Direct naar artikelinhoud
ReportageSchaatsen

Nederlandse topschaatsers zitten zonder sponsor en salaris, toch gaat het harde trainen door

De Nederlandse topschaatsers glijden sinds deze week weer over het zomerijs van schaatsstadion Thialf. Zonder sponsors bereiden ze zich voor op de winter. 'Ik verwacht dat we komende winter hartstikke fit zullen zijn.'

Kai Verbij (rechts) en Daidai Ntab tijdens het NK Afstanden in 2015 in Thialf.Beeld Klaas Jan van der Weij

Het is druk op het zomerijs van Thialf. Meerdere treintjes topschaatsers draaien met knarsende ijzers door de bochten. Van een crisis in het schaatsen lijkt geen sprake, ook al is er maar één ploeg met een geldschieter en zit een grote groep schaatsers zonder sponsor.

De zwarte pakken zonder sponsornamen waarin de ploeg van coach Gerard van Velde voorbij glijden zijn geen weerspiegeling van de financiële malheur in de sport. Het ingetogen tenue is een stijlkeuze, geen statement. ‘Het kleedt mooi af’, zegt Kai Verbij, de wereldkampioen sprint van 2017. Toegegeven, het zijn wel confectiepakken, zo van het winkelrek. De op maat gemaakte tenues, die de mannen in rijkere jaren droegen, kunnen ze zich niet veroorloven.

Van Veldes sprintformatie is een van de ploegen die na het afgelopen olympische seizoen zijn hoofdsponsor verloor. Tot voor kort werd er nog onderhandeld met vitaminebedrijf Plantina over het verlengen van het contract. Die gesprekken kenden geen bevredigend resultaat, al staat de deur nog altijd op een kier. In de tussentijd besloten de schaatsers niet in hun oude pakken te blijven rijden. Verbij: ‘Het slaat nergens op om een sponsor te promoten als hij niet betaalt. Dat is niet vervelend bedoeld, maar zo zit het commerciële model in elkaar.’

Ondanks het uitblijven van een sponsorcontract zijn de sprinters van Van Velde, die in april besloten samen te blijven trainen, niet anders aan de zomertrainingen begonnen dan anders. ‘De afgelopen periode was vrij onzeker’, geeft de 23-jarige Verbij toe. ‘Dat is nooit prettig, maar we hadden al die tijd een team klaarstaan, dus sporttechnisch zijn we niets misgelopen.’

Datzelfde gevoel heeft Daidai Ntab (23), de nationaal kampioen 500 meter. ‘Er hangt dezelfde vibe als voorgaande jaren en het trainingsprogramma is heel herkenbaar. Ik verwacht dat we komende winter allemaal hartstikke fit zijn.’

Belangrijk voor het vertrouwen is de steun die de ploeg, waartoe ook Ronald en Michel Mulder behoren, sinds deze week krijgt van de KNSB. De schaatsbond helpt tot half september twee trainingsgroepen: eentje met allrounders onder leiding van Peter Kolder en de groep sprinters bij Van Velde. Dat biedt zowel de rijders als begeleiders stabiliteit, vertelt de coach. ‘Door dat vangnet kunnen we nu rustig doortrainen.’

Toch is er geen ruimte voor luxe. Van Velde kan niet naar het buitenland voor trainingskampen, zoals hij de afgelopen jaren gewend was. Daar hoor je hem niet over klagen. ‘In Nederland kun je ook prima trainen.’

De KNSB betaalt de schaatsers ook niet. Sinds 1 mei hebben de mannen geen salaris meer gekregen. ‘Ik ben werkloos’, constateert Verbij. Hij grinnikt erbij. De nood is nog niet zo hoog dat hij al een uitkering heeft aangevraagd, maar hij zal dat binnenkort wel doen. Als zijn uitkering afloopt, heeft hij nog recht op het topsportstipendium van NOCNSF.

Verbij zal niet aan de bedelstaf raken, maar zonder loon moet hij wel ‘beter op mijn centjes letten.’ De steun van de schaatsbond maakt het topsportbestaan gemakkelijker. ‘Zij betalen de trainingskampen en faciliteiten. We hoeven niets zelf te dokken. Die onzekerheid is weggenomen.’

Alle leden van de ploeg zijn ervan overtuigd dat ze binnenkort de zwarte pakken af kunnen stropen en als vanouds de logo’s van een geldschieter kunnen tonen. Dat ze de KNSB kunnen bedanken en weer salaris zullen ontvangen. Ntab: ’Het kan ineens heel anders kan zijn. Voor de buitenwereld lijkt het nu negatief in het schaatsen, maar ik denk dat het nog steeds een mooie manier is om je bedrijf onder de aandacht te brengen.’

Dat wijst het verleden ook uit. Zes jaar geleden zat Jac Orie met zijn ploeg zonder geldschieter. Nu is hij als de succesvolste coach van de Winterspelen de enige met een sponsor. ‘Dit hoort er een beetje bij’, zegt Ntab. ‘Ik heb het afgelopen jaar wel meer dingen gehad waar ik overheen moest stappen. Dit is er ook eentje.’ Hij verspeelde afgelopen december door een dubbele valse start zijn kansen op olympische deelname.

Er zit wel een houdbaarheidsdatum aan de huidige situatie, waarschuwen zowel Ntab als Verbij. De laatste betrekt het op zichzelf. ‘Dit kun je niet twee of drie jaar volhouden, dan gaat het aantikken. Dit is een leuke bezigheid, maar je kan het niet blijven doen zonder salaris.’

Ntab voorziet problemen voor de schaatssport als de geldschieters niet terugkeren. ‘Op de lange termijn zou het wel het niveau van het schaatsen kunnen beïnvloeden. Nu gaat het allemaal, maar als het jaren zou duren, is dat geen doen.’ Hij verwijst naar Koen Verweij, die de afgelopen jaren buiten de gevestigde ploegen om zich probeerde klaar te stomen voor de Winterspelen. ‘Hij heeft al een hele tijd deze stress gehad en heeft nu het gevoel: ik kap ermee.’

Van Velde doet niet aan doemdenken. ‘Mensen moeten er niet zo negatief over praten. Ik twijfel er niet aan dat we een sponsor zullen krijgen. Het zal goed komen. We hebben nog steeds een heel mooi team. Als we trainen zijn we gewoon bezig met trainen, dan is er niets anders. Je moet alleen een beetje creatief zijn.’