Voeding De Wateragaam is een alleseter. De jongere
dieren leven vooral op insecten zoals krekels, regenwormen,
meelwormen,
sprinkhanen enz. Deze moet u regelmatig bestrooien met calcium en
vitamines. Oudere dieren zijn uiteraard groter en kunnen ook
groter eten
aan. Denkt u hierbij aan nestmuizen en ratjes. Ook kattenvoer uit
blik is
voor sommige een delicatesse. Een volwassen dier eet af en toe
groenten en fruit. Wissel dit af, zodat er een gevarieerd dieet
ontstaat.
Laat nooit krekels of sprinkhanen in de bak achter als uw diertjes
er
geen trek in hebben. Anders kan het zijn dat deze insecten aan de
Wateragamen gaan
knagen.
J onge dieren moet u iedere dag voeren. Bij volwassen
dieren kán dit iedere dag, maar het hangt er van af wat u hen voert. Een babymuisje heeft
uiteraard veel meer voedingswaarde dan een meelworm. Dus na een muisje
kunt u best een paar dagen overslaan. Voer 'op het oog': let op dat de Wateragaam niet te dik
wordt, want in dat geval zult u minder vaak of kleinere hoeveelheden voer moeten geven.
Een goede verhouding qua dieet:
|