Direct naar artikelinhoud
InterviewEmir Kir

Burgemeester Emir Kir: ‘Het is niet onbeduidend om zulke duistere personages te verwelkomen in een multiculturele gemeente als Sint-Joost’

Emir Kir in het gemeentehuis van Sint-Joost.Beeld Stefaan Temmerman

Een week nadat burgemeester Emir Kir (ex-PS, nu onafhankelijk) de radicaal-rechtse NatCon-conferentie verbood, en de internationale pers op zijn dak kreeg, is hij nog even vastberaden. ‘Door ons optreden is geweld vermeden.’

Altijd strak in het pak, de haren netjes opzij gekamd, glimlach op het gezicht en een zachte stem, die hij zelden of nooit verheft. Burgemeester Emir Kir (55) lijkt wel voorbestemd voor het elegante gemeentehuis van Sint-Joost-ten-Node, ooit de woonst van de Belgische violist Charles de Beriot.

Het is bijna niet voor te stellen welke storm hier vorige week door de vertrekken raasde, toen de kleinste gemeente van het land (amper 1,2 vierkante kilometer) plots wereldnieuws was. Dat gebeurde nadat Emir Kir een verbod had afgevaardigd tegen NatCon, een conferentie van radicaal-rechtse denkers en politici.

Een spoedprocedure bij de Raad van State redde de aartsconservatieve conferentie, die intussen op internationale persbelangstelling kon rekenen. Zoals The Economist schreef, leken de Brusselse burgemeesters op een missie om te bewijzen dat de radicaal-rechtse obsessie met “cancelcultuur” meer is dan een complottheorie.

“Sommigen zullen zeggen dat we reclame maakten voor hen, en misschien hebben ze inderdaad een cadeau gekregen, maar daar moet ik niet over oordelen”, zegt Kir. “Ik ben er om de openbare orde in mijn gemeente te garanderen.”

Het was een evenement in een privézaal. Was die openbare orde wel ooit in het gedrang?

“Kijk naar de chronologie. Enkele dagen voor NatCon vernam ik in de media dat mijn collega-burgemeesters in Brussel-stad en in Etterbeek de conferentie te riskant vonden. Ze hadden evenementzalen overtuigd om de bijeenkomst te annuleren.

“Ik haal er de woorden bij van Vincent De Wolf (MR-burgemeester van Etterbeek, BST): ‘Een gebeurtenis van zo’n omvang is niet zonder gevolgen in termen van onrust.’ Dat las ik in de kranten. En pas daarna, in de nacht voor het evenement, kreeg ik een e-mail van een journalist die me vroeg of ik het goed vond dat de conferentie in mijn gemeente doorging. Ik kon enkel antwoorden dat ik nog van niks wist.”

Dat is niet zo vreemd. De organisatoren kwamen in allerijl naar Sint-Joost nadat ze uit het Sofitel in Etterbeek waren gezet.

“De dag van NatCon vroeg ik om vijf uur ’s ochtends de korpschef waar dit over ging. Geen enkele overheid of wie ook had me van deze manifestatie verwittigd.

“Ik deed hetzelfde als mijn collega’s in andere gemeenten: bellen naar de zaal om de informatie te delen waarover we op dat moment beschikten. Die eigenaar zei dat hij me zou terugbellen, maar ik besefte niet dat het evenement toen al bezig was.

“Vervolgens vernamen we dat er een tegenbetoging zou zijn. Kort voor 11 uur, als het evenement al drie uur bezig was, ontving ik de analyse van het federaal crisiscentrum.

“Daaruit bleek dat het OCAD (Coördinatieorgaan voor de dreigingsanalyse, BST) al op 5 april, dus ruim een week voor het evenement, de extremistische dreiging van dit evenement had ingeschat. Waarom waren wij niet op de hoogte?”

Was de dreiging volgens het OCAD wel groot genoeg om tot een verbod over te gaan?

“Het OCAD evalueerde de ernst van de dreiging als gemiddeld, maar waaruit bestond die dreiging? We lazen: ‘Aanzienlijke verstoringen van de openbare orde. Gewelddadige confrontatie.’ Ik verzin niets, hé. Gewelddadige confrontatie. Het OCAD zette dit evenement in dreigingsniveau twee, maar het land is nog wel in dreigingsniveau drie.

“Het verslag van het crisiscentrum voorspelde de komst van 350 gasten, onder wie conservatieve intellectuelen en politici, maar ook extreemrechtse figuren. Ze bleken de Hongaarse premier te verwachten, maar ook de homofobe Duitse kardinaal Müller en de Franse antropologe Florence Bergeaud-Blackler, die na controversiële teksten over de politieke islam onder politiebescherming is geplaatst. Ik las dat er een minister uit de regering-Netanyahu kwam die vorig jaar de Palestijnse Autoriteit een neonazistische entiteit noemde die geëlimineerd moest worden.

“Het minste dat je dan als organisator kan doen is de autoriteiten verwittigen zodat we hun veiligheid kunnen garanderen. Ik kan me voorstellen dat de gespecialiseerde diensten in het veld al lang op de hoogte waren van dit internationale evenement, maar ik toen nog niet. Op basis van die info en het gesprek met mijn zonechef, besloot ik in te grijpen.”

Vorige week liet u in uw communicatie verstaan: er is geen plaats voor extreemrechts in Sint-Joost. Los van de veiligheid, is het dan toch ook een politieke keuze?

“Je had daar een scala aan figuren die bekend staan voor homofobe, ultranationalistische, reactionaire of racistische uitspraken. Sommigen zijn ook al veroordeeld voor aanzetten tot haat.

“Misschien is het voor u onbeduidend om zulke duistere personages te verwelkomen in een multiculturele gemeente als Sint-Joost, maar ik vind van niet.”

Ondanks de kritiek zou u het morgen opnieuw doen, dit verbod?

“Ja. Ook al gebeurt het maar zeer zelden dat we iets verbieden. Maar als ik voor een voldongen feit word gezet, zonder enige waarschuwing, en ik zie mogelijke problemen van openbare orde... Ik heb hetzelfde aan de premier gezegd: ik ben even gehecht als u aan de vrijheid van meningsuiting. Maar ik ben geen premier, ik ben burgmeester, en verantwoordelijk voor de openbare orde.

“Door ons optreden is geweld vermeden.”

Dat het vreedzaam bleef, kwam toch niet door het verbod? Zowel de conferentie als de tegenbetoging ging uiteindelijk toch door?

“Dat ik ’s middags dat arrest tekende, heeft iedereen gekalmeerd. Als ik zoals mijn collega’s op voorhand gewaarschuwd was geweest, had ik net zoals hen de uitbater van de zaal op andere ideeën proberen te brengen. Nu kon ik niet anders dan het verbieden. Zoals ik ook in 2015 een bijeenkomst van Dieudonné heb tegengehouden.”

Ook toen, met de Franse Jodenhater Dieudonné, heeft de Raad van State u teruggefloten. Dan wist u dus toch op voorhand dat uw arrest de grondwet schond?

“Ik ben geen legalist, ik ben burgemeester. Ik bestuur een gemeente met diverse bevolkingsgroepen met diverse meningen. Als dergelijke dossiers op mijn bureau liggen, dan treed ik op. Ik heb ook Geert Wilders tegengehouden toen die vorig jaar wou komen. Waarom maakte de pers daar niets van?

“Je kan met zo één spreker al confrontatie hebben, maar dit hier was een festival van bedenkelijke sprekers. Waarom stond de pers niet op zijn achterste poten toen stad Brussel de conferentie tegenhield? Ik deed hetzelfde, enkel op een andere manier. Het is toch paradoxaal dat het uitoefenen van druk op de zaaluitbaters geen probleem zou zijn voor de vrijheid van meningsuiting.”

De paradox die op NatCon de ronde deed was dat u een uiterst-rechtse conferentie met ministers en Europarlementariërs verbiedt, maar wel Turkse uiterst-rechtse burgemeesters ontvangt op uw gemeentehuis. Hoe verklaart u dat?

“Ik ben blij dat ik dat eens kan uitleggen, want de leugens moeten stoppen.”

Emir KirBeeld Stefaan Temmerman

Kir onderbreekt hier het interview even. Het lijkt half show, half ernst, maar de flamboyante Kir vraagt zijn kabinetschef, die bij het interview zit, om deze passage expliciet op te nemen. Een dramatische geste van de charismatische Kir, alsof hij nooit eerder de kans kreeg om zijn versie van de feiten te geven.

“Over dit onderwerp zijn er in de media enkel leugenaars”, zegt Kir.

Het gaat nochtans om een belangrijke episode in een succesrijke carrière. Kir, die ook Kamerlid is, is populair in zijn gemeente. Straatinterviews van het lokale nieuwsmedium Bruzz toonden dat zijn optreden tegen NatCon de internationale pers misschien niet kon charmeren, maar wel de bewoners van Sint-Joost.

Met hem aan het roer haalde de PS in Sint-Joost-ten-Node bij de laatste verkiezingen de absolute meerderheid. Toch voelde de partij zich in 2020 gedwongen om afstand te nemen van Kir, na 25 jaar bij de Franstalige socialisten. Hij was in de jaren ervoor geregeld een kiezel in de schoen van de PS geweest. Bijvoorbeeld omdat hij begin 2015 als parlementslid afwezig was in de Kamer bij een herdenking van de Armeense genocide. Turkije erkent die genocide niet. Kir werd tot de orde geroepen en keurde enkele maanden later een Kamerresolutie over de Armeense genocide goed.

Enkele jaren later kwam hij in opspraak omdat hij enkele Turkse burgemeesters had ontvangen op het gemeentehuis, onder wie twee burgemeesters van de MHP. Die ultranationalistische partij is nauw verbonden met de extreemrechtse Grijze Wolven, die gelinkt worden aan liquidaties en aanslagen. Voor de PS was dit, gezien het cordon sanitaire tegen extreemrechts, onaanvaardbaar. En dat zit hem nog altijd hoog.

Kir: “Ten eerste heb ik nooit die burgemeesters in België uitgenodigd. Dat was de socialist Karl-Heinz Lambertz. Hij nodigde de Turkse vereniging van steden en gemeenten uit. Toen die aankwamen, bleken ze van drie partijen: AKP, CHP en MHP. Via de Turkse ambassade kwam de vraag voor een beleefdheidsbezoek. Ik heb dat aanvaard, meer niet. Dus alstublieft, ik ben nooit ook maar in de buurt van extreem geweest, maar altijd zeer gematigd.”

Als Geert Wilders of Éric Zemmour of een Europarlementslid van Vlaams Belang een beleefdheidsbezoek wil brengen, ontvangt u hen dan ook?

“Ik denk van niet. Omdat het hier ging om de vereniging van steden en gemeenten en het contact gelegd werd door een ambassade.

“In 2014 ben ik een partnerschap aangegaan met een Turkse stad, zoals veel gemeentes een jumelage hebben. De stad Eskisehir wordt bestuurd door een sociaal-democraat van CHP. Interesseert u dat? Natuurlijk niet. Wat jullie interesseert, is het vuil. En het probleem is, als je een leugen maar lang genoeg herhaalt, wordt ze de waarheid.”

De PS heeft de zaak bestudeerd en nam toch geen vrede met uw uitleg?

“Dat was een afrekening binnen de Brusselse PS, maar oké, dat is het verleden.”

Kan het nog goedkomen tussen u en de PS?

“Nee, ik ben een man van principes. We hebben lang goed gewerkt, maar ik kan de manier waarop het is gebeurd niet aanvaarden. Dat is schandalig. Voor mij is het voorbij. Ik kies nu vol voor mijn gemeente en we zullen naar de kiezer gaan met een burgemeesterslijst.”

U bent burgemeester in de kleinste gemeente, maar ook de armste en meest dichtbevolkte gemeente van België.

“Een kleine stad, met enorme uitdagingen. Wat mij anders maakt, is dat we dicht bij de mensen staan. We staan ten dienste van de bevolking. We poetsen de straten dertien uur per dag, bieden gratis kinderopvang, we reiken sportcheques uit ter waarde van 260 euro om kinderen van de straat te houden, en op de twaalf jaar dat ik burgemeester ben, is er uit Sint-Joost geen enkele kandidaat-terrorist of jihadist voortgekomen. De reden daarvoor is niet dat de bevolking het geluk heeft om ons te hebben, maar dat wij het geluk hebben hen te dienen.

“België gaat in de verkeerde richting. Banken gaan dicht, de pensioenkas sluit, ouderen kunnen geen belastingaangifte meer indienen. De democratie lijdt daaronder. Als de staat niet meer ten dienste staat van het volk, gaan mensen zich afwenden.”

Hebt u al naar de datum gekeken?

“Ja, deze week is het de herdenking van de Armeense slachtoffers.”

Van de genocide?

(stil) Ja. Ik heb altijd de Belgische lijn gevolgd, dat is alles wat ik u zeg.”

U hebt er moeite mee om het woord genocide te gebruiken, lijkt het.

“Nee, dat is niet moeilijk, maar je moet begrijpen dat mijn overgrootouders zijn overleden tussen 1912 en 1923. Dat was een erg moeilijke periode voor mijn familie. Ik sta daar dus niet neutraal in en heb altijd gepleit voor herdenkingen van alle slachtoffers.”

Maar het woord genocide neemt u niet in de mond?

“Ik heb dat nooit in vraag gesteld. Wat ik u probeer te vertellen is dat het Ottomaanse Rijk toen van alle kanten werd aangevallen. En de bevolkingsgroep die daarbij het meest is uitgeroeid, waren de Turken. Er waren slachtoffers onder christenen, joden en moslims en ik heb altijd al deze slachtoffers erkend. Zoals de Armeniërs om gerechtigheid vragen, zo wil ik ooit gerechtigheid krijgen voor mijn grootouders.”

Emir KirBeeld Stefaan Temmerman