Direct naar artikelinhoud

Massaprotest tegen wapens in Washington: 'Die kinderen van Parkland leiden een revolutie'

Zaterdag gingen in achthonderd steden in Amerika én daarbuiten honderdduizenden de straat op om te demonstreren tegen het vuurwapengeweld in het land. Vooral jongeren hopen nu eindelijk een einde te maken aan de machtige wapenlobby.

Honderdduizenden vooral jonge Amerikanen zijn zaterdag in de VS op de been om te demonstreren tegen de nauwelijks gecontroleerde verspreiding van vuurwapens in het land.Beeld AFP

STEM ZE WEG! STEM ZE WEG! Na drie kwartier stil te hebben geluisterd naar gloedvolle toespraken en muzikale intermezzo’s doen honderdduizenden op Pennsylvania Avenue in Washington voor het eerst als massa hun mond open. Dit is wat deze demonstranten gaan doen. Stemmen. Wegstemmen.

Zaterdag werd in achthonderd steden in Amerika, en zelfs buiten Amerika, gedemonstreerd tegen het vuurwapengeweld in het land. De Mars voor ons Leven was de voorlopige climax van de protesten sinds de schietpartij op de Marjory Stoneman Douglas High School in Parkland, Florida op 14 februari. Georganiseerd door de leerlingen van de school is een verzetsbeweging op gang gekomen die grootschaliger en langduriger is dan die na vergelijkbare aanslagen.

‘Die kinderen van Parkland leiden een revolutie', zegt Erin Lilly (17), die met drie vriendinnen uit een voorstadje van Washington met de metro naar de hoofdstad is gekomen. ‘We zijn het bang zijn moe.’

Een nieuwe generatie

Tegen twaalf uur ’s middags drommen de demonstranten samen voor het Trump Hotel. ‘Wij zijn degenen op wie we hebben gewacht’, staat op een van de protestborden. Het tekent de hoop van een nieuwe generatie dat dit een ándere generatie is, die het land zal veranderen door gewoon op te groeien: wacht maar tot zij de stemgerechtigde leeftijd bereiken. ‘Pas op’, waarschuwt Parkland-overlevende Cameron Kasky de politici van Amerika, ‘de stemmers komen eraan. En wie dacht dat er niets kan veranderen: kijk om je heen, wij zijn de verandering!’

Volwassenen die zeggen dat wij niets kunnen hebben het mis, zegt Alex Wind, een andere overlevende. ‘Jeanne d’Arc was zeventien toen zij tegen de Engelsen vocht!’

De toespraken zijn emotioneel en rationeel tegelijkertijd. Geen van de sprekers wil alle wapens uitbannen, wat grondwettelijk onmogelijk is in Amerika. Ze vragen om beter antecedentenonderzoek, een verbod op semi-automatische geweren, kleinere magazijnen, langere wachttijden. Het blijft wonderlijk hoe volwassen deze kinderen spreken, of nee, ze spreken beter dan volwassenen. De woede klinkt oprechter, minder berekend. Dit zijn mensen die iets willen winnen omdat ze voelen wat ze verloren hebben.

Het is niet zo dat tieners de straten vullen, deze zaterdag. De meerderheid van de demonstranten is van een oudere generatie. Het zijn soms ouders die met hun kinderen zijn meegekomen, maar je ziet ook groepjes vrouwen met poezenmutsen en langharige grijze mannen in uniformjasjes met peace-buttons: veteranen voor de vrede, staat op hun borden. Het verschil met hun eerdere betogingen is dat ze deze niet hebben georganiseerd.

Weinig zwarte gezichten

Het is vooral een witte betoging. Ja, er wordt ook wat Spaans gepraat, links en rechts, maar zwarte gezichten zijn zeldzaam – terwijl Washington toch een stad is met een grote Afrikaans-Amerikaanse gemeenschap. Misschien omdat de aanleiding voor het protest een schoolschietpartij is, en schoolschietpartijen niet de enige zorg zijn van zwarte kinderen. Zwarte Amerikanen hebben op nog veel meer manieren last van Amerikaans geweld, van bendeoorlogen tot politiekogels.

Natuurlijk heeft ook dat met vuurwapens te maken. Daarom staat ook Trevon Bosley op het podium, een zwarte jongen uit Chicago, die vertelt dat sinds de dood van zijn broer in 2006 zo’n 5.850 mensen zijn doodgeschoten in zijn stad, een gruwelijk getal waar weinig mee gebeurt. ‘De stad vindt een deelfietsenplan voor toeristen belangrijker dan de bescherming van de eigen inwoners’, zegt Bosley.

Toch, zegt hij met Martin Luther King, houdt hij moed. ‘We moeten soms eindige teleurstellingen verwerken, maar zullen nooit de eindeloze hoop verliezen.’

De tienerprotesten hebben al resultaat opgeleverd: in Florida, de ‘Gunshine State’, zijn na Parkland enkele voorzichtige maatregelen genomen, zoals een verhoging van de minimumleeftijd om een geweer te mogen kopen. Het is verleidelijk parallellen te trekken met andere generatie-gedreven moderniseringen van Amerika, zoals het homohuwelijk.

Toch is de vraag of dat ook voor vuurwapens opgaat. De millennials zijn net zo verdeeld over vuurwapens als hun ouders, blijkt uit onderzoek van onder meer Pew. ‘Ik vertegenwoordig de andere helft van mijn generatie’, zegt Evan (17), een tegendemonstrant uit Fairfax, die in Washington met een skibril op (‘je weet nooit of er iemand met traangas gaat spuiten’) in zijn eentje een bord omhoog houdt met de tekst: ‘Guns save lives’. ‘Wij gaan ook stemmen, als we 18 zijn.’