Hendrik Redant is opnieuw ploegleider van topteam na hels avontuur: “Renners moeten kaarten, niet op Facebook zitten”

© BELGAIMAGE

Na acht jaar behelpen bij het Amerikaanse UnitedHealthcare is Hendrik Redant (56) weer waar hij thuishoort: in de World Tour. De ploegleider probeert het geplaagde Team Dimension Data er weer bovenop te helpen en probeert dat deze week in de Ronde van Turkije. “Mijn coureurs moeten voor elkaar door het vuur gaan.” Een monoloog in drie bedrijven.

Werner Bourlez

Over Team UnitedHealthcare: “Onze sponsor was groter dan Sky, maar betaaldehelaas veel minder”

“Toen ik acht jaar geleden het aanbod kreeg om ploegleider te worden bij het Amerikaanse UnitedHealthcare was dat met een plan: het team laten doorstromen naar de World Tour. Met mijn kennis en contacten moest ik ervoor zorgen dat we zo veel mogelijk Europese konden rijden. Na drie seizoenen vlotte dat goed, we reden veel in Vlaanderen en ook Parijs-Roubaix. Maar daarna werd het budget weer teruggeschroefd. Toen had ik al door: Zo gaan we er niet komen. Ik ben blijven voortwerken, maar de service course in België moest weg. En we reden plots niks meer in Europa. Dat deed pijn, want ik had in mijn eentje een hele Europese structuur opgezet. Ik moest alles doen: tickets boeken, hotels, organisatoren contacteren, UCI-papieren invullen... Ik was in het begin iedere nacht tot 3 uur bezig en kon mij amper met de renners bezighouden. Toch lukte het allemaal en het ging steeds beter. En plots mochten we niet meer in Europa koersen. Ik kreeg een alternatief programma, meer naar het Oosten. Wedstrijden in China, Japan, Korea, Maleisië, Taiwan, Australië… Op den duur wist ik niet meer in welke tijdzone ik zat. Ik ben ooit in drie weken tijd naar Californië, Japan en Canada moeten vliegen. Wat een tijdsverschillen: negen uur achter, zeven uur voor, zes uur achter… Tot ze er vorig jaar definitief de stekker uittrokken, terwijl we met de firma UnitedHealthcare (actief in de gezondheidszorg, nvdr.) een van de grootste sponsors ooit hadden. Ze zijn het op twaalf na grootste bedrijf van de VS, groter dan Sky. Met een omzet van 2 biljoen dollar of zo. Ze zijn in de Verenigde Staten de mecenas van alle sporten. (grijnst) Helaas schonken ze maar een half procent van hun sponsorbudget aan ons.”

Over Team Dimension Data: “Iedereen droomt van Spanje, maar ik wil naar Zuid-Afrika”

“Toen ik vorig jaar gevraagd werd door Dimension Data heb ik niet getwijfeld. Ik ken manager Douglas Ryder al heel lang. Toen ze met de ploeg startten, heb ik hem zelfs geholpen met contacten. Hij wou ook dat ik sportdirecteur werd, maar ik zat toen goed bij Lotto. Maar het contact bleef en ze bleven aandringen. Toen UHC ermee stopte, kon ik geen neen meer zeggen. Ik hou ook van dit Zuid-Afrikaans team. Er zit met Qhubeka ook een mooi sociaal project achter. Ik was erbij toen we met het team fietsen uitdeelden aan minderbedeelde jongeren in de krottenwijken. Sommige kinderen moeten twee uur stappen om naar school te gaan. Het was enorm emotioneel, iedere renner spreekt er nog over. Het is voor hen ook een reality check. Het doet ze beseffen: Wat een geluk dat ik hier niet ben geboren. Het kind aan wie ik een fiets gaf, was tien jaar. Ze was zo blij, maar het eerste wat ze mij vroeg was: Is er een slot bij? Want ze wist dat die anders gestolen ging worden.”

© BELGAIMAGE

“Ik heb Zuid-Afrika nochtans altijd een superland gevonden. Ik ben er voor de eerste keer geweest in 1992, na het opheffen van de boycot toen Mandela vrijkwam. Ik ging daar koersen en won direct. Ik maakte er vrienden en ging ieder jaar terug. Al 26 jaar op een rij. Ik heb mij altijd redelijk veilig gevoeld, ook op plaatsen waar ik eigenlijk niet moest zijn. Iedereen wil op zijn oude dag in Spanje overwinteren. Wel: ik niet. Ik wil naar Zuid-Afrika. Dat is mijn droom, maar ik vrees dat het door de politieke situatie niet meer mogelijk zal zijn. Er is daar van alles aan het veranderen en het zal wellicht niet meer veilig zijn om naar daar te trekken. Het neigt daar nu naar de anti-apartheid: ze willen er alle blanken weg.”

Over Team Hendrik Redant: “De renners moeten voor elkaar willen sterven”

“Het team eindigde vorig jaar als laatste in de World Tour, dat mag dit seizoen niet gebeuren. Het blijven de renners die het moeten doen, maar ik wil helpen op mijn manier. Weet je, praten met je renners is zo belangrijk... Je hebt dankzij de nieuwste technologie wel alle info op papier, maar daar staat niet op hoe een renner zich voelt, hoeveel vertrouwen hij heeft... Dat zie je niet op een wattagemeter. Als mijn spurter zich wat onzeker voelt, zal ik er alles aan doen om zijn moral op te krikken. Die wetenschappelijke vooruitgang is een goede zaak. Het is onmisbaar, maar ik heb mij daar wel wat moeten aan aanpassen. Maar een renner is ook een mens. Ik heb ook gekoerst en kon mij heel de wedstrijd slecht voelen, maar eens de meet in zicht was, kreeg ik zo veel adrenaline dat ik de koers toch won. Je mag niet gefixeerd zijn op cijfers. Als een concurrent demarreert, moet je niet naar je wattagemeter kijken.”

“Ik wil ook een hecht team smeden. De renners moeten met elkaar praten en zich samen amuseren. Vaak kom je op een kamer en zit de ene in de hoek videogames te spelen en de andere op Facebook of Instagram. Ja, we zijn 2019, maar teruggaan naar de basis is nu en dan eens nodig. Wat is er mis met kaarten? Vorig jaar was er op hotel eens geen internetbereik: een ramp! Kom, we gaan kaarten, zei ik tegen de renners. Ik heb ze leren manillen. Later hebben we dat nog gedaan, ook al was er internet. Ze vonden het gewoon leuk. Of ik organiseerde een quiz en vertelde er wat verhalen van vroeger bij. Je wint en verliest als team lijkt misschien een cliché, maar het is de waarheid. Het groepsgevoel is zo belangrijk. Laat ze maar lachen, maar toen Peter Van Petegem de eerste keer de Omloop won, heb ik wel eerst 25 man teruggehaald. Tot ik niet meer kon, zei ik: Peter, nu moet je demarreren. Ik ging door het vuur voor hem. Dat gevoel mis ik in veel ploegen: ze willen niet meer sterven voor elkaar.”

Keuze van de redactie

Video