In 1948 waarneming om 17u te Shreveport (VS).

   In 1949 waarneming om 23u op de Sandia Basis (VS).

   In 1950 waarneming om 16u, door twee F-51 piloten boven Poplar (VS).

   In 1951 radarwaarnemingen door ADC stations in meerdere staten van de VS.

   In 1952 bemerken woudarbeiders een rond plat voorwerp van 15m, in de lucht nabij Kirkeness (NO).

   In 1954 waarneming om 6u, door meerdere mensen op de LMB Kimpo (JP).

   In 1954 waarneming om 20u40, van “groene vuurbollen” van Denver tot Las Cruces (VS).

   In 1954 wordt een auto gevolgd door een schotelvormig voorwerp in Casablanca (MA).

   In 1954 fotografeert de contactpersoon Fry Daniël een schotelvormig voorwerp boven de grond nabij Baldwin Park/Azusa (VS).

   In 1956 waarneming door Stanford R. te Joshua Tree (VS).

   In 1962 bemerken drie mannen een schotelvormig voorwerp boven het water te Barcelos (BR).

   In 1963 waarneming door Barbérian A. en Giragossian M. boven Aix-en-Provence (FR).

   In 1965 bemerkt een astronoom een voorwerp, als een blad, nabij Valensole (FR).

   In 1965 bemerken astronomen een eivormig voorwerp boven St.Michel-Haute-Provence (FR).

   In 1967 bemerkt Valeriu Bita een rond voorwerp boven de Donaudelta (RO).

   In 1969 waarneming door drie mensen, waaronder Ghimpu Aurel, boven Sibiu (RO).

   In 1971 waarneming om 20u30, door de dierenarts Hevuelta Cid A. te Alcanices (ES).

   In 1971 waarneming om 23u45, door de zakenman G.G. nabij Chauchina (ES).

[meldde ook een waarneming op 26 juni 1971]

   In 1971 waarnemingen te Tintange en Nameche (BE).

   In 1976 waarneming door KLM-passagiers boven Iran.

   In 1977 waarneming te Malaucene (FR).

   In 1978 bemerkt de 47-jarige visser Fili Putti G., een schotelvormig voorwerp van 4m met een koepel en een wezen te Melaria/Udine (IT).

   In 1984 waarneming door twee expeditieleden, waaronder Babenko, in het Pamirgebergte.

   In 1998 waarnemingen te Artzenheim, Moissac en Le Havre (FR).