In de winkel van Sinkel is alles te koop Daar kan men krijgen, mandjes met vijgen doosjes pommade, flesjes orangeade, hoeden en petten en damescorsetten drop om te snoepen en pillen om te poepen.
Gedichtje
Winkel van Sinkel
Al worden we ouder in zorg en verdriet, De liedjes van moeder vergeten we niet. Ze zong, als ze breide of hechtte een knoop: In den winkel van Sinkel is alles te koop!
16-09-2015
Receptje
Receptje
Ik ken een goed receptje dat altijd helpt gewis zeg Riekje wil je weten wat dat voor drankje is 't geheim zal ik je schrijven dus lees het nu maar goed twee druppeltjes van vriendelijkheid en twee van goede moed.
Neem een kop vol opgeruimdheid en een glaasje met wat zoet daags twee lepels zelfbeheersing niet te veel, dat is niet goed vind je dan in dit receptje je liefste wens nog niet vervuld neem dan voor het allerlaatste nog een pleister van geduld.
14-09-2015
Jantje zag eens...
Jantje zag eens pruimen hangen
Jantje zag eens pruimen hangen o, als eieren zoo groot 't scheen dat Jantje wou gaan plukken schoon zijn vader 't hem verbood hier is, zei hij, noch mijn vader noch de tuinman die het ziet aan een boom, zoo vol geladen mist men vijf, zes pruimen niet maar ik wil gehoorzaam wezen en niet plukken, ik loop heen zou ik om een handvol pruimen ongehoorzaam wezen? Neen!
Voort ging Jantje naar zijn vader die hem stil beluisterd had kwam hem in 't loopen tegen vooraan op het middenpad kom mijn Jantje, zei de vader kom mijn kleine hartedief nu zal ik pruimen plukken nu heeft vader Jantje lief daarop ging vader aan het schudden Jantje raapte schielijks op Jantje kreeg zijn hoed vol pruimen en liep heen op een galop
12-09-2015
Marietje
Marietje
Marietje wast in moeders teil de kleertjes van haar poppen de jurk met roosjes van Annet het zomergoed van Lien en Jet en Linda's jurk met noppen.
Marietje wast en wrijft en spoelt voorzichtig, zonder wringen dan hangt ze hoog aan moeders lijn in zomerwind en zonneschijn de natte poppedingen.
De poppen zitten stil en zoet te wachten op hun kleren ze weten wel : is alles klaar dan gaan ze heerlijk met elkaar met moes mee uit logeren.
09-09-2015
De mooiste bloemen
De mooiste bloemen
Midden op het grote plein staat het stalletje van Katrijn: Mooie blommen! Mooie blommen! Mensen, hierheen moet je kommen!
'k Heb margrieten, mooie anjers, 'k Heb violen... zulke kanjers! Rode rozen, korenbloemen, veel te veel om op te noemen, lelietjes van twintig centen, prachtig mooi. Je ruikt de lente!
Daar komt kleine Pieter aan. Bij het stalletje blijft hij staan. Wel, m'n jongen, zegt Katrijn, Wat zal 't wezen, wat zal 't zijn?
Irissen met lange stelen, wil je paarse, wil je gele? Zestig centen maar, de tien! Wil je roosjes dan, misschien? Ook niet deze? Of van deze? Maar wat moet het dán toch wezen, moet je ze voor moeder halen? Neem dan lelietjes-van-dalen!
Nee, zegt Pieter, nee, het was voor de juffrouw van de klas! Weet je ze verjaart vandaag en nu geef ik haar zo graag bloemetjes met gele hartjes, maar ik heb alleen twee kwartjes...
Lieve jongen, zegt Katrijn, dan krijg jij van mij jasmijn! 't Allermooiste wat er bij is. En of Pietertje ook blij is! Kijk, daar gaat hij met zijn petje en zijn prachtige boeketje, straks zegt Pieter heel geleerd: Juf, nog wel gefie-sie-teerd.
06-09-2015
Klop klop klop
Klop klop klop
Hakkeplak, ik schrik ervan o, wat heb je 't druk kindje lief, wat is er dan is je schoentje stuk? klop, klop, klop.
Kijk maar even naar m'n zool 't is niet om te doen neen, zo kan je niet naar school trek maar uit je schoen klop, klop, klop.
't Hamertje gaat op en neer boven op de zool hier heb jij je schoentje weer en nu gauw naar school klop, klop, klop.
03-09-2015
Wassend maantje
Wassend maantje
Als de zon is weggezonken, En het avonddonker daalt, Dan verrijst het wassend maantje, Dat als zilv´ren sikkel praalt. Vriend´lijk glanst het op de weide, Op het loof van struik en boom, En het neemt ook ras een kijkje In de spiegelheld´re stroom
´t Ziet de paarse zwanebloemen Statig rijzen uit het nat, En de blanke waterlelies Schomm´len op haar cirkelblad, En het maantje groet de bloemen, Die daar bloeien op de stroom, En zij strookt ze met haar stralen, Tot zij domm´len in de droom.
01-09-2015
Op de fiets
Op de fiets
Op de fiets, tingelingeling, op de fiets ga je heerlijk en 't kost bijna niets.
Hij brengt je beslist zonder duiten ver weg waar de vogeltjes fluiten.
Op de fiets, tingelingeling, op de fiets ga je heerlijk en 't kost bijna niets.
Je voelt je gezond en je trapt er op los op je stalen ros! Tjiedel diedel djom pom!
26-08-2015
Jokkebrok
Jokkebrok
Anneliesje heeft gejokt om een tweede koekje Anneliesje zit beschaamd in een donker hoekje.
O, wat tikt die nare klok : ‘jokkebrok, jok-ke-brok!’ Kom, ga spelen in de zon zei daareven moesje Zus en Jan zijn in den tuin heb je iets mijn poesje?
O, wat tikt die klok nu raar : ‘zeg het maar, zeg-het-maar!’
Anneliesje heeft zoo'n spijt schreit stil in haar hoekje heel gauw zegt ze aan moeders oor alles van dat koekje.
Hoor je, hoe de klok nu doet? ‘zóó is 't goed - zóó-is-'t goed!’
22-08-2015
Luie Kees
Luie Kees
O, ziet dien luien Kees eens gapen! Nooit is hem de ochtend wellekom; Terwijl zijn makkers vreugde smaken Keert hij zich nog in 't bed eens om.
Hoe vaak zijn broeder hem moog wekken, Hij roept gedurig geeuwend: "Ja!" Maar houdt niet op zich uit te rekken. Volgt, kindren, nooit dien slaapzak na.
20-08-2015
Koppig
Koppig
Hannes loopt op klompen Zimpe zampe zompe Door de plassen dat het spat Broek en kousen worden nat Moeder roept: Hannes laat het hoor Hannes trapt maar dapper door Hij laat zich niet lompen
Hanneske zit buiten Ritte ratte ruite Op de ruiten krast hij daar Vader vindt het schriklijk naar Roept: zeg, Hannes wees wat stil Denk je dat hij 't laten wil Hij laat vader fluiten.
Hannes zit te morren Lirre larre lorre In de school als meester zegt: Hannes zit wat beter recht Kijk naar 't bord, kijk in je boek Brommig roept hij: wel dat doe 'k Wat geeft hij om knorren
Hannes zit te brommen Rimme ramme romme Op zijn vader op zijn moe Snauwt zijn broers en zusjes toe Heeft met niemand ooit geduld Zeg hem: jij hebt zelf de schuld Nou daar mot je om komme
Wil je 't eens probeeren Lirre larre leere Iets te maken van het kind 't Is verloren moeite vrind Jongetjes zo vol venijn Kind'ren die zo koppig zijn Kun je niet bekeren
19-08-2015
Vroeg vogeltje
Vroeg vogeltje
Vogeltje wat zingt gij vroeg wat zingt gij vroeg pas ontwaak ik uit mijn dromen of ik hoor u in de bomen is de dag niet lang genoeg is de dag niet lang genoeg?
Knaap, als ik mijn morgenzang mijn morgenzang, mijn morgenzang reeds een tijd lang heb gezongen komt gij uit uw bed gesprongen schijnt de dag u dan te lang schijnt de dag u dan te lang?
15-08-2015
Avondgebedje
Avondgebedje
ik ga slapen ik ben moe Sluit mijn beide oogjes toe Here houd ook deze nacht Over mij getrouw de wacht
Het boze dat ik heb gedaan zie dat Here toch niet aan schoon mijn zonden velen zijn maak om Jezus wil mij rein.
Zorg voor de arme kindren Heer en herstel de zieken weer ja voor alle kindren saam bid ik U in Jezus naam.
Sta mijn ouders trouw te zij wees mijn vrienden ook nabij geef ons allen nieuwe kracht door de rust van deze nacht.
Doe mij dankbaar en gezond opstaan in de morgenstond als ik mijn oogjes open doe lacht Uw zon mij vriendlijk toe.
Amen
11-08-2015
Ons poesje
Ons poesje
Op een keer vloog er een vliegje nog zo jong en nog zo klein vrolijk rond bij ons in het tuintje in de warme zonneschijn.
Maar een spin had daar haar webje en ons vliegje vloog erin raakte vast in al die draadjes wat een pretje voor de spin.
Net was onze spin aan het smullen of daar kwam een mus daarbij die zei hap en spin en vliegje waren binnen allebei.
Plots verscheen ons poesje in de heg en pakte haar en zo kwamen al die diertjes in een buikje bij elkaar.
10-08-2015
Handje plak
Handje plak
Handje plak, Ga naar de markt,
Koop een koe, Een stukje van de lever toe;
Een stukje van de longen Voor een zieken jongen;
Een stukje van de pens Voor een ziek mensch;
Een stukje van de lever Voor den zieken wever.
08-08-2015
De kleinste
De kleinste
In 't groene dal, in 't stille dal Waar kleine bloempjes groeien Daar ruist een blanke waterval En druppels spatten overal Om ieder bloempje te besproeien Om ieder bloempje te besproeien Ook het kleinste
En boven op de heuveltop Waar hoge bomen groeien Daar zweept de stormvlaag fel en bits Daar treft de rose bliksemflits En splijt,bij 't daav'rend onweer loeien En splijt,bij 't daav'rend onweer loeien De grootste
Omhoog, omlaag, op berg en dal Ben 'k in de hand des Heerens! Toch kies ik, als ik kiezen zal Mijn stille plek, mijn waterval Toch blijf ik steeds, naar mijn begeren Toch blijf ik steeds, naar mijn begeren De kleinste
05-08-2015
Een huisje
Een huisje
Ik ken een aardig huisje, 't Is niet van steen of hout. Het heeft geen deur of venster, En toch is 't net gebouwd.
Dat aardig, snoeprig huisje Is één vertrek maar rijk, Slaapkamer is 't en keuken, Ja, alles tegelijk.
Eenvoudig is 't van binnen, Geen spiegel aan den wand, Geen tafel en geen stoelen, Geen bed of ledikant.
En die er woont in 't huisje, Krijgt niemand ooit te gast, Omdat zijn kleine woning Voor één persoon maar past.
"O, wil ons eens vertellen, Waar toch dat huisje staat." Ja, 't vreemdst is, dat dit huisje Meest heen en weder gaat.
Want de eig'naar en bewoner Is daarmeê zoo tevreê: Op wandeling en reizen Altijd sleept hij het meê.
Meer wil ik nu niet zeggen, Nu raadt gij 't met gemak. Dat aardig, snoeprig huisje Is 't huisje van een ....
04-08-2015
Een middagslaapje
Een middagslaapje
Wie rusten wil in 't groene woud Wie rusten wil met lusten Hij kieze een plekje dicht in 't hout En vlije zich tot rusten Een peluwtje van mollig mos Een kussentje van varen En een gordijn van bláren Geeft zoete middagslaap in 't bos
De hemel van het ledikant Blinkt prachtig blauw door 't lover De heesters sling'ren om de rand De bloesem hangt er over Het koeltje fluistert met de vliet De dart'le vlinders spelen De nachtegalen kwelen... Is 't niet een lieflijk wiegelied?
En 't best is, dat het groene woud Met koelte en rust u lavend Van u geen zilver vraagt of goud Al slaapt gij tot de avond 't Vraagt enkel: Zijt ge mat of moé... De slaapsteé is voor allen: En is ze u goed bevallen Dan krijg gij 't avondgoud nog toe!
J.P. Heije
02-08-2015
Buiten
Buiten
In Koelucht en in Zalk daar is het heerlijk wonen, daar hangen aan een balk de zakjes bruine bonen en vlak ernaast, aan een soort rek, de droge worsten en het spek. Men zegt op ied're boerderij: 'Kom, neem een stoel en schik eens bij!' En, vòòr je bent gezeten, dampt reeds je bord met eten. De boer gaat voor in het gebed; de pet wordt afgenomen; hij zegt, wordt die weer opgezet: 'Wel mag het je bekomen!' In Zalk of Koelucht zou ik graag wel altijd willen wonen, want niets is zo goed voor de maag als spek en bruine bonen.
01-08-2015
Kaap'ren varen
Al die willen te kaap'ren varen
Al die willen te kaap'ren varen Moeten mannen met baarden zijn Jan, Piet, Joris en Corneel Die hebben baarden, die hebben baarden Jan, Piet, Joris en Corneel Die hebben baarden, zij varen mee
Al die ranzige tweebak lusten Moeten mannen met baarden zijn Jan, Piet, Joris en Corneel Die hebben baarden, die hebben baarden Jan, Piet, Joris en Corneel Die hebben baarden, zij varen mee
Al die deftige pijpkens smoren Moeten mannen met baarden zijn Jan, Piet, Joris en Corneel Die hebben baarden, die hebben baarden Jan, Piet, Joris en Corneel Die hebben baarden, zij varen mee
Al die met ons de walrus killen Moeten mannen met baarden zijn Jan, Piet, Joris en Corneel Die hebben baarden, die hebben baarden Jan, Piet, Joris en Corneel Die hebben baarden, zij varen mee
Al die dood en de duivel niet duchten Moeten mannen met baarden zijn Jan, Piet, Joris en Corneel Die hebben baarden, die hebben baarden Jan, Piet, Joris en Corneel Die hebben baarden, zij varen mee