Deze winter is de vijgenboom bevroren.
Je kwam in de groene en bloeiende tuin en reeds van ver zag je daar iets dor staan tussen de lenteweelde. xml:namespace prefix = o ns = "urn:schemas-microsoft-com:office:office" />
Bij het naderen merkte iemand die de tuin kent al dadelijk op dat het om de vijgenboom ging.
Daar stond hij dan in al zijn povere naaktheid.
We dachten natuurlijk aan de vele sappige vruchten die we hier mochten plukken.
Vooral vorig jaar als we voor het eerst ook van de tweede bloei konden eten.
Ik zag geen teken van leven tot ik de boterbloemen en wat gevlekt longkruid verwijderde. Je kan hier duidelijk een scheut opmerken naast het betonijzer. Zo zijn er toch wel enkele te bespeuren.
Ik heb op 1 zware tak systematisch steeds lager gesnoeid tot beneden. Alles was kluiten dood.
Enkel helemaal onderaan is er teken van nieuw leven.
Ik heb toch maar de snoeiwonden ingesmeerd met wondenbalsem.
Dan is de snoeischaar er aan te pas gekomen.
Ik hou er drie busseltjes aan over en enkele zwaardere takken.
Die takken moeten nog eens de zaagmachine passeren om kachelhout te worden.
Vijgenhout is, om bussels te maken, het moeilijkste wat ik reeds in mijn handen heb gehad.
Daarentegen is het van het zachtste en gemakkelijkste om te knippen.
|