Pak prestatiedruk jongeren aan
Afgelopen week presenteerde de Raad voor Volksgezondheid en Samenleving (RVS) een studie over de prestatiedruk die jongeren ervaren. Dat is niet vreemd. In 2014 gaf 78 procent van de ondervraagde jongeren al aan de prestatiedruk als hoog te ervaren. En dat is daarna niet minder geworden.
In de campagne voor de Tweede Kamerverkiezingen voerde de ChristenUnie een pleidooi voor de ‘maatschappelijke dienstplicht’. Het bevreemdde mij wel dat partijleider Gert-Jan Segers vorige week op Twitter meldde dat de maatschappelijk dienstplicht niet meer bestaat. Feitelijk klopt dit. Inmiddels heeft de ChristenUnie haar standpunt aangepast naar ‘maatschappelijke diensttijd’. Maar op de website van de partij wordt nog steeds vermeld dat zij deze – verplicht – wilt invoeren.
De ChristenUnie wil een samenleving waar naar elkaar wordt omgezien. Volgens het standpuntenoverzicht ontwikkelen jongeren met de maatschappelijke diensttijd ‘hun sociale competenties, actief burgerschap en een houding van dienstbaarheid’. Hiermee wil de ChristenUnie de aandacht verleggen van individuele zelfontplooiing naar de vraag hoe een jongere van betekenis kan zijn voor de maatschappij. Een mooie gedachte. Maar de praktijk is heel anders.
De Raad voor Volksgezondheid en Samenleving stelt in zijn studie onder de titel ‘Over bezorgd. Maatschappelijke verwachtingen en mentale druk onder jongvolwassenen.’ dat het functioneren van jongeren al van jongs af aan wordt afgemeten aan eenzijdige maatstaven. Juist in fases waarin jongeren zich vrij zouden moeten kunnen ontwikkelen, is er sprake van een maatschappelijke mismatch. Kom je in de problemen? Dan word je aangeraden een cursus mindfulness te doen of een bezoek te brengen aan de psycholoog. Je zou maar eens niet voldoen aan al die verwachtingen ...
Is de maatschappelijke diensttijd dan de periode waarin jongeren zich kunnen ontwikkelen tot de persoon die zij willen zijn in deze onstuimige tijd? Ik geloof het niet. Door het kabinet is vastgelegd dat de maatschappelijke diensttijd vrijwillig is. Toch wordt wel aangegeven dat bij een sollicitatie bij de overheid of het bedrijfsleven zo’n maatschappelijke diensttijd wel een pre is. Ziet u de mismatch? In de geboden vrijwilligheid zit de verplichting verborgen.
De 100 miljoen euro die het kabinet wil uitgeven aan de maatschappelijke diensttijd, kan dus veel beter besteed worden. Het is een mooi bedrag om een start te maken met het aanpakken van prestatiedruk! De beleidsmakers, werkgevers en onderwijsinstellingen zijn volgens de Raad voor Volksgezondheid en Samenleving aan zet.
De ChristenUnie stelt dat hij een samenleving voorstaat waar naar elkaar wordt omgekeken. Ik ben benieuwd hoe de ChristenUnie omkijkt naar jongeren. <