Santiago de Compostella: The Way is Magic
Een aantal weken geleden was het zover. Bepakt en bezakt werd ik opgepikt bij NS-station Den Bosch. Mijn compagnon, twee twintigers en ik begonnen aan een achtdaags avontuur. Onder het motto ‘pelgrimeren kun je leren’ ben ik een week lang als aspirant-pelgrim vanuit Zuid-Frankrijk de pelgrimsroute richting Santiago de Compostella gaan lopen.
We trekken als Young & Holy al enige tijd op met het Genootschap van Sint Jakob.
Het genootschap bestaat uit bevlogen mensen die de pelgrimsroute naar Santiago de Compostella onder de aandacht brengen, de historie bestuderen en reizigers die de tocht willen ondernemen, voorzien van praktische adviezen. We doen namens dit genootschap onderzoek naar de functie die de pelgrimstocht heeft voor jongeren.
Het enthousiasme van de pelgrims werkt aanstekelijk. Na alle deskresearch en interviews met jongeren besluiten we zelf ook de wandelschoenen aan te trekken. Half juli arriveren we in Saint Palais in Frankrijk. Via het dorpje Ostabat komen we op onze tweede dag aan in St. Jean Pied de Port, voor veel pelgrims het startpunt van de reis.
wat je nodig hebt
De herbergier in het stadje steekt zijn preek af. Hij kijkt ons diep in de ogen en begint in gebroken Engels een soort van Happinez-wijsheden af te steken over ‘The Way’. ‘Beste jongelui: The Way is magic. En het geheim van de camino is het loslaten van de controle. Geef jezelf over aan de camino.’ Met pretlichtjes in zijn ogen vervolgt hij zijn ode aan de pelgrimsroute. ‘The Way geeft je wat je nodig hebt, dat is soms iets anders dan jij misschien wilt hebben.’ Het klinkt allemaal wat theatraal en ‘over the top’. Wij zijn al lang blij dat we onze schoenen mogen uittrekken.
Ik geniet van het reizen, de ontmoetingen met andere pelgrims, de schoonheid van de natuur en het overnachten in de herbergen. Maar ja, de geweldige spirituele ervaringen willen niet echt komen. De Pyreneeën zijn best hoog, mijn voeten doen pijn en ik verlies volgens mij liters vocht tijdens de tientallen kilometers die we afleggen. Ik probeer tijdens het lopen mooie oneliners te bedenken over het pelgrimeren zoals: ‘Soms moet je gaan lopen om tot stilstand te komen. Soms moet je gaan reizen om thuis te komen.’ Maar ik voel me net zo ongeloofwaardig als het verkooppraatje van de herbergier.
Een van mijn jonge reisgenoten zet me met beide voeten terug op het wandelpad. Hij stelt: ‘Wij pelgrims? Nee joh, pelgrimage moet moeilijk zijn, afzien. Het moet een verschil zijn met ‘backpacken’ waarin je ook een ‘uitje’ doet naar een paar tempels of zo. Het is pelgrimage als je ’m afloopt. Wij gaan gewoon een paar dagen voor het wandelen over de Pyreneeën, voor de sightseeing. Het lijkt me wel cool om ‘m later minstens zes weken te doen, dan ben je misschien wel een veranderd mens.’
loslaten
Oké, wij zijn dus helemaal geen pelgrims maar een stel wandelaars die genieten van het uitzicht? Zijn uitspraak zet me aan het denken. Wanneer mag iets pelgrimage heten? Ik besluit mijn hoge spirituele verwachtingen maar eens wat los te laten. Misschien heeft de oude herbergier wel gelijk. Ik probeer los te laten.
Het geeft me ruimte om te genieten van de onweersbui in de bergen bij St. Jean Pied de Port, de lichtflitsen en het rollen van de donder is indrukwekkend. Ik geniet van de wandelingen door de buxusbossen en ik kijk vol verwondering naar een dans van twee prachtige vlinders. Ik ben ineens dankbaar voor dingen als een bed, een douche en een eenvoudige warme maaltijd.
Ik heb genoten van de gesprekken met de jonge pelgrims die wel helemaal naar Santiago lopen of nog verder naar Finisterre. Of een week te kort is? Of ik ‘m ooit af ga maken, de Camino? Geen idee, ik ben dankbaar voor wat ‘de weg’ mij bracht. De herbergier heeft gelijk, ‘the way is magic’.