Direct naar artikelinhoud
Concertverslag

Fleet Foxes in de AB: het mysterie van de walvis

Robin Pecknold van Fleet Foxes, eerder deze maand in Berlijn.Beeld Redferns

Wanneer Robin Pecknold van Fleet Foxes plots als Jónsi van Sigur Rós klinkt, beginnen er spontaan sirenes te loeien. Gisteren was zo’n dag.

Pecknold wandelde vrijdagavond als een herboren frontman over de planken van de AB. Hij lachte zowaar, en beantwoordde de boodschappen van dronkenmannen uit het publiek met een ongeziene flair. Het is 2017 en de spil van Fleet Foxes heeft zijn imago van stuntelende sprinkhaan ingeruild voor dat van een zelfverzekerde flirt.

Die transformatie was niet enige nieuwigheid. Op de nieuwe, derde plaat Crack-Up begeeft de Amerikaanse band zich op onbekend terrein – een zonnebloemveld waar progrock, jazz en folk stiekem rampetampen. Het resultaat mag er zijn: Crack-Up herbergt de herfstkleurige harmonieën van weleer, maar het is bovenal het album waarop Fleet Foxes spannender klinkt dan we ooit hadden durven dromen.

Aan de stand van de sterren te zien, zou het een mooie avond worden in Brussel. Maar toen Pecknold en co met ‘I Am All That I Need / Arroyo Seco / Thumbprint Scar’ openden, gebeurde het onverwachte. Die anders zo bloeiende treurwilg van een song ging verloren in de georkestreerde chaos die op plaat wél in de kleren kruipt. Ook ‘Cassius, -’ kwam eerder twijfelachtig aankloppen, en dat voelde wat onwennig. Als Fleet Foxes harten veroveren, hebben ze dat namelijk te danken aan de naturel waarmee de melodieën komen aanwaaien.

Aan de stand van de sterren te zien, zou het een mooie avond worden in Brussel. Dat draaide anders uit

Darmklachten

Kwam het door de geluidsmix? Of had het zestal uit Seattle gewoon een collectieve dip? Fleet Foxes startte aarzelend, maar verbleef daarom niet de hele avond in een sukkelstraat. ‘- Naiads, Cassadies’ schoot wél raak. Halfweg dat nummer gingen een norse piano, dwarsfluit en drums in dialoog – het was de mooiste conversatie die we vrijdagavond zouden horen. ‘Battery Kinzie’, een stompende folksong, was nog zo’n voltreffer. En toch heersten er twijfels over de eerste helft van de show, omdat de stem van Robin Pecknold verdronk in een overdosis galm, en zo de band naar de achtergrond dwong. Hij klonk niet als kristal, zoals we hem kennen, eerder als een school walvissen met darmklachten. Jónsi van Sigur Rós was nooit veraf.

Halelujah for last minute decisions #fleetfoxes #anciennebelgique #ab #chorusboys

Een foto die is geplaatst door Eva D (@a_blonde_world) op

We hebben ons nochtans meermaals verplaatst, op zoek naar een plek waar de Amerikaan niet klonk als een priester die zich in het Koning Boudewijnstadion voelde. “Laat een stem toch gewoon een stem zijn”, hoorden we iemand in het publiek mompelen. We begrijpen de frustratie: de vossen serveerden indiefolk in stadionformaat, terwijl een show van Fleet Foxes een avond onder vrienden zou moeten zijn.

Fleet Foxes klonk niet als kristal, zoals we hen kennen

Jammer ook voor een aantal bloedmooie, harmonische songs die zo verloren liepen. ‘Ragged Wood’ en ‘Your Protector’ waren, net als een onmondige versie van ‘Mearcstapa’, passanten in een show die simpelweg niet aan de ribben plakte.

Scheetjes magie

Eenmaal we een betere plek – rechts in de zaal, na eerdere pogingen links en boven – hadden gevonden, lieten Fleet Foxes sporadisch scheetjes magie vrij, in de vorm van ‘Fool’s Errand’ en ‘Blue Ridge Mountains’. Ook ‘Tiger Mountain Peasant Song’ was van zeldzame schoonheid. Robin Pecknold ontdeed zich eindelijk van de galm, en dat voelde vertrouwd aan. Hij was opnieuw een kweker van het betere kippenvel.

Hij nipte achteraf van zijn thee, nam zijn gitaar en speelde publiekslieveling ‘Mykonos’ enkele tellen te snel, alsof Pecknold zijn bandleden had toegesproken: “Haast jullie, jongens, mijn frietjes worden koud.” Fleet Foxes herpakte zich en ‘Mykonos’ bleef overeind, gevolgd door een gouden versie van ‘White Winter Hymnal’ en een fenomenaal ‘Third of May’. De eerste rijen reageerden uitzinnig, Robin Pecknold reageerde met enkele gevatte oneliners. “Oh, you want my babies?”, grijnsde hij. Wanneer de Amerikaanse band zich in een speeltuin waande, waren ze niet te stuiten.

Fleet Foxes balanceerde op de slappe koord tussen matig en goed.Beeld Redferns

Die momenten waren echter in de minderheid, omdat de folkies na het geweldige drieluik ‘Mykonos’ / ‘White Winter Hymnal’ / ‘Third Of May’ lieten begaan. ‘Helplessness Blues’ was vrijdagavond niet de afsluiter die duizenden zielen in vervoering bracht. Als je de ogen sloot, zag je geen blokhut op een onuitspreekbaar eiland in Scandinavië. Zonde.

Fleet Foxes balanceerde bijna twee uur lang op de slappe koord tussen matig en goed. Vanavond spelen Robin Pecknold en co nog eens in een uitverkochte AB. Hopelijk zonder een walvis met darmklachten als zanger.