STANDPUNT. Gespierd taalgebruik loont ook in Nederland

Kunnen we ook iets leren uit de stembusgang? Een opsteker voor de CD&V kan zijn dat zijn tegenhanger van het CDA nipt de grootste partij is gebleven. Terwijl het bij nationale verkiezingen al sinds een paar verkiezingen verschrompeld is tot meeloper. De liberale VVD van premier Mark Rutte strandde op een zucht.

Bij ons hoopt de N-VA lokaal de grote volkspartij te worden die ze op Vlaamse schaal al is. De achterstand is nog groot: in 2012 haalde de N-VA iets meer dan 1.600 raadsleden, de CD&V meer dan 2.300. De N-VA kwam van ver. In 2006 won de toenmalige nieuwkomer amper 216 lokale zitjes.

Ook herkenbaar is hoe de Nederlandse premier Rutte telkens weer met gespierd taalgebruik de opkomst van extremistisch rechts afhoudt. In het afsluitende debat zei hij dat mensen “van buiten Nederland” keurig achteraan moeten sluiten als het gaat om sociale woningen en geen voorrang moeten krijgen op een jong koppel of een gescheiden vrouw.

De VVD ging lichtjes vooruit, in tegenstelling tot de socialistische PVDA, die maar klappen blijft krijgen. Sp.a-voorzitter John Crombez kan er beter niet op letten, zeker niet nu hij zo gescoord heeft in de F-16-affaire.

GroenLinks deed het behoorlijk in Nederland, maar buiten ‘studentensteden’ als Amsterdam en Utrecht toch ook weer niet wereldschokkend.

Geert Wilders stelde opnieuw teleur. Hij won zetels in gemeenten waar zijn PVV voor het eerst opkwam, maar verloor in de paar plaatsen waar hij al aanwezig was.

Opmerkelijk was de uitslag van de omstreden migrantenpartij DENK, met Turkse roots, door critici ook wel als ‘lange arm van Erdogan’ omschreven. De partij die van de term allochtonen af wil en die het begrip ‘integratie’ wil vervangen door ‘acceptatie’, bemachtigde zetels in dertien van de veertien gemeenten waar ze opkwam. Ook bij ons zullen voor het eerst migrantenpartijen meedingen in oktober. Kans op deelname aan een coalitie zit er voor DENK op het eerste gezicht wel niet in.