Plots stonden er allemaal mannen naar de struiken te kijken. Hoe een klein grijs vogeltje honderden mensen naar het kleine Doornzele brengt

© carlo coppejans

Zo’n honderdvijftig vogelspotters landden afgelopen weekend in Doornzele. Voor een grijze junco. Amper 13,5 cm groot, niet eens felgekleurd, maar nog nooit levend gezien in ons land. Kortom: hoogdagen voor vogelaars. “Dit maak je maar één keer mee. En het is goed voor onze jaarlijkse competitie om ter meest vogels zien.”

Chris Snick

Dik twee weken fladdert het vogeltje al rond in het Gentse havengebied. Onbezorgd en in alle anonimiteit. Tot een buur hem in de smiezen kreeg en dat op de site waarnemingen.be postte, met een straat vol vogelaars en statieven tot gevolg. “Donderdag stonden hier plots allemaal mannen in onze straat”, zeggen Els en Denise Van Baeveghem. “Eerst dachten we dat het was voor de hoogspanningslijnen die ze zullen vernieuwen. Daar komen ze al eens foto’s van nemen. Maar er kwam almaar meer volk. En ze namen geen foto’s van de kabels, maar van de struikjes. Bleek dat ze hier waren voor dat kleine vogeltje dat al dagenlang in onze tuin zat.”

© BELGA

Dat vogeltje is een grijze junco en leeft normaal gezien in Noord-Amerika. Nooit eerder was er hier een levend te zien. In 2010 werd er wel eens een teruggevonden in het Antwerpse. Dood op een boot. Nu kwam deze waarschijnlijk ook per ongeluk met de boot mee. Maar hij leeft. Fladdert van struik tot struik en van tuin tot tuin. Soms eens achter huisnummer 11, soms eens naast huisnummer 17. En telkens schuiven de mannen met groene parka’s mee met hun lange lenzen. Op en af. En af en op.

Gistermorgen stond er een man of veertig kijken. Een bont gezelschap. Gemutst en gehandschoend wegens min één. Uit alle hoeken van ons land. “Ik ben van Namen”, zegt Gauthier Deschamps (22). “Zo’n 150 kilometer rijden, maar het is het waard.” Achter hem staat Geert Meganck (50) uit Overmere. Hij stond er vrijdag ook al, maar kwam nog eens terug. “Een grijze junco kunnen zien, dat is uniek. Toen ik deze week hoorde dat hij er zat, begon het direct te kriebelen.”

Hij tuurt door zijn verrekijker. Een fototoestel heeft hij niet bij. “Hem zien, is genoeg.” Spotters­eer, het bestaat. Een foto is niet nodig. Wel een beschrijving. “Die geven we in op websites, een ­comité oordeelt dan of de waarneming oprecht is. Je kan liegen, maar val je door de mand, dan is je naam verbrand binnen het wereldje.”

© carlo coppejans

Vergis je niet, aan spotten hangt wel degelijk prestige vast. Naam maken onder de vogelaars. Wout De Rouck (28) uit Berlaar, slaagde daar alvast in. Wie gisteren zijn naam liet vallen bij de troep, kreeg een blik vol respect terug. “De Belgische recordhouder vogels spotten”, zegt Meganck. “Iedereen kent hem hier. 309 meldde hij er vorig jaar, 11 meer dan zijn dichtste ‘concurrent’. Zeer straf.”

Makkelijke mussen

“Elk weekend was ik op pad”, zegt Wout, die zaterdag in Doornzele kwam spotten. “En hoorde ik tijdens de week dat er ergens een opmerkelijke zat, dan rukte ik ook uit. Je moet veel moeite doen om aan 309 te raken. Een mus of merel tellen natuurlijk ook mee, maar dat zijn echt wel de makkelijke.” Hoeveel soorten ons land telt? “Hier zijn ooit 444 verschillende vogels gespot.”

Of de grijze junco nog lang in Doornzele te zien zal zijn, weet niemand. “Hij kan hier wel overleven”, zegt Igor Vandamme (44) uit Kalmthout. “Maar nazaten zullen er natuurlijk nooit komen. De kans dat hier per ongeluk ook nog een vrouwtje met de boot belandt, is onbestaande. Voor ons is zijn komst leuk, maar voor hem is het eigenlijk triest.”