Direct naar artikelinhoud
Standpunt

Niet de premier, niet de linkse oppositie, maar Vlaams Belang en Vuye & Wouters zijn verantwoordelijk voor de val van de regering

Bart Eeckhout.Beeld Eva Beeusaert

Bart Eeckhout is hoofdredacteur van De Morgen.

Vanaf een afstand heeft het nog wel iets aandoenlijk. Het is alleszins met volharding dat premier Charles Michel (MR) voor zijn allang veroordeelde regering is blijven vechten, tegen beter weten in.

Ook bij het schaken duurt het soms even voor de verliezende partij doorheeft dat ze niet alleen schaak, maar schaakmat staat. Spartelend wordt nog met het koningsstuk geschoven, naar links, naar rechts... tot het besef komt: rien ne va plus.

Schaken is in wezen een krijgsspel, maar de variant die de Belgische politiek de laatste weken op het bord legde, oogt toch nog wat pijnlijker. Want neen, ook die laatste, alweer verbazende zwenk naar links kon de premier niet meer redden in de Kamer. Wat had hij dan gedacht? Dus toch een kamikazepiloot.

Dat beeld verdient nuance. Charles Michel heeft de voorbije dagen allicht strategische missers begaan, maar het is niet de eerste minister die zijn kabinet heeft laten crashen. Het zijn ook niet de rood-groene oppositiepartijen geweest die met een motie van wantrouwen de trekker feitelijk overhaalden.

Neen, de eer van de verantwoordelijkheid voor de val van de regering Michel I (en/of II, zo u wil) komt eigenlijk Vlaams Belang en de onafhankelijke Kamerleden Vuye & Wouters toe. Samen met wat radicaal rechtse stokebranden hebben zij de N-VA dermate het identitaire hoofd dol gemaakt over een niet-bindend VN-migratiepact, dat de partij zichzelf overboord heeft geworpen.

En nu? Over de nabije toekomst van de Belgische politiek valt weinig met zekerheid te zeggen, behalve dat ze onzeker is

Officieel is de regering-Michel gevallen op dinsdag 18 december. In werkelijkheid is de coalitie al twee maanden eerder onherroepelijk beginnen vallen. Op verkiezingszondag 14 oktober meer bepaald, toen zowel N-VA als MR een – tegengestelde – waarschuwing van de kiezer kregen. N-VA besloot naar een nog radicaler rechts uit te zwermen, premier Michel besloot dat hij de man zou zijn die dat niet zou toestaan in zijn regering.

Radicaal rechts is sindsdien de staart geworden die de N-VA-hond doet kwispelen. In de asielopvang werd een nodeloze, onwaardige schijncrisis geregisseerd. Over het migratiepact was plots, na jaren stilzwijgende goedkeuring, zelfs geen voor de hand liggend Deens of Nederlands compromis aanvaardbaar.

En nu? Over de nabije toekomst van de Belgische politiek valt weinig met zekerheid te zeggen, behalve dat ze onzeker is.

Wat wel helder is, is dat ondernemend en centrumrechts Vlaanderen en België een zware prijs gaan betalen voor de folie met de plots herwonnen principes. De niet onbelangrijke hervorming van de arbeidsmarkt moet nog worden goedgekeurd. Niemand ziet hoe je zo’n complex compromis nog tot een goed einde brengt.

Mislukte gok

Dat is nog het minste. Hoe de kiezer – vervroegd of niet – gaat reageren op deze zotternij valt niet te voorspellen. Wel kan je vermoeden dat de partij van uittredend premier Michel aan de stembus niet per se gaat worden beloond.

De MR waagde een flinke gok door als enige Franstalige partij in de Zweedse coalitie te stappen. Die gok is definitief mislukt. De appetijt om dit nog een keertje over te doen zal microscopisch klein zijn. Daarmee smelt de kans weg dat een volgende regering een soortgelijk rechts-liberaal beleid zal voeren. Het maakt van deze coalitie een wellicht eenmalig experiment dat flink onder de verwachtingen van de eigen achterban is gebleven.

En dan is er nog de N-VA. Samen met haar ‘soevereinistische’ overtuiging schijnt die plotsklaps ook haar communautaire, confederale principes te hebben teruggevonden. Benieuwd wel waar de partij nog medestanders gaat vinden om de grondwet open voor hervorming te laten verklaren. Die dubbele radicalisering van N-VA kan een duidelijke, spannende campagne opleveren, maar voor de regeringsvorming nadien belooft ze weinig goeds.

Charles Michel is naar de koning geweest, maar als ontslagnemend premier hoeft hij nog niet meteen kartonnen dozen in te pakken. Het ziet er veeleer naar uit dat het koninkrijk België weer vertrokken is voor een lange, duistere periode van institutionele instabiliteit met verlamde regeringen.

Daar zijn we al eens geweest, 541 dagen lang om precies te zijn. Om het met de heren Paul Simon en Art Garfunkel te zeggen: ‘Hello Darkness my old friend / I’ve come to talk with you again.’