Herfstverhaal: Alzo burlen de koeien? Over burlende koeien!
Sinds enkele dagen kijken we ‘s ochtends uit naar het geburl van de koeien. Door het zachte weer mogen ze nog wat grazen tussen de fruitbomen achter ons huis. Neen, ze loeien niet, ze burlen: uit volle borst brullen zoals edelherten dat doen om een lief te vinden of om afdwalende jongen de weg te wijzen naar de kudde. Trouwens, dat laatste doen de koeien ook. Dat wisten we al: Wanneer ze gekalfd hebben mogen ze na een poos terug naar de weide, zonder hun jongen. De eerste dagen zijn ze ontroostbaar en roepen uren aan een stuk. Awel,… zo burlen de koebeesten tijdens deze periode van het jaar,… rond de klok van zeven uur,… s’ ochtends. Een goeiemorgen!
Het is een fantastisch schouwspel. Ze doen het schouder aan schouder en met volle overtuiging. Neen, niet zoals dokwerkers tijdens een betoging maar eerder zoals een koor op de bühne. Ze burlen niet meer om hun jongen de weg te wijzen want dat zijn ondertussen kloeke beesten die al lang zonder hun moeke kunnen. Wat bezielt beesten om in gelid en om ter schoonst te roepen: “Helabeuuhh,… Hier zijn weuhh,…”?
Ze kregen de laatste weken natuurlijk extra veel aandacht want de appel- en perenoogst is achter de rug en de laatste sappige snoepjes zijn uitgedeeld. Misschien burlen de koeien omdat ze elke dag over het kopke worden gewreven? Ofwel laten ze weten dat hun biologische klok zegt dat het tijd is om terug naar de warmte van de stal te keren, snakkend naar de hapjes die ze ‘s winters voorgeschoteld krijgen.
Ten tijde van dit schrijven was het nog ideaal weer om uw stapschoenen aan te trekken en door onze Vlaamse Ardennen te wandelen. Tja,… te laat nu. Het burlen-moment is achter de rug en u heeft de kans gemist om het schouwspel te beleven. Misschien volgend jaar? Maar kom gerust nog langs. Er is altijd wat te beleven in de streek waar De Beiaard het nieuws verdeelt.
Tot volgende keer. Misschien schrijf ik dan over de haan van onze buren die nog elke ochtend rond vijf uur, véél te vroeg, zijn hennen optrommelt om de zon te groeten. Soms schiet ik wakker met de gedachte: “Verdomme, dat kieken heeft nog niet gekraaid!” Maar dan volgt het geruststellende geluid en doezel ik terug in. Zalig de rust in de Vlaamse Ardennen: “Beuhh,… rôôôônk”.
Sjarel Klak.
Meer vertelsels op sjarelklak.be
|