Direct naar artikelinhoud
arbeidsmarkt

Vooral vrees voor reacties van anderen speelt een rol bij werkgevers die gays weigeren

Een perfect cv, maar homoseksueel? Dat schrikt vooral angstige werkgevers af.Beeld Pixabay

Hoe komt het dat gays drempels ervaren op de arbeidsmarkt? Uit onderzoek van UGent-professor Stijn Baert blijkt dat werkgevers niet zozeer hun seksuele voorkeur afkeuren. "Ze zijn vooral bang voor de reacties."

Een Vlaams bedrijf dat bouwmaterialen verkoopt, is op zoek naar een baliemedewerker. Een man reageert op de vacature met een onberispelijk cv. Hij heeft een diploma accountancy en informatica, gelijkaardige werkervaring en spreekt vloeiend Nederlands, Frans en Engels. Volgens zijn personalia is hij getrouwd met ene Jonas Van Damme. Een man dus, geen vrouw. Bij welk soort werkgevers zou die laatste toevoeging een verschil maken?

Op die vraag zocht professor arbeidseconomie Stijn Baert een antwoord. Hij legde de vacature en het cv voor aan 222 studenten, samen met de vraag: zou u als baas van dit bedrijf deze man aannemen?

"Als we keken naar de volledige groep potentiële werkgevers, dan kon er geen uitgesproken weerstand worden vastgesteld om een homoman aan te werven", stelde Baert vast. Wel zag hij verschillen toen hij de groep studenten bevroeg over de mate waarin ze risico's nemen of mijden. "Wie een duidelijk risicoavers profiel had, bleek minder geneigd om de homoman aan te nemen. De kans op een gunstige beoordeling daalde in deze deelgroep met 31 procent." Volgens Baert speelt in deze risicoaverse groep de vrees voor de reacties van anderen mee. "Ze vrezen dat een eventuele aanwerving tot problemen zou leiden. Wat als andere collega's of klanten niet met een homo willen samenwerken?"

Arbeidseconoom Stijn Baert deed eerder onderzoek naar de aanwerving van jonge lesbiennes.Beeld RV

De enige manier om die vrees bij werkgevers weg te nemen, is volgens Baert door ze duidelijk te maken dat er aan discriminatie een serieus prijskaartje hangt. "Je moet hen eieren voor hun geld doen kiezen. Dat kan bijvoorbeeld met structurele praktijktests."

Bram Sebrechts van Unia, het Interfederaal Gelijkekansencentrum, noemt de bevindingen van de professor arbeidseconomie herkenbaar. "Klachten bij ons over werk en seksuele geaardheid verwijzen vaak naar de reacties van collega's." Volgens hem gaat het om zo'n twintig gevallen per jaar - een aantal dat stabiel blijft. "We kunnen moeilijk spreken over grote trends, dit zijn individuele gevallen. Maar meestal gaan ze over pesterijen op de werkvloer. Ik kan me voorstellen dat heel wat werkgevers beducht zijn voor dat soort scenario's."

Moederschap bepalend

Stijn Baert deed eerder onderzoek naar de aanwerving van transvrouwen en jonge lesbiennes. Ook voor die eerste groep gold dat de aanwervers geen afkeer hadden van transvrouwen, maar wel vreesden voor afkeurende reacties van werknemers en klanten. Dat patroon zag hij ook in eerder onderzoek naar etnische discriminatie.

Opmerkelijk nog: bij jonge, lesbische vrouwen kwam die vrees niet naar voren. Na het bestuderen van honderden sollicitatiebrieven, waarin ze openlijk voor hun seksuele geaardheid uitkwamen, kwam Baert tot de conclusie dat jonge lesbiennes 25 procent meer kans op een job maken dan heteroseksuele leeftijdsgenoten. "Het moederschap speelt een rol", zegt Baert. "Veel werkgevers gaan ervan uit dat lesbiennes minder geneigd zijn om kinderen te hebben, zwangerschapsverlof op te nemen of parttime te werken."

Opmerkelijk: uit onderzoek naar de rekrutering van jonge lesbiennes kwam de vrees voor reacties niet naar voren