Direct naar artikelinhoud
Interview

Club Brugge-coach Ivan Leko: "Ik wil me kunnen meten met de allerbesten"

Ivan LekoBeeld Photonews

"Goed interview hè, my friend!" Met dezelfde goede luim waarmee hij al zingend is binnengewandeld, neemt Ivan Leko (40) ook weer afscheid – inclusief een onverhoedse knuffel. De jonge, ambitieuze coach die Club Brugge in zijn eerste seizoen meteen naar de landstitel leidde, is een goed mens – "Ik speel geen spelletjes, ook niet met journalisten’ – maar bovenal een geboren winnaar. Deze week debuteert hij in de Champions League. ‘Disco Leko? Pure perceptie! Maar ik bel geen journalisten op om dat verhaaltje uit de wereld te helpen."

Meneer Leko, wie hoort niet in het rijtje? Atlético Madrid, marktwaarde 807 miljoen euro, Borussia Dortmund: 412 miljoen euro, AS Monaco: 297 miljoen euro, Club Brugge: 93 miljoen euro.

Ivan Leko: "Alleen al Antoine Griezmann van Atlético is meer waard dan alle spelers van Club Brugge bij elkaar. Dan moet je realistisch zijn: wij zijn de outsider in groep A van de Champions League. Nul op achttien, klaar. Maar in voetbal kan alles. Ik voel dat dit het jaar van Club Brugge kan worden in Europa. We zullen er alles aan doen om te verrassen. Ja, het wordt een grote uitdaging, maar op ons sterkst zijn we er klaar voor. Over drie maanden, na de zes matchen van de groepsfase, zullen we zien of mijn gevoel juist zat."

Bij zijn laatste deelname aan de Champions League bleef Club achter met nul punten.

"Ik heb twee doelen: winnen, en laten zien waar Club Brugge voor staat. Maar als ik moet kiezen, kies ik voor het resultaat. Bij een topclub – en dat zijn wij – komt winnen op de eerste plaats. Altijd. Die druk moeten we onszelf opleggen, ook in de Champions League."

De eerste klip heet Borussia Dortmund. Twee jaar geleden zei je: ‘Dortmund onder Jürgen Klopp is van het beste wat ik in jaren heb gezien.’

"Het Dortmund van Klopp had alles waar ik van hou: snelheid, passie, verticaal voetbal, aanvallend denkende spelers. Geen berekening ook, of te veel ontzag voor grotere clubs als Real Madrid of Bayern München. Klopp gaat uit van zijn eigen sterkte, ook bij zijn huidige club Liverpool. Maar ook met de nieuwe coach Lucien Favre zal Dortmund goed zijn, in Duitsland én in Europa. Favre is een topper."

'De voetballer Ivan Leko zou het moeilijk hebben om bij de trainer Ivan Leko in de ploeg te raken. Te traag'

"Nu, ik wil geen kopie van Klopp zijn. De kopie is nooit zo goed als het origineel. Ik werk op míjn manier, met respect voor de traditie van Club Brugge: met veel synergie tussen de ploeg en de supporters, en met spelers die van de eerste tot de laatste minuut alles geven."

Zijn er behalve Jürgen Klopp nog trainers die je bewondert?

"Conte, Zidane, Sarri, Valverde en Niko Kovac, de Kroatische trainer van Bayern München. Maar Guardiola blijft mijn nummer één."

Guardiola leerde het vak bij Barcelona, maar van die club ben jij geen fan.

"Balbezit om het balbezit is saai. Dan vind ik Real Madrid een pak interessanter, ik ben een echte Madrista (lacht). Maar Guardiola is met afstand de beste trainer, hij heeft vijf jaar voorsprong op ons allemaal. (Buigt zich naar het opnametoestel) Mijnheer Guardiola, respéct!"

Je vader noemde in een interview Atlético-coach Diego Simeone je grote voorbeeld.

"Ik hou van winnaars, en Diego Simeone is een winnaar. Waarschijnlijk doelde mijn vader daarop. Maar zeggen dat ik me spiegel aan Diego Simeone? Nee, dat zou de waarheid geweld aandoen. Daarvoor lopen onze visies te ver uiteen. Maar dat maakt voetbal net zo interessant: er is niet één weg die naar succes leidt. Maar geef mij toch maar de weg van Klopp of Guardiola."

Klopp en Simeone hebben iets gemeen: ze hebben lak aan wat anderen van hen denken.

"Ze zijn authentiek. Voetbal is niet hun job, maar hun leven. En voor die passie geven ze alles. Ik hou van zulke mensen."

Maar, je zei ook al eens: ‘Italiaanse coaches zijn de beste van de wereld.’

"Zonder discussie! Na mijn ontslag bij Oud-Heverlee Leuven zat ik zes maanden zonder werk. Dan heb je twee keuzes: je gaat in een hoekje zitten kniezen, of je richt de blik weer vooruit en doet er alles aan om een betere trainer te worden. Ik koos resoluut voor het tweede en heb wat tijd genomen om te reizen. Naar Spanje en Italië. Ik wilde zien hoe toptrainers werken, en daar iets van opsteken. Hoe Italiaanse coaches een wedstrijd voorbereiden, hoe zij het spelletje tactisch benaderen: dat was een openbaring."

‘Het kenmerk van goede ploegen is dat ze goed verdedigen,’ zei je daarover.

"Wat hebben winnende teams als Juventus, maar ook Bayern München, Barcelona en Manchester City met elkaar gemeen? Dat ze de minste doelpunten incasseren. Met andere woorden: alles begint bij defensieve stabiliteit, zélfs bij de meest offensieve teams. In het basketbal en het handbal merk je dat ook, net als in alle andere ploegsporten. Vergis je dus niet: ik win liever met 1-0 dan met 5-4. Als ik ergens van gruw, dan wel van teams die sympathiek willen zijn: ‘Laat ons vooral góéd voetballen, we zien wel wat het oplevert.’ Bullshit! Dan wordt het 6-3 of 5-2. Op termijn is dat niet vol te houden. Sympathiek zijn én resultaten halen? Dat is niet met elkaar te verzoenen."

'Als ik ergens van gruw, dan wel van teams die sympathiek willen zijn. Bullshit!'

"Voetbal is niet meer dan een spelletje tussen twee teams die willen winnen. Trainers, analisten en journalisten doceren graag alsof ze aan de universiteit zitten, maar waar draait het om? Winnen. Als dat kan met de filosofie waarin jij gelooft: top! Maar eerst: winnen."

En wij maar denken dat Guardiola zo goed is omdat zijn ploegen aanvallend excelleren.

"De aanval is de beste verdediging. Je kunt je ingraven voor je eigen zestienmeterlijn, maar het is beter om hoger op het veld te gaan staan. 90 procent van mijn trainingstijd bij Club spendeer ik aan aanvallende automatismen. Die zijn veel lastiger te drillen dan verdedigende patronen – daar ben ik net iets te romantisch voor (lacht)."

Hoe moeilijk was het om in de voetsporen van Michel Preud’homme te treden?

"Niet makkelijk – ‘moeilijk’ is een woord dat ik nooit gebruik (lacht). Mijn cv zag er maagdelijk wit uit, ik had weinig naam, weinig ervaring ook, en ik kwam van het kleine Sint-Truiden. Ga dan maar eens voor een groep staan die vier jaar lang met dezelfde trainer heeft gewerkt, een monument als Michel bovendien. En probeer die spelers dan maar eens te overtuigen van jóúw filosofie. Maar ik was erop gebrand om te laten zien wat ik in mijn mars had."

Lees verder onder de foto

Club Brugge-coach Ivan Leko: "Ik wil me kunnen meten met de allerbesten"
Beeld Photonews

"Stap voor stap heb ik de spelers overtuigd. Of ik jou nu onder vier ogen spreek of voor een groep sta: ik hou van open en eerlijke communicatie. Zodra ze merken dat je hen beter maakt en ze ook wedstrijden winnen op de manier die jij voorstaat, ben je vertrokken. Dat begint met één speler, het worden er steeds meer, tot ten slotte de hele groep doet wat jij verlangt en daar ook in gelóóft. Dat heeft me twee, drie maanden gekost."

Je maakte Club kampioen, en ook nu voer je de rangschikking weer aan. Geen spoor van een terugval.

"Onze ambitie is duidelijk: elke dag beter willen doen dan de vorige. Ik weet zeker dat ik nu al een betere trainer ben dan een jaar geleden. En over een jaar wil ik nóg beter zijn."

"Nu, je kunt alles ‘moeilijk’ vinden, het is het meest gebruikte excuus in het voetbal. Nieuwe ploeg? Moeilijk. Decompressie? Moeilijk. Champions League? Moeilijk. Daar doe ik niet aan mee, ik wil het niet horen. Ik steek liever al mijn energie in datgene waar ik wél controle over heb: de dagelijkse arbeid op het trainingsveld."

"Vanaf dag één heb ik open kaart gespeeld met iedereen in deze club: als we nog beter willen worden, moeten we daar nóg harder voor werken. Met nog meer honger, nog meer ambitie. Dat heeft gewerkt. En er is nog ruimte voor progressie, voor een nog beter Club Brugge."

Heb je jezelf verrast?

"Goh, mijn zelfvertrouwen is altijd groot geweest. Als mens, maar ook als trainer. Dat we resultaten zouden boeken, stond voor mij vast. Maar kampioen worden? Dat was niet meer dan een verre droom."

Het lukte toch, maar even later greep je naast kwalificatie voor de Champions League én de Europa League. Sloeg de twijfel toen niet toe?

"Neen, omdat ik heel goed wist waaraan het lag. Te veel sleutelspelers zaten tijdens de voorbereiding met een transfer in hun hoofd en wilden niet mee in ons verhaal. Met Basaksehir en AEK Athene lootten we ook nog eens zware tegenstanders. Die Europese uitschakeling was hard, maar een drama is het nu ook weer niet om er tegen zulke ploegen uit te gaan. Ik heb er geen seconde aan gedacht om mijn manier van voetballen af te zweren."

Geduld is geen schone deugd in het voetbal. Vreesde je voor ontslag?

"Neen. Bart Verhaeghe en Vincent Mannaert hebben toen een duidelijk standpunt ingenomen: ‘Ivan Leko was ónze keuze, hij is een toptrainer en wij willen absoluut met hem verder!’ Ik heb nooit twijfel gevoeld binnen de club."

Bij je eerste twee clubs, Oud-Heverlee Leuven en PAOK Saloniki, stond je telkens na negen maanden al op straat. Een nieuw ontslag had fataal kunnen zijn voor je carrière.

"Kijk, de reden waarom ik weg moest bij OHL, was volstrekt belachelijk. Er kwam een nieuwe voorzitter, en die zei vlakaf: ‘Ik heb míjn trainer, sorry.’"

"PAOK was een ander verhaal, ik was er assistent van mijn goede vriend en landgenoot Igor Tudor. Die periode in Griekenland was een rollercoaster. Die negen maanden trainerschap daar staan gelijk aan negen jáár in België. Niemand had het daar al zolang uitgezongen onder die Russische voorzitter."

Ivan Savvidis! In maart liep hij zwaaiend met een pistool het veld op omdat hij het niet eens was met de scheidsrechter. De Griekse voetbalbond heeft hem voor drie jaar geschorst.

"Dat is ’m (lachje). Nu, soms heb je wat geluk nodig ook. Drie weken na mijn vertrek bij PAOK zat ik al met STVV rond de tafel. Na drie maanden stonden we slechts vijftiende, ondanks het fantastische voetbal dat we speelden. Dan kan het afgelopen zijn, maar voorzitter Roland Duchâtelet en zijn vrouw hielden me aan boord: ‘Jij bent een toptrainer, jij doet het seizoen hier uit.’"

Premier league

Toen je 36 was, stopte je van de ene dag op de andere als speler om trainer te worden. Van het in degradatiegevaar verkerende OHL, nota bene. De meeste coaches zouden hebben gepast voor zo’n hachelijk debuut.

"Van de tien vrienden zeiden er me negen en een half: ‘Please, don’t do it!’ Maar mijn gevoel zei dat ik het moest doen. Wie nooit een risico neemt, is niet weggelegd voor het succes. Ik geloof niet in een draaiboek waarin alles vaststaat, ik geloof in instinct. Ik zit 23 jaar in het professionele voetbal: wie bang is, stapt er beter uit. Ik ben niet bang, ik zie in alles een uitdaging."

Eigenlijk zou je bij OHL assistent worden van Emilio Ferrera.

"Een week voor mijn aanstelling was dat inderdaad nog het plan. Maar toen verloor Racing Genk en wilde het koste wat het kost Emilio als nieuwe hoofdtrainer. Goed voor mij, maar ook jammer: ik geloof dat de combinatie van Emilio en mij erg succesvol had kunnen zijn. Tactisch is hij één van de beste trainers in België volgens mij."

Ferrera werkte al vaak samen met Preud’homme. Misschien maakt dat het iets minder vreemd dat Club Brugge na het vertrek van Preud’homme bij jou uitkwam. Was je verrast?

"Ja, echt wel! Ik was al bezig aan de seizoensvoorbereiding bij STVV. Ik was er gelukkig. Maar áls ik wegging, wisten ze dat het maar voor één club zou zijn: Club Brugge, mijn eerste club in Belgë en na Hajduk Split de enige die ik in mijn hart heb gesloten. Nu, ik maak me geen illusies: Club praatte ook met andere kandidaten, waarschijnlijk was ik pas nummer 21 in het rijtje (lacht). Maar wat deert het?"

'Een speler mag van mij een kans missen of een slechte pass geven. Maar ik zal nooit tolereren dat hij zich niet 100 procent geeft'

Heb je getwijfeld?

(lachje) "Wat denk je? Kansen zijn er om ze te grijpen."

Zowel bij OHL als STVV omschreven ze je als ‘een topcoach in wording’, iemand die ‘passie en ambitie’ uitstraalt.

"Ik kan uren aan een stuk, dágen zo je wil over voetbal praten. Buiten familie en voetbal is er niets."

Hoe ambitieus ben je?

"If you dream, dream big. Ik wil naar het allergrootste voetbaltheater, de Premier League. Het zit in mijn karakter om voortdurend mijn limieten af te tasten, en dus wil ik me kunnen meten met de allerbesten."

"Soms win je, soms verlies je, maar ook in de nederlaag moet je groot kunnen zijn: ik zal altijd als eerste de tegenstander feliciteren. Uiteindelijk ambieer je allebei hetzelfde: winnen. Dat maakt het zo mooi. Voetbal is het mooiste spel ter wereld."

Is het ook een mooie wereld?

"Er gaat veel geld in om, te veel waarschijnlijk. En waar geld is, komt macht kijken en doen mensen dingen die ze anders misschien niet zouden doen."

Wat betekent passie voor jou?

"Dat je niet zomaar iets doet, en dat je iets uitstraalt. Een speler mag van mij een kans missen of een slechte pass geven. Maar ik zal nooit tolereren dat hij zich niet 100 procent geeft. Die fout aanvaard ik niet."

Als speler bestond een ander beeld van jou: dat van de artiest die hardwerkende ploegmaats rond zich nodig had om zijn gebreken te camoufleren en zijn kwaliteiten tot hun recht te laten komen.

"Ik was 22 toen ik als aanvoerder kampioen werd met Hajduk Split. Dat wil toch iets zeggen? Ik was geen Gattuso, Makélélé of – als ik naar het Club Brugge van vandaag kijk – Nakamba. Maar op mijn manier gaf ik me wel altijd helemaal."

Lees verder onder de foto

Premier league
Beeld Photonews

"Kijk, van Hans Vanaken vinden ze ook nogal snel dat hij te weinig loopt. Maar uit alle statistieken blijkt dat hij week na week in de top drie zit. Diezelfde verkeerde perceptie bestond over mij. Alsof ik alleen maar met de bal en mijn eigen wedstrijd bezig was."

Zou er in het hedendaagse voetbal nog plaats zijn voor de speler Ivan Leko?

"Hij zou het zeker moeilijk hebben om bij mij in de ploeg te geraken. Ik dácht wel snel, maar ik was het niet. Terwijl snelheid één van de belangrijkste eigenschappen van de moderne voetballer is geworden."

Heb je alles uit je spelerscarrière gehaald?

"Ik heb vier jaar in de Spaanse Primera División gespeeld – 79 wedstrijden met Málaga – op een moment dat Spanje het beste Europese voetballand was. Niet slecht, toch? Dertien wedstrijden voor de Kroatische nationale ploeg: niet slecht. Ik was erbij op het WK van 2006, zonder te spelen weliswaar: niet slecht. Champions League gespeeld met Club Brugge: niet slecht. Het kan altijd beter, maar ik ben tevreden."

"Tien jaar geleden al zei ik dat ik als trainer beter zou worden dan als speler. Ik weet niet waarom, puur op gevoel. Ik ben een gevoelsmens. Daarom vind ik het belangrijk dat iedereen hier met de glimlach komt werken, en niet met zijn hoofd in de grond: ‘Nog twee uur en ik kan naar huis.’ Nee, geniet van elke dag! En creëer allemaal samen de positieve energie die het mogelijk maakt om grootse dingen te verwezenlijken."

Disco Leko

Hoeveel ratio zit er in jou? Je groeide op in een familie van ingenieurs en blonk zelf uit in wiskunde.

"Cijfers liegen niet. Ik wil altijd alles weten over onze volgende tegenstander. Elke statistiek. Ik bekijk vier, vijf wedstrijden en analyseer alles. Heel rationeel. Maar vervolgens volg ik mijn gevoel bij het nemen van beslissingen. Het is een evenwichtsoefening die moeilijk uit te leggen valt."

Was je een goede leerling op school?

"Ja. School kwam op de eerste plaats. Pas als dat in orde was, mocht ik van mijn vader gaan voetballen. Ik had vaak goede punten, maar ik wist waarvoor ik het deed: ik wilde absoluut voetballer worden. Het is de droom van iedere jongen in Kroatië, maar toch heb ik er nooit aan getwijfeld dat het mij zou lukken. Mijn eerste minuten in het shirt van Hajduk, dat was puur geluk."

"Na mijn transfer naar Málaga, in 2001, heb ik nog twee jaar economie gestudeerd aan de universiteit. Ik beschouwde het als mijn plicht om al mijn mogelijkheden maximaal te benutten. Maar het was niet vol te houden, na twee jaar ben ik ermee gestopt."

Je puberteit viel pal in de Kroatische Onafhankelijkheidsoorlog. Heeft jou dat gevormd?

"Waarschijnlijk wel, maar dan toch vooral onbewust. Je vangt weleens een flard op van een gesprek tussen je ouders, maar helemaal tot je doordringen doet het niet. De problemen hebben ook maar enkele weken geduurd in Split. De echte oorlog speelde zich af in andere delen van Kroatië."

Was je bang?

"De momenten dat de elektriciteit uitvalt en je de kelder in moet wegens de bombardementen, ben je bang. Echt bang. Daarvoor is het gepermitteerd het woord ‘moeilijk’ in de mond te nemen, niet voor de eerste de beste bagatel in het voetbal. We wisten ook nooit zeker of de oorlog niet weer onze kant op zou komen, want je zag wel beelden van wat er zich elders in het land afspeelde. Vandaag zie je trouwens nog altijd de littekens van de oorlog, vooral op het platteland."

In een oorlog weet je nooit helemaal zeker wie je kunt vertrouwen, maar jij stapt niet wantrouwig door het leven.

"Je brein is een spier, en een spier kun je trainen. Ik probeer positief te zijn. Daarmee kom je het verst, niet met negativisme of door te blijven vasthangen in het verleden. We leven vandaag en morgen, niet gisteren. Ik kijk niet graag achterom."

Mis je Kroatië soms?

"Ik ben een trotse Kroaat, maar ben België dankbaar voor alles wat ik heb bereikt. Ik ben hier nu dertien jaar, mijn dochters waren 1 jaar ten tijde van mijn transfer naar Club Brugge. In Kroatië zeggen ze dat ik een Belg ben geworden, voor de Belgen blijf ik een Kroaat. Mijn kinderen zijn hier opgegroeid, zij kennen Kroatië niet zo goed, maar voor mijn vrouw en mij ligt dat anders. Soms voelen we de heimwee, en de pijn die daarmee gepaard gaat. Zoals afgelopen zomer, tijdens het WK. Ik zat in België, maar voelde een hevig verlangen om samen met mijn ouders en vrienden in Kroatië naar de wedstrijden te kijken. Voor de finale ben ik naar Rusland gereisd, als supporter, samen met mijn keeperstrainer én in mijn Kroatisch shirt. Het was nu of nooit, ik denk niet dat ik het nog vaak ga meemaken dat Kroatië in de finale staat. Jammer dat het niet tegen België was, dat had ik jullie gegund. Maar met Kroatië als winnaar natuurlijk (lacht)!"

'Ik kan uren aan een stuk, dágen over voetbal praten. Buiten familie en voetbal is er niets'

Waar kijk je na bijna vijf jaar trainerschap met de meeste voldoening op terug?

"Dat ik als mens hetzelfde ben gebleven. Mijn devies is nog altijd: wees eerlijk en open. Speel geen spelletjes met mensen, ook niet met journalisten (knipoogt). Iedereen krijgt van mij een kans. Ik stel me kwetsbaar op, maar als ik merk dat je me voor de gek houdt, is het afgelopen. Onmiddellijk. En dan is er ook geen weg terug."

"99 procent van de spelers die met mij hebben gewerkt, zal zeggen dat ik eerlijk ben. Hard ook, en kritisch, maar dat ben ik ook voor mezelf. Iedereen krijgt van mij dezelfde behandeling. Ik vind het belangrijker een goed mens te zijn dan een goede trainer. Dat is hoe ik later ook herinnerd wil worden: als een goed mens."

In het voetbal? Veel succes.

"Ik ben niet dom, hooguit veins ik het soms (grijnst). Kijk, ik ben een jonge coach: misschien ben ik naïef en zie ik het allemaal wat te romantisch. Maar ik geloof dat het kan. Omdat ik weiger te geloven dat je eerst iemand anders in de kant moet rijden voor je zelf succesvol kunt zijn. Er is plaats genoeg voor iedereen op deze aardbol. Waarom dan een ander zijn plek niet gunnen?"

In het prille begin van je trainerscarrière werd je weleens smalend Disco Leko genoemd omdat je nu en dan een stapje in de wereld zette met je spelers. Neem je meer afstand nu?

"Ach, men heeft me eens op een terras in Antwerpen een koffie zien drinken met één van mijn spelers. Daar is een foto van gemaakt, en zo is dat verhaal ontstaan: ‘Hij staat te dicht bij zijn spelers.’ Onzin natuurlijk, het was puur perceptie! Stel dat ik straks één van mijn spelers met zijn vrouw of vriendin tegen het lijf loop in het centrum van Brugge, waarom zouden we dan niet samen iets gaan drinken? Waarom kan ik geen goede relatie hebben met iemand met wie ik acht uur per dag samen doorbreng? Ik zou het zo opnieuw doen, en ik zeg je nu al: over tien jaar doe ik het nog altijd. Ik ben dus helemaal geen Disco Leko, ik weet perfect wat ik doe. Maar ik ga geen journalisten opbellen om te zeggen dat het niet klopt (lacht)."

© Humo