Entrée van het eerste gebouw. Wat opvalt is de mooie en verzorgde bouwstijl. Ondanks dat het een fabriek was is er bijzonder werk gemaakt van ramen en dak.
Al fietsend vond ik een gedeelte van Havré, waar ik nog niet eerder geweest ben. Tot mijn verbazing vond ik in een afgelegen hoek twee enorme gebouwen, die van een steenkoolfabriek lijken te zijn. De hele omgving heeft als basis steenkolengruis, waarop een gevarieerde plantengroei is. Er zijn een paar grote kolenbergen, maar die zijn van een partikulier. Net als de gebouwen trouwens, die gerenoveerd worden.
De overkant van het meer, hetgeen lager ligt. Om er te komen moet je over een smal bospad lopen dat hoog ligt met aan de ene kant water en aan de andere kant moeras met diverse bloeiende moerasplanten.Er zijn ook veel horzels.
Je moet lid zijn van een visvereniging om toegang te hebben tot het vijvergebied. Ik vind dat heel onrechtvaardig. Want die mensen interesseren zich alleen maar voor wat vissen. Al het andere mooie wat groeit en vliegt interesseert ze niet aan de troep te zien die ze om zich heen gooien. Ik had permissie om één keer een bezoek te brengen om te fotograferen en zag een prachtige wilde planten weelde. Jammer dat ik met mijn simpele camera dat wat ik zag niet op beeld kan krijgen. Met mijn analoge fototoestel kan ik het wel, maar die wil ik niet meer gebruiken.