Gestolen Van Goghs, het leven van Godfried Bomans en plakkerige poëzie van Charlotte Van den Broeck: dit zijn de 5 boeken van de week
De verhalen achter 48 diefstallen van Van Gogh-schilderijen: dat leest als een spannende detective. Auteur Godfried Bomans groeide op in een kil en streng katholiek milieu. Humor en fantasie boden een vluchtweg, vertelt zijn biograaf. Charlotte Van den Broeck dicht over lijfelijkheid in 'Plakboel' en haar collega-dichter en neurowetenschapper Jan Lauwereyns bundelt 3 decennia van zijn poëzie. Historicus Timothy Snyder analyseert hoe het staat met de vrijheid in de Verenigde Staten, 'the land of the free'. Dit zijn de 5 boeken die VRT NWS deze week tipt.
In de nacht van 29 op 30 maart 2020 wordt 'Lentetuin' van Vincent Van Gogh gestolen uit museum Singer Laren. Journalist Lex Boon zoekt uit hoe groot de kans is dat zo'n gestolen Van Gogh snel terugkeert. In ‘De gestolen Van Goghs’ (uitgeverij Meulenhoff Boekerij) lees je verhalen over 47 andere Van Gogh-diefstallen.
Boon kan de museumdirecteur van Singer Laren geruststellen: op basis van data-analyse blijkt dat een gestolen Van Gogh na gemiddeld 572 dagen huiswaarts keert. Boon trekt ook zelf op onderzoek uit, maar geeft het op: "Bij de eerste bedreiging heb ik vriendelijk bedankt. Toen wist ik dat ik niet gemaakt was voor deze wereld", vertelt hij op Radio 1.
Boon gaat praten met voormalige Van Gogh-rovers en contacteert rivaliserende kunstdetectives. De politie besteedt weinig aandacht aan gestolen kunst, waardoor detectives in een soort vacuüm opereren, zoals de bekende Arthur Brand. "Een echte vakidioot" noemt Boon hem. "Als je wordt bedreigd, moet je harder terug dreigen", was het advies van Brand aan Boon. Brand zou uiteindelijk 'Lentetuin' na 3 jaar terugvinden.
Godfried Bomans (1913 - 1971) blijven we lezen, dankzij zijn uitzonderlijk schrijftalent, scherpe humor en sprankelende persoonlijkheid. Door zijn talloze tv-optredens en columns werd Bomans ook een mediapersoonlijkheid. In de biografie 'Vleugelman' (uitgeverij Pelckmans) schetst Gé Vaartjes de diepe onzekerheden achter die façade, gevormd door angsten uit zijn jeugd.
Godfried Bomans, bekend van 'Pieter Bas' en 'Erik of het klein insectenboek', groeit op in een orthodox-katholiek gezin met emotioneel afwezige ouders. Genieten was er uit den boze: "We zaten in een soort wachtkamer. Later komen we in een trein te zitten die je naar de dood brengt. In het hiernamaals begon het pas echt", zo citeert Gé Vaartjes Bomans op Klara.
Fantasie wordt zijn overlevingsstrategie: op 7-jarige leeftijd al verzint hij verhaaltjes over de jongens in zijn klas. Sprookjes zijn de ultieme vorm om zijn eigen wereld te scheppen. "Je weet nooit zeker of wat hij zegt of schrijft de waarheid is. Hij is dus een rampzalige bron voor een biograaf", lacht Vaartjes.
Bomans maakt geen enkele studie af, tot grote teleurstelling van zijn vader. Hij houdt er tal van minnaressen op na, die telkens geloven dat hij zijn vrouw 'Pietsie' voor hen zal verlaten. "Bij die andere vrouwen zocht hij waar hij een heel leven naar op zoek was geweest: warmte, beschutting, geborgenheid. Hij zocht zijn moeder in de andere vrouwen", licht Vaartjes toe.
Tot zijn grote ergernis kreeg Bomans geen enkele grote literaire prijs. Maar populair was hij wel. "Zijn humor sloeg enorm aan. In literair opzicht heeft het hem de das omgedaan, want humor was geen literatuur, vond men. Het was "lichte letter". Dat vond hij heel oneerlijk."
De Poëzieweek staat dit jaar in het teken van 'lijfelijkheid'. Charlotte Van den Broeck is de auteur van het bijbehorende geschenk, getiteld 'Plakboel' (uitgeverij Poëziecentrum). "Het was mijn grote dichtersdroom om ooit het poëziegeschenk te mogen schrijven, en ik heb met heel veel vreugde de uitnodiging aanvaard", vertelt ze op Klara.
De bundel bevat een lang, erotisch gedicht waarin niet alleen seksualiteit centraal staat, maar ook de natuur en de diversiteit van lichamen: "Ik wou een gedicht schrijven dat vitaliteit en levenskracht uitstraalt."
Volgens Van den Broeck zijn poëzie en lichamelijkheid onlosmakelijk met elkaar verbonden. "Poëzie heeft een ritme dat het lichaam raakt. Als een versregel mij beroert, voel ik dat tot in mijn buik." Ook Van den Broecks schrijfproces is lijfelijk: ze begint met het hardop uitspreken van de regels van een gedicht. "Soms vloeit de rest er moeiteloos uit, andere keren niet, omdat mijn hoofd vol verwachtingen en oordelen zit."
Wie deze week voor 12, 50 euro aan poëzie spendeert in de deelnemende boekhandels krijgt ‘Plakboel’ er gratis bij.
De Amerikaanse historicus Timothy Snyder is één van de grootste hedendaagse denkers. Hij heeft veel geschreven over de Sovjet-Unie en Oost-Europa. Daar leerde hij wat onvrijheid is. In 'Over vrijheid' (uitgeverij Pelckmans) gooit hij het over een filosofische boeg. Het boek verscheen net voor de herverkiezing van Donald Trump.
Volgens Snyder zijn Amerikanen in hun huidige politieke situatie beland door een negatief vrijheidsdenken. Vrijheid is de afwezigheid van staatsmacht, zeggen en doen wat je wil. Maar die afwezigheid van overheidsbemoeienis geeft nu net vrij spel aan oligarchen, is de analyse van Snyder.
Dat negatieve vrijheidsdenken waarin de overheid op de schop moet, heeft iets revolutionairs en disruptiefs dat hem doet denken aan de rebellie van een tiener tegen zijn ouders. "Maar als je de federale regering vernietigt, dan zijn er geen concurrerende bestuursmodellen die vanzelf ontkiemen en die ze vervangen. Dan krijg je enkel puin en chaos", waarschuwt Snyder. "Vrijheid moet iets positiefs zijn, vrijheid gaat om creëren", vertelt hij aan VRT NWS-journalist Bert De Vroey in Terzake.
Snyder maakt zich vooral zorgen over een beleid dat miljoenen inwoners op een negatieve manier zal treffen. Door zijn analyses hoopt de historicus mensen te helpen die actie willen ondernemen.
Bekijk: Historicus Timothy Snyder analyseert Trumps "contradictorisch beleid" in Terzake

Dichter-neurowetenschapper Jan Lauwereyns woont al jaren in Japan, maar zijn poëzie blijft geworteld in het Nederlands. ‘Leer van de orchidee’ (uitgeverij Koppernik) brengt een selectie uit 3 decennia van zijn dichterschap.
De bloemlezing biedt een gids voor het leven, geïnspireerd door de schoonheid en de bijzondere eigenschappen van de orchidee. "Een orchidee heeft geen nectar, en doorprikt daarmee de spelregels van de natuur", licht Lauwereyns toe op Klara.
Zijn poëzie is doordrenkt met de onderwerpen die hem dagelijks bezighouden. "Poëzie is niet alleen een weerspiegeling van het leven, maar ook een versterking ervan. Het maakt alles zintuiglijker: alles wat je tegenkomt, krijgt een plek. Voor mij zijn dat wetenschap en Japan."
Uit zijn uitgebreide oeuvre verzamelt Lauwereyns een samenhangend geheel met als centraal thema 'de verhouding tot de waarheid'. "Soms is de waarheid onbereikbaar, en dan rijst de vraag hoe je ermee omgaat", vertelt hij. "Op andere momenten verwacht je iets van de waarheid, maar blijft dit uit, waardoor je teleurgesteld achterblijft."