Als het over eigen middelen gaat, blijkt nagenoeg elk parlementslid hier van hetzelfde geloof

Als grootste Vlaamse partij heeft N-VA een vermogen van bijna 39 miljoen euro opgebouwd. Dat heeft politicoloog Jef Smulders van de KU Leuven berekend. Voor een gewone sterveling mag dat een abstract begrip zijn, een vergelijking met Nederland werkt verhelderend. De N-VA is bijna vijf keer rijker dan de VVD van premier Mark Rutte, en heeft zelfs meer vermogen dan alle Nederlandse partijen samen. Ook CD&V is dubbel zo rijk als haar Nederlandse zusterpartij CDA. Nochtans vertegenwoordigen de Vlaamse partijen samen 7 miljoen kiezers, terwijl de Nederlandse partijen 17 miljoen kiezers bedienen. Uitgezonderd Spanje zijn er in Europa nergens politieke partijen te bespeuren die meer in het geld zwemmen dan de Belgische.

Yves Lambrix

Afschaffen die handel, zou je spontaan kunnen denken, maar dat zou ons terug in de tijd katapulteren. Omdat de politieke partijen vroeger nauwelijks geld kregen van de overheid, haalden ze hun inkomsten grotendeels uit giften van de bedrijfswereld. Dat leidde tot misbruiken, waarbij schimmige mecenassen partijen geld toestopten in ruil voor overheidsopdrachten. Corruptieschandalen zoals Uniop en Agusta brachten daar 25 jaar geleden verandering in. Sindsdien mogen partijen in ons land nauwelijks nog giften van privébedrijven ontvangen. Om het verlies aan inkomsten te compenseren, krijgen ze sindsdien meer subsidies: tot 90 procent van de totale inkomsten van een partij bestaat uit overheidsgeld - lees: belastinggeld.

Hoewel ze dat met hun eigen pensioenleeftijd wel hebben gedaan, laten onze dames en heren politici de partijfinanciering (zo’n 70 miljoen euro per jaar) grotendeels onaangeroerd. Ja, de voorbije jaren voerden ze op federaal niveau drie indexsprongen voor de partijfinanciering door. Daardoor liepen alle Vlaamse partijen samen een miljoen euro mis. Maar die inlevering werd ruimschoots tenietgedaan door de hervorming van de Senaat, die hen 4 miljoen euro extra per jaar opleverde.

Met de forse personeelsbezetting op de partijhoofdkwartieren en de lokale en nationale verkiezingen in aantocht, is het animo voor een hervorming en rationalisering van de partijfinanciering vandaag bijzonder klein. Toch dringt een serieus debat zich op. Smulders’ collega Bart Maddens heeft al een waardevol alternatief aangereikt: de matching funds zoals Duitsland die kent. Per drie euro die een partij daar ontvangt, legt de overheid er, mits volledige boekhoudkundige transparantie, een euro bovenop. Maar in België lijken de geesten nog niet rijp. Als het over de eigen middelen gaat, blijkt nagenoeg elk parlementslid hier van hetzelfde geloof.

Aangeboden door onze partners

Hoofdpunten

Aangeboden door onze partners

Beste van Plus

Lees meer