satelliet
Beoordeel dit blog
  Zeer goed
  Goed
  Voldoende
  Nog wat bijwerken
  Nog veel werk aan
 
Inhoud blog
  • Woordenboek
  • technische achtergrond satelliet
  • schotel
  • providers
  • satelliet nieuwtjes
    Zoeken in blog

    03-12-2006
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.technische achtergrond satelliet
    Bluetooth Bluetooth is een industriestandaard voor draadloze technologie Bluetooth is vrij nieuwe techniek waarmee allerlei apparaten op korte afstand draadloos met elkaar kunnen communiceren. De Bluetooth chip is snel en de radiosignalen worden niet gestoord door voorwerpen die tussen de apparaten in staan, dit is bij infrarood wel zo. Bluetooth maakt kabeltjes voor stereo apparatuur en computers overbodig, maar is ook geschikt voor mobiele telefoons. Deze kunnen via Bluetooth met een computer communiceren of draadloos verbinding maken met een headset Bluetooth wordt ondersteund door product- en toepassingsontwikkeling in een groot aantal marktsegmenten, inclusief softwareontwikkelaars, siliciumleveranciers, ontwikkelaars van handheld-apparaten, en fabrikanten van randapparatuur en camera's, mobiele pc's, consumentenelektronica, auto's, en test- en meetapparatuur. Bedrijven die de Bluetooth technologie nu al in hun producten integreren en het gebruik ervan in de hele technologiewereld promoten zijn oa; 3Com, Agere, Ericsson, IBM, Intel, Motorola, Microsoft, Nokia en Toshiba, en nog honderden meer. Wat kan Bluetooth voor u doen? Met Bluetooth kunnen uw mobiele telefoon, PDA en pc allemaal hetzelfde adresboek, schema, en dezelfde takenlijst delen en zonder snoeren gesynchroniseerd blijven. Uw toetsenbord en muis kunnen tot op 10 meter afstand van uw computer werken. U kunt een handsfree headset met uw mobiele telefoon gebruiken zonder dat er hinderlijke snoeren aan uw oor hangen. U kunt een document naar een Bluetooth printer in de volgende kamer verzenden. En dat is nog maar het begin. Bluetooth wordt door leidende technologiebedrijven geïmplementeerd, zodat het aantal Bluetooth-apparaten zal blijven groeien en u zelfs nog meer kunt doen. Voor satelliet toepassing gaan zeker toestellen op de markt verschijnen zoals een master kaartlezer voor alle tv toestellen die een satelliet decoder hebben. Of een smartcard lezer waarin bv 10 smartcards passen, aangezien het aantal diensten tegen betaling in de toekomst zeker uitgebreid gaat worden. Coax kabel De coaxkabel vormt de schakel tussen schotel en ontvanger. Een optimale kabelkwaliteit is dan ook van vitaal belang. Bij een juiste installatie zorgt een kabel van goede kwaliteit dat het sterke signaal - verkregen door nauwkeurige uitrichting van de schotel - de ontvanger met het minst mogelijke kwaliteitsverlies bereikt. Een kabel van mindere kwaliteit heeft in de regel onvoldoende om te kunnen voorkomen dat signalen weglekken en storing veroorzaken bij een ander signaal. Bovendien kunnen ongewenste externe signalen binnendringen, die storing veroorzaken op de kanalen die u wenst te ontvangen. De bedrading van een installatie valt veel minder op als de kleur van de kabel overeenkomt met die van het gebouw. Maar ongeacht de kleur, is het zeer belangrijk dat de kabel bestand is tegen ultraviolet licht en geschikt is voor gebruik buitenshuis. Kabelsoorten die niet bestand zijn tegen UV-straling, worden erg snel poreus, en kunnen zelfs afbrokkelen, als ze worden blootgesteld aan zonlicht. De kabelgeleiding is van belang Een gebogen kabel, met maximale buiging aansluiting. Een knik in de kabel is uit den boze: op zo'n punt kan dat de ommanteling beschadigen, en dat kan weer storing veroorzaken. Wanneer de maximale buiging van coaxkabels niet bekend is, kan als vuistregel worden gehanteerd: niet meer buiging dan tien keer de kabeldiameter. De kabel moet stevig aan de schotel worden bevestigd, met kabelbundelbandjes (Ty-raps) of isolatietape. Het is daarbij van belang dat de Ty-raps of de tape - welke van de twee ook worden gebruikt - UV-bestendig zijn zodat ze op den duur niet verweren. Ty-raps en kabelklemmen mogen niet te strak zitten. Als de kabel te strak wordt 'opgesloten', kan storing optreden, waardoor de ontvangst van de signalen slechter wordt of zelfs helemaal wegvalt. Het best gebruik je verzilverde draad daar hoogfrequent enkel geleid op de buitenschil van de draad, in dit geval zilver en die heeft minder weerstand. Zorg dat je coax kabel een dubbele afscherming heeft. Connectors Bij het aanbrengen van F-connectors op de coaxkabel, mogen de draden van de kabelomvlechting beslist niet in verbinding komen met de kern van de kabel. Dat zou kortsluiting veroorzaken. De F-connector moet de juiste maat hebben voor de kabel, en wordt doorgaans op de kabel geschroefd, of met een krimptang aangebracht. Let op: geen draden van de afscherming bij de kern, in verband met impedantieverlies. Breekt je kabel geregeld af bij het strippen gebruik dan een aansteker om de isolatie te verwarmene tot deze doorzichtig word en dan met een tangetje de plastiek wegduwen, LET OP is heet. Weersbestendigheid De oorzaak van maar liefst negentig procent van de reparaties aan satellietontvangstsystemen is: Vocht in de kabel, in de F-connector of in de LNB. Het tegengaan van binnendringend water is dus opdracht nummer één voor de installateur die klachten wii voorkomen. Corrosie van de kern zal resulteren in storingen in de stroomvoorziening van de LNB. Kies daarom Coaxkabel met een galvanische corrosiebehandeling, bijvoorbeeld nikkel. Water in de kabel kan de signaalontvangst ernstig verstoren. Vooral de verbindingen van de kabel met de F-connectors zijn kwetsbaar en moeten daarom goed worden beschermd. Een van de snelste en goedkoopste manieren om de F-connector van de LNB weerbestendig te maken, is het gebruik van zelf-amalgamerende vulkaniserende tape, als er geen bijbehorende afschermtule is bijgeleverd. Deze tape werkt het beste als de rol warm en droog in een broekzak wordt bewaard. Houd een stuk van vier centimeter tegen de connector, terwijl de rest over de halve breedte gespannen wordt gehouden. Trek dit stuk tape strak en wikkel het in dezelfde richting waarmee de F-connector is aangedraaid. Zorg dat de hele verbinding omwikkeld is met tape, vanaf het blootliggende schroefdraad op de LNB tot twee centimeter daaronder over de kabel. Zo werkt de beschermende tape het best en zal deze lang blijven zitten. Speciale plastic huizen (zie afbeelding), die gevuld zijn met een niet hardende gel en die om de connector en de kabel geklemd worden, zijn ook goed geschikt. Deze dienen wel volgens de voorschriften van de fabrikant te worden aangebracht. Om te voorkomen dat regenwater bij het aansluitpunt naar binnen loopt, moet vlak voordat de kabel de muur ingaat, een lus in de kabel worden gemaakt. Het gat in de muur kan worden gedicht met mastiek, zodat het nog beter beschermd wordt tegen binnenkomend water. Kabelingangspunt Gaten in de muur moeten van binnen naar buiten worden geboord om te voorkomen dat de pleisterlaag op de binnenmuur te veel beschadigd raakt. Door de gaten iets schuin naar beneden te boren, ontstaat extra bescherming tegen binnendringend water. Component Video Wat is component video ? Component Video is de beste analoge aansluiting. Steeds vaker ziet men dat de nieuwste generaties LCD/Plasma TV’s en DVD-spelers zijn uitgevoerd met zogenaamde component video in- en uitgangen. Toch wordt deze aansluiting niet vaak gebruikt terwijl er een behoorlijke winst in de beeldkwaliteit zit. Component video vindt zijn oorsprong in de professionele studiowereld. Maar ook de beeldinformatie op een DVD-schijf wordt in component video weggeschreven. Om een DVD via een SCART aansluiting af te spelen op een TV scherm, wordt het semi-RGB signaal teruggerekend. Bij het terugrekenen van dit gecomprimeerde signaal heeft men altijd te maken met verliezen. Voor het beste resultaat kan men dus beter de component video aansluiting gebruiken, welke wordt aangeduid met: Y/Cb/Cr, Y/Pb/Pr of YUV DVI en HDMI De twee nieuwe standaarden - die voorlopig nog niet het einde van de Scart-aansluiting betekenen - duiken steeds meer op als aanvulling in nieuwe, duurdere toestellen. DVI of Digital Video Interface is een 24-pins connectie die bestaat in twee varianten: DVI-D en DVI-I. De D staat voor enkel digitaal, terwijl de I zowel digitale als analoge ontvangst ondersteunt. Het tweede type interface HDMI geniet nu al de aandacht van meer dan 200 fabrikanten wereldwijd, en is vergelijkbaar met usb. De connectie bestaat uit 19 pinnen en is slechts 21 mm breed. Geen kwaliteitsverlies Alle audio- en videosignalen worden via HDMI getransporteerd, zonder dat ze aan kwalititeit hoeven in te boeten. Maar liefst acht audiokanalen kunnen doorgestuurd worden, en de bandbreedte voor video biedt plaats genoeg voor het transport van 1080 lijnen. De bedrading tussen DVI en HDMI is compatibel, al moeten daarvoor wel een fysieke adapter gebruikt worden. HDMI kan alle DVI-signalen overdragen, maar omgekeerd kan DVI enkel de videosignalen van HDMI overdragen. Minder bedrading Een tweede groot voordeel, naast het behoud van de kwaliteit, is het verminderd aantal kabels. Wanneer je nu een dvd-speler, -recorder, settopbox en digitale televisie met elkaar verbindt, heb je soms wel tot tien verschillende draden liggen. Dat aantal kan nu drastisch teruggebracht worden. Beveiligd beeldmateriaal HDMI maakt overigens gebruik van een effectieve anti-kopieerbeveiliging, HDCP of High-Bandwidth Digital Content Protection. Dit werd ingevoerd om bijvoorbeeld hoge-definitie televisie te beveiligen tegen inbreuken op het auteursrecht. Een televisie-opstelling zal enkel het gedecodeerde beeldmateriaal kunnen afspelen wanneer de daarmee in verband houdende rechten zijn betaald. Wat is DVI? DVI staat voor (D)igital (V)ideo (I)nterface. DVI is a new form of video interface technology made to maximize the quality of flat panel LCD monitors and high-end video graphics cards. It is a replacement for the P&D Plug & Display standard, and a step up from the digital-only DFP format for older flat panels. DVI is becoming increasingly popular with video card manufacturers, and most cards purchased include both a VGA and a DVI output port. Wat zijn the DVI uitvoeringen? Er zijn drie verschillende DVI connectoren: 1. DVI-D (Digitaal) 2. DVI-A (Analoog) 3. DVI-I (Integrated Digitaal/Analoog) DVI-D - True Digital Video DVI-D format is used for direct digital connections between source video (namely, video cards) and digital LCD (or rare CRT) monitors. This provides a faster, higher-quality image than with analog, due to the nature of the digital format. All video cards initially produce a digital video signal, which is converted into analog at the VGA output. The analog signal travels to the monitor and is re-converted back into a digital signal. DVI-D eliminates the analog conversion process and improves the connection between source and display. DVI-A - High-Res Analoog DVI-A format is used to carry a DVI signal to an analog display, such as a CRT monitor or an HDTV. Although some signal quality is lost from the digital to nalog conversion, it still transmits a higher quality picture than standard VGA. DVI-I - The Best of Both Worlds DVI-I format is an integrated cable which is capable of transmitting either a digital-to-digital signal or an analog-to-analog signal, but it will not work transmitting a digital-to-analog or analog-to-digital signal. Like any other format, DVI digital and analog formats are non-interchangeable. This means that a DVI-D cable will not work on an analog system, nor a DVI-A on a digital system. Make sure that you know what format each part of your equipment is before you purchase any DVI cables. Only equipment with a DVI port labeled 'DVI-I' will accept both a DVI-D and DVI-A source signal. What are single and dual links? The DVI-D and DVI-I formats are available in either Single or Dual link connectors. These cables send information using a format called TMDS (transition minimized differential signaling). Single link cables use one TMDS 165Mhz transmitter, while dual links use two. The dual link effectively doubles the power of transmission and provides an increase of speed and signal quality; i.e. a single link 60-Hz LCD can display a resolution of 1920 x 1080, while a dual link can display a resolution of 2048 x 1536. Gecodeerde stations Iedereen die zich een satelliet ontvanger aanschaft heeft maar één doel voor ogen Tv kijken via satelliet naar Kanaal digitaal en Tv Vlaanderen. Tot men tot de ontdekking komt dat men deze zenders helemaal niet kan bekijken. Ze staan op zwart of anders gezegd het signaal is versleuteld en alleen open te krijgen met een officiële smartcard. Men moet een smartcard te kopen van de betreffende provider om de zenders te kunnen bekijken. In Europa zijn er tal van providers zoals Kanaal digitaal, Tv Vlaanderen, D+, Premiere, BSkyB, Polsat, TV Cabo enz… Van elke provider een smartcard + bijbehorend abonnement nemen kan op zich al aardig wat Euro’s kosten, want die abonnementen zijn prijzig. Daarom dat sommige mensen zich aan het werk hebben gezet om deze gecodeerde zenders trachten te bekijken zonder smartcard of abonnement. Vergelijk het met de computer krakers die programma’s openen zonder dat ervoor betaald word. Op de markt bestaan er tal van satelliet decoders De een al wat duurder dan de andere en dat heeft zo zijn redenen. De FTA decoders, deze kunnen alleen Free To Air zenders ontvangen De FTA decoders met ingebouwde Smartcard lezer, degene die ze bij Kanaal digitaal en Tv Vlaanderen gebruiken, hier moet een smartcard in of het toestel werkt niet. De FTA decoders met CI gleuven , waarin een Cam Interface past Deze cam’s worden in de decoder geschoven en kunnen op hun beurt een smartcard lezen. Cams kunnen nog meer, straks gaan we daar over hebben. Een gecodeerd tv signaal kan door elke satelliet decoder verwerkt worden, het enige wat ontbreekt is de software of de informatie hoe dit dient te gebeuren. Op een smart kaart staat al deze informatie, een smartcard heeft een microprocessor aan boord, die leest en kan beschreven worden. Deze informatie bestaat uit een aantal sleutels, waarmee de decoder werkt. Deze sleutels of keys veranderen geregeld, zodanig dat iemand met een oude smartcard niet oneindig kan blijven zien. Wie een smartcard + abonnement heeft krijgt deze keys automatisch geüpdate via zijn decoder, net zolang tot men een abonnement geldig is, men namelijk ook de kaart afzetten. Nu bestaan er tal van manieren om de informatie die normaal op een smartcard staat toch naar uw decoder te brengen. Men gaat deze keys namaken en zelf invoeren , nadeel is dat het geregeld moet aangepast worden, maar dat nemen we er graag bij. Hoe gaat dit in zijn werk 1. De EMU, dat is de originele besturing software van de decoder die is aangepast aan de gecodeerde zenders, deze EMU moet dan overgezet worden naar de satelliet decoder en vervangt de originele software, dit is niet zonder risico 2. Gebruik maken van een beschrijfbare kaart zoals opos , waar de informatie op een blanco kaart geschreven word, deze kaart vervangt dan de smartcard Hiervoor is een cardwriter nodig. 3. Een cam programmeren, want cams doen net hetzelfde als een kaart alleen kunnen ze meer opslaan. 4. Cardsharing, is uitsluitend voor Dreambox decoders, via het internet word een dreambox met werkende smartcard van bv canal x aangesloten op internet met een eigen ip adres. 100 km verder staat een andere dreambox met een internet aansluiting en die gaat zijn informatie via internet uit de andere dreambox halen. In de 2de dreambox kan bv een kaart van Tv xx zitten. Men bouwt een klein netwerk op, waarbij er gecommuniceerd word tussen de aangesloten dreamboxen. Dreamboxen werken onder Linux en niet onder windows. Is nu iedere provider te kraken ? Helemaal niet . Er bestaan een aantal systemen van versleuteling zoals: Biss Conax Nagra Nagra 2 Seca Seca 2 Viaccess Viaccess 2 AES Cryptoworks NDS/Videoguard keys Er zijn op het internet een heleboel sites waar men de keys van een provider per systeem kan afhalen, een goed voorbeeld is de roemeense site http://www.rdi-files.com/ Satelliet/GSO Geschikt voor Satelliet Ontvangst GSO techniek Mensen willen vrij zijn om te kiezen. Ook als het gaat om de ontvangst van televisie- en radioprogramma's. Daarom is het van belang dat huizen en gebouwen Gereed zijn voor Satelliet Ontvangst (GSO). Bij de installatie van een GSO-systeem in een renovatiepand, is de aanpassing van het bestaande coaxkabelsysteem doorgaans voldoende. Let wel: aanpassen van bestaande distributiesystemen is alleen mogelijk wanneer de buizen groot genoeg zijn om de coaxkabel te vervangen en indien noodzakelijk nieuwe kabels te leggen. Bij nieuwbouw kost het 'meenemen' van GSO bij de aanleg van kabelgoten en buizen overigens niet veel meer dan de materiaalkosten. Deze tekst geeft u inzicht in de belangrijkste technische aspecten van GSO-installaties. Het GSO-concept: slechts één schotel voor meerdere aansluitpunten voor satellietontvanger en/of pc. Desgewenst kan het kabel- of aardse signaal worden geïntegreerd. De LNB Om de volledige frequentieband van het ASTRA Satellietsysteem (10,70 - 12,75 GHz) in een GSO-netwerk te kunnen ontvangen, is een Universele Quatro LNB nodig. Deze heeft vier uitgangen, waarmee tegelijkertijd zowel beide polarisaties als frequentiebanden worden doorgegeven. De Quatro LNB geeft de satellietsignalen vervolgens door via (gecascadeerde) multischakelaars, verbonden via een vierkabelige backbone. De antenne Om de beschikbaarheid van de satellietsignalen te verhogen en ter compensatie van ruis die ontstaat in de versterkers van de multischakelaars, beveelt ASTRA aan een wat grotere schotel te gebruiken dan normaal is voor DTH-ontvangst. De multischakelaar Er worden multischakelaars aangeboden met verschillende features. De keuze voor een bepaald type hangt af van het aantal te verdelen kanalen én het aantal gewenste aansluitingen op het GSO-netwerk. De verschillende features zijn: - Vier of acht satelliet-ingangen; - De mogelijkheid om aardse televisie (bijvoorbeeld regionale of lokale tv) of kabeltelevisie via de vier (of acht) kabels te verdelen; - Een extra (vijfde of negende) ingang en uitgang voor verdeling van aardse televisie of kabeltelevisie; - Met of zonder voedingsgedeelte; - Met of zonder versterking (actief of passief); - Zogenoemde stand-alone multischakelaars of multischakelaars geschikt voor cascadering; - Verschillende aantallen uitgangen: vier, zes of acht. Sommige multischakelaarsystemen bestaan uit een basisunit met een versterker, waar de sterkte van de binnenkomende signalen op één gelijk niveau kan worden gebracht. De grote keuze aan multischakelaars in verschillende uitvoeringen maakt het mogelijk om met deze verdeeltechniek vier tot vierhonderd aansluitingen te verzorgen. Een zorgvuldige planning en berekening van grotere verdeelsystemen is uiteraard vanzelfsprekend. Voordelen van een multischakelaar distributiesysteem De huidige en toekomstige beschikbare programma's en diensten van satellietsystemen kunnen worden doorgegeven door een vierkabelig multischakelaar distributiesysteem. Door gebruik te maken van de 14/18V en 22kHz switching criteria, kan de consument kiezen uit beide polarisaties en banden uit een totaal van 4800 MHz bandwijdte. Ook bestaat de mogelijkheid om kabelontvangst en aardse ontvangst in het systeem te integreren. Hiervoor dienen multischakelaars te worden gebruikt met een extra ingang. Ontwerp van het netwerk Er zijn twee basisontwerpen voor distributiesystemen: Backbone en Star. - Backbone-Netwerk Een backbone-netwerk bestaat uit een aantal gecascadeerde multischakelaars, onderling verbonden door een vierkabelige backbone. In een flatgebouw loopt de vierkabelige backbone verticaal naar beneden vanuit de zolder of het dak met een multischakelaar op elke etage. Bij rijtjeshuizen loopt de vierkabelige backbone horizontaal met een multischakelaar in elk huis of in elk tweede huis. - Sternetwerk Bij een sternetwerk lopen kabels van de multischakelaar (of een aantal gecascadeerde multischakelaars) naar de verschillende huishoudens. Het multischakelaar kopstation wordt doorgaans geplaatst op een centrale plaats, zoals een zolder of onder een trap, bij voorkeur in een afgesloten kast. Bij het ontwerp van het systeem moet met een nieuw aspect rekening worden gehouden: de beschikbaarheid van een retourpad voor interactieve diensten zoals pay-per-view en internet via de satelliet. Op dit moment dient de huidige telefoonlijn als retourpad. Een telefoonaansluiting zou dus dicht in de buurt van de satellietaansluiting moeten zitten. Toevoegen en doorgeven van andere satellietsignalen Programma's van andere satellieten kunnen gemakkelijk worden toegevoegd aan het ruime boeket van satellietsystemen door het gebruik van IF-conversie. Met een IF-converter kan een keuze worden gemaakt uit enkele transponderfrequenties op de andere satellieten, die zo worden omgezet dat ze naast elkaar komen te liggen en aldus een blok vormen. Nadat in de Lage Band (horizontale polarisatie) een gedeelte door middel van een bandfilter is vrijgemaakt, kan daar het nieuwe frequentieblok in worden 'gemultiplext' met de nog aanwezige signalen. Vervolgens worden deze signalen aan de juiste ingang van de multischakelaar gekoppeld. De keus van het frequentiebereik, dat door middel van een bandfilter wordt vrijgemaakt, dient zorgvuldig te gebeuren, zodat geen belangrijke programma's verloren gaan. Bij de planning van IF-conversie moet rekening worden gehouden met het feit, dat de omgezette analoge frequenties opnieuw in de ontvanger moeten worden geprogrammeerd. Multischakelaar-distributie met acht kabels Bij een klein multischakelaar-distributiesysteem met een beperkt aantal huishoudens, wordt IF-conversie een kostbare zaak. Een achtkabelige oplossing is dan een alternatief, waarbij een multischakelaar met acht ingangen moet worden gebruikt. De eerste vier ingangen (voor satelliet A) van de multischakelaar worden gebruikt voor de twee polarisaties en banden voor het ASTRA Satellietsysteem. De resterende vier ingangen kunnen worden gebruikt voor de doorgifte van andere satellieten - met een maximum van vier banden of polarisaties. Voordat een achtkabelig multischakelaarsysteem wordt gepland, moet worden gecontroleerd of de ontvangers voldoen aan de benodigde switch-criteria om de signalen te selecteren van de multischakelaar-ingangen en dat de ontvangers ook zodanig kunnen worden geprogrammeerd. EENKABELIG DISTRIBUTIESYSTEM EN IF-CONVERSIES Bij sommige huizen waar al een kabel ligt, is het niet mogelijk gebruik te maken van een backbone of sternetwerk. Meestal is de kabel aangelegd volgens een boomstructuur, die van woning naar woning 'doorlust'. Als tijdelijke oplossing, tot het huis gerenoveerd wordt, zou deze kunnen worden gebruikt voor de doorgifte van een aantal transponderfrequenties en zonodig van andere satellieten. De totale capaciteit van een één kabelig systeem is slechts 1200 MHz. Het systeem kan dan maximaal 25 transponders doorgeven en niet worden uitgebreid. Voordat een dergelijk conversiesysteem wordt geïnstalleerd, moet worden gecontroleerd of de digitale ontvanger kan omgaan met de veranderde transponderfrequenties. Kruis polarisatie Om te zorgen dat twee complete sets kanalen tegelijkertijd kunnen worden uitgezonden via een Satellietsysteem, worden de signalen op het moment van transmissie lineair gepolariseerd: verticaal en horizontaal. Voor optimale ontvangst dient de ontvangstsonde van de LNB precies in lijn te staan met de polarisatie van het binnenkomende signaal. Alleen wanneer de LNB precies in lijn staat met de gewenste polarisatie, zal optimale signaalsterkte worden gerealiseerd (kruispolarisatie) en zullen programmasignalen met andere polarisatie niet zichtbaar zijn. De LNB is het eenvoudigst af te stellen met een selectieve signaalsterktemeter, die is afgestemd op een kanaal van de ongewenste polarisatie. De complete LNB moet vervolgens zo worden gedraaid dat het signaal met de ongewenste polarisatie minimaal is, of geheel verdwenen. Door het toepassen van QPSK- modulatie op digitale signalen wordt het zendvermogen over de gehele bandbreedte van de transponder verspreid. Het digitale signaal is dus niet - zoals bij FM-gemoduleerde analoge signalen - rond het midden geconcentreerd (zie afbeelding). Tussen de aangrenzende FM-gemoduleerde analoge draaggolven kan de ongewenste polarisatie zichtbaar worden. Door te draaien aan de LNB en door de ongewenste draaggolf tot een minimum terug te brengen, kan de kruispolarisatie goed worden weggedraaid. Tussen aangrenzende QPSK-gemoduleerde digitale draaggolven bestaat te weinig ruimte om draaggolven van de tegenovergestelde polariteit te kunnen waarnemen. Het is daarom raadzaam om de FM-gemoduleerde draaggolven te controleren bij het afstellen van de LNB. Door de afwijkende manier waarop de QPSK-modulatie het uitgezonden vermogen over de bandbreedte van de transponder spreidt, ontstaat een overlapping van de frequenties (zie illustraties 1 en 2). Daardoor zijn digitale uitzendingen gevoeliger voor een niet-optimale positionering van de LNB. Ontvanger keuze Onderstaand overzicht heeft niet de pretentie 100% volledig te zijn, maar is louter bedoeld als “sumiere” uitleg om de beginner wat te helpen bij het kiezen van een digitale ontvanger! FTA ontvanger: - (FTA = Free To Air = vrij te bekijken) - ontvangt uitsluitend de vrije zenders, TV en radio. - de mogelijkheid om later gecodeerde zenders te ontvangen bestaat niet. - deze veelal goedkope ontvangers zijn simpel in bediening en aansluitmogelijkheden. - je koopt hem meestal om nieuws en matig interessante uitzendingen te bekijken, veelal onderbroken door reclame. Ontvanger met één of meerdere kaartlezers: - deze worden gebruikt om gecodeerde betaalzenders, mits een geldige smartcard in de kaartlezer, te kunnen bekijken. - ontvangt altijd de vrije zenders, TV en radio (FTA) - toont alléén de gecodeerde zenders die door de ingebouwde decoder(s) en dito smartcard(s) ondersteund worden. - sommige ontvangers kunnen gepatcht * worden zodat de interne kaartlezer meerdere coderingen aankan. - geen mogelijkheid tot gebruik van CI-modules **. CI ontvanger: - zonder ingebouwde kaartlezer(s) maar met één of meerdere CI-slots ***. Verder de relevante mogelijkheden als hieronder… CI ontvanger met kaartlezer: - deze worden gebruikt om gecodeerde betaalzenders mits een geldige smartcard in de kaartlezer of een geldige smartcard in een CI-module ** te bekijken. - is voorzien van één of meerdere CI-slots *** - ontvangt altijd de vrije zenders, TV en radio (FTA) - toont alléén de gecodeerde zenders die door de ingebouwde decoder(s) en/of CI-modules ** én dito smartcard(s) ondersteund worden. - sommige ontvangers kunnen gepatcht* worden zodat de interne kaartlezer meerdere coderingen aankan CI ontvanger met allcam kaartlezer ****: - méér dan de reeds hierboven vermelde ontvangers zijn deze reeds voorzien van een universele interne kaartlezer voor meerdere coderingssystemen (embedded UCAS, AMON of Magic Module)... - deze worden gebruikt om gecodeerde betaalzenders mits een geldige smartcard in de kaartlezer of een geldige smartcard in een CI-module ** te bekijken. - is voorzien van één of meerdere CI-slots *** - ontvangt altijd de vrije zenders, TV en radio (FTA) - toont alléén de gecodeerde zenders die door de ingebouwde decoder(s) en/of CI-modules ** én dito smartcard(s) ondersteund worden. Ontvangers verschillen ook in opties: - interne harde schijf zodat er tegelijk gekeken en opgenomen kan worden. - ontvangers met dubbele tuner en harde schijf zodat er naar één zender kan gekeken worden terwijl er een andere opgenomen wordt. - aansluitingen voor dolby digitaal. - aansluitingen voor PC. - aansluitingen voor modem (NDS-betaaltelevisie: SKY digital). - aansluitingen om de harddisk uit te lezen (scsi formaat of ethernet). - vrije keuze in besturingssystemen van de ontvanger. Waar je aan moet denken om de ontvanger op TV / AV / HI-FI installatie te kunnen aansluiten: - UHF out om aan oudere TV toestellen zonder scart aan te sluiten, of om dezelfde zender op een 2de TV toestel te kunnen bekijken. - Scart voor het aansluiten op het TV toestel. - Scart voor het aansluiten aan een Video recorder. - Cinch aansluitingen voor het aansluiten op de geluidsinstallatie. - Dolby digitaal om de ontvanger ook aan de Homecinema AV versterker te koppelen middels coax of optische kabel. - compatibiliteit ( overeenkomstige formaten en Normen) voor de desbetreffende aansluitingen - degelijke stekker verbindingen en goede verbindingskabels gebruiken. Mogelijk/Onmogelijk: Mogelijk: - meerdere TV’s op één ontvanger aansluiten om naar DEZELFDE zender te kijken. Onmogelijk: - meerdere TV’s op één ontvanger aan te sluiten om op de verschillende TV’s naar VERSCHILLENDE zenders te kijken. * patchen : betekend de interne besturingssoftware van de ontvanger moedwillig wijzigen. ** CI-modules : Common Interface, of “decodeermodule”, ook vaak “PCMCIA” genoemd.. *** CI-slots : opening waar één of meerdere CI-modules kunnen ingebracht worden. **** allcam kaartlezer : lezer die meerdere coderingen aankan. Universele afstandbediening Een universele afstandbediening werkt op meerdere apparaten. Door het invoeren van een code of door de "leer" functie ( indien aanwezig ) kun je hem op één of meerdere apparaten laten werken. De "leer" functie is het kopiëren van het signaal van de originele afstandbediening. Omdat universele afstandbedieningen voor enorm veel toestellen te gebruiken zijn hebben ze wel een aantal nadelen. Ze moeten geprogrammeerd worden. Hoe dit gaat staat in de meegeleverde gebruiksaanwijzing. Soms zitten de knoppen onlogisch ingedeeld, of is het opschrift bij de knoppen niet zo duidelijk. Dit komt omdat een knop meerdere verschillende functies kan hebben. Er bestaan tienduizenden verschillende consumenten apparaten. De fabrikant van een universele afstandbediening voorziet deze universele afstandbediening van zoveel mogelijk codes. De fabrikant heeft natuurlijk niet de beschikking over al die tienduizenden apparaten om de afstandbediening er op te testen. De vraag of universele afstandbediening XXX werkt op apparaat YYY kunnen wij dan ook nooit beantwoorden. Daarom mag een een universele afstandbediening ook uitgeprobeerd worden. Als hij niet voldoet kunt u hem terugsturen. Alleen de verzendkosten zijn dan voor uw eigen rekening. Een universele afstandbediening is vooral handig als je geen 4 verschillende afstandbedieningen op de tafel wilt hebben liggen. Je kunt er in ieder geval de hoofdfuncties van de meeste apparaten mee bedienen. Toelichting vervangende afstandsbedieningen Kies het Apparaat waarvoor de afstandbediening gebruikt wordt: hier kiest u één van de drie mogelijkheden: televisie, video of satellietontvanger. Typenummer Afstandbediening: als u dit niet kunt vinden, vult u dan in ieder geval wel het "typenummer apparaat" in. Waar u het typenummer van de afstandbediening kunt vinden: · soms op het front van de afstandbediening · op etiket of ingeperst in de onderkant · op het etiket in het batterijvakje Meestal is dit typenummer een letter- cijfercombinatie, bijv. 8331 IR (InfraRood) of RC 401 (Remote Control of TP270 (Tele Pilot), enz. Merk Apparaat: dit spreekt verder voor zich. Dit is vereist om de juiste afstandbediening te kunnen vinden. Merken zijn bijv. Philips, Magnavox, ITT, Nokia, NordMende, Panasonic, Erres, Schaub Lorenz, Telefunken, Salora, Finlux, Audiosonic, Asa, Schneider, GoldStar, Imperial, Luxor, Orion en Seleco. Typenummer Apparaat: probeer ook het typenummer van het apparaat te vinden en in te vullen. Dit maakt het voor ons makkelijker om de juiste afstandbediening te vinden. Waar u het typenummer van het apparaat kunt vinden: Televisie: etiket op achterwand op tv-chassis (is dan door rechthoekige opening in de achterwand te zien) Videorecorder: vaak ergens op voorzijde of aan de achterzijde, soms door rechthoekige opening in achterzijde van de kast zichtbaar Satelliet decoder: vaak ergens op voorzijde of aan de achterzijde, soms door rechthoekige opening in achterzijde van de kast zichtbaar Scart kabel SCART is de afkorting van Syndicat de Constructeurs d'Appareils Radiorecepteurs et Televireurs. Dit is een comite van Franse fabrikanten voor de consumenten elektronica. De SCART aansluiting wordt vooral gebruikt bij Radio, Televisie en Videorecorders. Voordelen van scart De voordelen van een SCART aansluiting zijn: Alle signalen mogen gelijktijdig worden aangeboden aan de stekerverbinding. In- en uitgangen zijn, waar noodzakelijk, van elkaar gescheiden. De video-ingang gaat voorbij aan de demodulator van het televisie toestel. Er is dus geen modulator nodig in het apparaat dat op de televisie wordt aangesloten. Door het weglaten van de modulatie-demodulatiefase wordt een betere beeldkwaliteit verkregen. Met behulp van het SCART bussysteem (en een eenvoudig schakelkastje) kunnen meerdere apparaten op de televisie aangesloten worden. Het rood-, groen- en blauwsignaal afkomstig van de videocamera en computer kan direct op de RGB-ingang van de televisie aangesloten worden. Het hoogwaardige beeld van een DVD wordt negatief beïnvloed door een slechte kwaliteit aansluitkabels. Een "gewone" scartkabel voldoet uitstekend bij videokwaliteit. Om de weergave van uw DVD optimaal te kunnen benutten zijn de aansluitkabels van tegenwoordig van een veel hogere kwaliteit materiaal gemaakt, veelal herkenbaar aan de vermelding "Gold" of "HQ".Universele LNB LNB De LNB versterkt de binnenkomende RF-signalen en zet deze om op een lagere frequentieband, het zogeheten satelliet-intermediaire frequentiebereik (satelliet-IF), dat ligt tussen 950 en 2150 MHz. De omzetting van de frequentie en de versterking door de LNB moeten plaatsvinden zonder dat daar onnodige ruis aan wordt toegevoegd. De ruis die binnen de LNB wordt voortgebracht noemen we de ruiswaarde. Voor een LNB is de standaardwaarde 1dB. Om te vermijden dat te sterke signalen ontstaan bij de ingang van de satellietontvanger, mag de versterkingsfactor van de LNB niet hoger zijn dan 60Db. Een te sterk signaal kan leiden tot intermodulatie (vervorming van signalen door onderlinge beïnvloeding van hogere en lagere frequenties). Om alle frequenties te kunnen ontvangen van 10,70 tot 12,75GHz is een Universele LNB noodzakelijk. De Universele LNB heeft twee oscillatoren: 9,75GHz voor de lage band en 10,60 GHz voor de hoge band. Met behulp van een stuursignaal van 22kHz, afkomstig van de satellietontvanger, wordt de juiste band gekozen. De verticale en horizontale polarisaties worden bepaald door de 13 en 18Volt stuurspanning, eveneens afkomstig van de satellietontvanger. DTH-ontvangst met Universele LNB Een Universele LNB is essentieel voor de ontvangst van alle signalen van een satellietontvangstsysteem. Satellieten in frequentieband 10,70 - 11,70 GHz Satellieten in frequentieband 11,70 - 12,75 GHz Band: laag 22kHz: uit LNB invoerfreq. (GHz): 10,70 - 11,70 Local oscillator-freq. (GHz): 9,75 LNB uitgangfreq. (MHz): 950 - 1950 Band: hoog 22kHz: aan LNB invoerfreq. (GHz): 11,70 - 12,75 Local oscillator-freq. (GHz): 10,60 LNB uitgangfreq. (MHz): 1100 - 2150 Single LNB Op de Universele Single LNB kan slechts één satellietontvanger worden aangesloten. Sommige digitale ontvangers hebben een IF-doorlus, waarmee zowel een digitale als een analoge ontvanger op een Single LNB kan worden aangesloten. Ook in dit geval kan echter maar één ontvanger tegelijkertijd worden gebruikt. Twin LNB Op de twee uitgangen van een Universele Twin LNB kunnen twee ontvangers worden aangesloten, die onafhankelijk van elkaar functioneren. Op die manier kan de televisiekijker een bepaald programma kijken, terwijl hij - bijvoorbeeld - een ander programma opneemt op video. Quad LNB Deze LNB biedt de mogelijkheid van maximaal vier aansluitpunten voor satellietontvangst, die onafhankelijk van elkaar kunnen worden gebruikt voor televisie-, radio- of multimediagebruik. Quatro LNB De Universele Quatro LNB heeft vier uitgangen, waarmee tegelijkertijd zowel beide polarisaties als frequentiebanden worden doorgegeven. De vier uitgangen worden aangesloten op de ingangen van een multischakelaar, waarmee distributie van alle programmasignalen naar meerdere ontvangers mogelijk wordt. Let op dat de vier uitgangen aan de juiste ingangen van de multischakelaar worden aangesloten. uitgang band polarisatie 1 hoog horizontaal 2 hoog verticaal 3 laag horizontaal 4 laag verticaal Satelliet ontvangst in de Benelux ! De satellieten die voor ons van belang zijn(satellieten die TV-beelden uitzenden) staan allemaal boven de evenaar op een afstand van zo ongeveer 36.000 kilometer. Deze satellieten staan ten opzichte van de aarde op een vaste plaats, daarom zeggen we dat ze geostationair zijn. (Satellieten voor bijvoorbeeld het GPS-positiebepalingssysteem draaien in banen om de aarde. Deze banen lopen over de noord- en Zuidpool, deze banen worden daarom polaire banen genoemd.) Om de positie van een plaatst op de aarde aan te geven heeft men vroeger de aarde verdeeld in graden, dit bleek rekenkundig goed te werken, denk hierbij aan navigatie voor schepen en vliegtuigen. De aarde heeft men tussen de polen verdeeld in 180 graden te weten 90 graden Noorderbreedte en 90 graden zuiderbreedte.(Noorderbreedte ligt tussen Evenaar en de Noordpool, Zuiderbreedte ligt tussen Evenaar en Zuidpool) Over de evenaar heeft men de aarde verdeeld in 360 graden, te weten 180 graden oosterlengte en 180 graden westerlengte. De 0-graden meridiaan loopt van de noordpool tot de zuidpool en loopt over het plaatsje Greenwich bij Londen. (meridiaan= denkbare lijn die beide polen met elkaar verbindt) Deze informatie vind je ook in een goede atlas. De positie van een geostationaire satelliet wordt aangegeven door de plek waar hij boven de evenaar staat, boven welke meridiaan hij staat.Bijvoorbeeld de Astra 1 satellieten staan op 19,2 graden oost. als je nu in de atlas kijkt dan kun je zien dat die satellieten boven de plaats Mbandaka in Kongo (Afrika) staat. De Sirius (5 graden oost) staat boven de Atlantische Oceaan in de buurt van Sao Tome (eilandje voor de westkust van Afrika.) De aarde draait rondom de pool-as dus de geostationaire satellieten ook. Deze pool-as is voor de draaibare opstelling van belang. Wij laten de schotel draaien om de pool-as zodat we dezelfde baan gaan volgen. De pool-as loopt recht door de aarde van noordpool tot zuidpool. De Azimuth is de hoek tussen het ware noorden en de richting waarin de satelliet van ons uit gezien staat. Azimuth wordt aangegeven in een hoek tussen 0 graden en 360 graden. Azimuth voor de Sirius satelliet is in Nederland ongeveer 180 graden. De Elevatie is de hoek tussen het aardoppervlak en de richting waarin de satelliet staat, anders gezegd de hoek tussen aardoppervlak en de richting, in het verticale vlak, waarin de schotel moet kijken om de satelliet te kunnen ontvangen. De Declinatie is de correctiehoek die we moeten toepassen omdat de satellieten niet oneindig ver weg staan maar op een relatieve korte afstand van de aarde staan. In onderstaande tekening geeft de rode lijn de pool-as op de rotor of polarmount weer en de gestippelde rode lijn de richting waarin de schotel dan kijkt. Zoals je kunt zien is de elevatie naar de satelliet een kleinere hoek. Om dit te corrigeren moeten we de schotel voorover laten kantelen op de polarmount en die hoek heet de declinatie. Deze declinatie is voor alle types schotel gelijk alleen bij off-set schotels zal deze waarde bij de offset hoek verrekend worden. Hoe werkt satelliet ontvangst? Een schotelsysteem is niet zo complex als het wellicht lijkt. Toch bestaan er veel vragen over deze manier van televisie kijken. Daarom is een korte uitleg op z'n plaats. Een schotelinstallatie bestaat uit drie belangrijke onderdelen: De schotel zelf, de Low Noise Block of LNB en de receiver. Uiteraard is een televisietoestel een niet onbelangrijk onderdeel van het eindresultaat. Uw T.V. Elk televise is geschikt voor schotelontvangst. U kunt zowel door middel van een scartkabel als met een (bestaande) rf kabel het signaal doorgeven aan uw TV. Als u een video heeft, kunt u ook gewoon satellietprogramma's opnemen. Alles werkt precies hetzelfde als het zou werken met een normale kabelaansluiting of antenne.Uw bestaande kabelsignaal blijft u ook ontvangen. De schotel De schotel zelf dient als een "lens", die een satellietsignaal oppikt en reflecteert naar de aan de schotel bevestigde LNB. De grootte van de schotel beinvloedt de ontvangstkwaliteit. Dat wil niet zeggen dat u om ruisvrij te kunnen kijken een schotel van twee meter op uw dak hoeft te bevestigen. Voor ontvangst van de meest populaire Astra zenders volstaat een schotel van slechts zestig centimeter voor een perfect beeld. Grote schotels worden pas interessant als u wilt afstemmen op een minder sterk signaal, zoals de Scandinavische Thorsat. De orientatie van een schotel is uiteraard afhankelijk van de zenders die u wilt ontvangen, maar de schotel zal altijd min of meer richting het zuiden opgesteld worden. Tevens moet bij het opstellen van een schotel rekening worden gehouden met een vrij "uitzicht" op het satelliet. Dit levert meestal geen problemen op, maar als u bijvoorbeeld op de begane grond in een steegje woont, heeft wellicht een probleem. Het is niet zo dat om signalen van meerdere satellieten te ontvangen uw hele huis moet volhangen met schotels. Het is mogelijk om een motor te bevestigen aan uw schotel, zodat de schotel automatisch kunt laten draaien naar de gewenste positie. Met een dergelijke opstelling kunt u letterlijk honderden kanalen ontvangen. Behalve de gewone, parabolische schotels bestaan er ook nog platte schotels. In plaats van een signaal te reflecteren, is een platte schotel als het ware gevuld met kleine antennes. Door het signaal van al deze antennes samen te voegen, ontstaat er een gecombineerde signaal die sterk genoeg is om in heldere TV beelden om te zetten. Deze schotels zijn bijzonder geschikt voor situaties waarin een normale schotel teveel op zou vallen of te groot zou zijn, zoals op historische panden of caravans. De LNB De LNB is de eigenlijke antenne van een schotelinstallatie. De door de schotel weerkaatste signaal wordt door de "feedhorn" gedeelte van de LNB opgevangen en door de LNB zelf omgezet in een lager frequentie, zodat het signaal door een kabel aan de receiver kan worden gevoerd. Er zijn verschillende soorten LNB, zoals LNBs met een dubbele uitgang, waarmee U een schotel kunt gebruiken voor twee receivers (digitaal en analoog), en "high gain" LNBs voor de eerder genoemde platte schotels. In de regel voldoet een universele LNB voor de meeste toepassingen. Een eenvoudige manier om twee signalen te ontvangen is door twee LNBs naast elkaar aan een schotel te monteren. Hierdoor kunt u op twee (naburige) satellieten tegelijk afstemmen, zonder veel geld uit te hoeven geven aan een motor. Dit "truukje" werkt bijvoorbeeld uitstekend om zowel Astra als Eutelsat te ontvangen op een 80cm schotel. Houd er wel rekening mee dat uw receiver twee ingangen moet hebben. Zoniet, zijn er schakelblokjes verkrijgbaar waarmee het alsnog mogelijk wordt twee signalen te ontvangen. De ontvanger De ontvanger zet een satellietsignaal in een bruikbaar televisiebeeld. Ontvangers worden in de regel geleverd met afstandsbediening en zijn eenvoudig te bedienen. Uw bestaande kabelsignaal wordt, precies zoals bij een videorecorder, gewoon doorgelust, zodat u ten allen tijde ook naar deze kanalen kunt kijken. Er bestaan twee soorten ontvangers voor twee soorten signalen; digitaal en analoog. De modernere digitale ontvanger is ontwikkeld om digitaal gecomprimeerde kanalen te ontvangen. Digitale technieken leveren een scherper beeldkwaliteit op en maken het mogelijk meer kanalen op dezelfde satellieten te zetten. Wilt u naar de Nederlands commerciële en publieke zenders kijken, dan zult u moeten uitkijken naar een digitale ontvanger. Overigens zijn zelfs de eenvoudigste analoge ontvanger voorzien van luxes als afstandsbediening, stereogeluid (via TV of versterker) en scartuitgangen. Wat is DiSEqC ? Met DiSEqC ( spreek uit daisek ) wordt er vanuit de ontvanger van alles bestuurd bij de schotel. DiSEqC 1.0 bestuurt de Switch. Versie 1.2 bestuurt de Rotor. Vanaf versie 2.0 is het ook mogelijk terugmeldingen van de aangestuurde schotel te krijgen. Een DiSEqC werkt door middel van modulatie op het 22Khz signaal. Digital Satellite Equipment Control - werd ontwikkeld door o.a. EUTELSAT en Philips, met als doel een standaard te definiëren voor het aansturen van ontvangers en randapparatuur zoals rotors, LNB omschakelaars, etc. Hiermee kan men dus bijvoorbeeld twee schotels (b.v. een voor de Astra en een voor de Hotbird/EutelSat) aan 1 ontvanger hangen. Waarom DiSEqC? Oudere satelliet ontvangers (receivers) begonnen allerlei zelfbedachte varianten te gebruiken voor het aansturen van randapparatuur waarbij voor de gebruiker de vraag steeds groter werd: wat past nou bij wat? Bepaalde satelliet ontvangers schakelen om met een 14/18 Volt spanning om te kunnen kiezen tussen de Horizontale en Vertikale polarisatie. Een andere omschakeling, vaak gedaan met een een 22Khz tone-burst, is het kiezen tussen verschillende satellieten (2 LNB's al dan niet op 1 of 2 schotels). Intussen is echter het bovenste frequentie bereik (11,7 tot 12,75 GHz) steeds interessanter voor b.v. digitale programma's. De daarvoor gebruikte universeel LNB's (10,7-11,7 en 11,7-12,75 GHz) gebruiken het 22kHz-Signaal ook om te schakelen tussen de twee frequentie bereiken. Hierdoor vervalt een stuursignaal die we nodig hebben voor het aansturen van een omschakel mechaniek om te kunnen wisselen tussen 2 satellieten. Met DiSEqC wordt alles anders, in onze digitale samenleving kunnen we namelijk ook digitale commando's doorgeven naar onze satellite apparatuur. DiSEqC is neerwaarts compatibel, dus oude randapparaten zijn ook nog bruikbaar. Hiermee bedoelen we dat een omschakelaar voor het schakelen tussen twee schotels, die voor DiSEqC 1.0 is bedoelt, prima samenwerken met een DiSEqC 2.0 receiver. Andersom zou het wel eens kunnen zijn dat een DiSEqC 1.0 reciever niet overweg kan met een DiSEqC 2.0 omschakelaar ... dit is alleen proef-ondervindelijk te bepalen omdat sommige DiSEqC 2.0 apparatuur bijvoorbeeld wel of niet naar DiSEqC 1.0 commando's luistert. TIP: Spreek dus met de dealer af dat je bepaalde apparatuur mag retourneren als het niet werkt! Het DiSEqC-concept werkt verder met het concept van 14/18 Volt en een 22Khz tone-burst. Bij DiSEqC stuurt men vervolgens hierover de digitale commando's (zowel de reciever als de omschakelaar moeten dus wel in staat zijn DiSEqC te begrijpen). DiSEqC is bruikbaar voor zowel analoge, digitale als analoge en digitale installaties. DiSEqC varianten: Mini-DiSEqC Met behulp van de eerder genoemde Tone-Burst (= Mini-DiSEqC), kan met twee universele LNB's (voor zowel analoge als digitale satelliet-ontvangst) gewerkt worden, waarbij de omschakelaar steeds 1 van de twee LNB's kiest. Deze omschakelaar is een speciale DiSEqC schakelaar die met de 14/18 Volt en de 22 kHz Tone-Burst gestuurd worden. DiSEqC 1.0 DiSEqC Versie 1.0 staat het toe dat we 4 schotels aan een reciever kunnen hangen, door aan de receiver (Master) een omschakelaar (slave) te hangen die met digitale commando's kiest welke LNB gebruikt dient te worden. Het gebruikte signaal bestaat uit de volgende informatie: - lage of hoge frequentie band - vertikale of horizontale polarisatie - welke LNB het gewenste programma dient op te vangen Toepassingen van DiSEqC 1.0: - Ontvangst met 1 satelliet (1 LNB dus) - 14/18 Volt - Ontvangst van 1 satelliet die zowel digitale als analoge uitzendingen heeft - 14/18 Volt - Ontvangst van 2 satellieten (2 LNB's dus) - 14/18 V + Tone-Burst - Ontvangst van 4 satellieten (4 LNB's dus) - 14/18 V + Tone-Burst en Loop-Through Er zijn intussen speciale LNB's die gebruik maken van een zogenaamd Loop-Through signaal waarbij het signaal van een 2de LNB doorgelust kan worden via de 1ste LNB. Dit soort toepassingen is al bruikbaar bij DiSEqc 1.0. DiSEqC 1.2 Is een uitbreiding op 1.0, waarbij de receiver ook nog eens rotors kan aansturen voor het geautomatiseerd draaien van een schotel. DiSEqC 2.0 Bij DiSEqC heeft men daarbij nog eens een terugkoppelingkanaal ingebouwd, die informatie geeft over het aantal aangesloten LNB's en de manier waarop ze aangesloten zijn. Met een tone-burst op een bepaalde frequentie, maken de LNB's en de omschakelaars aan de reciever kenbaar dat ze er zijn. Toepassingen bij versie 2.0 (naast de toepassingen die we al bij 1.0 zagen): - Ontvangst van maximaal 4 sattelieten - Terugkopplingssignaal met info over het aantal en de soorten aangesloten LNB's DiSEqC 2.1 Heeft als belangrijkste verschil dat we hiermee tot maximaal 64 satellieten kunnen ontvangen,... nou lijken met dat wel wat veel schotels voor aan de gevel van mijn huis, maar goed... het kan (stuur me s.v.p. een foto als jij 64 schotels aan de gevel hebt hangen!). Welke DiSEqC versie heb ik nou nodig? Als je maar 1 schotel, met 1 LNB en maar 1 satelliet wenst te ontvangen, maakt het niet zo veel uit welke DiSEqC de apparatuur ondersteund. Als je 2 satellieten wenst te ontvangen, b.v. de Astra en de Hotbird (EutelSat) dan moet de reciever minimaal de mogelijkheid hebben 1 omschakelaar aan te sturen met DiSEqC. Een eventuele omschakeling met een Tone-Burst kan dan ook genoeg zijn. Voor het gebruik van 3 of 4 satellieten heb je echter toch minimaal DiSEqC 1.0 of hoger nodig. Als de schotel draaibaar is m.b.v. b.v. een rotor, dan moet je minimaal DiSEqC 1.2 hebben. Bijna ALLE omschakelaars zijn voorzien van DiSEqC 2.0, maar kunnen door de neerwaartse compatibiliteit ook overweg met receivers die lagere DiSEqC versies gebruiken. Althans: dat is de theorie. Praktisch blijkt dat men dat proef-ondervindelijk moet testen, dus het echte aansluiten ... spreek daarom altijd met de dealer af dat b.v. een omschakelaar terug gebracht kan worden als deze niet werkt. De meeste DiSEqC omschakelaars in Europa zijn bedacht voor gebruik met de Astra en de Hotbird (Eutelsat), evenals de bijbehorende recievers. Voor de meeste omschakelaars kan men ervanuit gaan dat DiSEqC 1.0 voor de reciever toch wel een minimum is ... Eerlijk gezegd hebben alle recentere recievers, of het nu analoog of digitaal is, ondersteuning voor minimaal DiSEqC 1.0 aan boord. Stuursignalen. Er worden meerdere stuursignalen gebruikt om met zo weinig mogelijk draden toch van alles te kunnen besturen bij de schotel. Allereerst is er de voedings spanning voor de LNB. Die is 13 of 18 volt om de polarisatie (vertikaal/horizontaal) te schakelen. Dan is er het 22Khz signaal om de LNB naar de hoge of lage band te schakelen. Dit 22Khz signaal wordt ook gebruikt voor de DiSEqC signalen. Voor het omschakelen van de Future IMT schotel LNB wordt er een 12 volt signaal met aparte draad gebruikt. Er zal voor de Future IMT binnen afzienbare tijd ook een DiSEqC besturing beschikbaar zijn die in de kabel wordt opgenomen, die uit het 22khz signaal een 12 volt signaal genereerd.



    Geef hier uw reactie door
    Uw naam *
    Uw e-mail *
    URL
    Titel *
    Reactie *
      Persoonlijke gegevens onthouden?
    (* = verplicht!)
    Reacties op bericht (0)

    T -->

    Blog tegen de regels? Meld het ons!
    Gratis blog op http://blog.seniorennet.be - SeniorenNet Blogs, eenvoudig, gratis en snel jouw eigen blog!