professioneel artiest.
In het begin van de jaren '70 speelde Vaughan samen met Doyle Bramhall in de band The Nightcrawlers. Hierna speelde hij een aantal jaren in The Cobras. Deze band was vrij populair in Austin. In 1976 vormde hij een bandje genaamd "Triple Threat Revue". In 1979-1980 veranderde de band van naam en noemde zich Double Trouble.
In 1982 werd Stevie Ray tijdens het Montreux Blues Festival opgemerkt door David Bowie. Deze was zo onder de indruk van Vaughan dat hij hem vroeg mee te werken aan zijn nieuwe cd 'Let's Dance'. Naar aanleiding van datzelfde optreden bood Jackson Browne zijn opnamestudio aan waar het eerste album van Double Trouble (Texas Flood) werd opgenomen. Hierop volgde een contract voor Stevie en zijn band met Epic Records.
Voor de band was dit het begin van een internationale carrière. Hun album Texas Flood werd uitgegeven in 1983 en ze mochten dat jaar ook voor het eerst in de bekende televisieshow "Austin City Limits" optreden. Hierna ging het steeds voorspoediger met Double Trouble. De band nam ongeveer elk jaar een nieuw album op (o.a. Couldn't Stand The Weather, Live Alive en Soul to Soul).
In de loop der jaren raakte Stevie Ray verslaafd aan drank en drugs. In 1986 stortte hij als gevolg hiervan in tijdens een tournee. Hij werd later dat jaar opgenomen in een ontwenningskliniek waar hij zijn beide verslavingen wist te overwinnen.
In 1989 werd het album In Step opgenomen. Met dit album won Stevie datzelfde jaar een prestigieuze Grammy Award. Hij werd nogmaals uitgenodigd om op te treden in het tv-programma "Austin City Limits". De twee optredens voor dit programma werden later op video uitgegeven onder de naam Live From Austin Texas. In 1990 nam hij samen met zijn broer Jimmie een cd op genaamd Family Style.
Dit was één van de laatste hoogtepunten in zijn leven. Hij stierf in de vroege ochtend (12u50) van 27 augustus1990 tijdens een tragisch helikopterongeluk. Hij had die avond opgetreden op het "Alpine Valley Festival" samen met sterren als Robert Cray, Buddy Guy, en Eric Clapton. Stevie Ray Vaughan werd 35 jaar oud.
In 1991 verklaarde Ann Richards, de toenmalige gouverneur van Texas, 3 oktober tot "Stevie Ray Vaughan Day". Een jaar later in 1992 bracht gitaarfabrikant Fender de Stevie Ray Vaughan Signature Stratocaster op de markt. Voor zijn overlijden had Vaughan samen met Fender deze gitaar ontworpen. In 1994 werd een standbeeld ter nagedachtenis van Stevie onthuld aan de oever van het meer van Austin.
Als negentienjarige begon ze een carrière als model en op twintigjarige leeftijd was zij al één van de meest succesvolle modellen op de catwalk met een jaarinkomen van 7,5 miljoen dollar. In deze jaren werd zij beroemd door affaires met beroemdheden als Mick Jagger, Eric Clapton, Donald Trump, Kevin Costner en Vincent Pérez. Ze is een aantal jaren getrouwd geweest met Raphaël Enthoven. Samen kregen zij in 2002 een zoon, Aurélien.
Singer-songwriter
In 1998 verliet zij de modewereld en stortte zich op het schrijven en zingen van chansons. In 2003 verscheen haar debuutalbum Quelquun ma dit. Dit album, met nummers in de stijl van Joni Mitchell en Serge Gainsbourg werd goed ontvangen. In 2007 verscheen het Engelstalige album No Promises. Haar derde album heet Comme Si de Rien N'Était en werd goed ontvangen door de pers.
Carla Bruni in gesprek met de Amerikaanse first lady Michelle Obama
Huwelijk met president Sarkozy
Op 17 december2007 werden in de Franse pers foto's gepresenteerd van president Nicolas Sarkozy en Carla Bruni. Op 2 februari2008 zijn ze getrouwd. Op 11 april2008 werd in New York een naaktfoto van Carla Bruni geveild voor 91.000 dollar (circa 58.000 euro).Enkele Franse media werden in juni 2007 beboet, omdat ze naakfoto's van de presidentsvrouw hadden gepubliceerd zonder toestemming van de fotografen.
Rel met Colombia
Bruni krijgt het aan de stok met de Colombiaanse minister van Buitenlandse zaken, Fernando Araújo, als ze op haar derde album Comme si de rien n'était in het lied Tu es ma came verwijst naar Colombiaanse cocaïne. De minister laat weten "not amused" te zijn.
Julien Clerc (Parijs, 4 oktober1947) is een Franse zanger. Hij werd als Paul-Alain August Leclerc geboren in Parijs. Zijn moeder is afkomstig uit het overzeese Guadeloupe.
In 1969 brak Clerc door in Frankrijk met een Franse versie van de musical Hair. Later vergaarde hij ook in Nederland grote bekendheid door hits als Si on chantait, Venise, Ce n'est rien en This melody, dat zelfs een nummer 1 hit werd in Nederland. Verantwoordelijk voor zijn grootste successen was tekstschrijver Etienne Roda-Gil, overleden op 31 mei 2004.
Met Sylvette Herry, een Frans actrice bekend als Miou-Miou, heeft hij één dochter: Jeanne (1978).
In mei 2007 neemt Julien Clerc samen met Rob de Nijs een duet op voor diens nieuwe album Chansons, een album met enkel Franse liedjes, door De Nijs in het Nederlands gezongen. Het nummer met Julien Clerc is diens nummer 1-hit This Melody, door Jan Rot vertaald als Eén Melodie.
In 2008 kwam het album Où s'en vont les avions? uit. In 2009 viert hij zijn 40-jarig jubileum als artiest.
Milk Inc. is een Belgischedance-act, bestaande uit producers Regi Penxten, Filip Vandueren en zangeres Linda Mertens. Penxten en Mertens vormen samen het gezicht van Milk Inc. In Vlaanderen haalden tot nu toe maar liefst 23 van hun 25 singles de top 10 in de officiële hitlijst.
Biografie
Milk Inc. begon in 1996 als een studioproject dat een eerste plaat uitbracht op het label Dance Opera van platenfirma Antler Subway records. Een jaar later werd de single La Vache uitgebracht, die vooral in Frankrijk en het Verenigd Koninkrijk aansloeg. Vanwege dit succes werd op aanraden van de platenmaatschappij de bandnaam voor de Franse releases veranderd in La Vache. Er werd besloten om ook optredens te doen en het stadium van studioproject te verlaten.
Sportpaleis concerten
In 2006 bestond Milk Inc. 10 jaar. Om dit te vieren gaven ze een optreden in het Sportpaleis van Antwerpen: Milk Inc. Supersized. De show was uitverkocht en daarom werd beslist om deze show elk jaar te organiseren. Eind september 2007 stond Milk Inc. opnieuw in het Sportpaleis met Milk Inc. Supersized 2. Deze show raakte al snel uitverkocht, waardoor er twee extra shows werden gepland. Die raakten eveneens uitverkocht. In 2008 zorgde de 3de reeks concerten in het Sportpaleis, deze keer onder de naam Milk Inc. Forever naar het album Forever, voor een ongezien succes: 6x uitverkocht! In 2009 staan Regi & Linda opnieuw zes keer in het Sportpaleis, deze keer onder de naam Milk Inc. Blackout.
De hoogtepunten van de show worden telkens uitgezonden op JIMtv en 2BE. Elk jaar wordt er tevens een DVD uitgebracht met een lange opname van het concert.
Albums
Apocalypse Cow
Eind 1998 werd de single In My Eyes uitgebracht en dat werd in België de eerste hit van Milk Inc. Later volgden van het debuutalbum Apocalypse Cow ook nog de singles Promise en Oceans. Beide nummers kwamen in de Vlaamse top 10 terecht.
Land of the living
In Nederland was Walk On Water uit 2000 de eerste grote hit. Vanaf de single Land of the Living is Linda Mertens zangeres van de groep, nadat Ann Vervoort met haar vriend Pat Krimson naar Ibiza vertrok om daar een platenlabel te lanceren. Het nummer Never Again behaalde een eerste plek in de Spaanse hitlijst.
Closer
De single The Sun Always Shines On TV werd rond 2004 in veel Europese landen uitgebracht, alsook in de Verenigde Staten. Het album Closer bevatte ook nog singles als Time, Sleepwalker, Wide Awake en I don't care, een samenwerking met Silvy De Bie van Sylver.
Supersized
In 2006 had Milk Inc. drie hits met Tainted Love (een cover van Gloria Jones), Run en No angel. De videoclip van No angel werd opgenomen tijdens één van de concerten van Milk Inc. Supersized.
Forever
In 2007 behaalde Milk Inc. de derde plaats in de Ultratop met de single Sunrise en de zesde plaats met Tonight. Die laatste werd officieel voorgesteld op Milk Inc Supersized II. In 2008 scoorde ze nog met de nummers Forever en Race. Het album Forever stond de hele zomer op de eerste plek van de Belgische albumlijsten. Iets dat ze nog nooit eerder hadden meegemaakt. Eind 2008 kwam er een speciale editie uit van Forever, met bonustracks en een dvd met de concertregistratie van Milk Inc. Forever.
Shaffy werd geboren in de Parijse voorstad Neuilly-sur-Seine, als zoon van een Egyptischediplomaat en een Poolse gravin van Russische afkomst. Hij groeide op in Cannes bij zijn moeder. Toen deze tuberculose kreeg, kwam Shaffy via een tante in Utrecht en een kindertehuis, in een Leids pleeggezin terecht. Het afscheid van zijn moeder is een ingrijpend moment in zijn leven geweest, getuige zijn liedje De trein naar het noorden.
Carrière
Hij maakte de middelbare school niet af en werd in 1952 aangenomen op de Amsterdamse toneelschool. Vervolgens debuteerde hij in 1955 bij de Nederlandse Comedie. In 1960 reisde hij met zijn partner Joop Admiraal naar Rome in de hoop daar werk te vinden als filmacteur maar onverrichter zake keerden ze weer terug. De brieven aan hun gezamelijke vriendin Shireen Strooker werden in 2004 gebundeld in "Brieven uit Rome". In 1964 richtte Shaffy de theatergroep Shaffy Chantant op. Hij werkte langdurig samen met zangeresLiesbeth List en pianistLouis van Dijk. Bekendste song van de groep werd de Shaffy Cantate. Anderen - onder wie Thijs van Leer, op wie hij verliefd zou worden (aan hem is het lied "Jij bent nu daarbinnen" gewijd) - maakten korte tijd deel uit van zijn ensemble. Met Liesbeth List zette hij in 1968 onder andere het lied Pastorale op de plaat, een lied dat grote bekendheid zou verwerven.
In 2002 maakte Pieter Fleury een documentaire over hem: ('Ramses: Où est mon prince'), die op het Nederlands Filmfestival in Utrecht een Gouden kalf won. In 2003 schreef Bas Steman een belevingsbiografie over Shaffy, getiteld 'Naakt in de orkaan'.
Na enkele keren 's nachts op straat te zijn gemolesteerd, belandde Shaffy in een Amsterdams verpleegtehuis. Dit had ook te maken met langdurig overmatig alcoholgebruik waardoor hij verschijnselen vertoonde van het syndroom van Korsakov en epilepsie.
In het najaar van 2005 stond hij voor het eerst sinds jaren weer in de hitparades, met een nieuwe versie van zijn hit 'Laat me' (uit 1978), dit keer samen gezongen met de band Alderliefste en Liesbeth List.
Op 11 juli 2008 trad hij live op tijdens een openluchtconcert in het Belgische St. Niklaas, ter gelegenheid van de 11 juli-feesten. Hij zong daar Laat me, samen met Alderliefste. Na afloop kreeg hij bloemen aangeboden door de Vlaamse vedetten Nicole & Hugo. Zij namen eerder in 2008 Pastorale op en belandden ermee in de Vlaamse hitparade.
Prijzen
Shaffy ontving op 31 mei 2006 de eerste Edison Oeuvre Prijs voor Kleinkunst evenals Normaal en Rita Reys. Edison-directeur Kees van Weijnen reikte het bronzen beeldje uit tijdens de presentatie van een CD-box met het gehele solo-oeuvre van de zanger Laat mijn liedjes nu maar zwerven. Shaffy kreeg de prijs voor zijn buitengewone verdiensten voor de Nederlandstalige muziek.
Op 6 november 2007 werd in de Amsterdamse Schouwburg een door de Leidse beeldhouwer Jeroen Spijker vervaardigd borstbeeld van Shaffy onthuld door Liesbeth List. Bij deze gelegenheid werd Shaffy toegezongen en toegedicht door een keur aan volgelingen, waaronder Thijs van Leer, Gerard Alderliefste, de Leidse dichter Jaap Montagne en zanger-liedschrijver Xavier Baudet.
Overlijden
Op 5 mei 2009 werd bekend dat Shaffy aan slokdarmkanker leed. Op 1 december 2009 is hij hieraan overleden.
Trivia
Zijn hit Wij zullen doorgaan werd in 1975 door André van Duin gepersifleerd.
In de Vlaamse stripreeks Kiekeboe, in het album De onthoofde sfinx (1977), zoeken Kiekeboe, Fanny en Konstantinopel naar het graf van farao "Ramses Shyffa", een woordspeling op de zanger en de Egyptische farao's met dezelfde naam (Ramses I, Ramses II, Ramses III)
In 2004 maakte ook het team van het programma Kopspijkers een persiflage op een Ramses Shaffy-nummer met Graai, pak, grijp, jat, naai, pik en bedonder, over de graaicultuur in het Nederlandse bedrijfsleven.
Hij werd geboren in Egypte als zoon van Griekse ouders die alles verloren na de Suezcrisis en daarop naar Griekenland terugkeerden. In Griekenland was Roussos lid van een aantal groepen als The Idols, We Five en Aphrodite's Child alvorens een solocarrière te beginnen.
Roussos is als gast te horen op een aantal albums van Vangelis, een van de bandleden van Aphrodite's Child.
Zijn solocarrière vertoonde een piek in de jaren 1970-80 met een aantal hits waarvan de singles My Friend the Wind en Forever And Ever (1973) hoog genoteerd stonden in verschillende landen. Hij scoorde in december1973 Nederland een nummer 1 hit met Schönes Mädchen aus Arcadia.
Janet Damita Jo Jackson (Gary (Indiana), 16 mei1966) is een Amerikaansesinger-songwriter, danseres, actrice en het jongste kind van de beroemde muzikale familie Jackson. Ze is het zusje van popidoolMichael Jackson. Ze ontsnapte uit de schaduw van haar broers en zussen en behoort tegenwoordig tot één van de tien succesvolste artiesten in de geschiedenis van rock-'n-roll. Ze is tevens de jongste artiest in de top tien van die groep, volgens Billboard magazine in 2004. In Nederland is het succes echter nooit groot geweest. Waar ze in Amerika per album tussen vijf en zeven top tien hits scoort, is haar dat hier net aan gelukt in haar hele carrière. Veel van haar singles bleven steken in de lagere regionen van de Nederlandse Top 40. Haar ingewikkelde choreografie en videoclips en haar aantrekkingskracht zijn van invloed geweest op veel jonge artiesten van tegenwoordig. De laatste jaren is ze in Amerika alleen negatief in het nieuws geweest, nadat Justin Timberlake tijdens een optreden in de rust van de Super Bowl haar borst ontblootte. De actie leidde tot veel commotie in het conservatieve Amerika.
Levensloop
Kinderjaren
Ze werd als laatste van negen kinderen geboren. Haar ouders zijn Joseph en Katherine Jackson. Ze woonde samen met acht oudere broers en zussen in een huis met twee slaapkamers. Janet's vader, Joseph, of Joe, werkte als kraanbediende in een staalfabriek en haar moeder Katherine werkte, voor ze een toegewijd Jehova's getuige werd, als winkelbediende voor Sears. Voor Janet's geboorte besloot haar vader zich als frontman van de R&B band The Falcons te richten op een muzikale carrière, maar hij kwam niet verder dan de nachtclubs in Indiana. Volgens geruchten zou Janet's vader streng zijn, terwijl haar moeder als een streng gelovige leefde.
Op het moment dat zij een peuter was, traden Janet's oudere broers Jackie, Tito, Jermaine, Marlon en Michael al in nachtclubs en theaters op als The Jackson 5. De groep tekende in maart 1969 een contract bij Motown en aan het eind van het jaar had de groep hun eerste van vier opeenvolgende nummer-een hits, I Want You Back, opgenomen. Op het moment dat de Jackson 5 hun eerste successen behaalde, verhuisde de hele familie naar Zuid-Californië en betrokken ze in 1971 een herenhuis, dat ze de bijnaam Hayvenhurst gaven.
Op zevenjarige leeftijd streefde Janet, door haar dwaze liefde voor paarden, naar een carrière als jockey, en had ze niet de intentie de showbusiness in te gaan. Haar vader dacht hier echter anders over en zag al vroeg potentieel in haar. Toen het succes van de Jackson 5 af begon te nemen, besloot Joseph de andere kinderen in de spotlight te zetten, inclusief Janet. Op 9 april1974 gaf ze, samen met bijna alle negen familieleden, haar eerste optreden in de MGM Grand in Las Vegas. Janet werd al snel de ster van de show met het imiteren van verschillende beroemdheden uit die tijd, zoals Cher, Marie Osmond, Toni Tennille en Mae West in het bijzonder.
De Vegas act van Janet en haar familie trok in 1976 de aandacht van CBS' directeur Fred Silverman. De zender was wanhopig op zoek naar een vervanging van de onlangs gestopte Sonny & Cher Show, dat recht tegenover de ABC-show rondom Donny Osmond geprogrammeerd stond. The Jacksons show begon op 16 juni1976 en ze werden daarmee de eerste Afro-Amerikaanse familie met een eigen televisieshow. De show bestond slechts twee seizoenen en werd in 1977 geannuleerd.
1977-1981: Acteercarrière
Het enthousiasme van de 11-jarige Jackson trok in 1977 de aandacht van televisieproducer Norman Lear. Lear was op zoek naar een nieuw karakter voor zijn komedieserie Good Times. Lear castte Jackson in Good Times als een mishandeld kind, genaamd Penny. De ster van de show, J.J. Evans, gespeeld door Jimmie Walker, was in de show de oogappel van Penny, iets dat Penny elke keer dat ze hem zag duidelijk maakte. Jackson werd één van de karakters in het 1977-1978 seizoen, en bleef in de cast tot het einde in 1979.
Jackson vervolgde haar acteercarrière en verscheen even in de kortlopende, maar voor een Emmy genomineerde, komedie genaamd A New Kind of Family, waarin ook Rob Lowe te zien was. De show werd aan het begin van 1980 gestopt. In 1981 had ze een terugkerende rol in een andere komedie, Diff'rent Strokes. Hierin speelde ze Charlene Duprey, het liefje van Willis (gespeeld door Todd Bridges).
1982-1984: Janet Jackson en Dream Street
Jackson was altijd geïnteresseerd in muziek en schreef haar eerste lied toen ze negen was, maar ze was nooit van plan een professionele zangeres te worden. Toch ging ze met muziek bezig, alleen om haar familie te helpen. Haar allereerste opname was in 1978 een duet met haar broer Randy, genaamd "Love Song for Kids". Later zou ze ook meedoen aan andere opnamen van de familie, vooral met zus LaToya en broer Michael.
In 1981 wilden Jackson en haar twee oudere zussen LaToya en Rebbie een eigen muziekgroep beginnen, maar meningsverschillen tussen de twee oudere zussen zorgden ervoor dat de groep al voor de opnames uit elkaar ging. In plaats daarvan was Janet te horen op LaToya's album My Special Love (1981) in het nummer "Camp Kuchi Kaiai".
Hoewel ze door haar vader Joseph gevraagd werd een zangcarrière te beginnen, voelde Jackson zich niet op haar gemak in de opnamestudio, omdat ze het gevoel had dat ze niet hetzelfde talent had als haar broers, vooral Michael, die zelf al een ster was geworden. Toch bracht ze op 16-jarige leeftijd haar debuutalbum Janet Jackson (1982) uit, hoewel de tiener had geprotesteerd dat haar achternaam niet op de cover moest. Het album, dat geproduceerd werd door soul zangers Angela Winbush, René Moore en Leon Sylvers van de beroemde Sylvers familie, bereikte de top tien van de Billboard R&B album lijst, maar was minder succesvol in de Billboard Pop album lijst. Het album leverde drie singles op, inclusief haar eerste top tien hit in de Billboard R&B lijst, "Young Love", en twee top 20 opvolgers, "Say You Do" en "Come Give Your Love to Me". Janet Jackson verkocht meer dan 250.000 exemplaren en was tiende in de lijst van bestverkopende R&B albums van 1983, volgens Billboard magazine.
Jackson nam met tegenzin de rol van Cleo Hewitt in de musicalserie Fame aan. Ze gaf later aan interviewers toe dat haar vader haar aanraadde de rol te spelen. Na een jaar vroeg Jackson de makers om haar uit de serie te schrijven en ze verscheen hierna voor 19 jaar niet meer in een andere televisieserie.
In 1984 brengt Jackson, dan 18, haar tweede album Dream Street uit. Het liet een muzikale ontwikkeling na haar debuut zien, met een meer funky en uptempo productie door broer Marlon en de beroemde disco producer Giorgio Moroder, producer van nummers voor artiesten als Donna Summer. Het album wist de Billboard Top 100 van Pop albums niet te halen en haalde maar nauwelijks de top 20 van de R&B lijst. De verkopen van Dream Street haalden de helft van haar debuut, en critici begonnen Jackson's carrière als popster te vernederen.
In dezelfde tijd trouwde Jackson met James DeBarge, één van de leden van de Motown groep DeBarge. Het huwelijk werd in maart 1985 ongeldig verklaard, waarbij DeBarge's drugsverslaving vaak als reden gegeven wordt. Nadat het huwelijk voorbij was en de jaren dat ze leefde als lid van een wereldberoemde familie, begon Jackson te zoeken naar onafhankelijkheid.
1985-1990: Control en Rhythm Nation
Na het beperkte succes van haar eerste twee albums, huurde A&M A&R John McClain de producers Jimmy Jam en Terry Lewis aan om de muzikale carrière van de 19-jarige te verlevendigen. Voordat vertrokken werd naar Minneapolis kregen de producers de zegen van Jackson's vader, die op dat moment haar manager was, nadat ze hadden beloofd dat Jackson niet zou gaan klinken als Prince. Binnen een paar maanden hadden Jackson, Jam & Lewis Control opgenomen. Hierin vertelde Jackson haar leven op een muzikale manier.
Control, uitgebracht in 1986, werd een groot succes, waarvan vijf top tien hits getrokken werden, inclusief haar eerste nummer-een single When I Think Of You. Het album werd een doorbraak voor Jackson, voor een deel te danken aan de videoclips, waarin dynamische, door Paula Abdul geregisseerde, danspasjes te zien waren. Tegen het eind van 1986 waren er alleen al in Amerika meer dan vijf miljoen exemplaren van verkocht.
In 1989 begon Jackson aan de opnames voor haar vierde album, Rhythm Nation 1814 (1814 is het jaar dat het lied "The Star Spangled Banner" werd geschreven; ook is 'R' de 18de letter van het alfabet en 'N' de 14de, vandaar 1814). Haar platenmaatschappij zag het liefst een album dat leek op Control, maar Jackson had het tegenovergestelde besloten. In plaats daarvan maakte ze een lappendeken van sociaalbewuste nummers (geïnspireerd door het werk van Marvin Gaye en Joni Mitchell), dansbare New Jack Swing geluiden, een zeldzaam rock nummer en verschillende romantische ballades. Rhythm Nation 1814 werd in 1989 uitgebracht en had aan het eind van het volgende jaar zes miljoen exemplaren verkocht. Het werd tevens het eerste album dat zeven top vijf singles opleverde, evenals vier nummer-een singles. Jackson won meerdere awards en ging op tournee om het album te promoten. Het wordt sindsdien beschouwd als de succesvolste debuuttour van een artiest. In 1990 stond ze tweemaal in een uitverkocht Ahoy' Rotterdam. Janet werd de eerste artiest die tegelijkertijd een #1 scoorde in de Billboard Hot 100 én de Mainstream Rock Hitlijst met "Black Cat" in 1990. Rhythm Nation 1814 bracht vier weken op #1 door op zowel de Pop als de R&B hitlijst van de VS. In Nederland werd het album geen succes. Hoger dan plaats 19 heeft het nooit gestaan in de albumlijst.
1991-1995: Poetic Justice en janet.
Na het succes als zangeres gevonden te hebben, kreeg Jackson de kans om haar acteercarrière te vervolgen, toen regisseur John Singleton haar toestemming gaf auditie te doen voor zijn film Poetic Justice, voor de rol als een taaie, poëtische kapper uit South Central, Los Angeles. Jackson kreeg de rol in het romantische drama, met als tegenspeler rapper Tupac Shakur. De film verscheen in 1993 en liet een heel ander beeld van Jackson zien; haar karakter vloekte en bedreigde iedereen die haar passeerde. Dit ging samen met een verandering op haar vijfde album (en de derde met Jimmy Jam en Terry Lewis), waarop de muziek brutaler en seksueel meer getint is dan haar voorgaande werk.
Het album, genaamd janet., werd in 1993 uitgebracht op Jackson's nieuwe label Virgin en de eerste single "That's The Way Love Goes" werd een nummer-een hit in de Pop en R&B hitlijst. Het voor een Oscar-genomineerde "Again" bereikte de eerste plaats in de Pop lijst en "Any Time, Any Place" stond tien weken bovenaan de R&B lijst. Janet is het enige Jackson-lid dat een Oscarnominatie op zak heeft.
Het album debuteerde als eerste in het Nielsen SoundScan tijdperk dat op nummer één binnen kwam, en het bereikte in 22 landen de eerste plaats, verkocht 17 miljoen exemplaren en won verschillende awards, inclusief een Grammy Award. Het was het vierde bestverkopende album van het jaar in de V.S., en werd achtste in het volgende jaar.
In september 1993 verscheen Jackson topless op de cover van het Rolling Stone magazine. De voorkant werd één van de meest gevierde foto's, die ooit van een rockartiest werd genomen en Rolling Stone noemde het in 2000 hun "Meest Populaire Cover Ooit". In een voorloper van de Super Bowl controverse, kreeg Jackson kritiek voor de explicietheid van de foto, maar ze hield verlegen vol dat de handen, die haar borsten bedekken, horen bij haar man.
In 1996 tekende Jackson opnieuw een contract bij Virgin, voor een bedrag van naar verluidt $80 miljoen, waarmee ze de best betaalde zangeres aller tijden werd. In dezelfde tijd was ze druk bezig een concept voor haar zevende album te creëren, en had ze te kampen met een klinische depressie. Het resultaat was The Velvet Rope (1997), haar vierde nummer-een album in de Billboard 200. Naast een liefdeslied ("I Get Lonely"), sekslied ("Rope Burn") en een antiracisme thema (de verborgen track "Can't Be Stopped"), stond het album voor een groot deel in het teken van pijn, dood en spirituele groei. Het album werd weer multiplatina en bracht vier singles voort: het door Q-Tip en Joni Mitchell geassisteerde "Got 'Til It's Gone", "Together Again", dat was opgedragen aan de AIDS slachtoffers, "I Get Lonely", dat één van de grootste R&B hits van het jaar werd, en het nummer-een dansnummer "Go Deep", dat een internationale single werd, evenals Every Time.
2000-2002: Nutty Professor II en All For You
In 2000 verscheen Nutty Professor II: The Klumps, met onder meer Eddie Murphy en Janet Jackson. Er werd in totaal $142.7 miljoen mee verdiend in de bioscopen. Jackson nam een single op voor de soundtrack van de film, "Doesn't Really Matter", wat binnen een paar weken na de release nummer-een in de Billboard Pop lijst behaalde, en tevens een gouden plaat opleverde. Ze kreeg $3 miljoen betaald voor Nutty Professor II: The Klumps (2000). Ze kreeg nog eens $1 miljoen extra betaald voor haar bijdrage aan de soundtrack (imdb.com). Na het schrijven had ze niet verwacht dat het zo'n grote hit zou worden.
Jackson's zevende studio album, All for You, met een hoger tempo dan The Velvet Rope, werd in 2001 uitgebracht. De nummer-een titeltrack werd de eerste single dat op de dag van release elk radioformaat had bereikt, en dit succes zorgde ervoor dat het album in zijn eerste week 605.000 exemplaren verkocht en een nummer-een positie behaalde. All for You zou uiteindelijk meer dan drie miljoen exemplaren verkopen in Amerika (en zes miljoen internationaal), en bracht tevens de top vijf hit "Someone To Call My Lover" voort. Roddelbladen suggereerden ondertussen relaties met acteur Matthew McConaughey, zanger (en later partner tijdens de Superbowl Rust Show) Justin Timberlake, zanger Johnny Gill en rapper Q-Tip. In werkelijkheid was Jackson in 2002 een relatie begonnen met hiphop producer en muzikant Jermaine Dupri.
Na het scoren van een Top 40 hit met de single "Son of a Gun" en haar laatste concert van haar tour in Hawaï, ging ze samenwerken met reggae zanger Beenie Man op het Top 40 lied "Feel It Boy". Ze werd bekritiseerd voor haar samenwerking met Beenie Man, vanwege zijn homofobe houding. Het volgende jaar begon Jackson te werken aan haar achtste album, en nam ze een uitnodiging aan om mee te doen aan de Super Bowl festiviteiten van volgend jaar.
2004-2005: Super Bowl en Damita Jo
Tijdens de rust van de 38ste Super Bowl op 1 februari2004 trad Jackson samen met Justin Timberlake op voor een publiek van meer dan 100 miljoen mensen. Tijdens dit live optreden, zong Jackson samen met Timberlake op zijn lied "Rock You Body". Toen Justin de regel "gonna have you naked by the end of this song" zong, werd haar bovenstuk opengescheurd door Timberlake, waardoor Jackson's rechterborst te zien was; de tepel werd gedeeltelijk bedekt door een piercing. Timberlake noemde het incident een "wardrobe malfunction" (vrij vertaald: een garderobe mankement). Jackson bood haar excuses aan, noemde het een incident en zei dat het de bedoeling was dat Timberlake alleen de kap weg zou trekken en rode kanten beha intact zou houden. Later zei ze echter tegen een interviewer voor Genre magazine dat ze wenste dat ze nooit haar excuses had aangeboden.
CBS, de NFL en MTV, die de show produceerden, deden in de storm van alle controverse afstand van alle verantwoordelijkheid. Jackson en Timberlake bevestigden deze ontkenningen, maar de FCC stelde desondanks toch een onderzoek in. Als resultaat hiervan nodigde CBS Jackson uit om tijdens de Grammy Awards van 2004 te verschijnen en nog een publiek excuus te maken. Zij weigerde, maar Justin Timberlake bood excuses aan en verscheen zowel als artiest, als presentator.
De Super Bowl controverse moest een maand later tot bedaren zijn gebracht, toen ze haar negende studioalbum, Damita Jo, uitbracht. Het album debuteerde hoog op nummer twee en verkocht in de eerste week bijna 400.000 exemplaren. De nummers die van het album werden uitgebracht, inclusief het op Prince geïnspireerde "Just a Little While", de Motown/Supremes ballade "I Want You" en "All Nite (Don't Stop)" deden het ook bescheiden in de hitlijsten. Jackson verscheen als Condoleezza Rice in een parodie op het incident in Saturday Night Live en het werd de best bekeken aflevering van de show in de 16 maanden sinds Al Gore te zien was. Jackson was ook als zichzelf te zien in de komedie Will & Grace, waarin Jack auditie doet als haar achtergronddanser. Het was haar eerste tv-optreden sinds decennia. Damita Jo kreeg later nominaties voor de American Music Awards, Source Music Awards, BET Music Awards en Grammy Awards. Aan het eind van 2004 was Janet Jackson de meest gezochte woordcombinatie van 2004.
Jackson en Jermaine Dupri begonnen hun geheime relatie in 2001, en Dupri verliet het Grammy Awards comité, nadat Jackson opnieuw had geweigerd om opnieuw haar excuses aan te bieden voor wat gebeurd was tijdens de Superbowl. Sinds 2004 zijn er geruchten dat het koppel getrouwd is, maar zij hebben dit altijd ontkend. Dupri verscheen in Jackson's video voor "I Want You", terwijl Janet op haar beurt verscheen in Dupri's video voor zijn single "Gotta Getcha".
2006: 20 Y.O.
Jackson bracht haar negende album, "20 Y.O.", uit op 26 september, 2006. Het album debuteerde op de tweede plaats in de Billboard Album Top 200, en verkocht in de eerste week 296.873 exemplaren. De naam slaat terug op "Control", dat 20 jaar geleden haar eerste grote hit was. Het album zou eerst "20 Years Old" gaan heten maar na een suggestie van een fan tijdens een wedstrijd veranderde ze officieel de naam naar 20 Y.O. 20 Y.O.'s eerste single 'Call on Me' waarin Janet een samenwerking aanging met Nelly werd een zeer bescheiden hit in de VS en deed het voornamelijk in de R&B hitlijsten goed. De tweede single van het album 'So Excited' wist niet door te breken in de hitlijsten. De derde en laatste single van het album 'With U' kreeg geen begeleidende videoclip wegens tegenvallende albumverkoop en een gebrek aan aandacht van de Radiostations. 20 Y.O. werd uiteindelijk platina maar verkocht toch minder dan zijn voorganger 'Damita Jo'. Jackson's vriend en producer van het album, Jermaine Dupri, uitte zijn kritiek en was van mening dat Virgin Records het album te weinig promotie had gegeven. Voor hem was dit de reden om uit R&B divisie van het platenlabel te stappen. Met 20 Y.O. voldeed Jackson aan haar laatste verplichting voor Virgin Records. Maandenlang werd er gesproken over een tour naar aanleiding van het album, maar wegens onduidelijkheid over Jackson's keuze voor een nieuwe platenmaatschappij raakte het idee van de baan.
In 2006 werd bevestigd dat Jackson het 'meest gezocht in de geschiedenis van het internet' en het 'meest gezochte nieuwsbericht' was. Dit bezorgde haar een plaats in het Guinness Book of World Records. In 2007 werd Jackson door Forbes magazine aangewezen als zevende rijkste vrouw in de vermaakindustrie. Haar vermogen werd geschat op meer dan 150 miljoen dollar.
2007 - Heden: Discipline & een nieuwe Platenmaatschappij
Jackson was te zien in Tyler Perry's film, 'Why did I get Married?'. De film werd vrijgegeven op 12 oktober 2007 en haalde in zijn eerste week 21,4 miljoen Dollar binnen. Jackson is eveneens bezig met een boek wat betrekking zal hebben op haar gewichtsproblemen, welke van grote invloed zijn geweest op haar leven. In juli 2007 tekende Jackson een platencontract bij 'Island Records'. Janet's nieuwe album 'Discipline' was vanaf 25 februari wereldwijd verkrijgbaar.
Op 12 december, 2007, lekte de eerste single van Jackson's nieuwe studio album genaamd 'Feedback'. Op 26 december, 2007, werd de single 'Feedback' legaal aangeboden via de iTunes music store. De bijbehorende video ging op 8 januari 2008 in premiere in de VS. Reacties op zowel het nummer als de clip waren over het algemeen positief. Week 4 van het jaar was de start van Jackson's promotie rondom het aankomende album.
Op vrijdag 1 februari werden via de officiële Janet Jackson website 2 nieuwe nummers van het album vrijgegeven. Rock with U en Luv werden als cadeau aan de fans aangeboden. Beide nummers zullen tegelijkertijd als nieuwe single worden uitgegeven, waarbij Rock with U de urbanlijsten en Luv de poplijsten dient te veroveren.
Op 5 maart 2008 werd bekend gemaakt dat Jackson's nieuwe album op nummer 1 stond in de Billboard top 200. De verkoop van het album lag na 1 week op 187.000 stuks (ongeacht de nummer 1 positie is dit alsnog de laagste verkoop van een Janet album in de eerste week dusver).
Er staan 999 Limburgers en 1 Antwerpenaar op een rij. Ze mogen elk een wens doen aan de goede fee. De Limburgers willen per se eerst, want zij willen allen Antwerpenaar worden.
De eerste: "Ich wil Antwerpenaaaaar worden". Een tikje met de toverstaf en de Limburger is Antwerpenaar. De tweede: "Ich wil Antwerpenaaaar worden". Ook in orde. De 999ste: "Ich wil Antwerpenaaaaaar worden." OK
Ondertussen ligt de Antwerpenaar in een breuk van het lachen. "Wat is jouw wens dan", vraagt de goede fee. "Ik zou willen dat ze allemaal weer Limburger werden", luidt het antwoord.
Een agent heeft eens zin om een paar zuiplappen aan te houden dus hij gaat buiten staan wachtten in een stamcafé in Amsterdam, hopend dat er eentje weg wil met de auto. En ja hoor om ééen uur komt er een aanwaggelen, luidkeels zingend en gaat bijna onderuit.
Hij pakt zijn autosleutels uit zijn broekzak en stopt hem in het slot, verkeerde auto. Die agent denkt "BINGO" en hij volgt de man. Ondertussen loopt de hele kroeg leeg. De man probeert nog 6 auto's en heeft dan eindelijk de goede te pakken. Hij stapt in, als de agent tevoorschijn springt en zegt, "jaja jonge dat word een flinke boete, dronken achter het stuur". Waarop de man zegt "maar agent, ik ben helemaal niet dronken". Die agent gelooft er niks van en laat hem een blaastest doen. Maar tot zijn enorme verbazing zit er geen alcohol in zijn bloed. Hij probeert het nog een paar keer tevergeefs en zegt "maar hoe kan da nou??".
"nou" zegt de man, "ik ben vandaag de BRAM". "de bram"?? vraagt de agent. "ja" zegt de man, de Broodnuchtere Rijdende Afleidings Maneuvre
Een man gaat naar zijn dokter voor een complete controle. Hij voelde zich de laatste tijd niet zo goed en wil erachter zien te komen of hij ziek is. Na de controle komt de dokter met de resultaten van het onderzoek. "Ik ben bang dat ik slecht nieuws heb. U bent stervende en hebt niet zo veel tijd meer", zegt de dokter. "O nee, maar dat is verschrikkelijk. Hoe lang heb ik nog?" vraagt de man. "10....", zegt de dokter. "10? 10 wat? Maand? Weken? Wat?!" vraagt hij wanhopig. "10....9....8....7..."
Zucchero brak in 1985 door in Italië na zijn deelname aan het Festival van Sanremo met het nummer Donne. Na enkele goedverkopende albums volgde in 1988 het uitermate succesvolle album "Blue's" dat het best verkochte album ooit in Italië werd en gemaakt werd met sessiemuzikanten als Clarence Clemmons en de legendarische Memphis Horns. In 1989 volgde het album "Oro incenso e birra" (lett. "Goud wierook en bier", en betrekking hebbend op het bijbelse "Goud, wierook en mirre"/"Oro incenso e mirra") met gastoptredens van Ennio Morricone, Rufus Thomas en Eric Clapton en dat de hits "Diavolo in me" en "Diamante" bevatte. In 1991 volgde de complete Europese doorbraak met een heropname van zijn vroegere hit Senza una donna (Engels: Without a woman) samen met Paul Young. Hiermee behaalde hij internationaal succes, wat hij spoedig herhaalde met een Engelse versie van Diamante met Randy Crawford.
In 1992 nam Zucchero het crossoverstukMiserere op samen met Luciano Pavarotti. De demo van dit nummer werd ingezongen door de dan nog onbekende Andrea Bocelli, die later tijdens Zucchero's Miserere tour de klassieke vocalen voor zijn rekening nam en in 1994 met het door Zucchero geschreven Il mare calmo della sera zelf doorbrak. In 1994 nam Zucchero zelf deel aan Woodstock '94.
In 1996 haalde Zucchero een internationale hit met Il volo van het studioalbum "Spirito DiVino" dat een jaar eerder uitgekomen was. In 1996 volgde een compilatie album, "The best of Zucchero Sugar Fornaciari's Greatest Hits" dat vooral gebaseerd is op nummers van "Blue's", "Oro Incenso e Birra" en "Spirito DiVino". Na een lange wereldtournee bracht Zucchero in 1998 het album "Bluesugar" uit, waarvan de eerste single "Blue" geschreven werd met Bono van U2 en tourde wederom door Europa en de VS. In 2001 volgde het album "Shake" dat onder meer het laatste nummer dat blueslegendeJohn Lee Hooker voor zijn dood opnam ("Ali D'Oro") en de Europese zomerhit "Baila (Sexy Thing)" bevat.
In september 2006 is 'Fly', een nieuw studioalbum van Zucchero uitgekomen, geproduceerd door Don Was. De eerste single was "Bacco Perbacco", die gevolgd werd in begin 2007 door "Occhi", beiden waren Paradeplaat op Radio 2. Op 27 en 28 mei 2007 gaf Zucchero een concert in de AmsterdamseHeineken Music Hall.
Naast zijn normale optredens, treed Zucchero veelal op tijdens benefiet concerten zoals de Pavarotti & Friends concerten voor War Child, het Netaid concert in New York, en twee van de Live 8 concerten. Bovendien is Zucchero een van de ambassadeurs van 46664, de benefiet organisatie van Nelson Mandela dat aandacht probeert te vestigen op het probleem van HIV/AIDS in Afrika en de rest van de wereld. Daarnaast gaan sommige album opbrengsten naar AIDS bestrijding en de Italiaanse Multiple Sclerose organisatie AISM. In 2006 werd Zucchero door de toenmalige Italiaanse president Carlo Azeglio Ciampi benoemd tot 'commendatore' vanwege zijn internationale promotie van de Italiaanse muziek.
Norman Jeffrey (Jeff) Healey (Toronto, 25 maart1966 aldaar, 2 maart2008) was een Canadeseblues- en jazzgitarist en -zanger. De blinde muzikant kreeg met zijn Jeff Healey Band aan het einde van de jaren tachtig internationale faam met het debuutalbum See The Light.
Healey werd op éénjarige leeftijd blind door een retinoblastoom; een tumor in het oog. Zijn ogen moesten geamputeerd worden. Dit weerhield hem er niet van om gitaar te leren spelen. Hij viel daarbij op door een unieke speelstijl: hij speelde meestal zittend op een stoel met zijn gitaar plat op de schoot.
Op zijn zeventiende formeerde hij de band Blue Direction. Later ging hij optreden met twee bevriende muzikanten. Een rolletje in de film Road House gaf hem bekendheid en platenmaatschappij Arista Records gaf hem de kans een album uit te brengen: See The Light. Het trio maakte onder de naam Jeff Healey Band een internationale tournee en trad onder andere op op Pinkpop en Torhout-Werchter.
Healey had in Toronto zijn eigen kroeg, Healey's, waar hij elke donderdag optrad met een rock-georiënteerde band en elke zaterdag met zijn jazzgroep Jeff Healey's Jazz Wizards. Later opende hij een grotere club genaamd Jeff Healey's Roadhouse. Ook presenteerde hij een radioshow voor CBC en voor een lokaal station uit Toronto, waarin hij vooral aandacht aan jazzmuziek schonk. Hij stond aan de wieg van de carrières van verschillende artiesten, onder wie Amanda Marshall.
In 2005 kreeg hij opnieuw kanker, dit keer aan zijn benen. In 2007 werden er tumoren uit zijn longen verwijderd. Ondanks bestraling en chemotherapie overleed Jeff Healey in maart 2008 op 41-jarige leeftijd.
Walter De Buck (Gent, 13 juli1934) is een Belgischefolkartiest. Hij houdt zich met verschillende kunsten bezig, zowel tekenen, schilderen, beeldhouwen, muziek als toneel. Hij was mede heropstarter van de Gentse Feesten vooral rond Sint-Jacobs.
Levensloop
De Buck is de zoon van Johanna Columbiën en Leonard De Buck. Zijn vader was een kunstschilder, die aan de Koninklijke Academie voor Schone Kunsten in Gent leraar tekenkunst was. Aan deze academie volgde Walter De Buck ook een opleiding, die hij in 1954 met grootste onderscheiding voltooide.
De Buck debuteerde op de wereldtentoonstelling van 58 als beeldhouwer. Hij kreeg verscheidene prijzen voor zijn beelhouwkunst, één ervan leverde hem een beurs voor een studiereis van één jaar naar India op. Hij zou verdere tochten naar India en het Nabije Oosten ondernemen, deze tochten zouden zijn visie op kunst en maatschappij, zijn beeldende kunst en zijn muziek beïnvloeden.
In 1962 sticht hij met enkele vrienden de vzw Trefpunt, een ontmoetingsplaats voor kunstenaars, en een organisatie voor promotie en verspreiding van de kunst. Deze vzw is tegenwoordig organisator van de Gentse Feesten.
In 1969 lag hij mee aan de nieuwe start van de Gentse Feesten, aanvankelijk rond Sint-Jacobs. Later zou dit gebeuren tot het grote festival uitgroeien dat het tegenwoordig is. Hij legde zich opnieuw toe op het zingen. In 1984 trekt hij zich terug uit vzw Trefpunt om opnieuw meer aandacht aan het beeldhouwen te besteden, de daaropvolgende is hij actief in diverse Gentse beeldhouwprojecten, en werkt hij regelmatig voor Stad Gent.
De kunstenaar ontwierp het beeldje dat jaarlijks uitgereikt wordt bij de "Prijs voor de Democratie".
Hij schreef veel bekende Gentse liederen waaronder "'t Vliegerke".
Morrison ging naar de filmacademie in Los Angeles, Californië, en leerde daar Ray Manzarek kennen, met wie hij The Doors oprichtte. Deze naam was ontleend aan de titel 'The Doors of Perception' van een boek van Aldous Huxley, die op zijn beurt de frase had ontleend aan een gedicht van William Blake: "If the doors of perception were cleansed every thing would appear to man as it is, infinite".
Morrison was voor veel jongeren in die dagen een idool. Hij leefde zeer intens en gebruikte verschillende en vele soorten verslavende genotsmiddelen. Zijn enorme drankgebruik was exemplarisch. Hij was gefascineerd door literatuur, las enorm veel en was fanatiek bezig met het maken van poëzie. Zijn muziek toont invloeden van jazz en blues en zijn teksten waren vaak zeer filosofisch en dichterlijk van aard. Van Morrison is een aantal dichtbundels uitgegeven, zoals "The Lords & The New Creatures", "Wilderness" en "The American Night".
Artistieke carrière
Morrison zag muziek als vehikel voor zijn poëzie en met zijn sterke theatrale persoonlijkheid en zijn beeldende gedichten werden concerten van The Doors complete seances, waarbij Morrison op geniale wijze direct contact met het publiek wist te leggen. Niet zelden echter, strooide zijn drankgebruik en drugsgebruik bij optredens roet in het eten. Tijdens zijn vele kroegentochten draaide hij er zijn hand niet voor om bij andere groepen op het podium te springen om mee te zingen en zijn eigen poëzie voor te dragen. Hij was een liefhebber van Canned Heat en net als zanger Bob Hite deelde hij met hem zijn liefde voor en kennis van de blues. Morrison was ook een bewonderaar van Brian Jones, het gezicht van de Rolling Stones, en hij was enorm onder de indruk toen deze onder merkwaardige omstandigheden in 1969 dood werd aangetroffen.
Zijn carrière (en dus ook die van The Doors) werd onder andere ernstig bemoeilijkt door een voorval tijdens een concert in Miami in 1969, waar hij zijn penis aan het publiek zou hebben getoond. Vele ooggetuigen verklaarden later echter dat hij slechts zijn rits open deed. Uiteindelijk werden vier aanklachten tegen hem uitgevaardigd. Hij werd schuldig bevonden aan obsceen gedrag. De veroordeling zou Morrison niet in zijn koude kleren gaan zitten. Op diverse momenten en tijdstippen gaf Morrison aan genoeg te hebben van het bandleven en verder wilde als dichter en filmer/acteur.
De reputatie van The Doors, afgemeten tegen de heersende conservatieve moraal, werd door de uitspraak ernstig geschaad. Dit leidde er toe dat optreden in bepaalde delen van Amerika onmogelijk wordt en de band weinig activiteiten kon ontplooien. Wellicht is dit een van de redenen voor de oorzaak van de afwezigheid van The Doors op belangrijke festivals als Monterey Pop Festival en Woodstock. Een andere oorzaak zou ook kunnen zijn dat Morrison het slachtoffer werd van een wraakzuchtige Lou Adler, platenbaas bij Dunhill Records in Los Angeles, toen deze een paar jaar eerder in 1965 hun eerste demo-EP op denigrerende wijze beluisterde en Morrison, in zijn hoedanigheid als onbekende en beginnende artiest, Adler op niet mis te verstane wijze te kennen gaf lak te hebben aan zijn oordeel over hun muziek. Vaak is geopperd dat The Doors als zondebok gebruikt werden door conservatieve elementen in de Verenigde Staten die een bedreiging zagen in de hippiebeweging. Mede vanuit de hippiebeweging kwam de sterke Vredesbeweging onder jongeren op. Amerika bevond zich op dat moment al een paar jaar in een steeds verder escalerende Vietnamoorlog, die een enorme morele verdeeldheid bij de Amerikaanse bevolking veroorzaakte. Typerend is dat Morrisons vader een hoge rang bij de Amerikaanse marine bekleedde en direct betrokken was bij de oorlog in Vietnam. Een bekend nummer van Morrison is The Unknown Soldier, dat een sterk antimilitaristische toonzetting heeft. De muziek van The Doors was zeer populair bij zowel hippies als soldaten, die in Vietnam moeten vechten. Morrison besloot al op vrij jonge leeftijd zich definitief van zijn ouders af te keren. Tegen de pers zou hij verklaren dat zijn ouders dood zijn. Zijn vader stelt echter dat Morrison dit verklaarde om zijn familie te beschermen tegen te veel aandacht.
Morrisons drankgebruik nam dramatisch toe. Dit is goed te horen op het album L.A. Woman uit 1971, waar zijn stem rauwer en doorleefder is dan de krachtige, sonore stem op bijvoorbeeld het debuutalbum The Doors.
Verhuizing naar Parijs
In maart van 1971 verhuisde hij naar Parijs om zich te concentreren op zijn schrijven en om verdere juridische problemen te voorkomen. In kringen rondom Morrison ging het gerucht dat de regering-Nixon hem gevangen wil zetten als voorbeeld om "subversief" verzet tegen de Vietnamoorlog te bestraffen. De overige drie Doors hadden toen trouwens al besloten dat ze zonder Morrison de band wilden voortzetten.
In Parijs leefde hij onder zijn doopnaam James Douglas en kon hij tamelijk anoniem over straat. Dit beviel hem heel goed, in tegenstelling tot zijn verblijf in Amerika. Hij schreef veel (al wordt ook wel beweerd dat Morrison juist zwaar te lijden had aan een zogenaamde writer's block), en ondanks het feit dat hij de Franse taal niet goed machtig was, bezocht hij veel toneel en was op veel filmsets van diverse beroemde Franse filmers aanwezig.
Begraafplaats 'Père Lachaise', Parijs. Graf van Jim Morrison (januari 2005)
Hij overleed op 27-jarige leeftijd onder omstandigheden die nooit helemaal opgehelderd zijn, waarschijnlijk als gevolg van een overdosis drugs en interne lichamelijke kwalen, opgelopen door een valpartij uit een hotelraam en het continue excessieve drank- en drugsgebruik. Als officiële doodsoorzaak werd een hartaanval genoteerd in de overlijdensakte.
Hij ligt begraven op de begraafplaats 'Père-Lachaise'. Zijn graf trekt nog steeds veel bezoekers, onder wie zich ook religieus geïnspireerde vereerders bevinden. Op het graf staat de Griekse tekst KATA TON DAIMONA EAYTOY. Er zijn meerdere vertalingen mogelijk. In het Oudgrieks is de strekking iets in de trant van: Trouw aan zijn ziel. In het Nieuwgrieks is de vertaling Hij schiep zijn eigen demonen. Door zijn voortijdige dood hoort hij bij de 27 club samen met Janis Joplin, Jimi Hendrix, Kurt Cobain en Brian Jones, popidolen die toevallig allemaal op 27-jarige leeftijd overleden. Volgens de laatste biografie zou Pamela Courson tijdens zijn bescheiden begrafenis de laatste paragraaf uit Celebration of the lizard hebben voorgelezen, dit was wat volgens haar wat Jim wou.
Biografisch materiaal
Rond het leven van Morrison is in 1991 een film verschenen met de titel 'The Doors', geregisseerd door Oliver Stone. De rol van Morrison werd gespeeld door Val Kilmer.
De biografie uit 2004 'Jim Morrison' door Stephen Davis.
'No One Here Gets Out Alive' is een gewaardeerde biografie van de hand van Jerry Hopkins en Danny Sugerman, doorspekt met persoonlijke ervaringen met Jim Morrison. Wereldwijd werden meer dan 2 miljoen exemplaren verkocht.
'Riders On The Storm', de autobiografie van Doors-drummer John Densmore. (Oliver Stone heeft delen van dit boek gebruikt voor de verfilming van 'The Doors'.)
'Light My Fire', de autobiografie van Doors-toetsenist Ray Manzarek.
De Vlaamse televisiefiguur Dré Steemans, beter bekend als Felice, is in de nacht van donderdag op vrijdag overleden aan een hartinfarct. Dat meldt zijn manager. Hij was 55 jaar oud.
Steemans debuteerde op 1 september 1985 bij de toenmalige BRT2-radio in het radioprogramma 'Het Genootschap' van Luk Saffloer. Daarin speelde hij een Italiaans typetje: Felice Damiano was geboren. Kort daarna kreeg hij zijn eigen talkshow op de VRT, 'Incredibile'.
Steemans is het meest bekend van '1000 Seconden', een kookprogramma met Herwig Van Hove dat dertien jaar liep, en 'Het Swingpaleis', dat tien jaar lang op vrijdagavond te zien was. In de zomermaanden presenteerde hij een gelijkaardig programma 'Biebabeloela'.
Steemans stond ook mee aan de wieg van Radio Donna, waar hij meer dan tien jaar lang elke werkdag de Happy Cooker was in het programma 'Vrouwentongen' met Leen Demaré.
In 2006 zette Vlaanderen voor het laatst 'alle stoelen aan de kant' en sloot Felice zijn Swingpaleis. In maart van datzelfde jaar trok Steemans de deuren van de Reyerslaan definitief achter zich dicht en stapte hij over naar SBS Belgium, dat de zenders VT4 en VIJFtv beheert.
Voor VIJFtv presenteerde hij elke weekdag het spelprogramma 'Te Nemen Of Te Laten', terwijl hij voor VT4 samen met Ann Van Elsen de presentatie van 'Supertalent In Vlaanderen' voor zijn rekening nam. Hij was op VT4 ook te zien in 'Koken met een Sterretje', aan de zijde van sterrenchef Wout Bru.
Volgens zijn manager Johan P. Berckmans zal de uitvaart van Steemans op diens eigen verzoek in intieme kring gebeuren.
Van Halen was een zoon van saxofonist en klarinettist Jan van Halen. Zijn moeder Eugenie van Beers was een Indisch-Nederlandse van Javaanse afkomst. Op vroege leeftijd verhuisde hij met zijn familie naar Nijmegen, waarna ze in 1962 naar de Amerikaanse stad Pasadena (Californië) verhuisden. Van Halen leerde als kind pianospelen en won diverse talentenjachten. Ook zijn oudere broer Alex studeerde piano.
Het pianospelen beviel de broers niet en Alex kocht een gitaar terwijl Eddie ging drummen. Terwijl Eddie echter kranten bezorgde om zijn drumstel af te betalen bleek Alex te oefenen op drums en bleek al snel beter dan zijn broer. Eddie ging vervolgens aan de slag met de elektrische gitaar.
Eigen band
Onder de muzikale invloed van onder anderen Eric Clapton en Brian May ontwikkelde Van Halen zich tot hardrock-gitarist en in 1974 richtte hij samen met broer Alex en bassist Mark Stone de groep Mammoth op. Voor een optreden hadden ze nog een een geluidssysteem nodig, en huurden dat van David Lee Roth, die ze overigens in een auditie voor zanger hadden afgewezen. Toen Eddie van Halen er genoeg van had om als zanger te fungeren, werd Roth alsnog aangetrokken voor die rol, en werd bassist Stone vervangen door Michael Anthony. En omdat er nog een band was die zich Mammoth noemde werd door Roth voorgesteld de naam van de band te wijzigen in Van Halen. Overigens dachten veel fans dat Van Halen de naam was van David Lee Roth maar pas later kwamen ze erachter dat dit de achternaam was van de twee broers.
Beat It
Behalve met zijn eigen groep deed hij ook ander werk, bijvoorbeeld de gitaarsolo in Beat It van Michael Jackson. Dit nummer werd een grote hit, omdat het door zijn solo niet alleen R&B-fans, maar ook hardrock-liefhebbers aansprak, waardoor een nieuw cross-overgenre ontstond.
Gezin
Bij zijn nu ex-vrouw Valerie Bertinelli kreeg hij een zoon Wolfgang (genoemd naar Wolfgang Amadeus Mozart) die sinds 2006 in de band optreedt als basgitarist. Op 4 augustus 2008 vroeg Eddie zijn vriendin Liszewski ten huwelijk. Op 6 oktober zijn ze officieel verloofd en het huwelijk zal plaatsvinden in juni 2009.
Robin Gibb Robin Gibb in 2008 Robin Hugh Gibb (Douglas, 22 december 1949) is een Britse zanger, afkomstig van het eiland Man. Samen met zijn broer Barry en tweelingbroer Maurice maakte hij jarenlang deel uit van The Bee Gees. Solo had hij ook een aantal hits, waarvan de nummer 1-hit Saved by the bell uit 1969 het bekendst is. In tegenstelling tot zijn twee broers heeft Robin nooit een baard gedragen. Biografie Beginjaren met The Bee Gees Robin Gibb werd geboren op het eiland Man als helft van een tweeling. Zijn tweelingbroer is Maurice Gibb. Samen met hun ouders, zus Lesley en broer Barry, verhuisden ze op 5-jarige leeftijd naar Chorlton-cum-Hardy in Manchester. Daar trad Robin op 8-jarige leeftijd voor het eerst met zijn broers op. In augustus 1958, vijf maanden na de geboorte van zijn broer Andy, emigreerde het gezin naar Redcliffe in Australië. Daar gingen de broers verder met optreden en noemden zich The BG's Toen Robin 10 jaar was, gaven ze hun eerste optreden voor de Australische televisie. In de jaren daarna verhuisde het gezin naar Surfers Paradise en Sydney. In 1967 verhuisden The Bee Gees, zoals ze inmiddels heetten, terug naar Engeland. De groep had in Australië twee albums en diverse singles opgenomen en was eind 1966 doorgebroken met het nummer Spicks and specks. Vanuit Engeland werd dat succes internationaal voortgezet met wereldwijde hits als Massachusetts, World en Words. [bewerken] Eerste solocarrière Begin 1969 stapte Robin met ruzie uit The Bee Gees. Een jaar eerder was gitarist Vince Melouney uit de groep gestapt en tussen Robin en Barry ging de strijd over wie het gezicht van de groep mocht zijn en de muzikale koers mocht uitzetten. Hun manager Robert Stigwood had voorkeur voor Barry. Daarnaast werd Robin bekritiseerd door zijn drugsgebruik en had hij ruzie met Maurice gekregen, waardoor ze niet meer met elkaar spraken. De aanleiding om uit de groep te stappen, kwam toen de eerste single voor het album Odessa gekozen moest worden. Robin wilde dat zijn nummer Lamplight dat werd, maar Barry had liever zijn eigen nummer First of May. Toen Stigwood First of May tot eerste single had gekozen en Lamplight de B-kant werd, stapte Robin op en kondigde later aan een soloplaat te gaan opnemen. De eerste maanden werd hem dit belemmerd door enkele rechtszaken aangaanden zijn contractuele verplichtingen aan The Bee Gees. maar in september van dat jaar kon hij aan de opnamen van zijn album Robin's reign beginnen. Maurice en Barry namen in dezelfde tijd als duo het album Cucumber Castle op. Robins eerste solosingle was een succes. Zijn Saved by the bell werd een nummer 2-hit in de UK Singles Chart. Daarmee was hij even succesvol als de overgebleven Bee Gees, want die haalden met Don't forget to remember (hun eerste hit zonder Robin) eveneens de tweede plaats. In de Nederlandse Top 40 haalden beide nummers zelfs de eerste plaats. In het Verenigd Koninkrijk was Saved by the bell zijn enige grote hit. In Nederland was de opvolger One million years ook redelijk succesvol. De verkoop van zijn album Robin's reign viel echter tegen. Hoewel Robin begonnen was aan de opnamen voor een tweede soloalbum Swing slowly sisters, kwamen hij, Barry en Maurice eind 1970 toch weer bij elkaar en bliezen ze The Bee Gees nieuw leven in. De twee overgebleven Bee Gees waren eind 1969 ook uit elkaar gegaan en allebei bezig aan een soloalbum. Deze zijn net als Swing slowly sisters nooit uitgebracht, omdat The Bee Gees weer bij elkaar kwamen. In de aanliggende periode hadden The Bee Gees vooral veel succes in de Verenigde Staten, waar ze tussen 1971 en 1979 negen nummer 1-hits hadden, waaronder Stayin' alive, Night fever en Tragedy. Deze nummers werden ook in Europa grote hits. Daarnaast haalde Robin de vijftiende plaats in de Billboard Hot 100 met de solosingle Oh! Darling, een nummer uit de film Sgt. Pepper's Lonely Hearts Club Band uit 1978 met The Bee Gees in de hoofdrollen. Tweede solocarrière In de jaren 80 schreven The Bee Gees (met name Barry) veel liedjes voor anderen. Na Lying eyes uit 1981 en de soundtrack voor de film Staying alive uit 1983, bleef het daarom een tijd stil rond de groep. Dit gaf Robin de kans om een nieuwe soloplaat uit te brengen. Dit werd het album How old are you? uit 1983. De eerste single van het album was Juliet. Op het Europees vasteland werd het nummer een hit, maar in Engeland en Amerika bleef het vrijwel onopgemerkt. In Engeland werd alleen Another lonely night in New York en klein hitje en in Amerika Boys do fall in love, dat afkomstig was van zijn derde album Secret agent uit 1984. In 1985 volgde nog het album Walls have eyes, maar ook dit leverde weinig succes op. Omdat de soloprojecten van Barry en Maurice ook niet echt van de grond kwamen, besloten ze in 1987 de krachten weer te bundelen. Met het album E.S.P. en de single You win again hadden The Bee Gees dat jaar een geslaagde comeback. Derde solocarrière Op 12 januari 2003 overleed Maurice Gibb plotseling aan een darminfarct. Hiermee kwam een einde aan The Bee Gees als trio en Barry en Robin verklaarden niet meer onder die naam op te zullen treden. In 2002 was Robin begonnen aan zijn nieuwe soloalbum Magnet, dat rond de dood van Maurice uitgebracht werd. De eerste single Please werd een bescheiden hit in het Verenigd Koninkrijk. In 2004 haalde hij echter de Britse top 5 met My lover's prayer, een oorspronkelijk Bee Gees-nummer dat hij als duet met Alistair Griffin had opgenomen. Gibb was jurylid in de televisietalentenjacht Fame Academy en had veel bewongering voor Griffin, die uiteindelijk tweede werd. Samen namen ze het nummer op voor Griffins eerste single. Gibb herhaalde anderhalf jaar later dit trucje nog eens met de runners-up van The X Factor, de band G4. Met deze groep nam hij het nummer First of May opnieuw op. In 2005 nam Gibb een livealbum op en eind 2006 volgde het kerstalbum My favourite Christmas carols. Tegenwoordig woont hij weer op het eiland Man in het dorp Peel. Daar woont hij samen met zijn tweede vrouw Dwina. In 2002 werden hij en zijn broers geridderd tot commandeur. Gibb heeft aangegeven open te staan voor een reünie van The Bee Gees als Barry zich er goed bij voelt. Na Maurices dood hebben Barry en Robin nog tweemaal samen opgetreden bij liefdadigheidsconcerten. In 2009 scoorde Gibb een verrassende Britse nummer 1-hit omdat hij credit kreeg op de Comic Relief-single (Barry) Islands in the stream van Vanessa Jenkins & Bryan West, featurung Sir Tom Jones. Jenkins en West zijn twee karakters uit de Britse sitcom Gavin & Stacey, gespeeld door de Welshe acteurs Ruth Jones en Rob Brydon. In de videoclip reizen Jenkins en West naar Las Vegas om deel te nemen aan het wereldkampioenschap karaoke. Daar zingen ze het nummer Islands in the stream van Kenny Rogers en Dolly Parton (het voorvoegsel (Barry) verwijst naar het Welshe eiland Barry Island). Jones en Brydon moesten daarvoor toestemming vragen aan de Bee Gees, die het nummer geschreven hadden. Robin Gibb was daarover zo enthousiast dat hij wilde meedoen aan het project en hij kreeg een rolletje als zichzelf in de videoclip. Op het nummer zelf zingt hij echter niet mee en in tegenstelling tot de andere drie staat hij niet op de hoes van de single afgebeeld.
Een heel arm jongetje wil graag een nieuwe fiets voor Sinterklaas maar zijn gescheiden moeder kan die niet betalen. Moeder stel voor om een brief aan Sinterklaas te schrijven waarin hij desnoods om geld voor een nieuwe fiets kan vragen. Afijn zo gezegd zo gedaan en de brief is gepost aan 'Sinterklaas - Madrid - Spanje'. Bij DE POST komt deze brief binnen. De postmeester opent de brief en leest hardop voor: LIEVE SINTERKLAAS, Ik ben een jongetje van 8 jaar en ik wil heel graag een nieuwe fiets. Helaas zijn mijn ouders gescheiden en is mijn vader met de horizon vertrokken en krijgen wij geen alimentatie van hem dus kan mijn moeder die niet betalen. Ik ben altijd heel lief, ik verzorg mijn zieke moeder en oma en pest nooit mijn zusje. Een nieuwe fiets kost maar 5000 frank. Alsjeblieft, Sinterklaas, wilt u mij helpen? Liefs, Jongetje. Afijn, de afdeling van DE POST is zo ontroerd dat ze een inzamelingsaktie houden voor het jongetje om een nieuwe fiets te kunnen kopen. Ze halen 4800frank op en sturen het geld precies op 5 december op naar het jongetje. Het jochie opent de envelop en treft een brief van Sinterklaas aan met het geld voor de nieuwe fiets. Jongetje blij maar toch een beetje teleurgesteld dat het niet precies 5000 frank is zodat hij zijn fiets nog niet kan kopen. Het jochie schrijft een brief terug aan Sinterklaas en doet 'm wederom op de post 'Sinterklaas - Madrid - Spanje' De volgende dag komt ie bij DE POST aan en alle postmannen (en -vrouwen) gaan helemaal uit hun dak... "JONGENS een brief van het jongetje". 1 persoon opent de envelop en leest de brief hardop voor LIEVE SINTERKLAAS, Hartelijk bedankt voor het geld voor mijn nieuwe fiets!! Heel lief van u maar ik kwam 200 frank tekort dus ik kan nog mijn fiets niet kopen. Ik weet zeker dat u 5000 frank heeft gestuurd, dus die 200 frank zullen de KLOOTZAKKEN VAN DE POST WEL GEPIKT HEBBEN!!!!!
Rond sluitingstijd staat een agent bij een café te wachten, om te zien of hij nog wat mensen kan bekeuren die met een slok teveel op achter het stuur willen kruipen. Op een gegeven moment strompelt een vent de kroeg uit, struikelt over de drempel, zwalkt wat rond over de parkeerplaats, probeert zijn sleutel op 5 verschillende auto's uit voor hij zijn eigen auto gevonden heeft en is nog zeker 10 minuten bezig om zijn sleutel in het contactslot te krijgen. Alle overige bezoekers zijn intussen al lang vertrokken. Eindelijk lukt het hem de auto te starten en hij wil wegrijden. De agent laat de bestuurder stoppen en laat hem een blaastest ondergaan. Zelfs na meerdere pogingen geeft het apparaat 0,0 promille aan. De agent vraagt verbaasd aan de man hoe dat mogelijk is, waarop de man antwoordt: "Vanavond ben ik het afleidingsmanoeuvre...!"
Een pas gehuwd paartje zit na de eerste huweljksnacht 's morgens aan het ontbijt. Na een tijdje zegt de dame: "Schat,ik heb je al twee jaar iets verzwegen en nu moet het me toch van het hart. " "Is het erg ?" vraagt de echtegenoot. "Helemaal niet" zegt de vrouw "Ik ben namelijk kleurenblind" De man antwoordt: "Maar schatje, dat is toch geen probleem. Om eerlijk te zijn heb ik tegenover jou ook wat verzwegen" Waarop de dame vraagt: "Is het erg ?" "Neen" zegt de man "Maar ik heb altijd gezegd dat ik van Zelzate ben en in feite ben ik van Zaire !"
Het was een prachtige dag,de vangst was iets minder,maar we hebben ons geamuseerd en daarna de nodige pintjes en vandaag de nodige pilletjes tegen de hoofdpijn,hoja zie de foto van onze vijver(haha)
Een Amerikaanse, een Russische en de Belgische zeemachtadmiraal komen samen op een oorlogskruiser. De Amerikaan zegt tegen zijn collega's: "Mijn manschappen zijn de grootste durvers!" Hierop roept hij soldaat Smith en beveelt hij : "Spring in het water langszij het schip en zwem eronderdoor" De soldaat doet dit zonder morren. "Zie je wel", zegt hij, "wat ik bedoel?!" De Russische admiraal wil uiteraard niet onderdoen en roept een van zijn soldaten zeggende dat ZIJN manschappen nog grotere durvers zijn. Hij beveelt: "Igor, ga naar de voorzijde van het schip, spring in het water, zwem onder de ganse lengte van het schip door!" Igor salueert en voert uit wat hem is opgedragen. "Zie je wel", zegt de admiraal, "dat mijn mannen nog méér durven". Nu zit de Belgische admiraal natuurlijk met een probleem. Hoe moet hij zijn beide collega's overbluffen? Dan weet hij het en zegt: "Dat is allemaal niets, mijn manschappen zijn de GROOTSTE durvers!" Hij roept soldaat JANSSENS en beveelt hem het volgende: "Janssens, ga naar de voorkant van het schip, spring in het water, zwem onder water de ganse lengte van het schip en kom terug onder water tot in de helft waarna je nog eens de ganse breedte zwemt!!" Soldaat Janssens bekijkt zijn admiraal van kop tot teen en antwoordt: " Wil jij mijn kl.... eens kussen!" Waarop de admiraal tegen zijn collega's zegt: " Zie je nu wat mijn manschappen durven!!"
Een koppel komt binnen bij een seks-therapeut. De dokter vraagt wat hij voor hen kan doen. De man antwoord : "Wil jij ons in het oog houden terwijl wij seks hebben met elkaar?" De dokter kijkt verbaasd en beslist om toe te kijken. Als het koppel gedaan heeft met hun liefdesspel vertelt de dokter hen dat er niks mis is met de manier waarop zij seks met elkaar hebben en rekent hen 25 aan voor de raadpleging. Dit gaat zo door gedurende enkele weken : het koppel maakt een afspraak, gaat eens lekker van bil, ze betalen de dokter en gaan naar huis. Uiteindelijk wordt de dokter nieuwsgierig en vraagt aan het koppel wat ze nu precies met deze 'behandeling' willen bereiken. "Wel", antwoordt de man, "Zij is getrouwd, we kunnen niet naar haar thuis, ik ben zelf ook getrouwd. We kunnen dit ook niet doen bij mij thuis. Het Holiday Inn hotel vraagt 1000 voor een kamer en het Hilton hotel kost 500 voor een kamer. Hier doen we het voor 25 en ik trek van de mutualiteiten nog 20 terug!"
Zijn moeder, Patsy Swayze, was een bekende choreografe, die onder meer de choreografie voor Urban Cowboy, Thelma & Louise en Letters from a Killer op haar naam heeft staan. Swayze doorliep zijn schooltijd en al gauw bleek dat zowel dansen als acteren hem in het bloed zat. Met zijn moeder als eerste danslerares en een vader die hem aanmoedigde veel aan sport te blijven doen, begaf de jonge Patrick zich al snel op het toneel als danser, maar ook als acteur. Daarnaast was hij lid van het turnteam van zijn universiteit.
Hij nam onder andere les bij de Houston Jazz Ballet Company, Harkness Ballet Theater School (New York) en Joffrey Ballet Company. Uiteindelijk sloot hij zich aan als danser bij Eliot Feld Ballet Company. Door de rol van Danny Zuko in de BroadwayproductieGrease, die al eerder John Travolta bekendheid had gegeven, was voor Swayze de opening naar Hollywood gemaakt. Op 12 juni 1975 huwde hij de danseres, actrice en tekstschrijfster Lisa Niemi.
Swayze werd vooral bekend door zijn rol van dansleraar in Dirty Dancing. Ook nam hij een nummer voor de soundtrack van de film op. De balladShe's Like The Wind werd een top 10 hit. Daarvoor had hij een hoofdrol in de televisieserie North and South, over de Amerikaanse Burgeroorlog.
Op 5 maart 2008 werd door een woordvoerder van Swayze bekendgemaakt dat hij alvleesklierkanker had. De woordvoerder ontkende dat de acteur was opgegeven en nog maar kort te leven zou hebben. Swayze reageerde op dat moment goed op de behandeling en kon vooralsnog zijn dagelijkse werkzaamheden voortzetten. Anderhalf jaar later, op 14 september 2009, overleed Swayze op 57-jarige leeftijd aan deze vorm van kanker .
Er zitten 3 mannen op te scheppen over hun zoons, een notaris, een boekhouder en een rechter. De notaris zegt: "Mijn zoon werkt bij een groot warenhuis, hij is zo rijk, hij heeft laatst een vriend van hem een auto kado gegeven!" Zegt de boekhouder: "Mijn zoon werkt op een universiteit, hij is zo rijk, hij heeft laatst een vriend van hem een schip kado gegeven!" Zegt de rechter: "Mijn zoon werkt bij een groot computerbedrijf, hij is zo rijk, hij heeft laatst een vriend van hem zomaar een huis kado gegeven!" Komt er een man bij. De anderen zeggen: "Zo Piet, wat is er nou van jouw zoon geworden?" Piet zegt: "Ja, ik schaam me een beetje, want mijn zoon is eh... homo! Maar hij heeft wel laatst van zijn vrienden een auto, een schip en een huis gekregen!"
Toen Adamo drie jaar oud was verhuisde hij met zijn familie naar het Belgische Ghlin bij Bergen, waar zijn vader in de mijnen ging werken. Hij groeide op in het vlakbij gelegen Jemappes. Daar werden ook zijn zusjes en broer geboren. Gedurende zijn schooljaren zong hij in het kerkkoor en leerde hij gitaar spelen. In 1960 doet hij voor het eerst mee aan een wedstrijd en wint met het liedje Si Josais. De eerste radiouitzending volgt op 14 februari van dat jaar. In 1961 bracht hij zijn eerste plaat uit, nadat hij in Saint-Quen (Parijs) een wedstrijd had gewonnen. In 1963 breekt hij door met Sans toi, ma mie. Op 1 november van dat jaar is hij de hoofdact in Ancienne Belgique in Brussel. Daarna volgen optredens in Frankrijk, Duitsland, Turkije, Libanon, Canada en Nederland. Tot 1966 droeg een vierde deel van alle platen die in Frankrijk verkocht werden zijn naam.
Onderscheidingen
In 1991 werd hij gedecoreerd met La Croix de lordre de la Couronne.
Ook in 2002 ontving hij de Vlaamse ZAMU Award voor de meest opmerkelijke carrière.
Bijzonder
Hij ontving een verzoek van Prins Filip om voor zijn vrouw Mathilde, de Hertogin van Brabant, ook een lied te componeren.
Eerder bezong Adamo al Paola, als Prinses van Luik.
Er is een Nederlandse tulp met de naam Adamo, exclusief te verkrijgen via de Nederlandse Adamo Fanclub.
In Japan bestaan er meer dan vijfhonderd verschillende versies van zijn chanson Tombe la neige.
Huwelijk, gezin & familie
Op 28 februari 1969 is hij getrouwd met zijn jeugdvriendinnetje Nicole Durant. Hij is vader van Anthony (1969, piloot), Amélie (1979) en Benjamin (1980, muzikant).
Vader: Antonino Adamo (verdrinkt in 1966 op Sicilië). Moeder: Concetta Girlando (overleden in 1990). Broer: Guiseppe / "Pipo" (1953, overleden in 2005 aan kanker). Zussen: Delizia (1952), Eva (1955), Salvina (1957), Giovanna (1958) en Titina (1960).
Zus Giovanna is werkzaam bij het management van Salvatore.
Gezondheid
In 1950 heeft hij een ernstige hersenvliesontsteking gehad en verbleef eerst in een ziekenhuis in Bergen en dan nog 13 maanden in Leuven.
In mei 1984 kreeg hij een hartaanval en drie omleidingen.
In mei 2004 kreeg hij een hersenbloeding waarvan hij volledig herstelde.
08/09 Eerst met lange pijpenkrullen, daarna zonder pruik en dus zonder haar. Zo verliep gisterenavond het concert van Helmut Lotti in Koekelare. De zaal wist zijn stunt te appreciëren.
In juli raakte bekend dat Helmut Lotti eigenlijk kalend is, maar dat hij al die jaren zijn geheim had verborgen onder een hairweaving, waarbij haar aan bestaand haar wordt gehecht.
Nadat een foto van de kalende Lotti in de pers was verschenen, kondigde Thomas Lowette van Lottis managementbureau ook aan dat er geen weg terug was. Ik zou ook niet weten waarom hij naar de oude toestand zou terugkeren, voegde hij eraan toe. Ik vermoed dat hij die hairweaving een beetje beu is. Helmut vindt het goed zo.
Pijpenkrullen
En dus werd er reikhalzend uitgekeken naar het eerste concert waarop Helmut Lotti in zijn nieuwe gedaante zou verschijnen. De eer bleek weggelegd voor het West-Vlaamse Koekelare. Tot ieders verbazing verscheen Helmut Lotti niet kaal op het podium, maar met een pruik met lange pijpenkrullen à la Willy Steveniers.
Goedenavond Koekelare! Gebulder in de zaal. Na het eerste nummer deed Lotti dan wat het publiek van hem had verwacht. Hij gooide zijn pruik weg in de richting van het orkest, zonder woorden, en begon aan het tweede nummer. De nieuwe Lotti was geboren.
Een man zit in zijn stamkroeg aan de toog. Plots komt de mooiste vrouw die hij ooit gezien heeft de zaak binnen. Hij denkt na hoe hij ze kan aanspreken, en bestelt tenslotte een van de beste flessen champagne die het café te bieden heeft. Hij hangt er een briefje aan met de vraag of zij deze fles met hem wil opdrinken, en laat de fles door de ober aan de vrouw in kwestie bezorgen.
Zij leest het briefje, glimlacht naar hem, schrijft een antwoord op het briefje, en laat de ober dan het briefje terug aan de man bezorgen. Op het briefje schreef zij :
"Geachte heer, als ik deze fles met u moet drinken, moet er zich in uw garage minstens een Mercedes bevinden, op uw rekening minstens een miljoen staan, in uw broek moet 17 cm steken, en een vakantiehuis op de Canarische eilanden zou ook welkom zijn."
De man leest dit wat grinnikend, en schrijft terug : "Geachte dame, in mijn garage bevinden zich een Porsche, een Ferrari en een Mercedes, op al mijn 8 verschillende rekeningen staat telkens meer dan een miljoen, ik heb vakantiehuizen in Bali, in Rome, in Florida en ééntje in Oostenrijk. Maar nooit van mijn leven, zelfs niet voor de schoonste vrouw, laat ik 6 cm verwijderen... Geeft u mij de fles maar gewoon terug....."
Een oud bejaard koppel ging als weekend uitstap naar de plaats waar ze elkaar het eerst ontmoet hebben.
Terwijl ze in het café zitten zegt de oude man : Herinner je nog Marie,de eerste keer dat ik je leerde kennen, nu al een goede 50 jaar geleden? Toen we het café verlieten, om de hoek achter de stelling gingen en ik je een goede beurt gaf langs achter. Maar, natuurlijk herinner ik me dat lieveling, antwoordt de oude dame met een grijns op haar gezicht. Awel, voor de goeie oude tijd, laten we nog eens naar daar gaan, dan geef ik je nog eens een beurt, zegt de oude man.
Het bejaarde koppel betaalt de rekening en verlaat het café. Een jonge vent die op de bank naast hen zat, had hun gesprek gehoord en was bij zichzelf aan het denken dat het wel grappig moet zijn om zon bejaard koppel nog eens bezig te zien. Dus staat hij op en volgt het bejaarde koppel. Even later ziet hij de twee achter de stelling.
Het oude dametje trekt haar pantys naar beneden en heft haar rok op. De oude man trekt zn broek tot op zn enkels en pakt haar vast bij haar billen. De oude dame grijpt vervolgens het ijzeren hekken vast.
Wat er volgt is 40 minuten van de meest atletische sex die de jonge vent ooit gezien heeft. De oude man beukt erop los tegen een snelheid die alleen maar te omschrijven is als fenomenaal. De benen vliegen in de lucht, de beweging is wazig en ze stoppen geen seconde...
Uiteindelijk storten ze in elkaar en blijven een uur lang onbeweeglijk op de grond liggen.
De jonge vent staat perplex. Nog nooit in zn leven heeft hij iets gezien dat hiermee te vergelijken was, noch in de films, noch van zn vrienden, noch van zn eigen ervaringen. Na wat hij juist gezien heeft, zegt hij tegen zichzelf, ik moet zn geheim kennen. Moest ik er nu zo kunnen invliegen, amai.
Ondertussen is het bejaarde koppel terug bij hun positieven en zijn ze weer deftig gekleed. Nadat de jonge vent al zn moed bij elkaar geraapt heeft, stapt hij op de oude man af en zegt, meneer, in gans mijn leven heb ik nog nooit iemand zo van gat zien gaan, laat staan op uw leeftijd. Wat is uw geheim, kon je dat 50 jaar geleden ook al?,
Waarop de oude man zegt, Mijn zoon, 50 jaar geleden zat er nog gene stroom op dat hekken.
vr 04/09/2009 - 07:36Update: vr 04/09/2009 - 09:17In Los Angeles is Michael Jackson twee maanden na zijn dood in intieme kring begraven op de begraafplaats van Forest Lawn Memorial Park. Zijn familie en beroemdheden zoals Elizabeth Taylor en Macauley Culkin hebben afscheid genomen van de popster.
De begrafenis begon met anderhalf uur vertraging omdat zijn ouders, Joe en Katerine, en andere familieleden later waren aangekomen. Ook de drie kinderen van Jackson: Prince Michael (12), Paris Michael (10) en Prince Michael II (7) waren erbij.
In totaal waren er zo'n 200 aanwezigen die in de hitte voor zonsondergang moesten wachten op de familie. De politie begeleidde een groep van 31 auto's, waaronder Rolls Royces en Cadillacs, van Encino naar Forest Lawn. De lijkwagen met het lichaam van Jackson erin reed achteraan.
De aanwezige pers werd op een afstand gehouden. Dominee Al Sharpton, die ook de afscheidsceremonie twee maanden geleden begeleidde, postte een Twitterbericht toen de plechtigheid bijna afgelopen was. "Gladys Knight is aan het zingen", schreef hij. "We maken ons klaar om afscheid te nemen."
Fans moeten op een afstand blijven
Enkele fans stonden achter de perimeter die de begraafplaats afsloot. Volgens de politie verliep alles erg vlot en moest er niemand gearresteerd worden.
De familie van Jackson zou twaalf percelen gekocht hebben op de begraafplaats Forest Lawn Memorial Park. Onder anderen Humphrey Bogart, Errol Flynn, Walt Disney en Clark Gable zijn er begraven.
De plaats het dichtst bij het graf van Jackson die nog voor het publiek toegankelijk zal zijn, is het glasraam van "Het laatste avondmaal", gebaseerd op het schilderij van Leonardo da Vinci.
Na de plechtigheid gingen de aanwezigen naar een receptie in een nabijgelegen Italiaans restaurant. Via een persbericht lieten de Jacksons ook nog weten "dat ze alle fans van Michael wereldwijd willen bedanken voor hun steun in deze moeilijke tijden".
De familie van Michael Jackson wilde de zanger eerst begraven op 29 augustus, de dag dat hij 51 zou zijn geworden. Dat ging niet door omdat enkele familieleden hun veto stelden.
Baziel liep zo zat als een kanon door de nacht. Hij strompelde van lantaarnpaal tot lantaarnpaal. Aan een late voorbijganger vroeg hij: Menere, zoe je e ki kunnen tellen hoeveel buulen da'k ip m'n voorhoofd h? Drie » antwoordde de voorbijganger. 't Is goed zei Baziel, nog twee lanteirens en 'k zien thuus
Walter, de beste vriend van Marc, gaat bij Marc en zijn vrouw eten. Na het eten gaat Nicole, de vrouw van Marc, afwassen. Walter gaat haar een handje helpen als dank voor de lekkere maaltijd die ze had voorbereid. Tijdens het afwassen grijpt Nicole in Walter zn kruis. Walter schrikt, duwt haar weg en zegt: "waarom doe je dat? ? ? Waarop Nicole zegt: "Ik wil een zakcentje bij verdienen want thuis zitten verveelt mij, dus vraag ik geld voor topsex." Walter: "Hoeveel vraag je?" Nicole: "100 Euro en ik ben het zeker waard." Waarop Walter antwoordt: "Is het goed als ik morgen langs kom ?" Nicole: "t is goed kom maar om half 3." De volgende dag gaat de bel precies om half 3, Nicole doet open en daar staat Walter. Walter geeft haar 100 Euro en ze gaan naar de slaapkamer. Na 2 uur flink van jetje gegeven te hebben, kleden ze zich aan en zegt Walter : "Jezus jij bent het geld meer dan waard !" Nicole: "Dank je maar je moet nu snel gaan want Marc komt over een half uur thuis! Ik bel je voor een volgende afspraak ok ?" Walter: "Ok" Om tien over komt Marc thuis en het eerste wat hij vraagt is: "Is Walter langs geweest en heeft hij je 100 Euro gegeven? " Geschrokken zegt Nicole: "Uhm. . . ja hoezo ?" Marc: "O niks, hij kwam vanmorgen langs op het werk en vroeg of hij 100 Euro kon lenen en hij zou die vanmiddag aan jou terug geven..."
De naam Elton John is geen artiestennaam, maar werd in de jaren zestig officieel geregistreerd als Eltons naam. Het is een combinatie van de namen Elton Dean en Long John Baldry, twee collega's uit zijn tijd bij de band Bluesology. Omdat hij zich na verloop van tijd bij deze band te veel beperkt voelde in zijn muzikale mogelijkheden, ging hij op zoek naar andere mogelijkheden. Hij solliciteerde bijvoorbeeld bij King Crimson en Gentle Giant.
Via een advertentie kwam hij in contact met Bernie Taupin, wiens teksten hij op muziek ging zetten. De twee werken nog altijd samen. Elton John is met zijn openlijke homoseksualiteit een rolmodel voor veel homoseksuelen die daar nog niet voor uit durven te komen.
Elton John wordt gezien als een van de grootste zangtalenten ooit, zijn nummers worden veel vertolkt door andere artiesten en zijn vaak te horen op radiostations. John Lennon zei over Elton John; "Het eerste wat mij interesseerde nadat The Beatles uit elkaar gingen, was Elton." Toen Elton enkele weken later arriveerde per vliegtuig knielde Lennon zelfs voor hem.
Naast zijn carrière in de muziek is Elton John zich tevens gaan toeleggen op film. Zo produceerde hij in 2006 zijn eerste bioscoopfilm, de Britse comedy It's a Boy Girl Thing.
Ik heb voor de moment geen tijd om te bloggen,dus ge gaat een tijdje van mij niets horen hoe lang weet ik nog niet, maar wees gerust er is met mij of met mijn familie niets aan de hand,maar er zijn nu één maal andere dingen die moeten gebeuren in het leven,wat niet wil zeggen dat ik jullie blogje niet zal bezoeken,als de tijd het toelaat kom ik even op bezoek om eens goeiedag te komen zeggen,tot later,
Vicky Leandros (Grieks: Βίκυ Λέανδρος), pseudoniem van Vasiliki Papathanasiou (Grieks: Βασιλική Παπαθανασίου) (Paleokastritsa op Korfoe, 23 augustus1948 (volgens vele biografieën) of 1952 (volgens eigen opgave)) is een Grieks-Duitse zangeres. Naast Grieks en Duits heeft ze ook veel nummers in het Frans en Engels gezongen. Ook nam zij verscheidene nummers op in het Japans, Nederlands, Italiaans en Spaans.
Zangcarrière
In 1958 ging ze naar Duitsland. Met de steun van haar vader, die zelf succesvol was in Griekenland en Duitsland als Leo Leandros, bouwde zij een carrière op in beide landen.
Haar eerste single verscheen in 1965: Messer, Gabel, Schere, Licht en was direct een hit in Duitsland. In dit land scoorde ze tot 1967 al verschillende hits, en ook in Canada en Griekenland.
Ze raakte internationaal bekend door haar deelname aan het Eurovisiesongfestival; eerst in 1967 voor Luxemburg; met L'amour est bleu werd ze in dat jaar vierde. In 1972 werd ze opnieuw door Luxemburg uitgezonden naar het songfestival. Ditmaal won ze, met Après toi. Verder zijn de schlagers Theo, wir fahr'n nach Lodz en Die Bouzouki klang durch die Sommernacht twee van haar bekendste nummers. Vicky was zeer succesvol in vele landen zoals Frankrijk, Griekenland, Verenigd Koninkrijk, Spanje, Italië, Duitsland, Nederland, België, Japan en Canada. Wereldwijd scoorde ze ontelbare hits, in verschillende talen. In totaal heeft ze al meer dan 400 albums en ongeveer een zelfde aantal singles uitgebracht. Vicky Leandros was tot april 2005 getrouwd met Enno Freiherr von Ruffin en heeft drie kinderen.
Ze heeft dezelfde familienaam als Vangelis, die in 1983 het nummer "Adler und Taube" schreef voor haar album Vicky. Ze zijn echter niet verwant.
In 2000 bracht ze voor het eerst een album uit met eigen composities, Jetzt. In 2003 volgde een album met liederen van Mikis Theodorakis. 2005 was een jubileumjaar voor Vicky, ze stond 30 jaar op de planken en vierde dit met een dubbel cd met haar grootste hits en enkele nieuwe tracks. Verder deed ze in 2006 23 grote concerten in Duitse steden. Eigenlijk was het haar 40-jarig artiestenjubileum, maar ze heeft zich vanaf 1979 ongeveer 10 jaar teruggetrokken uit de publiciteit. In die periode verschenen er echter wel nieuwe albums, waaronder Eine Nacht In Griechenland (1985), Ich Bin Ich (1988), en Suchtig Nach Geborgenheit (1991).
In 2006 nam Vicky ook deel aan de voorselecties voor Eurosong in Duitsland, met het lied Don't Break My Heart. Zo hoopte ze haar land te vertegenwoordigen in Athene. Zij moest echter de overwinning laten aan Texas Lightning. Op 8-9 en 10 december 2006 trad ze op bij het Max proms concert in de Utrechtse jaarbeurshallen. Na het Max Proms optreden raakten de Nederlandse fans opnieuw geënthousiasmeerd. Op vrijdag 6 juli 2007 trad ze op bij het André Rieu concert op het Vrijthof in Maastricht.
Politieke activiteiten
Met ingang van 1 januari 2007 is Vicky Leandros ook politiek actief in het Griekse Pireus, waar zij zich namens de politieke partij PASOK in de gemeenteraad tot taak heeft gesteld deze stad tot een van de bruisende culturele steden aan de Middellandse Zee te maken. Bij de verkiezingen van 16 september 2007 is ze echter niet herkozen.
Sorry mensen dat ge me een paar dagen hebt moeten missen in bloggeland, maar ik heb daar een goeie reden voor"IK HEB MIJN VERJAARDAGSGESCHENK IN DE PRAK GEREDEN" vandaar
De verjaardag is de dag waarop men viert dat men een jaar ouder is geworden. Dit heeft betrekking op mensen, maar het vieren van een verjaardag kan ook betrekking hebben op bijvoorbeeld een bedrijf of een vereniging. Men spreekt dan vaak van een jubileum of een lustrum. Er zijn mensen die de verjaardag van hun huisdier vieren.
In veel landen, waaronder Nederland en België, komt de verjaardag overeen met de geboortedag. Wie ooit op 10 juli geboren is viert zijn of haar verjaardag dit jaar op 10 juli 2009.
Mensen die op 29 februari geboren zijn vieren dit meestal op 28 februari of 1 maart.
In sommige landen of culturen viert men niet het een jaar ouder worden op de datum van de geboortedag, maar viert men het op de naamdag, de dag van de heilige waarnaar men vernoemd is.
Verjaardagstradities
Verjaardagen gaan gepaard met het krijgen van cadeaus van familie en vrienden en het trakteren op school of op het werk. Ook is het gebruikelijk dat men bij de jarige op bezoek gaat.
Bij kinderen is het gebruikelijk dat de woonkamer wordt versierd met slingers. Verder is het gebruikelijk dat er die dag voor de jarige wordt gezongen. Ook kan er een kinderfeest worden gehouden.
Op de basisschool zijn vaak speciale verjaardagsrituelen zoals:
verjaardagsliedjes zingen, vaak begeleid met muziekinstrumenten
trakteren
klassen rond gaan met of zonder verjaardagskaart
verjaardag muts/kroon
taart met kaarsjes uitblazen
slingers
Ook kan je iemand een verjaardagskaart sturen om hem/haar te feliciteren en een prettige dag toe te wensen.
In Midden-Amerikaanse landen zoals Mexico wordt een piñata (een soort pop gevuld met snoep) gemaakt en stuk geslagen.
Ook wordt een verjaardag wel gevierd met een maaltijd in een restaurant.
Zogenoemde kroonjaren als achttien, twintig, dertig, veertig, vijftig, zestig, vijfenzestig, zeventig, tachtig, negentig en natuurlijk honderd worden vaak uitgebreider gevierd of zijn aanleiding voor een feest(je).
Een aantal kroonjaren heeft een speciale naam gekregen; alle aan de bijbel ontleend:
50 jaar: Abraham of Sara
60 jaar: Isaak of Elisabeth
70 jaar: Jacob of Anna
80 jaar: Jozef of Debora
90 jaar: Antonius of Ruth
100 jaar: Methusalem of Judith
Wanneer iemand 50 jaar is geweest, wordt vaak gezegd dat hij Abraham heeft gezien. Dit berust op een verkeerde interpretatie van Johannes 8:57: Gij zijt nog geen vijftig en ge hebt Abraham gezien?. Voor een 50-jarige vrouw wordt meestal Sara genoemd. De jarige wordt vaak uitgebeeld met een pop en daarbij een treffende leuze over de jarige. Ook kan een Abraham of Sara als koek geschonken worden aan de jarige. Na deze leeftijd weet men waar Abraham de mosterd vandaan haalde.
Wanneer in Nederland iemand honderd jaar wordt, krijgt hij/zij ook vaak felicitaties vanuit de gemeente waar men woont. Het is tot nu toe min of meer de traditie dat de koningin een persoonlijke brief stuurt. Ook komt de burgemeester wel eens op bezoek om zijn felicitaties mede te delen.
AC/DC werd in 1973 in Sydney geformeerd door Malcolm Young. Deze gitarist, afkomstig uit een Schotse muzikale emigrantenfamilie wilde een nieuwe rockband beginnen na in enkele bandjes gespeeld te hebben. Hij vond na een advertentie enkele muzikanten: Larry van Kriedt op bas, Colin Burgess op drums en zanger Dave Evans en vroeg zijn jongere broer Angus Young om gitaar bij de band te komen spelen. De naam "AC/DC", wat staat voor alternating current/direct current (wisselstroom respectievelijk gelijkstroom), is bedacht door de zus van Angus en Malcolm, Margaret, die het gelezen had op een elektrisch toestel (volgens de ene bron was het haar stofzuiger, volgens een andere haar naaimachine). AC/DC is ook straattaal voor biseksualiteit, maar staat verder los van de band AC/DC.
Het eerste concert werd gegeven op 31 december 1973 in de Chequers Club in Sydney. De groep speelde veel covers maar ook eigen songs, waaronder Can I Sit Next to You Girl en Rockin' in the Parlour. Deze songs werden in februari 1974 in de studio op plaat gezet. Op het moment van die opname waren Burgess en Van Kriedt al vervangen door bassist Neil Smith en drummer Noel Taylor. Toen de single met die twee songs in juli 1974 uitkwam trad de groep op tv in de Last Picture Show op. In dat tv-optreden waren Rob Bailey op bas en Peter Clack op drums te zien, die dus niet bij de opname van de single betrokken waren geweest. De band wisselde in die periode zo vaak van bezetting dat Malcolm noodgedwongen soms bas speelde en de band diverse muzikanten de revue zag passeren. Evans werd door de broers Young te 'glam' gevonden en hij werd dan ook ontslagen. De toenmalige manager van de band, Dennis Laughlin, viel toen enkele keren in als zanger(!). Het producersduo Harry Vanda/George Young (de oudere broer van Malcolm en Angus), dat in de jaren 60 succes gekend had als leden van The Easybeats, zag wel wat in de band en nam ze onder contract. Voor de band werkte een chauffeur: Bon Scott, die inmiddels wist dat de band een nieuwe zanger zocht. Na een auditie werd hij aangenomen. Hoewel hij bijna tien jaar ouder was dan de rest van de band pasten zijn uitstraling en zang goed bij de groep. Het eerste album werd in het najaar van 1974 opgenomen maar op dat moment bestond de band nog maar uit Bon, Angus en Malcolm. Daarom werd sessiedrummer Tony Kerrante ingehuurd en verzorgde George Young het baswerk op het debuutalbum High Voltage. Begin 1975 had de band pas een vaste bezetting. Met Phil Rudd op drums en Mark Evans op bas werden de zalen in Australië platgespeeld en dankzij Angus' maniakale podiumact (gestoken in kostschooluniform, headbangend, over de grond rollend en zelfs op de nek van Bon het publiek doorkruisend) kregen ze een enorme aanhang en geduchte reputatie. In sommige steden in Australië werd de band geweerd en tijdens optredens braken soms gevechten uit. De eerste albums werden vaak in recordtempo opgenomen, soms in minder dan twee weken en tussen optredens door. Het was in die begintijd heel gebruikelijk twee tot drie keer per dag op te treden.
Internationaal
Omdat Australië inmiddels aan hun voeten lag toerde de band in 1976 onder andere door Groot-Brittannië en het vasteland van Europa. In 1977 werd het album Let There Be Rock opgenomen, dat net als High Voltage eerst in Australië werd uitgebracht. Deze plaat is duidelijk harder en rauwer dan hun eerste albums; voor het eerst werd namelijk getracht het live-geluid van de groep op vinyl vast te leggen. Het gerucht gaat dat tijdens het opnemen van het titelnummer Angus' versterker in brand vloog en hij gewoon verderspeelde. In datzelfde jaar werd behalve in Europa ook in de VS getourd. O.a. als voorprogramma van KISS deden zij ervaring op met het Amerikaanse publiek. Angus gebruikte tijdens die tournee voor het eerst een snoerloze gitaar. Het signaal van zijn gitaar werd dan via een zender op de hangband van zijn Gibson SG doorgestuurd naar de PA. Angus had deze nieuwigheid nodig om zijn podiumact zonder gevaar uit te voeren. Hij was al eens verstrikt geraakt in het snoer en was ook al een keer onder spanning komen te staan. Met de snoerloze gitaar kreeg hij veel meer bewegingsruimte want het bereik van de zender bedroeg meer dan 100 meter. In de zomer van 1977 werd Evans na een meningsverschil met Angus ontslagen en vervangen door Cliff Williams.
Doorbraak
Williams' baswerk was voor het eerst te horen op hun album Powerage, dat in het voorjaar van 1978 uitkwam. Hoewel hits tot dan toe nog niet op hun palmares stonden werd in zomer 1977 hun eerste grote hit Whole Lotta Rosie een feit. Het nummer is in de loop van de tijd uitgegroeid tot een klassieker en nog altijd staat het elk jaar hoog in de top 100 aller tijden. Kort erop werd het nummer Rock 'n' Roll Damnation ook een (kleinere) hit. Na het constante touren en albums maken werd er besloten een live-album te maken. Dit album, If You Want Blood You've Got It geheten, is een van de beste live-platen ooit met een zeer warme live sound. Het album biedt ook een overzicht van vroege klassiekers als Whole Lotta Rosie, Let There Be Rock en High Voltage.
AC/DC kreeg begin 1979 van het duo Vanda/Young het advies met een nieuwe producer te gaan werken. De band vertrok naar Miami om met de befaamde producer Eddie Kramer een nieuwe plaat te maken. De samenwerking met Kramer verliep echter moeizaam. Men besloot in Londen onder leiding van Robert John "Mutt" Lange (die tot dan toe geen ervaring met rockbands had) opnieuw te beginnen. Met Lange werd een compleet nieuwe sound gecreëerd om de Amerikaanse markt open te breken. De achtergrondzang kreeg meer aandacht en de gitaren klonken aanmerkelijk zwaarder.
Highway to Hell werd in de zomer van 1979 uitgebracht en dit album zorgde in de VS voor een rel doordat Angus op de hoes hoorns droeg. Religieuze organisaties kochten de plaat massaal om deze te verbranden[bron?].Op de televisie liet een tegenstander een nummer van AC/DC achterste voren horen. En wat bleek, ze vernamen duivelse teksten. De band is vaker afgeschilderd als satanisten (AC/DC = "Anti-Christ/Devil's Child(ren)", "After Christ/Devil Comes" or "Anti Christ/Death to Christ"), maar de groep heeft altijd verklaard dat dit niet waar is en ergerde zich aan deze aantijgingen[bron?]. Het titelnummer van de plaat werd een hit en is tot op de dag van vandaag een klassieker in hun setlist. Beweerd wordt dat het nummer tegenwoordig populair op begrafenissen en crematies is, hiervoor zijn echter geen betrouwbare gegevens beschikbaar. De groep toerde in de zomer en het najaar van 1979 opnieuw in de VS en het succes was enorm. Ze speelden in diverse grote stadions, o.a. in Cleveland.
Bezettingswissels
Bon Scott overleed op 19 februari1980 in zijn eigen auto nadat hij stikte in zijn eigen braaksel, door de hoge alcoholconsumptie van Scott die avond, na een kroegentocht. Hij werd slechts 33 jaar.
Na het overlijden van Bon Scott nam de groep in april van dat jaar Brian Johnson als zanger aan nadat hij bij de auditie zowel Whole Lotta Rosie als Ike & Tina TurnersNutbush City Limits ten gehore had gebracht. Johnson had met de band Geordie al de nodige podiumervaring opgedaan maar na tanend succes was die band eind jaren '70 ter ziele gegaan. Met hem namen ze het album Back in Black op dat in juli 1980 verscheen. De titel verwees postuum naar Scott. Het album zou het best verkochte album van de band worden: alleen al in de Verenigde Staten werden er tot op heden 21.000.000 stuks van verkocht. Wereldwijd meer dan 42.000.000 stuks, dit is het tweede meest verkochte album ooit gemaakt. Het daaropvolgende album For Those About to Rock We Salute You (1981) introduceerde de inmiddels beroemde en beruchte kanonnen die op het titelnummer saluutschoten afvuren. In het begin van de 80-er jaren kon je met name in Duitsland geen muziekblad openslaan of AC/DC stond er wel in.
In de jaren 80 wisselde de band diverse keren van bezetting. Zo werd drummer Rudd in 1983 vervangen door Simon Wright, die op zijn beurt in 1989 plaatsmaakte voor Chris Slade. Toch bleef AC/DC onverminderd populair. Het succes bracht de band ertoe twee albums zelf te produceren: Flick of the Switch en Fly on the Wall. Toch beviel dat blijkbaar niet want daarna werkte de groep opnieuw samen met het duo Vanda & Young voor het album Blow Up Your Video. Hoewel Malcolm Young wel meespeelde op dit album werd hij voor het Amerikaanse deel van de gelijknamige toer tijdelijk vervangen door Stevie Young om van een alcoholverslaving af te komen. Echt grote hits scoorde de band niet meer en de humor is uit de teksten verdwenen tot in 1990 het album The Razors Edge werd uitgebracht, dit keer geproduceerd door Bruce Fairbairn. Het nummer Thunderstruck zorgde na bijna 11 jaar weer voor succes in de hitlijsten. Het succes van deze plaat bracht de platenmaatschappij ertoe in 1992 een dubbel live cd uit te brengen.
In 1993 verzorgde de band een bijdrage aan de geflopte film "Last Action Hero" van Arnold Schwarzenegger. In de clip van het nummer Big Gun is Schwarzenegger dan ook te zien als een uit de kluiten gewassen Angus. In 1995 produceerde de bekende producer Rick Rubin hun album Ballbreaker, al werd hier te geforceerd hun blues geluid uit hun beginperiode vastgelegd.
Na Ballbreaker verscheen in 1997 een verzamelbox met de naam Bonfire. Daarin zaten enkele bijzondere items. Zo werd een promotie-album (dat de band in 1977 live had gemaakt) en dat tot dan toe alleen als bootleg verkrijgbaar was geweest, officieel uitgebracht. Verder bevatte de box een cd met outtakes en demo's en ten slotte werd de soundtrack van de concertfilm Let There Be Rock uit 1980 ook een definitief dubbel live-album. Daarna duurde het tot 2000 voor er een nieuw studio-album uitkwam. In 2003 werd de groep opgenomen in de Rock and Roll Hall of Fame. In hetzelfde jaar trad de groep enkele keren op in Duitsland in een double billing met The Rolling Stones. Wel is het officieel dat 16 oktober de dvd Plug Me In uitkomt met daarop een overzicht van de hele carrière met allemaal live materiaal. Vanaf 20 oktober ligt het nieuwe album van AC/DC in de winkel. Het album heet Black Ice. De eerste single (Rock 'N Roll Train) was al langer te beluisteren op www.acdc.com. AC/DC zal tijdens zijn komende wereldtournee, de Black Ice Tour, ook in Nederland spelen en wel in Ahoy Rotterdam op 13 maart 2009 en vervolgens op 23 juni van datzelfde jaar in de Amsterdam Arena. Ook in België treden ze op 1 en 3 maart op in het sportpaleis van Antwerpen.
Hede
De huidige line-up bestaat uit Brian Johnson, de broers Angus Young en Malcolm Young, Phil Rudd en Cliff Williams. De heren wonen tegenwoordig een flink eind uit elkaar. Johnson woont in de VS, Angus in Nederland, Malcolm in het Verenigd Koninkrijk, Rudd in Nieuw-Zeeland en Williams in de VS. In 2008 hebben ze aangekondigd opnieuw te gaan touren. In hun Europese tour hebben ze optredens gepland in België, Nederland, Duitsland, Frankrijk, Italië, Rusland, Tsjechië en Zweden. Het 2de Belgische concert op 3 maart 2009, voor een uitverkocht Antwerps sportpaleis, werd afgelast omwille van een griepaanval van de zanger Brian Johnson.
Dire Straits behaalde meteen groot succes met hun debuutalbum Dire Straits. Hierop staat onder meer het bekende "Sultans of Swing", wat hen in 1977 hun eerste platencontract opleverde. In 1985 verscheen Brothers in Arms, een van de eerste volledig digitaal opgenomen platen. Het album is met 269 weken in de Nederlandse Album Top 100 het langst genoteerde album aller tijden.
Naast zijn werk met Dire Straits bracht Knopfler een aantal soundtracks en later ook soloalbums uit. Daarnaast is hij een veelgevraagd sessie- en studiomuzikant. Hij schreef ook nummers voor andere artiesten waaronder "Private Dancer" voor Tina Turner en "I Think I Love You Too Much" voor de blinde bluesgitarist Jeff Healey. Hij werkte mee aan de albums Slow Train Coming en Infidels van Bob Dylan en trad op als producer voor onder andere Willy Deville, Aztec Camera en Randy Newman. Samen met Chet Atkins bracht hij een aantal albums uit waaronder Neck and Neck. In 2000 verscheen 'Sailing to Philadelphia' waarvan het titelnummer hem een kleine hit opleverde in verschillende landen.
In 2001 werd een dinosauriër naar hem vernoemd, omdat de paleontologen toevallig Money for Nothing op hadden staan toen zij het fossiel vonden: Masiakasaurus knopfleri.
In 2003 werd Knopfler door Monica Beltran aangereden op zijn motor waarbij hij zeven ribben, zijn schouderblad en zijn sleutelbeen brak. Zeven maanden lang heeft Knopfler zijn werkzaamheden moeten staken en blies zijn tour ter promotie van zijn derde album af. Knopfler herstelde volledig.
Na het duetalbum "All The Roadrunning" (2006) met Emmylou Harris brengt Knopfler een vijfde solo-album uit op 14 september 2007. De opvolger van "Shangri-La" heeft de naam "Kill To Get Crimson" meegekregen en bevat 12 tracks. Ter promotie van dit album trad Knopfler op 29 en 30 maart 2008 en 31 maart 2008 op in Nederland in respectievelijk de Heineken Music Hall in Amsterdam en Ahoy in Rotterdam.
Arno groeide op in een Oostends, politiek links geöriënteerd middenklassegezin. Hij koos aanvankelijk voor het koksvak, maar was al in zijn jonge jaren vooral geïnteresseerd in muziek. Vooral uit Engeland geïmporteerde bluesplaten inspireerden hem.
Als mondharmonicaspeler werkte hij samen met muzikanten uit de Oostendse rockscene vooraleer hij rond 1970 in zijn eerste "echte" groep belandde, Freckle Face, geleid door zanger/bassist Paul Vandencasteele en gitarist Paul Decoutere. Arno zong destijds sporadisch en beperkte zich meestal tot solo's op de mondharmonica. Freckle Face maakte een plaat met uitgesponnen bluesrocknummers, maar had op het podium meer succes dan in de platenwinkel.
In 1972 gingen Arno en Decoutere verder als duo onder de naam Tjens Couter. De groep wisselde bluesnummers af met uitstapjes richting tango en reggae. Na de debuutplaat "Who Cares" groeide Tjens Couter van een duo naar een kwintet en werd de muzikale koers verlegd naar pubrock. Een tweede album volgde. In 1978 waren Arno en Decoutere te zien in de film Le concert d'un homme seul.
Pas in 1980 kwam de grote doorbraak met de groep T.C. Matic, een groep die aanvankelijk voor 80 procent dezelfde samenstelling had als Tjens Couter. De groep maakte vier albums, ging op tournee door Europa, en scoorde een paar hits, waaronder het bekende "Oh la la la" dat het op fuiven nog steeds goed doet. Zes jaar later hield T.C. Matic het voor bekeken. Arno besloot het solo te wagen. Hij bracht zijn solodebuut uit onder de titel "Arno". "Cold Sweat" is daaruit een bescheiden hit geweest. Ook in de cinema was Arno een gevraagd typeschrijver.
Vóór alle unplugged-trends belichaamde hij samen met Roland in 1990-1991 de pure rock in het zijproject Charles et les Lulus. Ook zijn levensstijl werd er niet minder rock-'n'-roll op. In 1992 coverde hij de Adamo-hit "Les filles du bord de mer". Zijn doorbraak bij het bredere publiek ging verder met zijn vierde album "Idiot Savants", dat goed ontvangen werd door de pers. Het album legde Arno geen windeieren, het haalde gemakkelijk goud.
Onder meer het Vlaamse televisieblad Humo bekroonde hem een aantal keer tot "Zanger van het Jaar" en "Beste Interview". In 1995 kwam "Arno à la Française" uit. Eén cover springt er op dat album uit, namelijk "Comme à Ostende" van Leo Ferré.
In 1997 bracht Arno voor het eerst een album uit in de Verenigde Staten. Het was een compilatie, in combinatie met de registratie van een live-concert. In 1999 werd Arno vijftig jaar. Hij bracht zijn zesde soloalbum uit, dat meteen ook zijn 23ste album is onder diverse namen en formaties. Een 'best of' kwam uit in 2000.
In 2002 kwam "Arno Charles Ernest" uit, een referentie naar zijn grootvader; in 2004 volgde "French Bazaar". Eind september 2004 startte Arno zijn nieuwe solotoer met onder andere twee concerten in Vietnam.
In 2002 ontving Arno de Franse onderscheiding van Ridder in de Kunsten en Letteren. Eind 2005 werd Arno genomineerd voor de titel De Grootste Belg. Hij eindigde op nr. 34 in de Vlaamse versie en op nr. 83 in de Waalse versie. In Bornem kreeg hij een permanent aandenken langs de SIM-route.
In januari 2007 verscheen zijn volgende album, "Jus de Box".
In de zomer van 2009 is hij de centrale gast muziek op Theater aan Zee
Trivia
Arno zong de titelsong voor de Vlaamse versie van PixarsToy Story: "Je bent een vriend van mij", "Vreemde Dingen", "Vliegen doe ik nooit" en "You've Got A Friend In Me".
Bij één van zijn tochten komt koning Albert II in Nieuwpoort aan. Hij houdt halt bij het standbeeld van wijlen zijn grootvader Albert I, gezeten op zijn paard. Koning Albert II staart naar het standbeeld en droomt even weg. Plots hoort hij een stem : "Berreke, ik heb een nieuw paard nodig." Albert II schrikt en denkt dat hij droomt. Maar dan hoort hij de stem opnieuw en nu heel duidelijk : "Albert, breng mij onmiddellijk een nieuw paard !" De koning rijdt vliegensvlug naar Brussel en vertelt zijn verhaal aan Guy Verhofstadt, de eerste minister. Deze gelooft geen woord van wat koning Albert II zegt en samen rijden ze naar Nieuwpoort. Als ze bij het standbeeld komen klinkt de stem opnieuw maar nu heel boos : "Albert, je moet beter leren luisteren, ik vroeg een nieuw paard, geen ezel !"
Hij werd geboren op 1 februari 1939 in Egypte. Zijn vader, Aimé, was een Fransman die werkte als directeur op het Suezkanaal. Zijn moeder, Lucia alias Chouffa, werd geboren in Calabrië, Italië, en was huisvrouw. Hij had ook nog een oudere zus, Marie-José (1936), die hij Josette noemde. In de zomer van 1956, toen het Suezkanaal werd genationaliseerd door president Nasser keerde het gezin terug naar Frankrijk waar ze zich vestigden in een bescheiden appartement te Monte Carlo. Aimé François, getekend door dit gedwongen vertrek uit Egypte waar ze alles moesten achterlaten, valt ziek en zijn zoon Claude neemt de taak als gezinshoofd over. Hij wordt drummer in het befaamde orkest van Louis Frosio, zeer tegen de zin van zijn vader. Tussen beiden komt er een breuk die nooit meer goed zou komen.
Claude François ontmoet in 1959 zijn toekomstige vrouw, de danseres Janet Woollacott. Het huwelijk wordt voltrokken op 5 november 1960 in Monaco. Eind 1961 vertrekt Claude met zijn vrouw naar Parijs, vastbesloten het daar te maken als zanger. Het is de tijd van de yé-yé en "Salut les copains", het beroemde radioprogramma voor de jeugd. Hij brengt een eerste 45-toerenplaat uit, "Nabout Twist" onder de naam KôKô. Het wordt een flop. Pittig detail: in het achtergrondkoor zingt onder meer Hughues Aufray. Enkele maanden later, in maart 1962 overlijdt zijn vader Aimé François. Zijn vrouw Janet, die nooit in zijn succes geloofde, verlaat hem voor Gilbert Bécaud met wie ze later een dochter zou krijgen. De scheiding wordt officieel op 13 maart 1967.
In oktober 1962 komt dan de grote doorbraak met het nummer "Belles, Belles, Belles", een cover van de Everly Brothers. De Franse tekst komt van Vline Buggy en Claude zelf. Het nummer wordt grijsgedraaid op de radio en vooral op "Salut les copains". Later zouden nog tal van hits volgen zoals: "Marche tout droit", "Dis-lui" en vooral "Si j'avais un marteau". Met het geld van zijn eerste successen koopt hij een appartement te Parijs in het XVIe arrondissement, de 46 boulevard Exelmans. In 1964 koopt Claude een oude watermolen te Dannemois nabij Parijs ("La ferme du bonheur"). De verbouwingswerken aan de gebouwen en de inrichting van het park zou 10 jaar duren maar het wordt een echt juweeltje. In oktober van dat jaar treedt hij voor het eerst op in de Olympia. Marlene Dietrich komt hem persoonlijk feliciteren in zijn loge. Vanaf 1966 treden de bekende danseressen "les Clodettes" samen met hem op. Een primeur voor Europa, namelijk een zanger begeleid door danseressen. Bij de eerste Clodettes: Madly, de laatste vriendin van Jacques Brel. Vanaf dan spreekt men in een adem uit: Claude François et les Clodettes.
Na een idylle van 3 jaar met de toen nog piepjonge EurovisiesongwinnaresFrance Gall ontmoet hij Isabelle Forêt die de moeder van zijn twee zonen zal worden. Zijn carrière als zakenman start in 1967 met de oprichting van zijn eigen platenlabel "Disques Flèche". Aan het zwembad van zijn Moulin te Dannemois en geïnspireerd door de liefdesbreuk met France Gall schrijft hij samen met Jacques Revaux en Gilles Thibaut een nummer: "Comme d'habitude". Het nummer verschijnt in november 1967 op plaat, de tweede plaat uitgegeven door de Disques Flèche. Op vakantie in Frankrijk hoort Paul Anka dit nummer en schrijft er een Engelstalige tekst op: "My Way". Dit nummer zal de bekendste compositie van Claude François blijven en de wereld rond gaan. "My Way" is een klassieker en werd gezongen door zangers als Frank Sinatra en Elvis Presley. Er bestaan bijna 1100 versies van. Het is nog altijd het derde meest gespeelde nummer ter wereld. De bekendste Nederlandstalige versies zijn o.a. van Will Tura, André Hazes en Raymond van het Groenewoud. Nu nog,in 2009, krijgt zijn muziekuitgeverij wekelijks een nieuwe aanvraag tot covering van dit nummer. Aan de zonen van Claude François alleen al brengt dit nummer jaarlijks 750.000 euro aan auteursrechten op. Wereldwijd wordt het elke minuut gespeeld (radio en tv, 7/7 en 24/24). Van zijn lied "Parce que je t'aime mon enfant" scoorde Elvis Presley een hit met "My Boy".
De jaren zeventig zijn die van o.a. "Je viens dîner ce soir", "Chanson populaire", "Le lundi au soleil", "Je vais à Rio" en vooral "Le téléphone pleure" (in Nederland bekend als "Hé Monique" van Frans & Monique, in Vlaanderen later ook als "De telefoon huilt mee" van Silvy Melody & Danny Fabry) met miljoenen verkochte exemplaren. Hij brengt veel eigen composities maar ook vertalingen van Engelse en Amerikaanse artiesten, o.a. uit de bekende Motown-stal.
Op 1 juli 1974 treedt hij in Parijs op voor 20.000 mensen, een concert ten voordele van de stichting Pèrce-Neige van acteur Lino Ventura.
Claude François leidt een hectisch leven waar plaatopnames, televisie-optredens en concerten elkaar in een moordend tempo opvolgen en soms ook sloeg het noodlot toe. In 1975 ontsnapt hij op het nippertje aan een aanslag van het IRA in het Londense Hilton-hotel en in juni 1977 wordt zijn auto onder vuur genomen op de autosnelweg naar Dannemois. De politie telt elf kogelinslagen in het koetswerk. Hij en de andere inzittenden komen er met de schrik van af.
Eind 1977 breekt de disco-periode aan en zoals altijd is hij mee met de nieuwe rage. Het album "Alexandrie, Alexandra" komt uit met onder andere "Magnolias for ever", op muziek van Claude François samen met zijn vaste componist Jean-Pierre Bourtayre. De teksten zijn van de hand van Etienne Roda-Gil, vaste tekstschrijver van o.a. Julien Clerc.
Claude François richtte een waar zakenimperium op waaronder een eigen platenfirma (Disques Flèche) met o.a Liliane Saint-Pierre, Jeremy en Alain Chamfort onder dit label, twee tijdschriften (Podium en Absolu), muziekuitgeverijen (Jeune Musique en Isabelle Musique) en een modellenagentschap (Girl's Models). Tevens lanceerde hij een eigen parfum genaamd "Eau Noire". Er werkten een vijftigtal mensen voltijds in de "Groupe Claude François", gevestigd in één gebouw, gelegen 122, boulevard Exelmans.
Het graf van Claude François te Dannemois
In januari 1978 treedt hij voor het eerst op in Londen, in de Royal Albert Hall, voor 6000 fans. Het wordt een groot succes en een Engelstalige carrière lijkt zich aan te kondigen. Er verschijnt ook een album met zijn grootste successen in het Engels. Vastbesloten door te breken in de USA wil hij eerst Engeland veroveren. Op 3 en 4 maart geeft hij zijn laatste Belgische concerten in een uitverkocht Vorst Nationaal te Brussel.
Samen met Petula Clark, Carlos en Charles Aznavour neemt hij deel aan de opnames voor een televisieprogramma van de BBC in Leysin (Zwitserland). Dit gebeurde op 9 en 10 maart. Hij wil diezelfde vrijdagavond nog terugkeren naar zijn appartement te Parijs, Boulevard Exelmans 46, in zijn privévliegtuig want de dag erna wordt hij verwacht voor de tv-opnames van "Les rendez-vous du dimanche", gepresenteerd door zijn goede vriend Michel Drucker.
Claude François stierf op zaterdag 11 maart1978 in Parijs, geëlektrocuteerd in zijn badkamer toen hij staande in z'n met water gevulde bad een loszittende lamphouder wou rechtzetten. Zijn bijna maniakale zin voor orde en stiptheid is hem fataal geworden. Na een begrafenisdienst in de Eglise d'Auteuil, bijgewoond door talloze collega-artiesten en tv-personaliteiten, en voor tienduizend fans buiten, werd hij begraven in Dannemois (Essonne). Op de dag van zijn begrafenis, woensdag 15 maart 1978, lag zijn laatste single in de platenwinkels: "Alexandrie, Alexandra", een ode aan zijn geboorteland Egypte. Clo-Clo liet twee zonen na: Claude Junior (°8/7/1968) en Marc (°15/11/1969).
Legende
Na zijn dood daalde zijn populariteit niet. Integendeel, in Frankrijk is hij een echte legende geworden en nog elk jaar worden er cd's en dvd's van Claude François verkocht, goed voor een jaaromzet van zo'n 10 miljoen euro. Van 1962 tot op heden werden er 70 miljoen albums verkocht. Disques Flèche wordt nu geleid door zijn zoon Claude Junior. Meer dan 80 boeken zijn er verschenen over zijn leven.
Landgoed
Zijn landgoed, Le Moulin, is nu een restaurant en museum gewijd aan zijn leven en werk. In het wassenbeeldenmuseum "Musée Grévin" (het Franse Madame Tussauds) is zijn beeld één van de trekpleisters. De musical "Belles Belles Belles" met uitsluitend liedjes uit zijn repertoire speelde wekenlang in een uitverkochte Olympia te Parijs. Ook twee films: "Le film de sa vie" (1979) en vooral "Podium" (2004) met de Belgische acteur Benoît Poelvoorde als "de beste Clo-Clo-imitator van zijn generatie".
Enkele cijfers
Tussen 1963 en 1978 verschijnt hij 313 keer op tv en staat zijn foto 219 keer op de cover van een weekblad; van 1978 tot heden nog zo'n 200 maal erbij. In zijn carriere is Cloclo 1188 maal opgetreden en bij deze concerten heeft hij maar liefst 889 kostuums, 864 dassen en 324 paar schoenen gebruikt. In totaal heeft hij een 300-tal liedjes opgenomen.
Herdenkingen
In maart 2000 werd onder grote belangstelling de "Place Claude François" plechtig ingehuldigd te Parijs (XVIe arrondissement), dichtbij de boulevard Exelmans waar de kantoren van de groep Claude François gevestigd waren en ook nabij het appartement waar hij om het leven kwam. Ook in zijn geboortestad Ismailia draagt een straat zijn naam. Voor 2008, dertig jaar na zijn overlijden, zijn er tal van herdenkingen geprogrammeerd met onder andere speciale televisieshows op alle Franstalige zenders. In februari 2008 verschijnt er uitzonderlijk nog een nummer van "Podium" samen met een 20-tal nieuwe boeken en heruitgaven van cd's en dvd's. Op 11 maart 2009, via de officiële website www.ClaudeFrançois.fr, kondigen zijn zonen Claude en Marc de plannen aan van een biografische langspeelfilm, een zogenaamde biopic. Voor de rol van Claude François wordt, onder voorbehoud, gedacht aan de Belgische acteur Jérémie Renier die een opvallende gelijkenis vertoont met de jonge Cloclo.
Een eerste jaar komt thuis van haar eerste schooldag en zegt : "mama,we hebben vandaag tot 3 leren tellen maar ik kan al tot 10 tellen kijk: 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 hoe komt dat?" mama:"omdat je blond bent" volgende dag "mama we hebben vandaag A B en C leren lezen maar ik kan D E F G en H ook al.hoe komt dat? mama:"omdat je blond bent" volgende dag " mama ik heb zo eens rondgekeken in de klas en de meesten zijn nog helemaal plat vanboven en ik ben al zo goed gevuld.hoe komt dat? mama:" omdat je al 24 bent "
Er komt een lilliputtervrouwtje bij de dokter. Ze klaagt: "O dokter, ik heb toch zo'n last van mijn kruisje als het regent." "Tja," zegt de dokter, "vandaag is het mooi weer, dus nu heeft u zeker geen last?" "Nee, vandaag niet," zegt het vrouwtje. "Nou," zegt de dokter, "komt u dan terug als het regent." Een paar dagen later komt het vrouwtje terug als het regent. "En?" vraagt de dokter: "Hebt u vandaag wel last?" "Ja, vandaag wel," zegt het vrouwtje. "Gaat u dan maar even achter het scherm staan," zegt de dokter. Als het vrouwtje en de dokter achter het scherm zijn verdwenen, hoort de assistente de dokter vragen: "Mag ik even een schaar alstublieft?" De assistente gaat de schaar brengen. Even later komen de dokter en het vrouwtje weer achter het scherm vandaan. "Loopt u nu eens even rond," zegt de dokter tegen het vrouwtje, "heeft u nu nog last?" "Nee," zegt het vrouwtje, "dank u dokter, het is helemaal over." Hierop vertrekt het vrouwtje. Ondertussen is de assistente bloednieuwsgierig geworden en vraagt: "Dokter, wat heeft u nu eigenlijk gedaan?" "Gewoon," zegt de dokter, "tien centimeter van d'r kaplaarsjes afgeknipt."
Gilbert Bécaud (Toulon, 24 oktober1927 Parijs, 18 december2001) was een Frans zanger, componist en acteur. Zijn bijnaam was "Monsieur 100.000 Volts" vanwege zijn energieke optredens. Zijn bekendste hit in Nederland is "Nathalie" (1964). In Amerika is "Et maintenant" (1961) bekend geworden in de Engelstalige versie - "What Now My Love".
Biografie
Hij werd geboren in Toulon als François Silly en leerde al op jonge leeftijd pianospelen. Hij ging naar het conservatorium in Nice, maar ging van school in 1942 om bij de Franse ondergrondse te gaan tijdens de Tweede Wereldoorlog. Hij begon liedjes te schrijven in 1948, na een ontmoeting met Maurice Vidalin, die hem inspireerde. Hij begon te schrijven voor Marie Bizet; Bizet, Bécaud en Vidalin werden een succesvol trio, hun samenwerking duurde tot 1950.
Terwijl hij toerde als pianist met Jacques Pills ontmoette hij Édith Piaf. Onder haar invloed begon hij in 1953 met zingen. Zijn eerste liedjes waren "Mes mains" en "Les croix". Een jaar later had hij zijn eerste optreden en tegen 1955 stond hij bekend om zijn energieke optredens. Zijn hits aan het eind van de vijftiger jaren waren onder andere "La corrida" (1956), "Le jour où la pluie viendra" (1957) en "C'est merveilleux l'amour" (1958).
In 1961 nam Bécaud "Et maintenant" op, een van de meest populaire singles in de Franse geschiedenis. Vertaald als "What Now My Love" werd de song een hit voor Shirley Bassey, Sonny & Cher, Elvis Presley, Andy Williams en Frank Sinatra. Na een opera geschreven te hebben ("Lopéra d'Aran") toerde Bécaud door Europa en nam nog een aantal hits op, waaronder "Tu le regretteras", Bécauds controversiële ode aan Charles de Gaulle.
In het begin van de zeventiger jaren lag de nadruk meer op toeren dan op het opnemen en na nog wat acteerwerk nam hij in 1973 een pauze en gaf als reden uitputting. In 1974 werd hij 'Chevalier' in het Légion d'honneur.
Hierna schreef hij samen met Pierre Grosz en Neil Diamond en schreef ook onder andere de Broadwaymusical "Madame Roza" met Julian More. Bécaud, die het zingen niet kon missen, ging toch weer opnemen en touren. Omdat hij zo vaak optrad in het beroemde Olympia in Parijs, was hij dé aangewezen persoon om het Olympia na de grondige verbouwing in 1997 met een concert te heropenen. Eind jaren negentig openbaarde zich voor het eerst kanker bij hem. Toch ging hij door met concerten geven. In de negentiger jaren deed hij het weer rustig aan, hoewel hij toch nieuwe albums bleef opnemen zoals "Une vie comme un roman" waarin hij een soort beschouwing op zijn eigen leven gaf. Op het laatste album dat tijdens zijn leven nog werd uitgebracht, staan een groot aantal persoonlijke nummers waaruit duidelijk wordt dat hij aan kanker gaat overlijden.
Hij overleed op zijn woonboot op de Seine in Parijs op 18 december 2001.`Zijn zoon Gaya zorgde ervoor dat in 2002 nog een cd verscheen. Bécaud bleef namelijk opnemen tot vlak voor zijn dood. Op enkele nummers is duidelijk te horen dat de stem van Bécaud te lijden heeft gehad onder zijn ziekte.
Er zijn nog enkele dvd's van concerten verschenen en cd's van zijn beste chansons. Bécaud heeft zo'n beetje alle muziek bewaard die hij ooit heeft geschreven. Zijn oudste zoon Gaya heeft sinds het overlijden van zijn vader een beetje de rol van conservator op zich genomen.Ook zorgt hij ervoor dat er nog materiaal van Bécaud uitkomt. In de 21e eeuw heeft hij een eigenkleding onder de naam 'gay-bi'geopend.De laatste cd"/dvd "Suite" verscheen in 2005, de website www.becaud.com is onlangs gereviseerd en er staat een nieuwe cd/dvd met boek voor deze winter op het programma. Via de website (en dan het forum) wendt Gaya zich regelmatig tot de fans van Gilbert om de laatste ontwikkelingen te melden.
In 1991 maakte ze haar platendebuut met de cd Mooi zo. Ze trok langs theaters en festivals met vertaalde liedjes van Leonard Cohen.
Yasmine begon haar televisiecarrière bij VTM. Ze presenteerde in 1993 onder andere het muziekprogramma Tien Om Te Zien. In 1998 stond ze als VJ mee aan de wieg van TMF Vlaanderen. Nadien kon Yasmine aan de slag bij Eén. Ze begon als presentatrice van het showbizzprogramma De Rode Loper. Yasmine stond in 2004 tien jaar op de planken en heeft dit gevierd met de tour en cd Liefde en liedjes. Ook in 2004 presenteerde ze de quiz Memento. In 2005 eindigde ze op nr. 363 in de Vlaamse versie van De Grootste Belg, buiten de officiële nominatielijst. In 2006 was ze ook jurylid bij de preselecties van Eurosong. In 2006, 2007, 2008 en 2009 presenteerde ze het muziekprogramma Zo is er maar één. Bovendien was ze ook omroepster bij Eén.
In 2009 was ze lid van de Raad van de Gouden Plaat in het Eén televisieprogramma Hartelijke groeten aan iedereen. In het voorjaar van 2009 maakte ze in opdracht van het Davidsfonds een tournee door Vlaanderen genaamd Yasmine houdt woord. De start van deze tournee werd op 1 februari 2009 gehouden in de Ancienne Belgique te Brussel in samenwerking met Davidsfonds Brussel.
Persoonlijk
Yasmine was lesbisch]Ze huwde op 30 augustus2003 met Marianne Dupon, bekend als winnares van het tweede seizoen van het TV1-programma "De Mol". Haar vrouw Marianne beviel op 9 maart2007 van hun eerste kind, dochter Ella-Louise.
Eind april 2009 kwam er een einde aan hun huwelijk. Marianne zou Yasmine verlaten hebben voor een andere vrouw.Yasmine overleed op 25 juni2009. Omstreeks 14 uur werd ze door de politie levensloos teruggevonden in een parkje nabij het huis van haar zus. Ze beroofde zichzelf van het leven, ze werd 37. De mogelijke aanleiding zou de breuk met haar partner, Marianne Dupon, eind april 2009 zijn.
LOS ANGELES - Popster Michael Jackson is in de nacht van donderdag op vrijdag overleden in een ziekenhuis in Los Angeles. Hij stierf op 50-jarige leeftijd, nadat hij in zijn woning een hartstilstand had gekregen.
De lijkschouwer van Los Angeles maakte het nieuws bekend, na eerdere berichten in de Amerikaanse media.
Jackson werd om 14.26 uur plaatselijke tijd doodverklaard, meldde Fred Corral. De politie kreeg twee uur daarvoor een melding vanuit het huis van de ster. De ambulance bracht Jackson binnen tien minuten naar het ziekenhuis.
Onderweg is geprobeerd hem te reanimeren. In het ziekenhuis raakte Jackson in coma, waarna hij overleed.
Autopsie
Over de precieze doodsoorzaak is niets bekendgemaakt. Vrijdag volgt vermoedelijk een autopsie die meer duidelijkheid moet geven.
Inmiddels hebben duizenden mensen zich voor het ziekenhuis verzameld om te rouwen. Ook journalisten uit binnen- en buitenland staan voor het hospitaal om verslag uit te brengen. Voor de woning van Jackson staat ook een menigte.
Kleine broertje
Veel sterren hebben laten weten geschokt te zijn door het nieuws. Quincy Jones, de muziekproducer die Michael Jackson hielp bij het maken van Thriller en Off the Wall, zei: ''Ik ben vandaag mijn kleine broertje verloren, en een deel van mijn ziel is met hem meegegaan.''
Comeback
Jackson werkte de afgelopen twee maanden in Los Angeles om met zijn nieuwe concerttour This Is It zijn comeback te maken in de O2-Arena in Londen. Hij zou daar tot maart 2010 vijftig concerten geven die allemaal binnen recordtijd uitverkocht waren.
King of Pop
De 'King of Pop' was één van de meest succesvolste zangers van zijn tijd. Hij werd al jong beroemd met de Jackson 5 en maakte jarenlang succesvolle muziek. Hij behaalde met zijn liedjes in de Verenigde Staten dertien nummer-1 posities.
Nadat hij werd beschuldigd van kindermisbruik in 2005 leidde hij een teruggetrokken bestaan. Hier kwam dit jaar verandering in toen hij een come-back tour aankondigde. Deze This Is It-toer van The King of Pop bestaat uit 50 concerten. Vier concerten die in juli in Londen zouden worden gehouden, werden echter verzet naar maart 2010.
Huidkanker
Bij Jackson werd in mei huidkanker geconstateerd. Begin juni meldden diverse internationale media dat er bezorgdheid was over de gezondheid van de popzanger. Naar verluidt woog hij minder dan 57 kilo.
Medicijnen
Volgens de advocaat van Jackson gebruikte de popster de afgelopen tijd medicijnen. Die werden door een arts voorgeschreven, omdat de King of Pop zich had bezeerd tijdens de voorbereidingen van zijn comeback. Dat heeft de advocaat van de familie laten weten.
Brian Oxman zei vanuit het ziekenhuis: ''Ik weet niet hoeveel medicijnen hij gebruikte, maar volgens de familie was het aanzienlijk.''
Jackson heeft in het verleden ook al problemen gehad met het gebruik van medicijnen.
Ray Charles Robinson (Albany (Georgia), 23 september1930 Beverly Hills (Californië), 10 juni2004) was een blindeAmerikaanszanger/pianist en een groot vertolker van de moderne blues en de rhythm and blues. In de jaren vijftig ontwikkelde hij deze muziek verder door de introductie van elementen uit de kerkelijke gospelmuziek, welke laatste onder meer wordt gekenmerkt door een prominente rol van het vrouwenkoor. Zo stond Ray Charles, meestal begeleid door een groep zangeressen (de Raelettes), aan de wieg van de soul met nummers als I got a woman, The night time is the right time en What'd I say. Legendarisch is de uitvoering van laatstgenoemd nummer tijdens een openluchtconcert in Atlanta, Georgia in 1959. Dat optreden was een hoogtepunt in zijn loopbaan.
In 1960 volgde een radicale verandering van stijl: violen en popsongs deden hun intrede. De blues en rhythm-and-blues hadden afgedaan. Ray Charles scoorde een megahit met I can't stop loving you, en zijn vertolking van Georgia on my mind maakte die song tot een evergreen. Notoir is zijn nummer Busted dat hij schreef nadat hij een jaar in de gevangenis gezeten had voor het bezit van heroïne.
Ray Charles stierf op 10 juni 2004 op 73-jarige leeftijd, ten gevolge van leverkanker, in zijn huis te Beverly Hills, Californië, in bijzijn van familie en vrienden.
Over het leven van Charles is een film gemaakt met in de hoofdrol Jamie Foxx; Ray (2004).
In principe is jazz 'muziek van het moment' er worden op elk moment nieuwe muzikale keuzes gemaakt die tot aan de vorm en alle op dat moment spelende musici reiken (zie de genoemde jazzstromingen hieronder) waardoor een persoonlijke en intensieve muziekbeleving ontstaat. In klassieke muziek en popmuziek is deze eigenschap nagenoeg afwezig. In de jazzmuziek wordt een thema of kleine compositie of een afspraak alleen gebruikt als basis voor improvisatie. Door deze eigenschap raakt jazz als stijl veel andere stromingen zoals (pop-)world, folk, heavy metal, funk, soul, klassiek en oude muziek en er bestaan heden ten dage dan ook vele mengvormen.
Geschiedenis
De belangrijkste bron voor de jazz ligt naar alle waarschijnlijkheid in Afrika. De Afrikanen die als slaven naar Amerika gebracht werden, brachten hun traditionele, sterk ritmische muziek mee.
Het begin
Op hun route naar de Verenigde Staten werden veel slaven allereerst naar de West-Indische eilanden gebracht, met name naar Hispaniola (Haïti en de Dominicaanse Republiek); na een tijdje werden velen van hen verkocht in New Orleans. Zij namen hun religieuze en muzikale erfenis met zich mee. De slaven uit Santo Domingo (de hoofdstad van de Dominicaanse Republiek, gesticht door de broer van Christopher Columbus) zetten hun oude voodoopraktijken ongewijzigd voort in New Orleans.
Doordat deze Afrikaanse muziek en danstradities werden blootgesteld aan het publiek, vond er een wederzijdse beïnvloeding plaats met de Europese muziektraditie. De unieke ritmische nadruk van deze dansen plus vele andere ingrediënten kwamen samen om een muzieksoort op te leveren die bekend werd als jazz. Deskundigen zijn het erover eens dat werklieden van de katoenvelden, blues van stad en platteland, banjostijlen van variétéshows, gesyncopeerde brassbands (fanfarekorpsen) en ragtime (gesyncopeerde dansmuziek) allen een belangrijke rol speelden bij het ontstaan van jazz. De syncopering (accentverschuiving) als primair ingrediënt van de jazz, ontwikkelde zich als een ritmische aanpassing van de Afrikanen. De syncope was het meest voor de hand liggende en beste substituut voor de gecompliceerde polyritmiek (de simultane combinatie van contrasterende ritmes in een muzikale compositie) die integraal deel uitmaken van hun muzikale erfenis. Het is deze syncope die muziek doet "swingen".
Jazz, de voorloper van de moderne rock and roll, bekleedt een zeer interessante rol in de geschiedenis. De naam jazz komt van het niet meer bestaande woord jass waarmee de seksuele daad op een platvloerse manier werd aangeduid. Voor de heiden was jazz een symptoom van de glorieuze bevrijding van de knellende banden van de moraal. Het ontstond in de sloppenwijken en werd voornamelijk ontwikkeld voor gebruik in bordelen; het ene bordeel probeerde het andere af te troeven met de beste jazz band. Uiteindelijk ontwikkelde de jazz zich tot wat we vandaag de dag kennen als rock-'n-roll. Al met al heeft de rockmuziek niets van haar erfenis verloren op haar lange weg van Babylon, via Egypte en Afrika, naar Amerika en de rest van de wereld; het is alleen maar in verschillende jasjes gestoken.
Blues & Ragtime
Die muziek was gebaseerd op een vijftonige toonladder. Een vijftonige (pentatonische) toonladder in de toonsoort C-mineur bestaat uit de noten cesfgbes. De Afrikaanse muziek had een sterke pentatonische traditie. Dat wil overigens niet zeggen dat pentatonische muziek elders (in Europa, Amerika) niet bekend was.
De op de plantages werkende slaven ontwikkelden een zangstijl die als de oorsprong van wat nu blues heet aangeduid kan worden. Aan de vijftonige toonladder werd een noot toegevoegd, in het voorbeeld voor de toonsoort C de fis, die later als de blue note zou worden aangeduid. Deze blue notes spelen een belangrijke rol in de klankkleur van wat wij nu blues noemen.
Muzikanten in kroegen en bordelen (vaak overigens ook Afrikanen) werden geïnspireerd door de 'plantagezang' en de ragtime ontstond, waarbij andere inspiratiebronnen (inclusief de klassieke Europese muziek) tevens een rol speelden.
In die begintijd bestond een jazzband uit instrumenten die makkelijker beschikbaar waren vanuit de fanfare en voldoende geluid voortbrachten zoals als trompet, trombone en klarinet en tuba. Binnenshuis was de piano reeds bekend. Als ritmeinstrument werd naast slagwerk ook de banjo gebruikt die naast harmonie ook een duidelijk ritme kan voortbrengen.
Dit is in hoofdzaak de standaardbezetting gebleven van een oude stijl jazz band. De banjo werd later ook wel door de (elektrische) gitaar vervangen en vooral in de beginperiode was er vaker een tuba of sousafoon dan een contrabas aanwezig.
New Orleans en Dixieland
Vaak wordt als moment waarop wat wij nu jazz noemen begon, de oprichting van het eerste blanke jazzorkest, de Original Dixieland Jass Band (let op de spelling met "ss" in plaats van "zz") in 1917 genomen. Dit is ongetwijfeld niet correct, want eerder dan dit blanke orkest waren er al uit Afro-Amerikaanse bestaande orkesten actief in New Orleans. Genoemd kunnen worden de orkesten van Joe "King" Oliver, met daarin Louis Armstrong, die zelf ook diverse orkesten oprichtte en leidde, en Bunk Johnson.
Een opvolger is "Jelly Roll" Morton, die zichzelf blijkens zijn visitekaartje de uitvinder van de jazz noemde, maar die eigenlijk meer door de inmiddels vrijwel verdwenen ragtime geïnspireerd werd. Nog weer later kunnen daar namen als Sidney Bechet en Sidney De Paris aan toegevoegd worden.
Men zou kunnen zeggen dat de jazz zich in de jaren twintig van de twintigste eeuw langs twee sporen parallel ontwikkelde: een 'blank' spoor en een 'zwart' spoor. De vroege jazzstijlen worden New Orleans (de 'zwarte' tak) en Dixieland (de 'blanke' tak) genoemd.
De Swing-era
In het algemeen wordt met het Swingtijdperk de periode genoemd voor de komst van de Bebop die ontstond in de jaren veertig. Swing kenmerkt zich door een ritme dat 'hupst' of 'springt' in doorgaans twee momenten per maat; een zwaar moment op de eerste tel en een licht moment op de tweede. Door dit op een energieke en meestal toch lichte manier te spelen ontstaat een ritme dat dansbaar is en 'in de benen kruipt' (aanzet tot dansen of bewegen op de muziek). In deze tijd vinden we dan ook veel dans- en showorkesten. Solisten en arrangement geven de muziek meer verhaal, de rimtesectie blijft voornamelijk bijdragen aan de basis van het arrangement.
De eerdere stijlen van de jazz ontwikkelden zich in de jaren dertig en veertig naar muziek voor grotere orkesten tot 'big bands' van 10-20 musici. De grootste namen in de zwarte lijn in deze tijd was Edward 'Duke' Ellington (Duke Ellington) en Willam 'Count' Basie (Count Basie), en in de blanke lijn werd Benny Goodman een van de bekendste orkestleiders uit de Swingperiode. In Europa valt Django Reinhardt op door zijn innovatieve stijl.
Inmiddels was jazz gemeengoed van het Amerikaanse en Europese publiek geworden en was deze muziek immens populair. De zwarte en blanke lijnen waren samengekomen in die zin, dat de meeste orkesten zowel zwarte als blanke musici bevatten.
Tot na de Tweede Wereldoorlog vierde de Swing hoogtij. In de jaren vijftig kan men twee richtingen onderscheiden. In de eerste plaats keerde de Dixieland terug en wordt er in deze tijd wel gesproken van een "Dixieland Revival". Oude musici werden weer actief, en daarnaast ontstond er een nieuwe generatie jazzmusici.
De jazz werd nu niet meer voornamelijk in en rond New Orleans gespeeld, maar door geheel Amerika en overigens ook in Europa. In New Orleans bleven musici als Wilbur De Paris en Sharkey Bonano actief.
In Chicago zette onder meer Eddie Condon (die zijn werkterrein later naar New York verplaatste) een nieuwe stroming in gang.
Aan de Amerikaanse westkust ontwikkelde zich een stijl die wat meer teruggreep naar de Ragtime en die ook wel Frisco jazz genoemd wordt. Een paar namen die deze ontwikkeling in gang hebben gezet, zijn Turk Murphy, Bob Scobey (met de onvergetelijke banjoïst-zanger Clancey Hayes in zijn orkest) en het orkest van Disneymedewerkers The Firehouse Five Plus Two.
In de jaren veertig begonnen muzikanten te zoeken naar een stijl waarmee de solo's minder beperkt werden en er meer dynamiek mogelijk was. Zij vonden de 'oude stijl' te beperkt voor hun muzikale kunnen. De oplossing werd gevonden in de verandering van het ritme en de verrijking van harmonie. Het ritme werd niet meer tweeledig (zwaar-licht) gespeeld maar werd vierledig en kreeg een stromend karakter. Ritmische accenten konden hierdoor vrijer worden geplaatst zonder het ritme te verstoren. Harmonie werd krachtiger door dwingendere samenklanken en thema's te gebruiken. Daarmee ontstonden meer muzikale mogelijkheden en kon er meer worden 'uitgepakt'. Dat werd nog versterkt omdat het dansbare karakter van de Swingmuziek werd losgelaten, waardoor de muziek op zichzelf kwam te staan. De vroege bebop klinkt meestal energiek en virtuoos en soms wat grillig. Eind jaren veertig werden ook Cubaanse elementen in de Bebop opgenomen.
Het is de tijd van de toen jonge musici Dizzy Gillespie en Charlie Parker. De oprichting van deze stijl wordt vaak aan Charlie Parker toegewezen. De term "bebop" is een zogenaamde onomatopee; dit wil zeggen een klanknabootsing. Een veelvuldig toegepaste rif in de Bebop is be-bop-be-bop waarbij de -be- de hoogste klank is. Hieraan dankt de muziekstijl waarschijnlijk zijn naam.
Cooljazz
Kort daarop ontstond als reactie op de opzwepende bebop de cooljazz, waarvan Miles Davis een van de belangrijkste en bekendste vertolkers was (zie albums Birth of the Cool en Kind Of Blue).
Cooljazz klinkt minder grillig, subtieler en serieuzer en men lijkt meer op zoek naar de schoonheid en organisatie dan naar extase. Hier ontstaan ook de aanzetten tot het gebruik van modale technieken die evenwichtiger klinken dan de dwingende samenklanken uit de vroege bebop. Er zijn minder dissonanten en gebruik van doelbewust samenklinkende maar zelfstandige melodielijnen (polyfonie).
Een bijna wringende combinatie is te horen in 'The Man I Love' op het album 'Miles Davis and the Modern Jazz Giants' waar Miles Davis en Thelonious Monk samenspelen en zo gaat het verhaal bijna op de vuist gingen door Monks sterk dwingende harmonieën tijdens het spel van Davis.
Het innovatieve en organiserende karakter van Cooljazz is blijven voortbestaan en zien we in latere tijden in initiatieven van Toots Thielemans (Bluesette), Joe Vanenkhuizen (die een voorkeur heeft voor 6/8 maatsoorten) en slagwerker Pierre Courbois die doelbewust andere metrums gebruikt. In de aanloop naar de Freejazz (zie hieronder) wordt ook nieuwe naar ritmisch vrijere mogelijkheden gezocht (Afrikaanse ritmen, vrij zwevend ritme, aanzienlijk complexere Indiase ritmepatronen) die dan echter minder ingetogen gebruikt worden (De aanpak van My favourite things door John Coltrane).
West Coast Revival
Bij de opkomst van de Swing ontstonden vele nieuwe swingformaties. Lu Watters en Turk Murphy waren samen met onder anderen Bob Helm geen fan van de Swing en wensten het oude New Orleans van met name zwarte componisten in leven te houden. Zij kwamen vaak bijeen in San Francisco en formeerden de Lu Watters Yerba Buena's jazzband. Zij speelden in de formatie zoals Joe "king" Oliver met twee cornetten in de lead, maar zij fristen het ritme wat op door met name accenten te leggen op de afterbeat (tweede en vierde tel).
De South Frisco Jazzband heeft tot circa 1998 gespeeld en heeft de Friscostijl ook over zee gebracht. In 2001 is een Nederlandse formatie gestart, de Jurbena Jazzband, die is geïnspireerd door Turk Murphy en Lu Watters.
West Coast
Omdat de meeste musici die Cooljazz speelden uit Los Angeles kwamen werd Cooljazz ook wel met de term West Coast aangegeven. Echter niet alle 'West Coasters' speelden 'Cool' en de Cooljazz werd ook elders gespeeld.
Als tegenhanger werd in met name New York de lijn van de Bebop verder voortgezet. De muziek zou uiteindelijk uitmonden in Hard Bop.
Hard Bop
In contrast met de Cooljazz ontstond in de midden van de jaren vijftig de Hard Bop (ook wel Hard Bop Regression genoemd). Doordat de Cooljazz aan de westkust van de V.S. enorm aansloeg (West Coast Jazz), vooral in Los Angeles alwaar de filmstudio's waren gevestigd, hadden de jazzmuzikanten in New York weinig werk. Daarom gingen zij ertoe over een nieuwe, extraverte jazzstijl te introduceren die vol emotie was. De akkoordenschema's werden eenvoudiger, veelal bluesschema's, en het stuwende ritme werd weer belangrijk (waaronder het shuffle-ritme). Een link werd gelegd met de Gospelmuziek, alhoewel Hard Bop nooit in de kerk werd uitgevoerd. Dit is terug te vinden in de titels van echte Hard Bop nummers als Moanin, The Preacher en The Sermon.
De jaren vijftig en zestig zijn de jaren van de grootste populariteit van de Hardbop, maar de musici zijn populair gebleven tot op de dag vandaag. Nat Hentoff schrijft in de liner notes voor de Blakey Columbia LP met dezelfde naam uit 1957, dat de term "hard bop" is bedacht door author-critic-pianist John Mehegan, jazz reviewer van de New York Herald Tribune in die tijd.
Soul jazz ontwikkelde uit de hard bop.
Belangrijke muzikanten in de Hard Bop zijn onder anderen Art Blakey en zijn Jazz Messengers, Horace Silver, Clifford Brown, Miles Davis, John Coltrane, Cannonball Adderley, Sonny Stitt, Donald Byrd, Sonny Clark, Lou Donaldson, Kenny Drew, Benny Golson, Dexter Gordon, Joe Henderson, Andrew Hill, Freddie Hubbard, Jackie McLean, Charles Mingus, Blue Mitchell, Hank Mobley, Thelonious Monk, Lee Morgan, en Sonny Rollins.
Soul jazz
Soul jazz was een ontwikkeling vanuit de hard bop met invloeden vanuit blues, gospel en rhythm-and-blues met kleine formaties, vaak een (hammond)orgeltrio. Belangrijke souljazzorganisten zijn Bill Doggett, Charles Earland, Richard "Groove" Holmes, Les McCann, "Brother" Jack McDuff, Jimmy McGriff, Lonnie Smith, Lou Donaldson, Big John Patton, Don Patterson, Reuben Wilson, Jimmy Smith en Johnny Hammond Smith.
Tenor saxofoon en gitaar zijn ook belangrijk in soul jazz; souljazztenors zijn Gene Ammons, Eddie "Lockjaw" Davis, Eddie Harris, Houston Person, en Stanley Turrentine; en de gitaristen als Grant Green en George Benson. Andere belangrijke bijdragen kwamen van altsaxofonist Lou Donaldson en Hank Crawford, trompetist Blue Mitchell, drummer Idris Muhammed (Leo Morris).
Anders dan hard bop, legt soul jazz meer de nadruk repeterende grooves en melodische thema's en de improvisaties zijn doorgaans minder ingewikkeld.
Soul jazz ontwikkelde zich in de late 1950s en bereikte het publiek met de release van The Cannonball Adderley Quintet in San Francisco en was op het hoogtepunt in de midden tot eind jaren zestig, hoewel veel souljazzmusici populair zijn gebleven.
Bekende souljazzopnamen zijn Lee Morgan's "The Sidewinder" (1963), Herbie Hancock's "Cantaloupe Island" (1964) (gesampled door US3 in "Cantaloop"), Horace Silver's "Song for My Father" (1964), Ramsey Lewis's "The In Crowd" (1965) en Cannonball Adderley's "Mercy, Mercy, Mercy" (1966) (Gecovered als een top 40 pop liedje door The Buckinghams).
Soul jazz zou een grote bijdrage leveren aan de ontwikkeling van de Jazz-funk in de jaren zeventig.
Free Jazz
Enerzijds werd in de Souljazz jazz toegankelijk gemaakt, anderzijds werden grenzen van harmonie en ritmiek onderzocht en overgestoken (John Coltrane, Pharoah Sanders). Het resultaat was vrijere en expressievere geïmproviseerde muziek.
Eind jaren vijftig waren het Sun Ra en met name Ornette Coleman die de free jazzstroming begonnen: een van de beginpunten was Colemans album Free Jazz (1960); daarop speelden twee kwartetten, ieder één kant van het stereokanaal, die 38 minuten lang improviseerden zonder enige afspraak. Latere musici waren Albert Ayler en Eric Dolphy. In Europa vormden musici hun eigen free jazz, de zogeheten geïmproviseerde muziek omdat het veel minder jazzelementen bevatte; er waren ook invloeden uit folk en klassieke muziek hoorbaar. Beroemd met deze muziek werden de Nederlandse musici Misha Mengelberg, Willem Breuker en Han Bennink en het ICP-Orchestra (zij gebruikten en gebruiken nog steeds de term instant composition in plaats van improvisatie). Terwijl de free jazz commercieel onaantrekkelijk bleek, ontstond tegelijkertijd de veel beter verkopende fusion (zie hieronder).
Fusion
Aan het einde van jaren zestig slaat Miles Davis een nieuwe weg in. Hij gaat met zijn groep jazz mengen met populaire muziek, voornamelijk rock. Vandaar wordt fusion ook wel jazzrock genoemd. Het album Bitches Brew van Miles Davis wordt vaak beschouwd als het startsein van deze stroming. Muzikanten als John McLaughlin, Herbie Hancock, Chick Corea, Joe Zawinul, Tony Williams die allen met Miles Davis speelden beginnen met hun eigen fusion groepen: Lifetime, Mahavishnu Orchestra, Weather Report. Anderen beschouwen Larry Coryell als de eerste die reeds in 1966 met een 'fusion' tussen jazz, rock en blues experimenteerde, eerst in 1966 bij Chico Hamilton, in 1967 bij de Free Spirits en in 1968 bij Gary Burton. Fusion als stijl blijft populair gedurende de jaren zeventig.
Het heden en de toekomst
De jazzmuziek mengde zich vanaf de jaren zestig langzamerhand met populaire muziek, en ook de bebop- en swing-jazz evolueert, denk daarbij aan stijlen als neo-bop, nu-jazz, acid-jazz, modern creative en free-jazz. De term jazz staat nu voor een veel breder scala aan muzieksoorten dan in de jaren dertig en veertig het geval was. Muziek evolueert, de jazzmuziek dus ook. Steeds nieuwe stijlen van jazz dienen zich aan, evenals ontelbare soorten van mengvormen met pop, soul, funk en rock. Jazz-fusion en latin-jazz zijn daar voorbeelden van. Vooral de verschillen in de aan- en afwezigheid van expressie en improvisatieruimte worden steeds groter.
Er zijn weinig musici geweest die oudere stijlen (New Orleans en Dixieland) bleven gebruiken. Toch is altijd belangstelling gebleven, zowel bij (amateur)musici als luisteraars, door zowel plezier als muziekhistorisch en uitvoeringstechnisch perspectief (Wynton Marsalis).
Jong talent dat van de jazzopleidingen van de conservatoria komt kunnen de levende muziek laten voorbestaan, na andere muziek in zich te hebben opgenomen. Zij kunnen als een resultaat van de twintigste eeuw een grote waaier aan muziek gebruiken en maken, en daarmee toch individueel authentiek zijn.
Levende muziek?
Sinds de komst van beheersbaarheid en toegankelijkheid van digitale geluidsreproductie worden opgenomen stukjes jazz verwerkt in popmuziek (lounge en jazz-dance). Ook worden er compilaties gemaakt op cd met onder andere jazz uit verschillende stromingen die gezamenlijk een (uitgaans)sfeer opwekken, zoals de Blue Note Trip-serie samengesteld door DJ Maestro, voortgekomen uit het live kiezen van muziek op geluidsdragers door discjockeys in uitgaansgelegenheden. Hoewel meestal deze compilaties en fragmentarische toepassingen doorgaans minder expressief zijn komen op deze wijze de jongere generaties ook in contact met (afgeleiden van) de jazz.
Door het machinaal reproduceren van opgenomen geluid in plaats van zelf spelen van een muzikaal gegeven zijn er geen of beperkte livevariatiemogelijkheden en is de vrijheid van improvisatie afwezig. Maar mengvormen zoals het samenwerken van diskjockeys en spelende muzikanten zoals Wicked Jazz (voornamelijk dansbare muziek) en de al eerdere initiatieven van Ben van den Dungen en Jarmo Hoogendijk komen hieraan weer tegemoet. Voor- en tegenstanders van deze ontwikkelingen zijn overal te vinden en soms zijn de discussies verhit. Beide kampen hebben goede argumenten, maar vaak zijn deze niet op de zelfde basis geënt; is muziek met afwezigheid van elektrische gitaren en de aanwezigheid van blaasinstrumenten en een soepel ritme maar zonder dat het muzikale doel live-improvisatie is nu wel of geen jazz ?
Jazzstandards
Muziek die zich goed leent als basis voor improvisatie, kan eindeloos opnieuw worden gebruikt. Door de jaren heeft een aantal werken zich vastgezet in het collectief geheugen van jazzmusici. Deze worden jazzstandards genoemd. Het betreft doorgaans werken waarvan beroemde uitvoeringen zijn opgenomen en die sterke melodische en/of harmonische of juist modale eigenschappen hebben.
Harmonische en ritmische kenmerken
Kenmerkend aan jazz (vooral de modernere varianten, maar met uitzondering van free jazz) is het hernieuwd gebruik van allerlei kerktoonladders en gebruik van complexe akkoorden; vrijwel ieder moment wordt met septiem, none, undeciem, tredeciem geharmoniseerd. 'Kale' akkoorden zijn een hoge uitzondering.
De meeste vormen van jazz swingen, dat wil zeggen, er wordt gebruikgemaakt van de "triolenfeel" met swingende achtsten. Dit houdt in dat loopjes van op papier allemaal even lange (achtste) noten zo worden gespeeld dat de oneven achtsten ongeveer tweemaal zo lang duren als de even achtsten. Dit wordt ook wel genoteerd in de vorm van paren van een achtste noot met een punt gevolgd door een zestiende noot (duurverhouding 3:1 in plaats van 2:1), maar dat wordt dan toch meer gespeeld in een 2:1 verhouding.
Jazz is wat Wittgenstein een Typusbegriff noemde: alle kenmerken van jazz zijn ook in andere muziek terug te vinden. Het is de combinatie die de ware jazz onderscheidt. Grensgevallen geven echter te denken: hoe moet de jazzsuite van de "klassieke" componist Stravinsky worden geplaatst, en hoe de suites voor groot orkest die "jazzmusicus" Duke Ellington in zijn latere leven schreef?
Veel in jazz gebruikte muziekinstrumenten
Veel instrumenten zijn bruikbaar voor jazz, een exclusief jazzinstrument bestaat feitelijk niet, al zijn er wel instrumenten die met name door gebruik in de jazz bekendheid genieten (meestal dan ook in combinatie met een beroemde bespeler ervan):
Zijn mondharmonica speelt een belangrijke rol in de filmmuziek van Midnight Cowboy (1969), Turks Fruit (1973) en van de Zweedse animatiefilm Dunderklumpen (1974). Daarnaast is zijn spel sfeerbepalend voor de leader van de politieseries Baantjer en Witse. In 1991 leverde hij een niet onaanzienlijke bijdrage aan het eerste soloalbum van Laura Fygi, Introducing.
Zijn nummer voor mondharmonica Bluesette (1962) is honderden malen gecoverd door vele muzikanten. Thielemans pleegt het daarom schertsend zijn "social-security number" te noemen.
Op 4 oktober2006 werd bekendgemaakt dat de jazzlegende oververmoeid is en daarom, op doktersbevel, de laatste 6 concerten van zijn tournee door Nederland liet annuleren. In het voorjaar van 2007 treedt hij echter weer enkele malen op.
In 2005 werd hij genomineerd voor de titel van De Grootste Belg. Hij eindigde op nr. 20 in de Vlaamse versie en op nr. 44 in de Waalse versie.
Op 8 juni 2003 werd Toots gehuldigd in Sint-Amands, met het benoemen van de Toots Thielemans Boulevard langs de SIM-route. Hij werd op die dag ook ereburger van Sint-Amands. Het kunstwerk van Willy Permentier en Henri De Bruyn, en het bijhorend straatnaambord, hangen op de Dam.
Toots Thielemans is één van de bekendste inwoners van de Marollen, een volkswijk in Brussel.
hey bloggertjes,t'was gisteren een prachtige dag om te vissen en we hebben ons goed geammuseerd en ook nog veel gevangen,zoals vissen en...... pintjes.......
De oorsprong ligt in de smeltkroes van alle nationaliteiten, die in de 18e eeuw naar de Nieuwe Wereld trokken om daar een nieuw leven te beginnen. Veel emigranten brachten natuurlijk hun muziekinstrumenten mee en na een week hard werken kwam men op zaterdag bij elkaar om te ontspannen en muziek te maken. Hier ligt de oorsprong van de hedendaagse Country & Western.
Uiteraard waren er musici die probeerden van hun muzikale kunnen te leven. In eerste instantie ging het vooral om dansmuziek. Naast de grote dansorkesten ontstonden er ook kleinere groepen, de zgn. stringbands, in een zeer gevarieerde samenstelling. Er werd vaak wel bij gezongen, maar zelden door solisten. (Over het algemeen wordt Roy Acuff beschouwd als de eerste grote solo-zanger in de countrymuziek).
Veel artiesten kregen meer bekendheid via allerlei radiostations. In Nashville werd een radiostation opgericht door een verzekeringsmaatschappij, de National Life & Accident Insurance Company. De roepletters van het station waren WSM ("We Shield Millions" = "Wij beschermen miljoenen"). De eerste uitzending vond plaats in november 1925. Het was een rechtstreekse uitzending van het optreden (met publiek) van een 80-jarige fiddler, die de reputatie had dat hij meer dan 1000 liedjes kende. De aankondigingen werden gedaan door George D. Hay, die het programma WSM Barn Dance noemde. Dit naar aanleiding van de National Barn Dance, een soortgelijke show, die hij had geproduceerd in Chicago. Het programma werd elke zaterdag uitgezonden vanuit een studio op de vijfde verdieping van het kantoor van de maatschappij. In 1928 kreeg het programma (bij toeval) van Hay de naam die het nu nog heeft, Grand Ole Opry. Het programma werd razend populair en heeft ontzettend veel betekenis gehad in de ontwikkeling van de countrymuziek.
De eerste aanzet tot de hedendaagse countrymuziek wordt toegeschreven aan Jimmie Rodgers, de Father of Country Music. Hij maakte zijn eerste plaatopname voor Victor Records op 1 augustus 1927 in Bristol, Virginia. De plaat van Rodgers bevatte een sentimentele ballade, The Soldier's Sweetheart en een slaapliedje, Sleep, Baby, Sleep. De plaat had onmiddellijk veel succes en dus werden er datzelfde jaar nog meer opnamen gemaakt, waaronder de eerste van (uiteindelijk) een serie van 13 Blue yodels, getiteld T. for Texas. Jimmie Rodgers was ziekelijk en overleed al in 1933 aan tuberculose. Ondanks die korte muzikale carrière bleek hij van grote invloed.
Op dezelfde dag werden er ook zes nummers opgenomen door een groep, de Carter Family. Zij ontwikkelden zich tot een van de meest invloedrijke groepen in die beginjaren. Hun laatste opname in de oorspronkelijke bezetting vond plaats in 1941 en in die veertien jaren hebben ze meer dan 250 nummers op de plaat uitgebracht.
De muziek, die in de jaren '30 werd ontwikkeld, werd enorm populair en ontwikkelde zich natuurlijk in diverse richtingen. Een van die richtingen is de dansmuziek uit Texas en Oklahoma, die de naam Western swing kreeg. Een mengsel van (onder andere) big band, dixieland, en jazz. Bob Wills wordt gezien als de voornaamste artiest van deze stijl met zijn band The Texas Playboys.
In 1938 kwam Roy Acuff bij de Grand Ole Opry en werd al snel een geregelde gast. Hij had een band, de Tennessee Crackerjacks, waarin onder andere de dobro nadrukkelijk aanwezig was. Later veranderde hij de naam van zijn band in de Smokey Mountain Boys. Hij werd al snel een leidende figuur binnen de Grand Ole Opry en bepaalde jarenlang wie en wat er te horen was in de show. Op die manier bepaalde hij ook voor een deel de ontwikkeling van de muziek. Onder zijn leiding werden er regels opgesteld voor deelname aan de show. Onder andere moet elke artiest door een bestaand lid worden voorgedragen en leden hebben de verplichting om minstens 26 zaterdagen aanwezig te zijn.
Door de groeiende populariteit van de show werd de studio al gauw te klein voor de groeiende stroom publiek. Er werd uitgeweken naar een grotere ruimte, het Hillsboro Theatre, maar ook dat hielp niet. De volgende locaties waren het Dixie Tabernacle en het War Memorial Auditorium, die ook al snel te klein werden. Zelfs het invoeren van een toegangsprijs van 25 cent hielp niet. In 1943 werd verhuisd naar het Ryman Auditorium, waar de ruim 3000 bezoekers elke week een zitplaats konden vinden. Dit Ryman Auditorium met zijn perfecte akoestiek is het meest beroemde thuis van de Grand Ole Opry geworden. In 1974 werd verhuisd naar het speciaal voor de Opry gebouwde Grand Ole Opry House met 4400 zitplaatsen. Van daaruit wordt de show nog elke week uitgezonden. Het Ryman Auditorium wordt ook nog steeds regelmatig gebruikt voor bijzondere concerten.
In de jaren '40 werd Roy Acuff zó populair, dat hij in belangrijke populaire 'polls' Frank Sinatra versloeg. Er wordt gezegd dat Japanse troepen bij de aanval op Okinawa als aanvalskreet riepen: To hell with Roosevelt, to hell with Babe Ruth, to hell with Roy Acuff!.
Na 1945
In 1949 kwam Hank Williams naar de Grand Ole Opry. Hij had als tiener al bekendheid gekregen met zijn groep The Drifting Cowboys en had een paar jaar deel uitgemaakt van de Louisiana Hayride van radiostation KWKH. Nadat zijn Lovesick Blues een hit was geworden, werd hij Opry-lid. Zijn eerste optreden, op 11 juni 1949, werd een gigantisch succes. De show moest worden gestopt, omdat het publiek hem drie keer terughaalde voor Lovesick Blues. Ook voor Hank Williams was slechts een korte carrière weggelegd: hij overleed op Nieuwjaarsdag 1953 op de achterbank van de auto, die hem naar een Nieuwjaarsconcert in Canton, Ohio zou brengen. Maar het was een zeer productieve en indrukwekkende carrière. Als geen ander bleek hij in staat om het moeizame leven van de werkende man in woord en muziek uit te beelden. Er is bijna geen enkele artiest in de countrymuziek, die geen nummer van hem op het repertoire heeft staan.
Europa
Country muziek was tot midden in de 20e eeuw vooral een Noord-Amerikaans aangelegenheid. In Europa kreeg de country relatieve bekendheid door de opkomst van de westernfilms (met onder andere Roy Rodgers). Europa is als afzetmarkt echter nog niet aangesproken. De eerste Europese country-producties (sinds 1948) staan op naam van de Vlaamse variété-pionier Bobbejaan Schoepen. Vanaf eind jaren '30 bracht hij de muziekstijl in Vlaamse dorpen. Van 1945 tot 1947 vormde hij met zijn dorpgenoot Kees Brug het duo "Two Boys en Two Guitars". In 1947 kwam Schoepen in contact met Jacques Kluger, een manager met aanzien die op zoek was naar talent van eigen bodem. Die zag in hem een zanger en entertainer met toekomst en vroeg hem de Amerikaanse en Canadese troepen te vermaken die waren ingezet tijdens de Processen van Neurenberg, Frankfurt en Berlijn. Hij werd hiervoor drie maanden geëngageerd, wat de country-zijde in hem verder zou stimuleren. In 1948 worden de eerste platen uitgebracht in België en Nederland, vanaf 1954 ook in Duitsland, Oostenrijk en Frankrijk. Bobbejaan Schoepen is vermoedelijk ook de eerste Europeaan (Groot-Brittannië niet meerekend) die optrad in de Grand Ole Opry. In 1953 trad hij er een drietal keer op, onder andere met countryster Roy Acuff (1903-1992). Er kwam ook een optreden met countryzanger Red Foley (1910-1968) in Springfield, Missouri. In 1957 trok hij weer naar New York, waar hij gevraagd werd in de TV-show van de bekende presentator Ed Sullivan. Hij nam platen op met de band van Elvis, waarmee hij de RCA-studio's deelde. De gereputeerde manager Steve Sholes van RCA-records bood hem een contract aan om onder de naam "Bobby John" drie maanden lang alle radiostations in de VS af te reizen. Maar Schoepen, die reeds tien jaar aanhoudend op tournee was en in Europa contractuele verplichtingen had, zocht stilaan een vaste stek (het latere Bobbejaanland). Hij besloot de succesformule over de oceaan niet verder te zetten. Op de drempel van de jaren zestig stond hij op nummer één in Oostenrijk met de country-parodie "Ich steh an der bar" (A Pub With No Beer van Gordon Parsons). Het nummer stond 30 weken in de Duitse top en werd in Vlaanderen een evergreen. De Amerikaanse country zanger Tex Williams (grondlegger van de swing country) bracht in 1974 in de VS een cover uit van zijn Fire and Blisters. Schoepen trad bij gelegenheid ook op in clubs in Los Angeles, samen met Nudie Cohn, Roy Rogers en Tex Williams. De Amerikaanse countryzanger Jimmy Lawton vestigde zich in die periode door Bobbejaan Schoepen definitief in België. Hij was een aantal jaren uitbater van een country hall in Bobbejaanland, maar zou zich vooral toeleggen op country tournees in verschillende Europese landen. Bobbejaan Schoepen en Jimmy Lawton zijn nog steeds actief bezig met de productie van country muziek.
Americana
Ook wel 'alternatieve country' genoemd, in de jaren 1960 en 1970 countryrock. Onder invloed van pop/rockbands als The Byrds en artiesten als Gram Parsons en Neil Young lieten andere popartiesten zich steeds meer beïnvloeden door de traditionele countrymuziek. De geïdealiseerde eerlijkheid van het plattelandsleven en het uiten van 'echte' emoties en levenservaringen paste goed bij de tijdgeest van de jaren zestig en zeventig. De vaak conservatieve teksten van de originele country werden vervangen door teksten die beter pasten bij de idealen van de nieuwe generatie singer-songwriters. Sinds de jaren negentig van de vorige eeuw zijn er veel nieuwe artiesten bijgekomen die (alternatieve) rock combineren met authentieke country elementen: onder andere The Jayhawks, Will Oldham en Lucinda Williams.
Schoonmoeder heeft besloten een test te doen. Op een mooie zomerse namiddag wandelt ze met haar schoonzoon Frank langs een kanaal. Plots slaat ze zogezegd haar voet om en valt in het kanaal. Frank twijfelt geen seconde en springt achter haar aan. De volgende dag staat er voor Frank zijn huis een Peugot 205 cabrio met op het dashboard een briefje: "Beste Frank, bedankt voor hetgeen je voor me gedaan hebt, je schoonmoeder Greta." Een week later is het de beurt aan een andere schoonzoon, Dirk. Terug wandelen ze langs het kanaal, Greta slaat zogezegd haar voet om en struikelt in het water. Ook Dirk aarzelt geen seconde en redt haar van de verdrinkingsdood. De volgende dag staat ook voor Dirk zijn woning een Peugot 205 cabrio met een briefje dat zegt: "Lieve Dirk, bedankt voor hetgeen je voor me gedaan hebt, je schoonmoeder Greta." De volgende week is haar laatste schoonzoon, Bertrand aan de beurt. Weer langs het kanaal wandelen, voetje omslaan en in het water vallen. Nu, Bertrand, die kijkt even naar links en rechts, die ziet dat er niemand in de buurt is en wandelt verder. De volgende dag staat er voor Bertrand zijn garagepoort een Porsche 911 cabrio! Ook hij vindt een briefje op het dashboard met de tekst: "Beste Bertrand, bedankt voor hetgeen je voor me gedaan hebt, je schoonvader Albert."
Een vent zit achter zijn computer en schreeuwt ineens tegen zijn vrouw "Ik heb net de *videopoker* jackpot gewonnen in een *online casino*, pak je koffers!!! Zijn vrouw reageert vrolijk en vraagt hem; "Moet ik mn bikini's inpakken of warmere kleding?" Waarop de man antwoordt: "Interesseert me geen moer als je maar opdonderd!!!"
Depeche Mode is een Britseelektronische muziek band. De synthpopformatie werd in 1980 opgericht in Basildon (Engeland). In Nederland en België scoorde de band meerdere hits, waaronder People are People, Just Can't Get Enough en Enjoy the Silence. De naam van de band komt van een Frans modetijdschrift, "Dépêche mode", wat zoiets als "mode nieuwsupdate" of in het Engels "fashion news dispatch" betekent.
Alan Wilder - keyboard, drums, teksten, productie, arrangementen, van 1982 tot 1995
Vince Clarke - keyboard, teksten, van 1980 tot 1981
Geschiedenis
In 1976 begonnen Clarke en Fletcher een bandje, genaamd "No Romance in China". In 1979 begon Clarke een nieuwe band met Gore, genaamd "French Look". Toen Fletcher zich aansloot, veranderde de naam in "Composition of Sound". In 1980 werd ook David Gahan lid, waarna de band zijn huidige naam aannam.
In 1981 bracht Depeche Mode zijn eerste album uit op het Mute Records-label, genaamd Speak and Spell. Na dit album verliet Clarke, de belangrijkste songwriter, de band. Hij richtte later andere bands op, waaronder Yazoo met Alison Moyet en Erasure met Andy Bell.
Gore werd de belangrijkste songwriter van de groep en in 1982 bracht de groep het album A Broken Frame uit. Na dit album werd Alan Wilder lid van de groep. Hij schreef onder andere Two Minute Warning voor het derde album, Construction Time Again uit 1983.
In deze tijd was de band vooral succesvol in Duitsland, maar in 1984 braken ze ook door in Amerika en de rest van de wereld met de hit People are People, van het album Some Great Reward uit 1984. In Amerika werd de band lange tijd geassocieerd met de Goths. Maar ook techno-pioniers als Juan Atkins, Derrick May en Moby zeggen beïnvloed te zijn door het elektronische geluid van Depeche Mode.
Vanaf 1986 volgde een langdurige samenwerking met de Nederlandse fotograaf en videoregisseur Anton Corbijn. Zo regisseerde hij twintig videoclips voor de groep, waarvan hij in enkele speelde.
In 1988 toerde de band door Amerika langs uitverkochte zalen in de Concert for the Masses-tour, naar het album Music for the Masses uit 1987. De tournee werd vastgelegd door de bekende documentairemaker D.A. Pennebaker, die zowel de concerten en de band en crew backstage filmde, maar ook een tourbus met fans die een plek wisten te bemachtigen via een publicitaire danswedstrijd. Het live-album 101, een registratie van deze tournee, verscheen in 1989. Deze is later als SACD en dvd verschenen.
In 1990 kwam Violator uit, één van de succesvolste albums van de band. De eerste single, Personal Jesus, zorgde meteen voor enige controverse. Het is later gecoverd door zowel Marilyn Manson als Johnny Cash. De tweede single, Enjoy the Silence, werd hun meest succesvolle single aller tijden en eindigde in vele landen (waaronder Nederland) in de top tien. De singles Policy of truth en World in my eyes werden in Nederland bescheiden succesjes. Het volledig uitverkochte en tevens hun langste en slopende World Violation-tour was een zeer groot succes. Voor de bandleden afzonderlijk echter was dit een (te) grote slag. David Gahan raakte steeds meer verslaafd aan de steroïden die hij openlijk gebruikte.
In 1993 brak de band met zijn elektronische roots met het gospel/rockalbum Songs of Faith and Devotion. Het album werd een groot succes en kwam op nummer één binnen in de Amerikaanse en Britse albumlijsten. Hierna volgde een veertien maanden durende wereldtournee. In juni 1995, na het einde van deze tournee, verliet Alan Wilder de band, moe als hij was van het onophoudelijk toeren en gebonden aan de grenzen van Depeche Mode, om zich volledig te richten op zijn (tot dan toe) side-project Recoil, waarna hij zijn 4e Recoil-album Unsound Methods uitbracht. Niet lang hierna bleek zanger Dave Gahan enkele zelfmoordpogingen te hebben gedaan, en werd hij opgenomen in een afkickkliniek om te leren omgaan met zijn drugsproblemen.
In 1997 keerde Depeche Mode weer terug met het album Ultra, dat het jaar daarop werd opgevolgd met het verzamelalbum The Singles 86>98. In 2001 volgde Exciter. Alhoewel deze albums geen grote verkoopsuccessen waren, bleef de band in het tourcircuit het nog altijd goed doen. Ook is de band uitermate populair gebleven in Duitsland, Centraal-Europa en de landen in de voormalige Sovjet-Unie.
Na deze albums gingen de leden van Depeche Mode soloprojecten doen. Dave Gahan kwam in 2003 met een soloalbum, Paper Monsters, Martin Gore zette een solocarrière voort die hij was begonnen in '89 en Andrew Fletcher begon zijn eigen label, Toast Hawaii.
Op 14 oktober 2005 is het nieuwe album van Depeche Mode, Playing the Angel uitgekomen; de band lijkt weer terug bij zijn oorsprong met donkere en beklemmende muziek, met teksten die doorspekt zijn van verdriet, pijn en hoop. De scheiding van Martin L. Gore en zijn vrouw is duidelijk waarneembaar, en een pijnlijke ode aan zijn kinderen is de eerste single, Precious. Vervolgens volgen A pain that I'm used to, het door Dave Gahan geschreven Suffer Well (één van zijn drie bijdragen aan het album) en als vierde single een dubbele A-kant: "John the revelator" en "Lilian". Op 26 maart 2006 gaf Depeche Mode voor het eerst in 13 jaar weer in Nederland een concert in het Rotterdamse Ahoy. Depeche Mode werd aangekondigd door Anton Corbijn die het concert een van de beste van deze tijd noemde. De echte Depeche fans konden echter naar Duitsland voor de concerten. In de grote Duitse steden traden ze op in uitverkochte zalen. Sowieso is de band in Duitsland één van de populairste bands. Zo zijn er elk weekend overal in Duitsland zogenaamde Depeche Mode Party's.
Intussen worden de voorgaande albums geremasterd en geremixt en verschijnen ze in SACD-formaat. Eind maart 2006 werden de albums Violator, Music for the Masses en Speak & Spell in dit formaat gereleaset en in oktober 2006 volgde de volgende serie albums ("A Broken Frame", "Some Great Reward"en "Songs of Faith and Devotion"). In 2007 volgde de laatste serie albums.
In het voorjaar van 2008 zal de band weer de studio ingaan voor een nieuw album. Bandlid Andy Fletcher liet dit in een interview weten. Op de persconferentie van 6 oktober 2008 wilde de band de titel van het nieuwe album niet prijsgeven. De titel is inmiddels bekend: "Sounds of the Universe" en zal in Europa uitkomen op 20 april 2009. De band zal ook weer touren. Vanaf mei 2009 ("Tour Of The Universe"). Anton Corbijn is wederom betrokken bij het geheel. Op 31 mei 2009 zal Depeche Mode op zaterdag 20 juni de headliner op TW Classic. Voor Pinkpop hebben ze inmiddels afgezegd. Dit nadat er een kwaadaardige tumor in Dave Gahan zijn blaas was gevonden. Deze is inmiddels succesvol verwijderd.
Bedankt voor jullie steun,het is tof te weten dat ge er niet alleen voor staat maar ik kan jullie gerust stellen mijn vrouw is terug thuis ,het was een zware onsteking in de buik maar ze konden de problemen oplossen met antibiotica en andere medicatie,dus nu maar hopen dat het niet meer terug komt,uit naam van Kathleen en mij nog eens bedankt voor jullie steun.groetjes Rudy
Het duo nam vanaf 1960 gedurende 16 jaar talloze nummers op en stond bekend om een wervelende liveshow met drie achtergrondzangeressen, The Ikettes. Het bekendste nummer was de cover van Proud Mary (1971) waarvoor Ike & Tina Turner een Grammy Award ontvingen. Rond 1975 was de roem van het duo tanende. Tina Turner speelde een rolletje in de film Tommy, begon aan een solocarrière, en vroeg echtscheiding aan. In 1976 ging het duo uit elkaar. In 1991 werden Ike & Tina Turner opgenomen in de Rock and Roll Hall of Fame.
Sommige onder U denken dat de 2 kinderen die bovenaan mijn blog staan mijn kleinkinderen zijn,wel niets is minder waar, want dat zijn mijn 2 schatten van kinderen ,De oudste heet Roxaan 12 jaar en de jongste Amber die word morgen 9 jaar,ondanks met mijn 56 jaar ben ik dus nog een jonge vader en mijn vrouw Kathleen is 43 jaar jong,dus van daar,We zijn er wat later aan begonnen maar de kinderen houden ons jong en dat heeft ook zijn voordelen,dus bij deze is dat ook recht gezet,maar trek het je niet aan want ik vond het wel grappig,tot blogs.
De Nijs werd geboren als zoon van een rijschoolhouder. Toen hij 6 jaar was, ging hij vanwege zijn astmatische bronchitis naar de openluchtschool in het Oosterpark. Toen hij 8 jaar was, kreeg hij zijn eerste accordeonles.
De Nijs won in 1962 op 19-jarige leeftijd een talentenjacht met zijn band Rob de Nijs & The Lords. De eerste prijs was een platencontract. De eerste (De liefste die ik ken) en tweede (Jenny) singles flopten, maar het nummer Ritme van de regen uit 1963 werd een grote hit, waarvan in totaal bijna 100.000 exemplaren verkocht werden. In 1963 deed hij mee aan het songfestival in Knokke.
In juni 1963 werd zijn eerste "Rob de Nijs en the Lords fanclub" opgericht. In november 1965 gingen De Nijs en The Lords uit elkaar. Hij ging werken bij Circus Boltini. In juli 1968 trouwde hij met Elly Hesseling, zij was zijn eerste vrouw en dochter van een clubeigenaar in Bergen op Zoom. Hesseling en De Nijs huwden op 30 juli1968 en scheidden in 1981. Het huwelijk bleef kinderloos. De Nijs ging in 1968 werken in de clubs van haar vader (Jan Hesseling) t.w. "Rob de Nijs" en "Het Wapen Van Engeland" te Bergen op Zoom.
Eind '69 kreeg hij een rol in Oebele als Bello Billy Biggelaar. Dat leverde hem in 1971 de rol van Bertram Bierenbroodspot op in de t.v. serie Kunt u mij de weg naar Hamelen vertellen, mijnheer?. Deze serie liep tot 1976. In 1970 deed hij mee aan een musical 'Salvation', en kwam hij in contact met Lennaert Nijgh. Lennaert Nijgh besluit samen met Boudewijn de Groot een aantal nummers voor De Nijs te schrijven, om zo zijn carrière weer op gang te brengen.
In mei 1973 kwam de eerste vrucht van deze samenwerking, Jan Klaassen de trompetter, in de hitparade, in september gevolgd door Zuster Ursula. Hierna volgden mindere successen met Mirella en Hé speelman. Hierna komt zijn waarschijnlijk bekendste hit uit: Malle Babbe een nummer dat Boudewijn de Groot ook zelf regelmatig zal spelen tijdens concerten. Na de albums In de uren van de middag en Kijken hoe het morgen wordt, beiden ook geproduceerd door De Groot, beëindigen de twee de samenwerking. Lennaert Nijgh blijft wel betrokken bij de carrière van De Nijs als tekstschrijver.
In 1976 werd hij door het NIPO uitgeroepen tot populairste zanger van Nederland. In 1977 kreeg hij zijn eigen special bij de VARA. In 1980 werd hij door de Hitkrant uitgeroepen populairste Nederlandse zanger.
In december 1980 ontmoette hij Belinda Meuldijk die veel teksten voor hem zou gaan schrijven. In juli 1984 (inmiddels gescheiden van Elly) trouwde hij met haar. Dit huwelijk zou, gezien de aard hiervan, de jaren hierna een belangrijke rol gaan spelen in de roddelbladen.
In 1985 scoort hij zijn grootste hit tot dan toe. Het vredeslied Alles wat ademt, geschreven door Gerard Stellaard, Lennaert Nijgh en Belinda Meuldijk, stijgt tijdens de kersttijd naar de tweede plaats. In 1996 neemt hij revanche en scoorde hij zijn eerste en enige nummer 1 hit met Banger hart, dat 5 weken op de toppositie in de Mega Top 50 staat.
In 2001 wordt De Nijs onderscheiden met de Radio 2 Zendtijd Prijs. Deze prijs wordt toegekend door Conamus en Radio 2 aan een uitvoerend artiest die van blijvende betekenis is voor de Nederlandse radio. Diverse artiesten waaronder Boudewijn de Groot, Hans Vermeulen, Frédérique Spigt en Skik brengen daar live een eerbetoon aan De Nijs, door een van zijn nummers te vertolken. Enige smet is er als Freek de Jonge de carrière van De Nijs op de korrel neemt: "Welkom op het 60-jarig artiesten jubileum van Rob de Nijs. Hoewel het kan ook 70 jaar zijn".
Op 21 december 2005 werd bekend dat De Nijs en Meuldijk gaan scheiden. Volgens hun advocaat zien de twee geen toegevoegde waarde om deze samenlevingsvorm vanuit een huwelijkse staat voort te zetten.
Eind 2005 bereikt Boudewijn de Groot de eerste plaats van Radio 2's Top 2000 met het nummer Avond. Een nummer dat De Nijs in 1973 al opnam op de plaat In de uren van de middag.
In 2006 krijgt De Nijs een blessure aan zijn achillespees. Hierdoor is hij zes weken uit de roulatie.
De Nijs heeft inmiddels een nieuwe vriendin, zijn persoonlijk assistente Henriette Koetschruiter. In 2007 kondigen zij aan te gaan trouwen.
In mei 2007 neemt hij met Julien Clerc een duet op voor zijn nieuwe album Chansons. De release van het album met enkel Franse liedjes werd diverse keren uitgesteld vanwege de perikelen tussen Meuldijk en De Nijs. Het album lag vanaf 14 maart 2008 in de winkels.
Op 16 maart2008 gaf De Nijs een jubileumconcert met het Metropole Orkest in een uitverkocht Carré. Het concert werd gegeven vanwege het 45 jarig artiestenjubileum van de zanger en het bereiken van de pensioengerechtigde leeftijd. Tijdens dit concert werd bekend dat er een tulp naar hem vernoemd zal worden. De burgemeester van Anna Paulowna (waar ook Wieringerwaard onder valt) maakte dit bekend. De tulp is begin mei, tijdens de Bloemendagen in die gemeente, gedoopt.
De Nijs' repertoire blijkt nog steeds volop gedraaid te worden op de diverse radiozenders getuige het feit dat hij nog steeds in de top 10 staat van meest gedraaide Nederlandstalige artiesten/groepen (8e in 2005).
Trivia
Op 6 juni 2007 plaatst het roddelblad Privé foto's van de ernstig bevuilde villa van Belinda Meuldijk in Bosch en Duin. Voormalig echtgenoot De Nijs bekent de foto's in augustus 2006 te hebben gemaakt, maar ontkent ten stelligste het beeldmateriaal aan het weekblad te hebben geleverd. Meuldijk spande een kort geding tegen het blad aan. De rechter stelde Meuldijk in het gelijk en bepaalde dat de gegevens van de fotograaf en de verkoper van de onrechtmatig gemaakte fotos bekend gemaakt moesten worden. Meuldijk liet toen weten dat ze die informatie openbaar zou maken.
In de uitzending van RTL Boulevard van dinsdag 13 juni 2007 wordt bekend dat belspel presentator Martijn van den Bergh de foto's aan Privé heeft geleverd. Hij bevestigt dat het verspreiden van de foto's mede op initiatief van de zanger is gebeurd. Van den Bergh was voorheen ook werkzaam bij de bladen Privé en Party. Zowel Meuldijk als De Nijs besluiten om juridische stappen tegen Van den Bergh te ondernemen.
Op 2 mei2008 is de scheiding tussen De Nijs en zijn ex-vrouw Belinda Meuldijk definitief geworden.
Rob de Nijs en Hendrina Maria Catharina (Henriëtte) Koetschruiter zijn op 28 mei2008 in hun woonplaats Ede in ondertrouw gegaan.
Het huwelijk vond plaats op 25 juni2008 in de gemeente Rozendaal, en werd ingezegend in de oude kerk aan de Benedendorpsweg te Oosterbeek.
05:30 Wakker geworden, gehuild. Wilde bij papa en mama in het grote bed. Mocht niet. Nog harder gehuild. Mocht wel.
08:30 Moest melk drinken. Wilde niet, wilde cola zoals op TV. Woest gebruld. Hielp niet. Melk vies, bijna dood.
09:00 Pijp in papa's koffie gedaan. Papa boos.
09:15 Zeep gleed uit in bad. Mama nat. Mag niet met zeep spelen. Zeep in mond gestoken. Nooit meer doen, smaakt vies.
09:45 Reuk op mat gegoten. Mat van kleur veranderd en raar ruiken. Nog meer reuk op gedaan. Nu goed ruiken. Mama boos.
10:10 In papa's werkkamer geweest. Vliegertjes gemaakt van papa's papieren. Ben buitengevlogen, net als vliegertjes. Spijtig!
10:45 Sleutel uit kast getrokken. Weggestopt. Mama wilde hem terug. Eerst snoep gevraagd, dan sleutel teruggestoken.
11:00 Worm gevonden. Wilde weten of hij kon zwemmen. Zonk.
11:30 Kalender afgescheurd tot 6 december. Gewacht op Sinterklaas en Zwarte Piet. Kwamen niet.
12:00 Kalender verder afgescheurd tot 6 december. Gewacht op Sinterklaas en Zwarte Piet. Kwamen niet.
12:30 Moest pap eten. Geweigerd. Wou frieten met stoofvlees. Stoelen omvergegooid en pap naar papa gesmeten. Kletsen gekregen op blote poep. Rest van pap toch maar opgegeten.
13:00 Middagrust in bed. Kon niet slapen. Pluisjes van deken getrokken, in neus gestoken. Terug eruitgehaald, waren nat. Heb ze maar onder bed gestoken.
15:00 Rood potlood gevonden. Op deuren getekend. Slaag gekregen. Alles zelf moeten uitgommen.
16:00 Behangpapier van muur getrokken. Zo veel mooier. Mama vond van niet. Bijna doodgefolterd.
17:45 In mama's handtas gekeken. Poeder op kanarie gedaan. Kanarie nu lekker ruiken. Mama niet weten. Beter ook zo.
18:15 Kat bij staart gepakt. Krabte. Klets gegeven. Krabte nog. Meer kletsen. Werd kwaad. Best afblijven, poes gevaarlijk.
19:00 Moest weer gaan slapen. Wou niet. Wou Dallas zien. Mocht niet. Blokje naar TV gegooid. TV kapot. Niemand kon nog zien. Ikke niet zien, niemand nog zien. Hihi!
19:30 Ben toch gaan slapen.
Hoorde mama tegen papa zeggen: "'t Is toch zo'n braaf manneke..."
Borsato is geboren in het Wilhelmina Ziekenhuis in Alkmaar als zoon van Roberto Borsato en Mary de Graaf. Het gezin verhuisde naar Italië, waar Borsato's vader een restaurant aan het Gardameer ging runnen. Zijn vader, Roberto Borsato overleed in de nacht van 22 januari op 23 januari 2009 op 69-jarige leeftijd. Borsato heeft veel tijd in Italië doorgebracht en spreekt dan ook vloeiend Italiaans. Het gezin telt verder nog een zoon, Armando, en een dochter, Sylvana.
Borsato brak door als zanger nadat hij op 7 april1990 de Soundmixshow won met zijn vertolking van het nummer At This Moment van Billy Vera. Vanaf 1990 bracht Borsato drie Italiaanstalige albums uit. In 1994 stapte hij over op Nederlandstalige nummers (waarvan vele vertaald zijn uit het Italiaans). Hij brak door met het nummer Dromen zijn bedrog en zou vervolgens uitgroeien tot een van Nederlands succesvolste zangers.
Sinds 1998 vervult Borsato de rol van ambassadeur van de Stichting War Child, een organisatie die zich inzet om kinderen te helpen traumatische oorlogservaringen te verwerken. Ook trouwt hij in dat jaar met Leontine Ruiters in Venetië. Samen krijgen ze drie kinderen: Luca (1998), Senna (2001) en Jada (2002).
Het vermogen van Borsato werd in 2006 door de Quote 500 geschat op 27 miljoen euro[1]. Hij is daarmee de bestbetaalde zanger van Nederland.
Zangcarrière
1990-1993: Begin
Borsato verwierf enige bekendheid nadat hij op 7 april1990 de Nederlandse versie van de Soundmixshow won met zijn vertolking van het nummer At This Moment van Billy Vera. Hierna tekende hij een contract bij platenmaatschappij Polydor. Van 1990 tot 1992 bracht Borsato drie Italiaanstalige albums uit, getiteld Emozioni, Sento en Giorno per giorno. Op de single Emozioni na, dat op nummer 4 van de Nederlandse Top 40 terecht kwam, behaalde hij hiermee maar weinig succes.
1994: Doorbraak
Omdat Borsato in 1993 in de vergetelheid dreigde te raken, besloot hij op aandringen van zijn platenmaatschappij over te stappen op Nederlandstalige muziek. Hij liet oorspronkelijk Italiaanse liedjes in het Nederlands vertalen of er werd een nieuwe tekst bij geschreven. In 1994 beleefde hij vervolgens zijn grote doorbraak. Zijn eerste Nederlandstalige single Dromen zijn bedrog (een cover van Storie di tutti i giorni van Riccardo Fogli) belandde op de eerste plaats in de Nederlandse Top 40 en zou daar uiteindelijk 12 weken blijven staan. Hij kwam hiermee in het Guinness Book of Records. Enkele maanden later stond ook het nummer Waarom nou jij (een cover van Quando Finisce Un Amore van Riccardo Cocciante) op de eerste plaats. Zijn eerste Nederlandstalige album, Marco, was eveneens een succes en bereikte 2x platina.
1995-2000: Verdere successen
In 1995 kwam het tweede album van Borsato, Als geen ander (4x platina), uit. Op dit album werd de succesformule van Italiaanse liedjes met een Nederlandstalige tekst, doorgezet. De nummers Je hoeft niet naar huis vannacht (een cover van You don't have to go home tonight van The Triplets), Kom maar bij mij (een cover van Come Saprei van Giorgia), Ik leef niet meer voor jou (een cover van Cervo a Primavera van Riccardo Cocciante) , Vrij zijn (een cover van Sempre van Paolo Vallesi) en Margherita (een cover van Margherita van Riccardo Cocciante) werden als singles uitgebracht. Alleen Kom maar bij mij wist de top 10 van de Nederlandse Top 40 niet te halen.
Eind 1996 kwam Borsato's derde album, De waarheid (6x platina), uit. De bijbehorende singles De waarheid en Wereld zonder jou, een duet met Trijntje Oosterhuis, werden beide grote hits. In hetzelfde jaar speelde hij op Parkpop in Den Haag.
In 1998 won Borsato de Popprijs en kwam zijn vierde album, De bestemming (5x platina), uit. Hiervan bereikte de single De bestemming (een cover van The Destiny) de nummer 1-positie in de Top 40. De tweede single van het album werd Het water, dat samen met de B-kant De speeltuin op nummer 10 in de Top 40 terecht kwam.
In 2000 kwam zijn vijfde album, Luid en duidelijk (5x platina), uit. De eerste single Binnen stond drie weken op nummer 1 in de Top 40. De tweede single Wat is mijn hart deed het een stuk minder en kwam niet hoger dan nummer 16.
2002: Onderweg
Na een periode van relatieve afwezigheid stond Borsato begin 2002 weer in de schijnwerpers. Ter gelegenheid van het huwelijk van Prins Willem-Alexander en Máxima Zorreguieta bracht Borsato samen met Sita de single Lopen op het water (een cover van This Mystery van Troy Verges & Hillary Lindsey) uit. Op 1 februari 2002 brachten Borsato en Sita het nummer live ten gehore in de Amsterdam ArenA. De single stond vier weken op de eerste plaats.
In maart 2002 bracht Borsato het verzamelalbum Onderweg uit. Later dat jaar volgde de single Zij, de single is tot nu toe de laatste single van Borsato geweest die in de Nederlandse Top 40 niet op nummer 1 kwam. Het nummer bleef steken op nummer 11.
2004: Zien
Op 24 januari 2004 belandde zijn nummer Afscheid nemen bestaat niet op nummer 1 in de Single Top 100. Een paar weken later steeg het nummer Voorbij, een duet met zangeres Do, naar de eerste plaats. Op 18 maart 2004 kwam zijn zesde album, Zien (4x platina) uit, hoewel alleen in DVD-formaat.
2004-2007: Diverse duetten
In juni 2004 gaf Borsato zes uitverkochte concerten in De Kuip. Met rapperAli B, één van de gastartiesten, zong Borsato een bewerkte versie van het lied Nooit meer een morgen. Op 25 september 2004 kwam deze live-versie, getiteld Wat zou je doen, binnen op nummer 1. De opbrengsten van de single gingen naar War Child. Eind 2004 eindigde hij ook op nr. 38 in de verkiezing van De grootste Nederlander.
Op 19 maart 2006 ontving Borsato de Radio 2-zendtijdprijs. Diverse artiesten waren aanwezig en zongen een nummer van Borsato en een van zichzelf. Deze show was live te horen op Radio 2 en een week later te zien op tv.
In mei 2006 begon Borsato met de kaartverkoop van zijn concertreeks Symphonica in Rosso, dat datzelfde jaar tussen 20 oktober en 4 november plaatsvond in het Gelredome in Arnhem. De eerste vier concerten waren al snel uitverkocht. Uiteindelijk werden er tien uitverkochte concerten gegeven.
Met Rood behaalde Borsato in 2006 zijn tiende nummer 1-hit in de Nederlandse hitlijsten. In de Single Top 100 was Rood zijn eerste hit die nieuw binnenkwam op de eerste plaats. Het werd in Nederland de bestverkochte single van 2006. Ook in Vlaanderen had deze single van Borsato veel succes, daar stond het nummer een recordtijd van 46 weken in de hitlijsten.
Later in 2006 nam Borsato een duet op met de Britse zangeres Lucie Silvas, genaamd Everytime I think of you (oorspronkelijk van The Babys). Het betekende zijn elfde nummer 1-hit.
Van 1994 tot 2006 heeft Borsato opgeteld een heel jaar (52 weken) op nummer één gestaan in de Top 40.
Borsato heeft van 1996 tot en met 2006 alle versies van de TMF-awards gewonnen als Beste Zanger Nationaal, waarna de prijs hernoemd werd tot Borsato Award. Ook won hij in 2004 en 2005 de Vlaamse TMF-award voor Beste Zanger Internationaal.
In 2007 bracht Borsato wederom een verzamelalbum uit, Borsato Box. Het bereikte slechts de nummer 7-positie in de Album Top 100.
2008: Wit Licht
Borsato maakt zijn debuut als acteur in de film Wit Licht, die in december 2008 uitkwam. Wit Licht is tevens de naam van een single die op 21 april 2008 verscheen en drie weken op nummer 1 stond, zijn laatste album, dat op vrijdag 19 september2008 verscheen, en zijn reeks concerten in het Gelredome in oktober 2008 en ook nog vele malen ik het sportpaleis in antwerpen. Samen maakt dit een succesvol drieluik.
In september2008 staat de single Stop de tijd op de eerste plaats. Het nummer verdwijnt net als zijn voorganger Wit licht al na negen weken uit de Top 40, ongewoon snel voor een Borsato-nummer. De derde single van het album, Dochters, stijgt in november2008 naar nummer 1 in de Top 40 en betekent zijn veertiende nummer 1-hit.
War Child
Borsato is sinds 1998 ambassadeur van War Child Nederland. Hij steunt War Child met fondsenwervende en promotionele activiteiten en bezoekt projecten. Hij schreef reisverslagen over zijn bezoeken aan onder andere Ingoesjetië, Kosovo,Sierra Leone en Afghanistan.
Voor War Child werd het nummer 'De Speeltuin' geschreven; inmiddels een ode aan de vrede voor kinderen.
Borsato heeft zich op vele manieren ingezet om de situatie van oorlogskinderen en het werk van War Child onder de aandacht te brengen. Zo reisde hij in februari 2004 naar Afghanistan voor opnames van een documentaire. In juni 2004 legde hij tijdens zijn 16 optredens in De Kuip en in het Sportpaleis in Antwerpen de show stil om aandacht te vragen voor War Child. Daarnaast was hij ook een belangrijke kracht achter de organisatie van het Friends for War Child concerten in Ahoy. Samen met Ali B was hij verantwoordelijk voor de hitsingle Wat zou je doen, waarvan de opbrengsten ten goede kwamen aan War Child.
Brown zou geboren zijn in Barnwell in 1933, maar sommige bronnen noemen 1928 als zijn geboortejaar en Pulaski (Tennessee) als zijn geboorteplaats. Hij groeide op in een bordeel, in de crisisjaren '30 in Augusta (Georgia). Op 16-jarige leeftijd werd hij veroordeeld voor een gewapende overval. Na drie jaar werd hij op voorspraak van Bobby Byrd vrijgelaten op voorwaarde dat hij zich niet meer in Augusta zou laten zien en dat hij een baan zou zoeken. Na een korte sportcarrière in boksen en baseball zocht hij zijn heil in de muziek.
Hij was vier keer gehuwd; achtereenvolgens met Deidre Jenkins, Velma Warren (1954 - 1969) en Adrienne Rodriguez. Dit laatste huwelijk hield twaalf jaar stand, tot z'n vrouw in 2002. In dat jaar trouwde James Brown een laatste keer, met Tommie Rae Hynie.
Carrière
Gedurende zijn carrière heeft hij veel muzikanten beïnvloed. In de jaren '60 werd hij door andere artiesten geïmiteerd. Halverwege de jaren '70 verlieten diverse muzikanten zijn band en gingen meer de funkkant op, à la George Clinton. In de late jaren '70 en jaren '80 was Brown een inspiratiebron voor rap, breakdance en hiphop, dj's als Grandmaster Flash gebruikten veelvuldig samples van Browns werk. Met de Egyptische zanger Hakim zong hij 'Leila' (2004).
In december 2004 werd bij Brown prostaatkanker vastgesteld. Hij overleed op 73-jarige leeftijd op eerste kerstdag 2006 om 07:45 uur CET, nadat hij een dag eerder in het ziekenhuis was opgenomen met een longontsteking. De doodsoorzaak was congestief hartfalen veroorzaakt door de longontsteking. In maart 2007 werd bekend dat het lichaam van James Brown bijgezet is in een crypte bij het huis van een van zijn dochters in Columbia (South Carolina).
'Dokter, ik zit eigenlijk met een probleem. Ik praat namelijk veel in mijn slaap,' vertelt de ambtenaar. 'Ach,' zegt de dokter, 'en u slaapt verder goed? Dan is het echt niet zo erg dat u af en toe wat zegt in uw slaap.' 'Dat kan anders soms knap vervelend zijn dokter,' zegt de ambtenaar: 'Gisteren bijvoorbeeld stonden al mijn collega's me hartelijk uit te lachen toen ik wakker schrok!'
Bee Gees was een popgroep rond de tweelingbroers Robin Gibb (22 december1949, zang) en Maurice Gibb (22 december1949 12 januari2003, basgitaar, keyboard en zang) en hun oudere broer Barry Gibb (1 september1946, gitaar en zang). De naam van de groep is - in tegenstelling tot wat velen denken - niet de afkorting "Brothers Gibb". Oorspronkelijk speelden de broers samen als the Rattlesnakes, later werd dat Wee Johnny Hayes & the Bluecats en onder die naam werden ze geïntroduceerd bij radio DJ Bill Gates. Dat gebeurde door Bill Goode, nadat hij hen aan het werk zag op het Brisbane Speedway Circuit. Bill Gates bedacht de naam "Bee Gees" en baseerde zich daarbij op zijn en Goode's initialen: BG.
Biografie
De broers zijn geboren op het eiland Man, maar in 1958 emigreren ze naar Australië. Daar begint hun carrière, en in 1967 keren ze terug naar Engeland, waar ze een groep vormen met Vince Melouney, (gitaar) en Colin Petersen, (drums). In Australië en Nederland hebben ze rond dat moment hun eerste hit met Spicks and specks, in Engeland en elders volgen nummers als New York mining disaster 1941, Massachusetts, Words, World, I've gotta get a message to you en Holiday.
Na het album Odessa (1969) verlaat Robin de groep wegens artistieke meningsverschillen, en scoort een solohit met Saved by the bell. Maurice Gibb trouwt met de Schotse zangeres Lulu. De groep wordt later opgedoekt en opnieuw opgericht. Vanaf het moment dat Jive talkin' in 1975 verrassend een Amerikaanse Nummer-één hit wordt, wordt de draad weer opgepakt en met het uitkomen van de soundtrack van Saturday Night Fever in 1977 is de groep plotseling weer immens populair, en één van de belangrijkste proponenten van de disco geworden.
Na 1981 wordt het stil rond de groep, maar in 1987 maken ze hun derde come-back met het nummer You win again, een Britse nummer-één hit. Een vierde broer, Andy Gibb, eind jaren '70 van de vorige eeuw een populair tieneridool, sterft in 1988, juist toen hij als vierde lid bij de groep zou komen. Op 12 januari2003 sterft Maurice onverwacht aan een darminfarct. Dit is een onderbreking van de bloedtoevoer naar de darmen, een zeldzame aandoening die soms optreedt bij een draaiing van de darmen waarbij het darmkanaal (meestal gedeeltelijk) afgekneld wordt. Hiervoor was Maurice in eerste instantie ook opgenomen in het ziekenhuis. Robin en Barry gaan daarop hun eigen weg met als meest opvallende resultaat een hernieuwde samenwerking tussen Barry en Barbra Streisand, Guilty pleasures in 2005. Ook de samenwerking tussen Robin en Alistair Griffin met het nummer My lover's prayer gaat goed en komt binnen op drie in Engeland. Barry en Robin zeiden dat ze nooit meer muziek zouden maken onder de naam Bee Gees, onder de naam "Brothers Gibb" traden Barry en Robin in februari 2006 voor het eerst sinds de dood van hun broer weer samen op.
Het geluid van de Bee Gees is apart te noemen, vooral opvallend is hun zang met hoge falsetstemmen.
Zitten drie jongens op een schoolplein zegt de één: 'Ik heb de snelste vader van de wereld.' 'Hoezo?' vraagt de ander. 'Nou mijn vader is F 16 piloot' zegt de éérste. Waarop nummer twee antwoord: 'Dan is mijn vader sneller want die is astronaut.' Zegt nummer drie, 'Dan is mijn vader sneller want die is ambtenaar, hij werkt van negen tot vijf maar is om drie uur al thuis.'
Clapton werd geboren als zoon van de zestienjarige Patricia Molly Clapton en de 25-jarige Canadese militair Edward Walter Fryer die in Engeland was gelegerd. Fryer keerde nog voor Clapton's geboorte terug naar zijn echtgenote in Canada. Omdat zijn moeder nog erg jong was, werd Clapton opgevoed door zijn grootmoeder Rose, en haar echtgenoot Jack Clapp, die de stiefvader was van Clapton's moeder. Zijn moeder die doorging voor zijn zuster, trouwde met de Canadese militair Frank McDonald, en volgde haar echtgenoot naar Duitsland en later naar Canada. Onterecht wordt soms gemeld dat Eric de achternaam Clapp heeft, van zijn grootvader. Eric kreeg bij zijn geboorte de achternaam van zijn moeder, Clapton. Uiteraard zorgde dat bij Eric in zijn jeugd voor verwarring. Hem werd aanvankelijk verteld dat zijn moeder zijn zus was.
"Ricky", zoals Clapton door zijn grootouders genoemd werd, was een stil kind met kunstzinnige aanleg en een goed verstand. Op 9-jarige leeftijd ontdekte hij de waarheid omtrent zijn afstamming. Hij trok zich nog meer terug in zichzelf en begon zijn schoolwerk te verwaarlozen. Toen Clapton eind jaren 50 met de opkomende rock 'n roll in aanraking kwam, was hij meteen enthousiast. Voor zijn dertiende verjaardag vroeg en kreeg hij een gitaar. Hij ging op zoek naar de oorsprong van de rock-'n-roll en kwam bij de blues terecht. Op zijn 16e liet hij zich inschrijven bij het Kingston College of Art, maar al na een jaar werd hij weggestuurd.
Toen hij van school af was begon hij te werken in de bouwsector, samen met zijn grootvader. Zijn allereerste muzikale invloeden waren Big Bill Broonzy en Robert Johnson, wiens muziek wel eens werd gedraaid tijdens kinder radioprogramma's. Later leerde hij de muziek van B.B. King en andere electrische gitaristen kennen. Zijn eerste electrische gitaar kochten zijn grootouders op afbetaling. Deze is zichtbaar op foto's van de Roosters. Clapton ruilde hem al in voor een Fender Telecaster voordat de afbetaling voldaan was.
Slowhand
Begin 1963 speelt hij mee in de bluesband The Roosters. Na de opheffing van deze band speelde hij een maand in de groep Casey Jones and The Engineers. In oktober werd hij opgenomen in The Yardbirds, waarvan hij 18 maanden lid zou blijven. Deze band was een bron van goede gitaristen die Clapton opvolgden: Jimmy Page en Jeff Beck. De groep verwierf faam door zijn bluesgetinte rock. en Clapton verwierf de bijnaam waaronder hij nog steeds bekend is: Slowhand. Deze bijnaam kreeg hij omdat hij door zijn stijl van spelen regelmatig snaren brak, en hij deze dan ter plekke verving, terwijl het publiek hem begeleidde met traag handgeklap. De beide platen die hij met de Yardbirds uitbracht hadden veel succes. Desondanks verliet hij de Yardbirds in 1965, omdat hij vond dat de groep te veel de commerciële poptoer opging.
Van april 1965 tot midden 1966 maakte hij deel uit van John Mayall's Bluesbreakers. In deze periode kwam zijn talent definitief tot ontplooiing. Hoogtepunt was de LP Bluesbreakers With Eric Clapton, inmiddels een echte klassieker.
Eind 1966 richtte hij samen met bassist Jack Bruce en drummer Ginger Baker de groep Cream op. Met deze groep vestigde hij definitief zijn reputatie als de nummer één van de rockgitaristen. Door het uitbrengen van drie opeenvolgende sterke LP's, en door energieke en uitgebreide tournees, verwierf Cream een internationale reputatie die amper onderdeed voor die van de Beatles en de Rolling Stones. De optredens van de band kenmerkten zich door veel improvisatie, waarbij alle drie de bandleden hun muzikale talenten ten volle konden uiten. De karakters van de drie leden waren echter zo sterk dat ze voortdurend met elkaar botsten, waardoor de band geen lang leven beschoren was. Maar hoewel de band slechts twee jaar bestond, wordt hij toch beschouwd als een van de voornaamste van die periode.
Een tijd lang trad Clapton samen met George Harrison op als gastmuzikant met Delaney & Bonnie, (ontstaan uit Mad Dogs and Englishmen van Cocker en Russell) die het voorprogramma van de tournee van Blind Faith hadden verzorgd. In de zomer van 1970 leidde dit tot de oprichting van Derek and the Dominos, aanvankelijk met Dave Mason. Zoals later ook vaak het geval was nam hij de beste musici mee. Ook deze band maakte het niet lang: na één LP en een Amerikaanse tournee was het opnieuw over. Dit leverde echter wel de klassieke dubbel LP "Layla and other assorted love songs" en een dubbele live LP "In concert" op. Layla wordt nog steeds gezien als één van de hoogtepunten in de populaire muziek, mede door het feit dat hierin duidelijk de pijn van Clapton is te voelen die hij heeft vanwege de onbeantwoorde liefde voor Pattie Boyd, de vrouw van zijn vriend George Harrison. Door de combinatie daarvan met getalenteerde en gedreven muzikanten ontstond een echte klassieker. Onder andere de inbreng van gitarist Duane Allman bracht het geheel op een hoog niveau.
Ondanks zijn professionele successen ging het Clapton in deze periode privé niet voor de wind. De druk van zijn carrière, zijn (voorlopig) onbeantwoorde gevoelens voor Pattie Boyd en zijn verslaving aan heroïne maakten dat hij van de scène verdween. Na een onderbreking van drie jaar wist hij met de hulp van Pete Townshend (The Who) van zijn verslaving af te komen. Hij had een rol in de verfilming van Townshend's rockoperaTommy, en begon weer platen op te nemen. Zijn stijl had echter een verandering ondergaan; De nadruk lag meer op de songs en minder op de individuele kwaliteiten van de muzikant. Dit werd hem door veel van zijn vroegere fans en sommige critici niet in dank afgenomen. Een belangrijke oorzaak is dat Clapton door een aantal bandleden uit het Amerikaanse Tulsa in aanraking kwam met muziek van J.J.Cale, die vanaf dat moment een enorme invloed zou hebben op de sound en repertoire van Clapton. Clapton was geraakt door de ingetogenheid van Cale en zijn composities.
Aan het einde van de zeventiger jaren kreeg hij opnieuw te maken met een verslaving, ditmaal aan alcohol, waardoor hij in 1981 zelfs in het ziekenhuis belandde. Ondertussen was hij in 1978 ook gehuwd met Pattie Boyd, die inmiddels van Harrison was gescheiden.
De jaren '80
Gedurende de jaren tachtig bleef hij met groot succes albums uitbrengen, alhoewel hij nooit meer de immense populariteit bereikte van de jaren zestig en zeventig. In 1985 treedt hij op tijdens Live Aid, in Philadelphia. Zijn optreden vormt één van de hoogtepunten van het Amerikaanse gedeelte van Live Aid. In 1988 speelt hij mee met Dire Straits tijdens het Nelson Mandela 70th Birthday Tribute Concert. Tevens laat Clapton zich in de jaren '80, samen met vele andere artiesten, vaak zien tijdens concerten voor The Prince's Trust, een stichting van de Britse prins Charles. In 1987 werd hij lid van de Anonieme Alcoholisten, en sindsdien lijkt zijn alcoholverslaving onder controle. Tijdens de opnamen van het album Behind the sun in 1985 leerde hij Yvonne Khan Kelly kennen, met wie hij een verhouding én een kind kreeg: zijn oudste dochter Ruth (1985). Clapton verliet Pattie Boyd, en in 1988 scheidden zij. De verhouding met Kelly duurde echter niet lang, en Clapton had een losse relatie met Italiaans model Lori Del Santo. Uit deze verhouding werd in 1986 een zoon, Conor geboren.
De jaren '90
Begin jaren '90 beleefde Clapton weer een aantal persoonlijke drama's. Bij een helikopterongeval, eind 1990, kwamen een goede vriend en een aantal crewmembers om het leven: gitarist Stevie Ray Vaughan, zijn Amerikaanse manager Bobby Brooks, assistent-tourmanager Colin Smythe en bodyguard Nigel Browne. Clapton zelf zat in een andere helikopter. Vaughan en Clapton hadden opgetreden in East Troy in Wisconsin, VS. Op 20 maart1991 viel zijn vierjarig zoontje Conor uit een raam op de 53'ste verdieping van een wolkenkrabber, waar hij samen met zijn moeder woonde, in Manhattan, New York. Clapton drukte zijn verdriet hierover uit in het nummer "Tears in Heaven" waarmee hij in 1992 een Grammy-award won.
Met de verschijning van het album "From the Cradle" in 1994 boorde Clapton weer zijn oude bronnen aan en de traditionele blues gingen weer een prominentere rol spelen in zijn muziek (zie The blues (1999), Riding with the King (2000)...).
In 1997 richtte hij op het eiland Antigua het Crossroads Centre op, een internationaal afkickcentrum voor alcohol-, drug- en andere verslavingen.
Recent
In januari 2002 trouwde hij met Melia McEneryin in dezelfde kerk waar hij elf jaar geleden afscheid heeft genomen van zijn zoon. Het echtpaar kreeg drie dochters: Julie Rose (2001), Ella Mae (2003) en Sophie (2005). In 2004 verleende Clapton zijn medewerking aan de nieuwe CD van zijn oude vriend Rod Stewart, genaamd Stardust. In 2005 kwam Eric Clapton met nieuw werk naar buiten op het album Back Home. In het begin van 2006 is Clapton begonnen met een wereldtournee. Op 3 november 2006 kwam een duetalbum van Eric Clapton & J.J. Cale uit genaamd The Road to Escondido met medewerking van o.a. Billy Preston (RIP), Doyle Bramhall II, Albert Lee, Nathan East, Derek Trucks en de vertrouwde band van J.J. Cale. Op 28 juli 2007 werd voor de tweede keer het Crossroads Guitar Festival gehouden in Chicago voor Clapton's Crossroads Antigua Foundation. Vele artiesten verleenden belangeloos medewerking zoals; Eric Clapton (organisator), BB King, John Mayall, Albert Lee, Jeff Beck, Sheryl Crow en Buddy Guy. In september 2007 komt het album Complete Clapton uit met 36 hits uit zijn gehele carrière van 1968 tot 2006 plus een boek over zijn leven onder dezelfde titel.
Robert Nesta (Bob) Marley (Nine Miles, 6 februari1945 Miami, 11 mei1981) was een Jamaicaansreggae-artiest. Hij was een van de belangrijkste verantwoordelijken voor de doorbraak van reggae buiten Jamaica en gold tevens als belangrijk voorvechter van het rastageloof.
Om twee minuten voor half drie 's nachts werd, in Jamaica te Nine Miles in de provincie Saint Ann, Robert Nesta Marley geboren. Zijn moeder, het 18-jarige donkere tienermeisje Cedella Malcolm, was van Afrikaanse afkomst; zijn vader, de 50-jarige blanke Captain Norval Marley, had Engelse ouders. Norval was supervisor voor de Britse koloniale macht op het gebied van landbouw. Vrijwel direct na de geboorte van Bob verhuisde hij naar Kingston. Bob zou hem later slechts sporadisch zien. Hij overleed toen Bob tien was. Volgens Bobs moeder had Bob Marley zijn zachtaardige karakter en geringe lichaamslengte geërfd van zijn vader.
Bob praatte veel over muziek met Clarence Malcolm (een familielid), een voormalige gitarist. Op zijn tiende, terwijl hij nog op een armoedig schooltje zat, verdiende Bob een pond met zingen op straat. Zijn gitaar maakte hij van afval. Hij had veel vrienden en was een mooie, aardige jongen. Zijn beste vakken waren Wiskunde en Frans, maar hij ging liever voetballen.
The Wailers
In 1962, het jaar dat Jamaica onafhankelijk werd, nam Bob Marley solo zijn eerste single op Judge Not. Later dat jaar volgden nog twee andere nummers, echter zonder succes. Na al een tijdje met Bunny Livingston te hebben opgetrokken, besloten de twee om samen met Peter Tosh, een andere jongen uit de buurt een groep op te richten. Ze noemden zichzelf de Wailing Rudeboys, later werd dit The Wailing Wailers. Weer later werd dit veranderd in The Wailers. Hun eerste opname was Simmer Down (1964) voor het Studio One label van Clement "Coxsone" Dodd, één van de meest succesvolle producers van dat moment. Het nummer werd al snel een succes en vanaf dat moment waren The Wailers niet langer weg te slaan uit de Jamaicaanse hitlijsten. Deze eerste Wailers songs waren gebaseerd op de populaire dansmuziek ska. De relatie tussen de Wailers en hun producer verslechterde echter na enkele jaren. Niet alleen bleven de rechten voor de nummers in handen van Clement Dodd, ook betaalde hij hun slechts een fractie van datgene hij verdiende aan de hits. Ontevreden over deze situatie besloten de Wailers in 1967 om een eigen muzieklabel op te richten.
Bob Marley trouwde op 10 februari1966 met Rita Anderson; een jaar later werd hun eerste kind geboren. Onder invloed van Rita kreeg Marley belangstelling voor de Rastafari-beweging. Hij zou later uitgroeien tot een van de bekendste uitdragers van dat geloof.
Er werden toen in Jamaica een aantal albums uitgebracht, echter zonder succes. Enkele hiervan waren Soul Rebel en Soul Revulotion Part I/II.
1972 was een goed jaar voor de Wailers. Tijdens een verblijf in Londen ontmoetten ze Chris Blackwell, eigenaar van Island Records. Hij had al enkele nummers van de Wailers gehoord en was ook onder de indruk van hun stoutmoedige en zelfverzekerde houding. Hij besloot het erop te wagen en bood hen een contract en een bedrag van 8000 pond aan om een album op te nemen. Het was voor het eerst in de geschiedenis dat een gerenommeerd label een platencontract aan een reggaeband gaf. Ze keerden terug naar Jamaica en gingen onmiddellijk aan de slag in de studio. Het eerste album Catch a Fire was geen groot succes. Er waren in een jaar maar 14.000 exemplaren verkocht. Voordien verscheen reggae alleen op singles of goedkope compilatiealbums en werd buiten Jamaica meestal als een vorm van novelty-muziek beschouwd.
In oktober1973 werd het album Burnin' uitgebracht. Dit album bevatte de hitsingle I Shot The Sherriff (een jaar later scoorde Eric Clapton er een internationale hit mee) en het bekende protestlied Get Up, Stand Up. Het album was een groter succes dan Catch A Fire.
Bob Marley richte ook zijn eigen label Tuff Gong op. Zijn albums werden voortaan uitgebracht onder het label Island/Tuff Gong.
In 1973 verlieten zowel Peter Tosh als Bunny Livingston de groep om een solocarrière uit te bouwen.
Internationaal succes
In 1974 gaf Marley de groep een nieuwe 'look'. Doordat de vocale ondersteuning van Peter en Bunny wegviel, besloot Bob om zangeressen Rita Marley, Marcia Griffiths en Judy Mowatt (samen de I-Threes) in de band op te nemen. Bovendien werd de naam veranderd naar Bob Marley and the Wailers. Het eerste album dat in de nieuwe bezetting werd opgenomen, was het alom geprezen Natty Dread. Het nummer No Woman, No Cry uit dit album zou hun eerste internationale hitsingle worden. Met nieuwe energie en een opeenvolging van internationale tours tilde Bob de reggaestijl naar internationaal niveau. In 1976 was er een heuse reggae-mania in de Verenigde Staten en Bob Marley & The Wailers werden door Rolling Stone Magazine uitgeroepen tot "band van het jaar".
In december 1976 werd een aanslag gepleegd op Marley en zijn familie. Schutters slopen het huis binnen en losten meerdere schoten op Bob. Hij werd wel geraakt in zijn buik en arm, maar was niet in levensgevaar. Hoewel hij volgens sommigen wist wie de daders waren heeft hij de politie niet ingelicht, omdat dit volgens hem niets zou oplossen. De precieze omstandigheden rond deze aanslag blijven tot op vandaag onbekend, maar er wordt aangenomen dat het om een politiek geïnspireerde aanval ging. Door deel te nemen aan het Smile Jamaica concert, georganiseerd door de toenmalige eerste minister enkele dagen later, vonden bepaalde groeperingen dat Bob duidelijk een kant had gekozen.
Ondanks de aanslag en de opgelopen verwondingen besloot Bob toch deel te nemen aan het concert. Hij wilde de mensen laten zien dat 'politricks' hem niet konden tegenhouden. Echter voor zichzelf had hij besloten dat het beter zou zijn om Jamaica voor een tijdje te verlaten. Vrijwel onmiddellijk na het optreden nam hij het vliegtuig richting Londen. Tijdens hun verblijf in Londen namen Bob en de Wailers de nummers op die op beide albums Exodus en Kaya kwamen. Enkele van deze nummers verwijzen duidelijk naar de moordaanslag.
Het album Exodus werd opnieuw een internationaal succes met de hitsingles Jamming, Waiting In Vain, One Love/People Get Ready en Three Little Birds.
Na bijna 16 maanden in het buitenland te hebben verbleven, trad Bob in april 1978 voor het eerst terug op in Jamaica op het One Love Peace Concert. Het was een concert om de wapenstilstand tussen de twee belangrijkste politieke groeperingen in Jamaica te onderstrepen. Vlak voor het einde van zijn optreden vroeg hij de politieke leiders, die beiden uitgenodigd waren, op het toneel te komen. Daar liet hij de twee aartsvijanden elkaar de hand schudden met de boodschap: One Love. Later dat jaar kreeg Bob "the Peace Medal of the Third World" van de Verenigde Naties.
Een andere gebeurtenis waaraan door de rasta's een groot symbolisch belang werd gehecht was in 1977, toen Bob de ring werd overhandigd die afkomstig was van de Ethiopische keizerHaile Selassie, die in 1975 was gestorven.
In het najaar van 1978 begon Bob aan een droomproject van hem te werken: een eigen opnamestudio. De studio werd gebouwd op de benedenverdieping van zijn huis in 56 Hope Road in Kingston. De studio werd Tuff Gong Studio genoemd, naar Bob's bijnaam toen hij in Trenchtown leefde. Toen de studio afgewerkt was, begonnen ze vrijwel onmiddellijk met de opnames voor hun volgende plaat, Survival. Om dit album te promoten volgde in 1979 een uitgebreide tour door de VS. Survival was niet zo'n succes als Exodus, maar bevatte wel de kleine hit Africa Unite.
Het einde
In 1977 kreeg Bob Marley last van een wondje aan zijn grote teen. Hij nam aanvankelijk aan dat het een voetbalblessure was maar toen de wond niet genas werd de diagnose melanoom (huidkanker) onder zijn nagel gesteld. Hij wilde de teen niet laten amputeren omdat dat in strijd met zijn geloofsovertuiging was. De kanker sloeg vervolgens over naar zijn maag, zijn longen en zijn hersenen. In 1980 stortte hij tijdens het joggen in ten gevolge van een hersentumor. Volgens dokters had hij niet langer dan drie weken meer te leven. Toch stond Bob erop verder te reizen voor zijn volgende concert. Hij gaf zijn allerlaatste concert op 23 september in Pittsburgh, VS. Hierna werd hij te ziek om nog verder op te treden. Hij ging voor behandeling naar Duitsland, waar ook longkanker en maagkanker werden geconstateerd. Hij besloot terug te vliegen naar Jamaica om daar te sterven, maar kwam niet verder dan Miami waar hij op 11 mei1981 overleed. Zijn lichaam werd bijgezet in een mausoleum in zijn geboortedorp.
In 1980 was nog wel het enorme succes Uprising uitgebracht, met de hits Could You Be Loved en Redemption Song. In 1983 werd er nog een studio album uitgebracht dat nog niet helemaal af was voor Bob's dood, maar het werd aangevuld met nummers die ze nog hadden liggen; Confrontation. Marley had over de hele wereld een hit met het nummer Buffalo Soldier. In 1984 werd het compilatiealbum Legend uitgebracht, dat al zijn hits bevat.
Kinderen
Een aantal van Marley's kinderen werd ook reggae-zanger. Ziggy Marley is hiervan waarschijnlijk het bekendste, met hits als Love Is My Religion. Ook Damian Marley had een aantal hits, waarvan de bekendste Welcome To Jamrock is. De groep Ziggy Marley & The Melody Makers (actief van 1986 tot 2000) bestaat ook uit kinderen van Marley.
Bob Marleys zoon Stephen heeft in 2007 zijn debuutalbum Mind Control uitgebracht. Ook Ky-Mani Marley en Julian Marley zitten in de muziek, maar zij hebben tot nu toe nog geen succes gehad met hun albums.
Hij heeft 12 kinderen; drie met zijn vrouw Rita, twee geadopteerd van Rita's vorige huwelijk, en de overige zeven bij verschillende vrouwen.
Ik ben Rudy, en gebruik soms ook wel de schuilnaam Rud.
Ik ben een man en woon in Wetteren () en mijn beroep is gepensioneerd.
Ik ben geboren op 13/07/1952 en ben nu dus 72 jaar jong.
Mijn hobby's zijn: Humor en mooie meiden..... .