Ik, moeder Strekte mijn armen uit Een glimlach rond mijn mond Een hart, dat klopte van geluk Ogen die glinsterden als sterren In de wolken vertoevend Zwevend van gelukzaligheid De harde werkelijkheid Maakte van mijn glimlach Een uitdrukkingsloos gezicht Het hart klopte van ellende De ogen werden verdoezeld Door hete tranen Kwam met beide voeten op de Grond terug Wat had ik wel gedacht Werd alleen met weemoed bedacht
Ze had het open kinder-oog dat overal wonderen ziet, of t nu kroop of zwom of vloog, t ontging haar aandacht niet ! Laatst vroeg ze of k een potje had, en of ze dat hebben kon, want t allerlaatste wonder zat in onze regenton... Met :Kijk eens opa wat ik vond gaf ze me het potje terug , daarin zwom, kwiek maar eenzaam, rond : het larfje van een mug.....!
er waren vier kaboutertjes dat waren zulke stoutertjes ze zochten naar een bloempje klein. wat zou dat voor een bloempje zyn? ze fluisterden my wat in het oor: het is een vergeet-my-nietje hoor
Je Oma kan niet rijmen en Opa evenmin toch willen we in je album en liefst nog middenin We wensen je heel veel vreugde en blijheid bovendien Laten we steeds een blij gezicht en 't mooiste van je zien Dan zijn we saam gelukkig en denken steeds gezwind 'Wat hebben die Opa en Oma toch een machtig lief kleinkind'.