Direct naar artikelinhoud
DagboekIris Origo

Dagboekfragment: aan alle Duitse discipline is een einde gekomen

Erik van den Berg deelt dagelijks een opmerkelijk fragment uit zijn verzameling historische dagboeken.

Toscane, 20 juni 1944

Een oorverdovend lawaai om ­halfzes in de ochtend laat ons ­weten dat de parachutisten zijn aangekomen. Ze zijn overal rond de boerderij, en proberen de voordeur in te slaan maar Antonio weet dit te verhinderen met het argument dat dit een Kinderheim is. Ze bivakkeren in de voortuin met twee gestolen ezels vol goederen, en een schaap.

De Duitsers zien er onbeschrijflijk uitgeput en smerig uit, het is duidelijk dat aan alle discipline een einde gekomen is. Hun commandant is echter fatsoenlijk, inspecteert de kelder en zegt dat die tamelijk veilig is. Hij beveelt zijn mannen uit het huis te blijven, maar of ze zijn bevel zullen opvolgen valt nog te bezien.

Ze installeren machinegeweren achter de balustrade van de ­benedentuin en hebben mijnen gelegd op de wegen. De hele ­morgen is er een gevechtspauze, op wat geallieerd kanonvuur na, gericht op Contignano, dat al ­grotendeels verwoest is.

We zitten er enigszins désoeuvré bij, als wachtende mensen op een station. In de loop van de ochtend horen we dat een naburige boer door een Duitser werd neer­geschoten omdat hij protesteerde toen hij zijn varken af moest ­geven, en nu dood in een akker ligt. Zijn dochters zoeken in ­tranen hun toevlucht bij ons.

Twee dode Duitsers worden naar beneden gedragen (gedood door mijnen die ze zelf aan het ­leggen waren).

Iris Origo (1902-1988), markiezin van Val d’Orcia. Ingekort fragment uit Oorlog in Val d’Orcia. Vertaling Koen van Gulik. Contact, 1987.