In de openingsrit van Parijs-Nice ging De Buyst zwaar tegen de grond. De schade: een viervoudige breuk in het linkerschouderblad. Weg Vlaamse voorjaarsklassiekers. Die zag hij met pijn in het hart noodgedwongen thuis vanuit de zetel. Maar deze week koerst hij alweer in de Ronde van Turkije. “Maar de breuk is nog niet volledig hersteld”, vertelt hij. “Ik had drie onverplaatste breuken en één verplaatste breuk, waarbij er een opening was van zo’n 6 millimeter. Ondertussen is die weer aan het dichtgroeien, maar ik heb nog steeds een gaatje van 3 millimeter. Tegen de start van de Giro zou dat op de natuurlijke manier genezen moeten zijn.”

Gretig om weer te koersen heeft De Buyst zelf bij de ploegleiding gevraagd om in Turkije te starten. “Ik had twee opties: op stage vertrekken of hier rijden. Qua intensiteit gaat dat niet veel verschillen. Alleen, In de koers heb ik altijd een masseur, dokter en kine. Ga ik alleen naar Calpe en ik krijg plots last, heb ik niemand en moet ik daar nog gaan zoeken. En de pijn valt tot nu toe wel mee. Als ik door een putje rijdt, voel ik wel even pijn. En ook optrekken gaat niet zo vlot. Door de inactiviteit zijn mijn spieren ook verzwakt, maar daar werk ik iedere dag aan.”

Niet onnozel doen

De Buyst maakt normaal deel uit van de lead-outtrein van kopman Caleb Ewan voor de komende Giro en Tour, maar in Turkije denkt hij er niet aan om zich in het spurtgewoel te mengen voor de Australische spurter. “Da’s redelijk kut”, zegt De Buyst, die deze week vooral op kop van het peloton zal rijden.

“Veel veiliger, want ik moet nog voorzichtig zijn. Ik heb Caleb gezegd dat ik niet onnozel wil doen en dan het risico loop om iets voor te hebben en tien weken out te zijn. Want dat zegt iedereen nu vaak, dat ik niet weer mag vallen. Onbewust ben je daar dan ook constant mee bezig. Geen aangename situatie, want ik mijd nu het midden van het peloton. Terwijl iemand ook gewoon voor mijn neus kan vallen en ik erbij kan liggen... Weet je, ik hoop gewoon naar de Giro te kunnen vertrekken en kan zeggen dat het allemaal in orde is.”