Hoe ontstaan die typische zomergeuren?

1. De natuur na een regenbui

Dorien Knockaert

De geurmelange die je toewaait na een flinke zomerse plensbui heet petrichor, en hij is een van de beter bestudeerde zomercharmes: in 1964 lanceerden de Australiërs Joy Bear en Richard G. Thomas de term in een studie over de olie die planten in droge periodes afgeven aan de bodem, en die daarna door de regen wordt losgemaakt. Bovendien doet een plensbui in de bodem bacteriën opleven die geosmin afscheiden, een stofje met een uitgesproken aards aroma, dat ook rode biet zijn grondsmaak geeft.

2. Vers hooi

De warme, zoete geur van vers hooi – hints van karamel, tabak en amaretto – is grotendeels te danken aan coumarine, een aromatisch stofje dat vrijkomt wanneer gras verwelkt en droogt. De associatie met lekkernijen is niet vergezocht: coumarine zit ook in tonkabonen en in cassia­kaneel, die gebruikt worden om desserts op smaak te brengen. Als je in onze contreien plots een wolk coumarine krijgt toegewaaid, kan die behalve van hooi ook van lievevrouwebedstro, honingklaver of moerasspirea komen. De parfumindustrie gebruikt ook graag coumarine, maar fabriceert die synthetisch.

3. Een warm dennenbos

Hoe warmer naaldbomen worden, hoe meer terpenen ze afscheiden: aromatische stoffen die zoet maar ook kruidig aandoen, een beetje prikkelend en doorgaans aangenaam opwekkend. Ook eucalyptus en munt hebben hun karakter aan terpenen te danken. Terpenen produceren het soort geur dat je weleens wilt opsnuiven wanneer je hoofdpijn hebt of verkouden bent. En dat is misschien niet toevallig: onderzoekers vermoeden dat er geneeskrachtige stoffen tussen zitten, en vonden in de terpenen van naaldbomen onder meer ontstekingsremmende eigenschappen. ‘Bosbaden’ hebben dus mogelijk meer dan een ontspannend effect: ze zouden echt helend kunnen zijn.

4. Een tankstation op een hete dag

De aardolie waarmee we onze auto’s vullen, geeft een penetrante lucht af, en het zou verstandig zijn om die vies te vinden: ze is allesbehalve gezond en als je er veel van opsnuift, geeft dat een intoxicatie die vergelijkbaar is met een venijnige dronkenschap (nee nee, niet doen!) Toch worden veel mensen, ondergetekende inbegrepen, blij als ze een tankstation ruiken, zeker als er een paar wolkjes heet asfalt en broeierig auto-interieur in de mix zitten.

Het illustreert hoe snel geuren herinneringen opwekken, en wat voor een sterke emotionele lading zo’n geurherinnering heeft. Een verhit tankstation schenkt je het gevoel van reizen met de auto: vrijheid, avontuur, belofte. Tenzij je autotrips vooral met fileleed en lastig reisgezelschap associeert: dan stinkt het gewoon.

Wie de wereld volop wil ruiken, kan een paar maatregelen nemen om in topvorm op pad te gaan: je ruikt op je best wanneer je honger hebt en goed gehydrateerd bent. Volgens Israëlisch onderzoek helpt het ook om één glas alcohol binnen te hebben. Na een tweede glas en je geurzin is om zeep.