Volgens Van Campenhout, die aan de KU Leuven het Lab4Food coördineert dat de voedingswaarde van insecten bestudeert, kunnen insecten zoals sprinkhanen, krekels en meelwormen als voedingsmiddel “vlees perfect vervangen”. “Je moet een psychologische barrière over, maar wanneer mensen proeven zijn ze meestal aangenaam verrast. Sommigen spreken van een subtiele notensmaak. Veel hangt af van de bereiding.”

Nadat het Federaal Voedselagentschap in 2014 een tiental insecten goedkeurde voor consumptie verschenen er nieuwe producten, maar deze zijn bij gebrek aan interesse ondertussen weer uit de supermarkten verdwenen. Je vindt eetbare insecten momenteel nog enkel in speciaalzaken.

Koploper

Elders is er meer interesse. “Omdat ons voedselagentschap vrij vroeg eetbare insecten erkende, is België in Europa een van de koplopers. Wij exporteren insecten bijvoorbeeld naar Zwitserland, waar onze kwekers nauwelijks de vraag kunnen bijhouden”, aldus Van Campenhout.

De sector van de insecten is volop in beweging. “We zien een evolutie van kleinschalige kweek naar massaproductie. Er worden federaties opgericht en verschillende Europese landen passen hun wetgeving aan om eetbare in sectoren toe te laten.”

“Insecten hebben trouwens veel meer toepassingen dan enkel voeding. Hun uitwendig skelet bevat chitine, een stof die gebruikt wordt in plastic folie. En onze collega’s van hogeschool Thomas More experimenteren met een handcrème die sprinkhanenvet bevat”. Zelf onderzoekt Van Campenhout in haar labo onder meer hoe voedingsproducten kunnen verrijkt worden met insecten.