Onmin of meer
Ik sloeg de deur dicht. Alles trilde.
Als jij niet vertrekt, dan doe ik het.
Buiten zinnen graaide ik mijn koffer vol.
De vraagtekens bleven liggen aan zijn voeten.
De voegwoorden verdunde ik, met liters tranen.
Ik had je lief, riep ik, van het moment dat je blindelings
bij me binnensloop. Iedere ader verbond ons in het echt.
Iedere cel was als een meer waarin we samen zwommen.
We hadden tijd, we hadden leven.
Welk moment was het, dat jij omkeek naar het gefluit
van dromen, het blauwgezeilde beeld, bol over het water.
Niets heeft zo'n brede vleugels dan de schijn van waarheid,
dan de gedachten die vingers doen zwijgen.
Je zal me nergens meer vinden, aldoor stiller.
Ik nam mijn koffer op en verdween uit mijn hoofd.
kerima ellouise ©
Illustratie: kunstenaar Stefan Bongaerts
|