Spaanse politie bestudeert drie hypotheses over verdwenen Vlaams koppel op Tenerife, maar er klinkt ook kritiek

De kat was alleen thuis, en noch het voedsel noch het waterbakje was bijgevuld. Het was voor hun vrienden op Tenerife de voornaamste indicatie voor iets hoogst onrustwekkends toen ze op maandag 22 april de woning van Marc Olbrechts (71) en Laura Trappeniers (66) binnengingen. De buitendeur was niet op slot, in de woonkamer troffen de vrienden sleutels en een gsm van het door eigen veiligheid begeesterde koppel uit het Vlaams-Brabantse Kampenhout.

Het kinderloze paar verhuisde in 2008 naar het Canarische eiland. Het bewoonde een wit vakantiehuisje in het plaatsje Callao Salvaje, aan de zuidkant van Tenerife, en verhuurde er een tweede huisje. Olbrechts was een wat introverte kunstschilder. Het was Trappeniers die het meest contact legde met de vrienden op Tenerife. Belgen vormen er een eigen gemeenschap.

Drie hypotheses

Het was een bevriend Spaans koppel dat pas na een zelf opgezette gerichte zoektocht de donkerblauwe Opel Mokka van Olbrechts en Trappeniers terugvond in de hoofdstraat van Roque del Conde, op zo’n 20 kilometer van Callao Salvaje.

Laura Trappeniers werd vermoord, dat staat vast. Vijf dagen na de verdwijning haalde een visser haar ernstig verminkte lichaam uit het water, op een kleine 50 kilometer van Callao Salvaje. Haar benen en een hand ontbraken. Ze had een gele zak over haar hoofd. De staat van ontbinding van het lichaam geeft aan dat de vrouw waarschijnlijk al op de dag van haar verdwijning is vermoord.

Volgens lokale media op Tenerife volgt de Spaanse politie drie hypotheses, met voorop die van een conflict met criminele huurders. Mogelijk werd het paar uit de weg geruimd na iemand te hebben betrapt op een misdrijf. Kort voor haar verdwijning vertelde Laura Trappeniers tijdens de yoga aan een vriendin dat een Oost-Europese man was komen informeren naar het huurhuisje, maar dat ze een slecht gevoel bij hem had. De verhuur was daardoor niet doorgegaan.

Een alternatieve hypothese is die van een femicide, wat dan zou moeten verklaren waarom er al bijna drie weken geen spoor meer is van Marc Olbrechts, maar die wordt niet ondersteund door de waargenomen feiten. Onderzoek van de Britse criminologe Jane Monckton-Smith naar 372 Britse gevallen van partnerdoding bracht haar enkele jaren geleden tot een achtdelige checklist die politiediensten toelaat femicides op te sporen voor ze zich voordoen. Een van de kenmerken is dat mannelijke daders na de moord ontwaken uit een soort roes en geen enkel idee of plan hebben wat hierna te doen. Ze handelen impulsief en laten massaal veel sporen na. In nagenoeg alle gevallen melden ze zich zelf spontaan bij de politie. Het komt ook voor dat daders na de moord op hun partner zelf uit het leven stappen. Kennissen van het Vlaamse koppel op Tenerife achten dit uitgesloten en gaan ervan uit dat ook Olbrechts is vermoord.

Een derde hypothese is - of liever was - die van een simultane zelfmoord, maar na de autopsie door het gerechtelijk lab in Santa Cruz kan die zo goed als zeker worden vergeten. Op het lichaam zijn al te duidelijke sporen van intentioneel geweld aangetroffen.

In elke verdwijningszaak zijn de eerste 24 uren cruciaal, maar net als na de verdwijning van de Vlaming Guido Elsen begin 2022 blijft de Belgische kolonie op Tenerife achter met het gevoel dat de Guardia Civil de meldingen onvoldoende ernstig nam en kostbare tijd verloren liet gaan.