Direct naar artikelinhoud
PolitiekPlanbureau

Kunnen de politieke partijen hun beloften wel betalen? Het Planbureau weet het ook niet

Kunnen de politieke partijen hun beloften wel betalen? Het Planbureau weet het ook niet
Beeld Sven Franzen

Het Planbureau presenteert vrijdag zijn langverwachte doorrekeningen van de verkiezingsprogramma’s. De voorstelling geldt als één van de eerste belangrijke momenten in de kiescampagne, maar de berekening dreigt een forse slag in het water te worden.

en

“Het best haalbare.” “Een gemiste kans.” “Een farce.” Off the record zijn in de Wetstraat maar weinig partijen gelukkig met de oefening van het Planbureau – om het met een understatement te zeggen.

Het is nog maar de eerste keer dat het Federale Plabureau met een doorrekening van de partijprogramma’s komt.  De wet die dat mogelijk maakt werd aan het eind van de vorige regeerperiode goedgekeurd. De cijfers moeten kiezers in staat stellen met de nodige realiteitszin naar de beloftes van de kiescampagne te kijken. Maar dat blijkt nu al te hoog gegrepen. 

Waarom? Eerst en vooral: niet de hele verkiezingsprogramma’s worden nageteld. Ondanks tien nieuwe aanwervingen bleek dit al snel onhaalbaar voor het onderbemande Planbureau. Daarom werd gekozen voor een afgeslankte oefening waarbij alle partijen zelf maximaal vijf verkiezingsprioriteiten mochten aandragen.

Dit maakt ‘valsspelen’ eenvoudig. Partijen kunnen met grootste onderscheiding slagen voor het examen van het Planbureau, dan nog zegt dat resultaat weinig over de financiële stabiliteit van hun volledige programma. “Je moet een enorme domoor zijn om prioriteiten in te dienen waarvan je weet dat de optelsom ervan negatief is”, klinkt het op een partijhoofdkwartier. “Je kan je prioriteiten kiezen zoals het je uitkomt.”

Wat ook helpt, is dat het Planbureau de afgelopen maanden uitgebreide feedback heeft gegeven aan de partijen. Bij N-VA hadden ze bijvoorbeeld verschillende hervormingen van de personenbelasting in gedachten, maar het rekenwerk van het Planbureau leerde dat die te duur uitdraaiden. Finaal kozen de Vlaams-nationalisten daarop voor een verbreding van de bestaande tariefschijven.

Lees ook:

De doorrekening van de kiesprogramma’s is een oefening in gezichtsbedrog

Miljonairstaks

Een ander fundamenteel probleem met de doorrekeningen van het Planbureau is dat de instelling niet in staat is om omvangrijkere, of radicalere politieke voorstellen na te rekenen. De gehele klimaatwet van Groen, de migratiestop van Vlaams Belang of de miljonairstaks van PVDA: ze blijken voor het Planbureau onmogelijk na te tellen. Dit is enigszins begrijpelijk. De Nationale Bank werkt momenteel aan een analyse over de sociaal-economische kosten van migratie. Die studie wordt pas in de zomer van 2020 verwacht. Het is bijna onmogelijk om dit soort oefening in enkele maanden af te ronden.

PVDA vindt het niettemin ongehoord dat het Planbureau niet aan een berekening van haar miljonairstaks wil beginnen. “Er zijn al voldoende studies naar gebeurd. De gegevens zijn op Europees niveau voor handen. Ze verschenen onlangs in een masterthesis. Toch zegt het Planbureau dat dit niet lukt omdat er in ons land geen vermogenskadaster bestaat”, reageert Kim De Witte namens de radicaal-linkse partij. “Van een instelling als het Planbureau mag je toch veel meer verwachten?”

De Witte ziet hier politieke manoeuvres in. “Het is duidelijk dat het Planbureau dit wel kan natellen maar dat deze maatregel van bovenaf wordt tegengehouden.” Aan het andere uiterste van het politieke spectrum valt hetzelfde geluid te horen. Het Planbureau wou de migratiestop van Vlaams Belang niet doorrekenen, maar ook het voorstel om de sociale zekerheid te splitsen werd geweerd. Net zoals het voorstel om de monarchie af te schaffen. Vlaams Belang paste daar uiteindelijk een mouw aan door de afschaffing te herformuleren tot een verlaging van de dotaties met 99,9 procent. Dat kon wel.

Vlaams Belang is van plan om vrijdag uit te pakken met eigen studiewerk naar de opbrengsten van een migratiestop en de splitsing van de sociale zekerheid, gebaseerd op bestaand onderzoek.

Uitkeringen

Niet alleen de uitersten klagen, ook in het politieke centrum heerst ontevredenheid en scepsis over de doorrekeningen. De N-VA en Open Vld hebben bijvoorbeeld problemen met de manier waarop de specialisten van het Planbureau omgaan met de beperking van de werkloosheidsuitkeringen in de tijd. Ze focussen daarbij volgens de beide partijen te veel op de kosten. Zo stelt Open Vld voor om werklozen na zes maanden verplicht een opleiding te laten volgen. Het Planbureau kan wel becijferen wat de kosten daarvan zijn, maar niet in welke mate dit geld zal opleveren dankzij nieuwe jobs.

De berekeningen van het Planbureau, een federale instelling, richten zich sowieso in de eerste plaats op het federale beleidsniveau. Voor maatregelen over zorg, ruimtelijke ordening, onderwijs en energie kunnen ze de impact moeilijk berekenen. Die zitten Vlaams. 

De vraag die dan overblijft, is of de doorrekeningen zoals ze nu gebeuren veel zin hebben? Vrijdag zal een cijferstorm losbarsten, maar wat zullen we daaruit leren? “De berekeningen zijn erg partieel, maar dit is een eerste stap”, zegt Open Vld-woordvoerder Thomas Vanwing. Op termijn wil zijn partij evolueren naar het Nederlandse model. Volgend jaar volgt een evaluatie van de doorrekeningen, dan zullen de liberalen ervoor pleiten het systeem verder uit te breiden. Ook Groen wil dat. “We kunnen het erover eens zijn dat de huidige manier van werken verre van ideaal is. Dat hebben we altijd gezegd”, reageert partijwoordvoerder Jonas Dutordoir. “Hopelijk kunnen we nog een stap verder gaan.”

Gidsland

In Nederland rekent het Centraal Planbureau (CPB) al sinds het midden van de jaren 80 verkiezingsprogramma’s door. Het rapport voor de verkiezingen twee jaar terug telde meer dan vierhonderd pagina’s aan tabellen. Onze noorderburen leven in de overtuiging dat de kiezer behoefte heeft aan juiste cijfers. 

Tegelijk komt in Nederland steeds meer kritiek op de rekentraditie. Partijen zoals de PVV van Geert Wilders en seniorenpartij 50Plus doen niet mee aan de doorrekening. Ze vinden dat die te veel nadruk legt op correct tellen. Politiek is volgens hen een ideeënstrijd die zich niet al te veel moet laten beperken door boekhoudkundige overwegingen. En het is niet alleen de Nederlandse politiek die klaagt. In de Volkskrant werd de doorrekening onlangs omgedoopt tot het ‘wereldkampioenschap vierkante millimeter zeiken’ omdat de detailzucht de oefening snel overneemt. Terwijl partijen elkaar bekampen met spreadsheets en procentvoeten, haakt de kiezer af.

Profileringsdrang

Ook in ons land lijkt het nu al zeker: de doorrekeningen van het Planbureau worden belangrijke campagnemunitie. Sp.a-voorzitter John Crombez klopte zich vorig weekend al op de borst omdat zijn voorstel voor een minimumpensioen van 1.500 euro “betaalbaar” is volgens het Planbureau. Net zoals zijn voorstel om de wachtlijsten in de zorg weg te werken. Crombez: “Dat anderen de komende weken dus niet komen zeggen dat de oplossingen van socialisten onhaalbaar of onbetaalbaar zijn.”

Dinsdag zag ook PVDA zijn kans. De partij pakte in De Standaard flink uit met door het Planbureau berekende cijfers om via openbare aanbestedingen goedkopere geneesmiddelen af te dwingen. Dit zogenaamde kiwimodel, afkomstig uit Nieuw-Zeeland, zou een half miljard opbrengen voor de Belgische staatskas.

Elders in de Wetstraat wordt tandenknarsend gereageerd op de “profileringsdrang” op links. “Het Planbureau heeft nog niets eens zijn definitieve cijfers overgemaakt”, luidt het binnen de N-VA, “waarop baseren sp.a en PVDA zich dan? Deze oefening heeft zijn merites, maar zeker ook zijn beperkingen. Als de andere partijen spelletjes gaan spelen, wordt het straks totale chaos.”